Katholieke Hogeschool Kempen – Departement Lerarenopleiding Vorselaar Bachelor in het onderwijs: Secundair Onderwijs Lepelstraat 2 – B 2290 Vorselaar Tel +32 (0)14 50 81 60 - Fax +32 (0)14 50 81 61 - E-mail: [email protected] Lesvoorbereiding Student: Femke Van Dyck Stage-oefenles 2 Baso a tel. 014/70.74.01 E-mail: [email protected] Proefles Observatie Datum stage: School: Klassengroep: Lokaal: Mentor: 2010-11-18 Kardinaal van Roey-Instituut 3EC2 TE125 Marleen Hendrickx Uur: 11.10u - 12.00u Aantal lln.: 19 Vak: Economie Docent: Dirk De Bruyn Lesonderwerp Economix 3 Thema 2: OV 4: Hoe kan de onderneming de productiviteit en de tevredenheid van de werknemers verhogen? P 118 – p123 Bronnen - Op welke bronnen heb je je gebaseerd? Geef duidelijke referenties zodat je ze vlot kan terugvinden. D’hollander, R., Debels, J., De Bruyn, D., Mestdagh, J., Schelfhout, W., Van Daele, K. et al. (2008). Economix 3: Leerwerkboek. Kapellen: Pelckmans. p 118-123. Debels, J., De Bruyn, D., Meire, G., Schelfhout, W., Van Daele, K., Verbrugge, E. et al. (2002). Economix 3: Handleiding: Economie voor het eerste jaar van de tweede graad ASO. Kapellen: Pelckmans. p 139-145. Cartoons gevonden op de site: http://www.iclipart.com Filmpje gehaald van: Economix 3 DVD-rom (herwerking 2008) Beginsituatie - Welke voorervaring en –kennis over het lesonderwerp of de gebruikte werkvorm, hebben de leerlingen al? Hoe hou je hiermee rekening in je les? Zijn er leerlingen die bijzondere aandacht nodig hebben? Hoe ga je hiermee om in je les? In 3EC2 zitten 19 leerlingen. Mevrouw Hendrickx heeft niets extra verteld, dus er zijn geen leerlingen die bijzondere aandacht nodig hebben. Het is een computerklas, dus beamer en pc zijn voorhanden. Vakoverschrijdende eindtermen - Welke VOET wil je in deze les nastreven? Selecteer één VOET en formuleer daarbij maximum 2 doelen die effectief aan bod komen in je les. Markeer in je lesvoorbereiding waar deze VOET aan bod komt. Leren leren - De leerlingen kunnen zichzelf sturen met behulp van de aanwijzigen van de leraar. Vormingsdoelen - - Wat wil je in essentie met deze les bij de leerlingen bereiken? Wat wil je dat de leerlingen essentieel bijblijft? Formuleer maximaal twee vormingsdoelen. Denk aan aspecten als fundamenteel leren, oriëntatie op de leef- en belevingswereld van de leerling, maatschappelijke aspecten, aansluiting bij opvattingen over mens en maatschappij, opvoeding en onderwijs. Hoe zijn ze herkenbaar in je les? De leerlingen krijgen het inzicht dat het loon niet de belangrijkste motivator is waarom mensen hun job graag uitoefenen. Iemand die veel verdient en elke dag tegen zijn zin moet gaan werken houdt dit in de meeste gevallen niet lang vol. Er spelen allerlei andere factoren zoals: de bedrijfscultuur en de werksfeer mee om te bepalen of iemand zijn werk graag doet of niet. Leerplan & Concrete doelen - Welke leerplandoelen komen in deze les aan bod? Welke concrete kennis, inzichten, vaardigheden, attitudes, gelinkt aan het leerplan, wil je realiseren? Beperk het aantal concrete doelen, denk eraan dat concrete doelen evalueerbaar/observeerbaar zijn. VVKSO. (2006). Leerplan secundair onderwijs. Economie tweede graad ASO. Brussel : Licap. - Leerlingen kunnen het begrip arbeidsproductiviteit omschrijven. - Leerlingen kunnen het begrip arbeidsspecialisatie omschrijven. - Leerlingen kunnen de 2 voorbeelden geven op welke wijze de onderneming de productiviteit van haar werknemers kan verhogen. - Leerlingen kunnen 3 voorbeelden opsommen hoe een onderneming haar personeel kan motiveren. - Leerlingen kunnen uitleggen waarom het belangrijk is dat