LESVOORBEREIDINGSFORMULIER | ATELIER EN STAGE 1: Stage 2 Naam student (klas): Jill De Lamper – 1 BALLO A Datum nazicht: 04/03/2011 Stageschool: De Krinkel - Ruisbroek Nagekeken door: mr. Mertens Stageklas: 2A goedgekeurd - herwerken Mentor: mevr. Sonja Delforge Les opgesteld door VAK: MUVO (muziek) LESONDERWERP: Poetsprins DATUM: 17/03/2011 BEGINSITUATIE: TIJDSTIP: 11.15 uur - 12.05 uur Bachelor Leraar Lager Onderwijs CAMPUS DE VEST - tel: 015-369250 ZANDPOORTVEST 60 - 2800 MECHELEN - Aantal leerlingen: 24 - Klasschikking: 3 rijen van 8 lln, banken per 2 - Gebruikte handboek(en): - Beginsituatie van de kinderen in verband met het lesonderwerp: enkele stille kinderen die echt moeten aangehaald worden. Jetske is een overgevoelig meisje, die bij de minste emotie overweldigd geraakt. - Andere lesspecifieke beginsituatiekenmerken: internet werkt vaak niet DOELSTELLINGEN: Noteer hier de concrete lesdoelen in chronologische volgorde (nummeren!). 12.1 ZICH D.M.V. KLANK & MUZIEK DURVEN UITEN LEERINHOUD BESCHOUWEN VAN, WERKEN MET EN CREËREN VAN GELUIDEN BIJ EEN BESTAAND FILMPJE 1 TIMING LESDOELEN LEERACTIVITEITEN AANPAK (ONDERWIJSACTIVITEITEN EN ORGANISATIE) 5 min. Fase 1: voorbereidend werken rond gevoelens Omschrijving gevoelens Lkr : “Goedemorgen. Ik voel me een beetje moe deze morgen. Dat komt omdat ik een beetje zenuwachtig was om voor jullie les te mogen komen geven. Hoe voelen jullie je vandaag?” Lln : “Blij, zenuwachtig, droevig, boos, …” Lkr : “Voelen jullie je alle dagen zo?” Lln : “Nee, meestal wel, soms niet, …” 10 min. Uitbeelding gevoelens Lkr : “Inderdaad. We voelen ons niet altijd het zelfde. Daarnet noemden er al een aantal van jullie verschillende gevoelens op. Hoe kan je bij iemand merken hoe die zich voelt?” Lln : “Aan zijn gezicht, dan roept die, hij huilt, …” Lkr : “Hier zien jullie kaartjes waarop gevoelens uitgebeeld staan.” Lkr toont kaartjes. “Wanneer ik jullie een kaart toon, beelden jullie uit hoe deze persoon zich voelt. Daarbij mogen jullie ook het geluid maken waarvan jullie denken dat het bij dat gevoel hoort. Om jullie een beetje te helpen, heb ik mijn goede vriend knuffel meegebracht. Hij zal jullie tonen hoe luid jullie geluiden mogen maken.” De kinderen beelden gevoelens uit en maken de daarbij horende geluiden. Fase 2: beschouwen 15 min. Filmpje bekijken Lkr : “Nu gaan we naar een filmpje kijken van een jongen, we noemen hem de poetsprins. Bij het kijken, wil ik dat jullie heel goed luisteren naar de geluiden die je in de film kan horen. Jullie gaan in 2 groepen naar het filmpje kijken. Bij het kijken geef ik jullie een kijk- en luisteropdracht. Jullie krijgen per 2 een kaart, en moeten goed onthouden 2 wanneer die in de film voorkomt. Daarbij moeten jullie goed luisteren naar de geluiden die daarbij horen.” De lln kijken naar het filmpje (2x) en luisteren naar de geluiden. Lkr : “Zeg eens, wat doet de poetsprins allemaal?” Lln : “Hij poetst de zon.” Lln : “Hij gebruikt een bezem, een vod, sop in een emmer, hij klimt op een ladder, …” Lkr : “En hoe doet hij dat? Welke methodes gebruikt hij om de zon te poetsen?” Lkr : “En hoe voelt hij zich daarbij??” Lln : “Hij vindt het vervelend dat hij niet aan de zon kan, hij wil zijn best doen om de zon toch proper te krijgen, …” Lkr : “Waaraan kon je merken hoe hij zich voelde?” Lln : “Aan zijn gezicht, hij schopt zijn speelgoed buiten, ...” Lkr : “Jullie mogen met de kaarten vooraan komen staan, waarbij je in de juiste volgorde moet staan.” 10 min. Filmpje reconstrueren De kinderen vormen een rij in chronologische volgorde van de prenten. (Ingeval van verkeerde volgorde) Lkr : “Wie zoekt de fout en zet de prenten in de juiste volgorde?” Kinderen uit de klas zeggen hoe de prenten mekaar wel juist opvolgen. Lkr : “Ik hoop dat jullie heel goed geluisterd hebben. Ik ga nu de film van Poetsprins afspelen, zonder dat jullie het beeld kunnen zien. Op het moment dat je het geluid hoort dat bij je prent hoort, steek je je prent omhoog.” De leerlingen ‘luisteren’ naar het filmpje en tonen bij de geluiden de bijhorende prenten. Fase 3: geluiden creëren 10 min. Geluiden creëren Lkr : “Denk nu nog eens goed na hoe het geluid bij jullie prent juist klonk, en probeer te bedenken hoe je het geluid zelf kan maken. ” 3 De leerlingen herinneren zich het geluid dat bij hun prent hoort. Lkr : “Jullie krijgen 2 min. de tijd om zelf het geluid van jullie prent na te bootsen.” Kinderen experimenteren in het nabootsen van geluiden. Lkr : “Nu wil ik dat jullie je geluid maken op het moment dat jullie stukje op de film wordt afgespeeld.” De kinderen kijken naar het filmpje zonder geluid, en maken daarbij hun zelf gecreëerd geluid. DIDACTISCH MATERIAAL: Knuffel om geluidssterkte weer te geven mimiekprenten Prenten Poetsprins : (3-)dubbele exemplaren Filmpje Poetsprins 2 pc’s om in groepjes naar de film te kunnen kijken BRONNEN (NOTEREN VOLGENS DE HOGESCHOOLAFSPRAKEN ‘BIBLIOGRAFISCH REFEREREN’) OVERZICHT VAN DE BIJLAGEN: genummerd overzicht met een korte omschrijving BORDPLAN: uiteindelijk bordplan (getekend) 4