- Scholieren.com

advertisement
Tijd van jagers en boeren
1.1 | Van jagers-verzamelaars naar boeren
- De levenswijze van jagers-verzamelaars.
- Ontstaan van landbouw, landbouwsamenlevingen.
Paleontropologen (wetenschappers over de oorsprong van de mens) nemen aan dat de eerste
mensachtigen drie miljoen jaar geleden in Afrika leefden. Tegenover deze evolutietheorie staan de
creationisten, zij geloven dat god alles heeft gecreëerd.
De eerste mensen leefden als jagers-verzamelaars. Deze deelperiode van de prehistorie waarin zij
leefden noemen we het Paleolithicum (oude Steentijd). Zo leefden de jagers-verzamelaars:
- Nomadische kleine groepen.
- Hutten/tenten als huizen.
- Mannen jaagden, vrouwen verzamelden.
- Niet veel bezittingen.
- Geloofden in natuurgoden.
We weten niet veel over de cultuur van jagers-verzamelaars. Dit komt omdat het schrift nog niet uit
was gevonden, dus we hebben geen betrouwbare bronnen.
Rond 11.000 v. Chr. veranderde het klimaat in het Midden-Oosten zo, dat er veel voedsel was. De
groepen hoefden niet meer rond te trekken opzoek naar eten, omdat het er in overvloed was. Deze
klimaatverandering heeft veel invloed gehad op het ontstaan van de landbouw. De landbouw is
uitgevonden in de Vruchtbare Halvemaan. De overgang naar een
landbouwsamenleving had zulke grote gevolgen voor de
mensheid dat we spreken van de Neolithische Revolutie. Er brak
dus ook een nieuwe tijd aan: het Neolithicum (nieuwe Steentijd).
Vanuit dit gebied werd de kennis van de landbouw verspreid
over Europa. De bevolking in de Vruchtbare Halvemaan was zo
erg gegroeid dat ze zich wel moesten verspreiden, er was geen
plek meer over. De overgang naar de agrarische samenleving had
dus erg grote gevolgen. De boeren konden sedentair gaan
wonen. Ze kregen meer bezittingen, waardoor er ook sociale
ongelijkheden ontstonden. Hoe meer bezit een boer had, hoe
meer aanzien deze ook kreeg.
1.2 | Oude beschavingen, steden en staten
- Ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.
Rond 6500 v. Chr. ontstonden in Soemerië aan de oevers van de Eufraat en de Tigris de eerste
dorpen. De landbouw was er heel succesvol, dit kwam mede door de irrigatielandbouw. De boeren
gebruikten voor hun akkers het vruchtbare slib van de oevers en leidden daar, via een ingewikkeld
stelsel van kanaaltjes en dammetjes, rivierwater naartoe. Rond 3500 v. Chr. waren de dorpen in het
zuiden van Mesopotamië zo erg gegroeid, dat we spreken van stedelijke nederzettingen. Er waren
ruim dertig stadsstaten, elk met gemiddeld 10.000 inwoners. Voorbeelden van deze steden zijn
Nippur, Uruk, Eridu, Ur en Lagasj. Uruk was de grootste stad, met zo’n 50.000 inwoners. De bevolking
van deze steden was verdeeld in sociale klassen, van boven naar onder:
Priesters – Ambachtslieden – Boeren – Slaven.
De Soemeriërs kenden een polytheïstische godsdienst, dat wil zeggen: meerdere goden. Rond 3300
v. Chr. ontwikkelden de Soemeriërs het schrift. Vanaf toen konden mensen boekhoudingen
bijhouden, regels en wetten vastleggen en verhalen schrijven. Hiermee kwam er een einde aan de
prehistorie.
Monne Govers | Lyceum aan Zee | LVW4C
1.3 | Egypte, revolutie in een natiestaat
- Ontstaan van landbouw, landbouwsamenlevingen.
- Ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.
Vanaf 5000 v. Chr. vestigden zich de eerste boeren in kleine nederzettingen in het Nijldal. Daar was
de grond erg vruchtbaar en konden ze net als in Mesopotamië, doormiddel van de irrigatielandbouw
veel voedsel verbouwen. De Egyptische staat werd geregeerd door een farao. Hij was
opperbevelhebber van het leger en daarmee beschermde hij de bevolking. Sommige historici
beschouwen Egypte als de eerste natiestaat ooit. Ook de Egyptenaren waren polytheïstisch, Amon
was hun belangrijkste god. Amenhotep IV echter, waagde de stap om de godsdienst in Egypte te
veranderen. Toen hij farao werd zag hij dat als hij één god zou vereren, hij véél meer macht zou
krijgen. Dit deed hij ook. Toen hij in 1353 v. Chr. farao werd, voerde hij een aantal radicale
veranderingen door. Al snel nadat hij farao was geworden, schonk Amenhotep steeds meer aandacht
aan een vrij onbekende godheid: Aton, de god van de zonneschijf. Hij verbood het aanbidden van alle
Egyptische goden en op bevel van de farao werd de Egyptische godsdienst monotheïstisch. Hij liet
zijn naam ook veranderen in Achnaton: ‘hij die Aton werkelijk dient’.
De tweede verandering was het stichten van een nieuwe hoofdstad.
Midden tussen Thebe en Memphis in liet hij een nieuwe hoofdstad
bouwen: Achetaton. De derde vernieuwing was de manier van
afbeelden. Hij liet afbeeldingen van zichzelf en van zijn vrouw en
kinderen gevoelig en verfijnd afbeelden, met als opvallende
kenmerken hun langgerekte schedels en vingers.
Na de dood van Achnaton werd duidelijk dat zijn veranderingen de
cultuur niet fundamenteel hadden veranderd. de verering van Aton
ging langzaam weg en de verering van Amon kwam weer omhoog.
Overal in Egypte werden de herinneringen aan Aton en Achnaton
weggewerkt. Zijn zoon, die eerst Toetanchaton heette, veranderde
zijn naam daarna in Toetanchamon.
Beeld van Achnaton
Irrigatielandbouw
Monne Govers | Lyceum aan Zee | LVW4C
Download