een onderneming haar werknemers motiveert. - Leerlingen kunnen uitleggen waarom productiviteitsstijging zowel voor de onderneming als voor de werknemer belangrijk is. - Leerlingen kunnen in hun eigen woorden vertellen wat Human Resources Management (HRM) is. Werkpunten - Formuleer hier max. 2 werkpunten waaraan je in deze les wil werken. Leg uit op welke manier je hieraan werkt. Ik ga proberen te letten op mijn eindklanken zoals wa, da, nie, … Ik ga dit doen door heel de les deftig Algemeen Nederlands te praten tegen de leerlingen. Inhoud Oriëntatiefase Voorstelling + naamkaartjes Methode Lkr: Goedemorgen. Ik ben Femke Van Dyck. En ik studeer voor leerkracht. Ik volg de vakken economie en geschiedenis. En vandaag ga ik jullie een les economie geven. Zouden jullie allemaal jullie naamkaartjes even willen zetten. Materiaal De leerlingen zetten naamkaartjes. Inleiding Lkr: Jullie mogen jullie en agenda, een leeg cursuspapier en werkboek erbij nemen op p 118. Laten we even naar de ppt kijken. Hier zie je Jos en Jean staan. Ze krijgen allebei ’s avonds bezoek en willen zichzelf bewijzen. Ze hebben besloten om allebei apart koken. Zo gaan ze allebei 5 stukken vlees bakken. Bij wie denken jullie dat dit het snelste gaat gaan? Lln: Bij Jos, want bij Jean loopt het mis. Lkr: Inderdaad. Jos zal sneller klaar zijn met bakken dan Jean. Nadat ze hebben gekookt moeten ze natuurlijk ook afwassen. Wie zal als eerste 5 borden hebben afgewassen? Lln: Jean, want Jos laat borden vallen. dia 1 werkboek: 118 dia 2,3 Lkr: Nadat alles is opgeruimd gaan ze eens overlopen hoe de avond was verlopen. Ze kwamen tot het besluit dat de ene beter is in iets dan de andere en omgekeerd. Ze gaan zich in het vervolg specialiseren in hetgeen ze het beste kunnen. We gaat in het vervolg het koken voor zijn rekening nemen en wie gaat afwassen? En welk voordeel levert dit op? Lln: Jos gaat het koken voor zijn rekening nemen en Jean gaat afwassen. Ze gaan sneller kunnen werken. Probleemstellingen: - Hoe kunnen we de productiviteit verhogen? - Hoe kunnen we de tevredenheid van de werknemers verhogen? Lkr: Inderdaad! Ze hebben eigenlijk de arbeid verdeeld of anders gezegd ze hebben zich gespecialiseerd in een deel van de arbeid. En daar gaan we het deze les onder andere over hebben. We gaan eerst behandelen hoe we de productiviteit kunnen verhogen en als tweede gaan we zien hoe we de tevredenheid Agenda: van werknemers kunnen verhogen. T2OV4: Hoe kan de onderneming de Jullie mogen jullie agenda invullen, en inschrijven: productiviteit en de tevredenheid van T2OV4: Hoe kan de onderneming de productiviteit en de de werknemers verhogen? p 118 -123 tevredenheid van de werknemers verhogen? Lln. schrijven hun agenda in. Verwerkingsfase Hoe kunnen we de productiviteit verhogen? Lkr: Het eerste deel dat we gaan behandelen is: Hoe kunnen we de productiviteit in een onderneming verhogen? Laten we even stilstaan bij het begrip productiviteit. Lkr. duidt lln. aan om voorbeeld te lezen. dia 4 dia 5 dia 6 dia 7 Jean-Luc heeft een meubelfabriek. Voor het maken van één tafel zijn 13 bewerkingen nodig. Als één arbeider deze bewerkingen na elkaar uitvoert, kan hij per dag 7 tafels maken. Als 5 arbeiders zich specialiseren in één of 2 bewerkingen, dan zou één arbeider per dag 58 keer meer tafels kunnen maken dan vroeger: een indrukwekkende toename van de productiviteit. Lkr: A.d.h.v dit voorbeeld kan iemand mij dan uitleggen wat productiviteit inhoudt? Het is handig om dit schema mee over te nemen op het cursuspapier. Dit is namelijk de samenvatting van de lestekst. Productiviteit: Productie per werknemers in een