Samenvatting biologie Thema 5 Erfelijkheid en Evolutie Basisstof 1 -veel eigenschappen zijn erfelijk , je hebt deze eigenschappen geërfd van je ouders. -chromosomen zijn lange dunne draden , ze liggen in de celkern. -DNA bevat informatie voor je erfelijke eigenschappen. -de cellen van je lichaam heten lichaamscellen. -in lichaamscellenkomen de chromosomen voor in paren van 2. -een mens heeft 46 chromosomen e dus 23 paren. -het genotype is de informatie voor alle erfelijke eigenschappen van een levend wezen (organisme). -het fenotype is het uiterlijk van een levend wezen (organisme). -het fenotype ontstaat door het genotype en invloeden uit de omgeving. Denk aan een huidskleur. Basisstof 2 - Chromosomen bevatten genen Een gen is een deel van een chromosoom die informatie bevat voor 1 erfelijk eigenschap. In lichaamscellen komen de chromosomen en genen in paren voor In geslachtscelen komen ze enkel voor Basisstof 3 -bij de bevruchting ontstaan chromosomenparen en genenparen, zaadcel (vader) 23 chromosomen zaadcel (moeder) 23 chromosomen. De eicel bevat dan alle informatie voor alle erfelijke eigenschappen. -het genotype ontstaat op het moment van een bevruchting. Verandert nooit meer wat aan. -bij geslachtelijke voortplanting versmelten 2 geslachtcellen. Basisstof 4 - Evolutie is de ontwikkeling op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en verdwijnen. Darwin ontwikkelde het begin van de evolutie . Evolutietheorie ; Ontstaan nieuwe genotype Natuurlijke selectie Ontstaan nieuwe soorten In de natuur treffen we steeds andere genotype en fenotype aan Organismen die goed zijn aangepast aan de omgeving hebben grotere overlevings kans. Met goeie genotype komt er ook goeie voortplanting Ee soort kan veranderen door voortplanting 2 verschillende beesten geslachtsvoortplanting hebben. Een groep organismen van 1 soort raakt gescheiden van de rest , ze ontwikkelingen zichzelf allebei. Na lange tijd verschillen tussen de groep kunnen zich daardoor niet meer onderling voortplanten. - Basisstof 5 Fossielen zijn versteende overblijfselen van een organisme in gesteente of en afdruk van een organisme in gesteente. Fossielen ontstaan als als dode resten onder een zand of klei laag komen waardoor ze niet gaan rotten. Uit fossielen kan uiteindelijk een plaatje ontstaan van het hele dier. Fossielen ondersteunen de evolutietheorie, uit gevonden fossielen blijkt dat. - Basisstof 6 Geologische tijd schaal In geologische tijdschaal is de tijd vanaf het ontstaan van de wereld weergegeven. Elk tijdperk is onderverdeeld in perioden. De getallen geven de tijd aan in miljoenen - Nick Oude Luttikhuis G2BA Marianum Groenlo