bepaalde tijdspanne Lkr: Laten we het nu even hebben over arbeidsverdeling. In het voorbeeld hebben we gezien dat Jos en Jean het werk gingen verdelen. Hierdoor zal hun werk sneller gaan. Maar ze gingen zich ook specialiseren. Jos ging koken en Jean ging afwassen. Dit is vooral van toepassing in grote fabrieken. Op de ppt zien jullie hier voorbeelden van. De mensen gaan zich dia 9, 10 specialiseren in 1 bepaald onderdeel van het productieproces. Kan iemand mij nu eens een voorbeeld geven waar dit nog van toepassing is? Elke onderneming gaat proberen te produceren tegen zo laag/hoog mogelijke kosten. Ook wil de onderneming zo veel/weinig mogelijk produceren in zo weinig mogelijk tijd. Lln: De hoeveelheid dat een werknemer in een bepaalde tijd kan produceren. Lkr. duidt lln. aan om invuloefening te maken. Lln: Autosector, bedrijven met een lopende band, … Arbeidsspecialisatie: de taken in de onderneming worden door verschillende personen uitgevoerd. Lkr: Wat is dat nu die arbeidsspecialisatie? Lln: De taken in de onderneming worden door verschillende personen uitgevoerd. dia 8 Lkr: Laten we het voorbeeld van Jean Luc en zijn meubelfabriek er even terug bijnemen. Op de ppt staan bovenaan enkele beschrijvingen van personen dia 11 staan. Bedenk nu eens de job die het beste bij hen zou passen. Lln: Marie: poetsvrouw Jean Luc: arbeider (bediending houtzaag) Greet: boekhoudster Lkr: En waarom geef je juist die bepaalde job aan die mensen? Lln: Marie: belangstelling Jean Luc: ervaring Greet: opleiding Arbeidsspecialisatie: de taken in de onderneming worden door verschillende personen uitgevoerd afhankelijk van hun belangstelling, opleiding, ervaring, … Iedereen specialiseert zich in zijn taak. Ford: lopende band, massaproductie Smith: arbeidsverdeling en dus specialisatie Taylor: verbeteren van het productieproces Lkr: We kunnen dus het begrip arbeidsspecialisatie aanvullen. Lln. vult het begrip verder aan Lkr: We hebben nu al kort de begrippen productiviteit en arbeidsspecialisatie aangehaald. We gaan nu opdracht 1: Van Adam Smith tot Ford T op p 118 maken. Lees even p 118 en probeer dan eens bij de tekst over Ford, Smith en Taylor het kernidee te onderstrepen. Lln. lezen de stukjes tekst en onderstrepen het kernidee. Lkr. overloopt samen met de lln. wat ze onderstreept hebben. dia 12 Werkboek 118 dia 13 Lkr: Het is nu de bedoeling dat je ook het stripverhaal op p 119 leest, en daarna probeert de vragen op te lossen a.d.h.v. hetgeen dat je gelezen heb. Je mag dit per 2 doen. Lln. maken opdracht 1. Lkr. helpt daar waar nodig is. Antwoorden overlopen met de lln. Lkr: Nu zou het voor jullie eigenlijk geen enkel probleem moeten zijn om te antwoorden op de vraag: Op welke manieren kan een onderneming de productiviteit verhogen volgens Smith, Taylor en Ford? Lln: Ford: lopende band, massaproductie Smith: arbeidsverdeling en dus specialisatie Taylor: verbeteren van het productieproces Werkboek 119 dia 14, 15 Hoe kunnen we de tevredenheid van de werknemers verhogen? Lkr: We hebben nu het eerste deel van de les afgehandeld. We gaan nu het tweede deel: Hoe kunnen we de tevredenheid van de werknemers verhogen? Werknemers die gemotiveerd zijn en goed zijn opgeleid werken efficiënter. Dit maakt deel uit van het personeelsbeleid (Human Bord Resources Management) van een onderneming. Wat heeft het personeelsbeleid dus als doel? Tip: kijk terug op p 118 Human Resources Management: Het personeelsbeleid is gericht op de verhoging van de productiviteit en de tevredenheid van de werknemers. Lln: Het personeelsbeleid is gericht op de verhoging van de productiviteit en de tevredenheid van de werknemers. Laten we even terug gaan naar de vakantie. Je vader vraagt je om de auto te kuisen. Welke voorwaarden stel je om de auto te kuisen m.a.w met wat kan je vader je motiveren om de auto te kuisen? Lln: Door geld te geven, gsm te herladen, … Lkr: Laten we dit even toepassen op het niveau van het bedrijfsleven. Hoe kan een bedrijf nu haar werknemers motiveren? Lln: Maaltijdcheques, bedrijfswagen, gsm, … Lkr. schrijft opsomming op het bord. Bord Lkr: Is de werkgever verplicht om deze voordelen te geven? Lln: Neen, het zijn voordelen die de werkgever naast het loon aan (sommige) van zijn werknemers geeft. Lkr: En hoe noemen we die voordelen? Extra legale voordelen: Niet verplichte voordelen, zoals een gsm of een bedrijfswagen die de werkgever naast het loon aan (sommige) van zijn werknemers geeft. Lln: Extra legale voordelen Bord Lkr: Maar er zijn ook andere manieren om de tevredenheid bij de werknemers te verhogen. Tip: Op p 120 bij opdracht 2 zie je een tabel staan. Werkboek 120 Lln: De dingen die in de linkerkolom staan van de tabel zijn ook motiverende factoren. Lkr: Juist. Op p 120 vinden jullie opdracht 2: Hoge en andere Werkboek 120 verwachtingen. Je ziet op p 120 dus een tabel staan met de verwachtingen die werknemers hebben of m.a.w de dingen waarmee de werkgever de werknemer kan motiveren. Die tabel gaan we even overslaan. We gaan direct naar de grafiek op p 121. Wat geeft deze grafiek weer? Lln: De voordelen die de werkgevers aan zijn personeel bood in 2006. Lkr: Bij die grafiek horen een aantal vragen. Vraag 1 en 3 gaan nog over die tabel op p 120 dus die vragen mag je overslaan. Maar vraag 2 t.e.m vraag 6 (met uitzondering van vraag 3) handelen over die grafiek. Lln. maken opdracht 2. Lkr. helpt daar waar nodig is. Antwoorden overlopen met de lln. Werkboek 121 dia 16 Lkr: Als we even stil blijven staan bij vraag 3: Wat valt je op als je in tabel 1 kijkt naar de rol van het loon? Het is belangrijk ervoor te zorgen dat de werknemer zijn werk graag doet. Want niet alleen het loon is belangrijk. Dit kan bijvoorbeeld verwezenlijkt worden door een aangename werksfeer te creëren, de werknemer een grotere verantwoordelijkheid te geven, … Lln: Het loon blijkt niet de belangrijkste motivator te zijn. Lkr: Vind jij dat ook? Lln: Neen. Er spelen nog andere dingen mee zoals de werksfeer, … Lkr: Dan kunnen we nu ook onze laatste vraag beantwoorden namelijk: Hoe kunnen we de tevredenheid van de werknemers verhogen? Bord De tevredenheid van de werknemers kan verhoogt worden door ze te motiveren met o.a. extra legelae voordelen, … Lln: Door de werknemers te motiveren met o.a. extra legale voordelen, uitdagende functies, afwisselend werk, … Lkr: Inderdaad. Dan zijn we nu bijna aan het einde van de les gekomen. Neem jullie werkboek er eens bij op p 122. Lkr. duidt lln. aan om het stukje: anders bekeken voor te lezen. Lkr. laat de dvd zien. Lln. lossen de vragen op. Afrondingsfase Werkboek 122 dia 17 Lkr: We zijn aan het einde van onze les gekomen. Ik wens jullie allemaal een prettige middag toe, en smakelijk! (Eventueel wanneer er nog tijd is: discussie) Discussie - Zal een werkgever een werkneemster aannemen die pas zwanger is? Een allochtoon? - Kijkt een werkgever naar het uiterlijk van de sollicitant? (artikel) - Mag een werkgever zijn werknemers controleren met videocamera’s om de productiviteit op te voeren, hun e-mail verkeer te controleren, … dia 19 t.e.m 22 Bordplan Productiviteit . Arbeidsspecialisatie Tevredenheid . Motivatie Personeelsbeleid HRM . Extra legale voordelen Werksfeer Gsm Afwisselend werk Maaltijd Teamwork cheques … ….