Samenvatting geschiedenis H1 (20006)

advertisement
Samenvatting geschiedenis H1
1.0 sporen van jagers en boeren.
Hoofdvraag: hoe hebben mensen gebruik leren maken van de natuur?
Er zijn verschillende bronnen waardoor we dingen van vroeger weten zoals: de vondst van het graf van
Toetanchamon wat in zijn geheel drie en een half duizend jaar later werd gevonden, of tekeningen van vroeger
in vergelijking dus met hoe wij nu leven, als je dit allemaal naast elkaar legt kun je dingen beschrijven. Door het
werk van archeologen weten we meer van vroeger.
Kenmerken van de tijd van jagers en boeren: tijd van jagers en boeren eindigt in het jaar 3000 v.Chr., de
begintijd is niet bekend want we weten niet precies wanneer de eerste mens is ontstaan. Het grootste verschil
met toen en nu is dat we nu leven van de landbouw en wonen in dorpen en steden en vroeger met name van
de jacht en verzamelen van planten, vruchten. Ook trokken mensen van plek naar plek.
10 000 v.Chr. werd ontdekt hoe gewassen verbouwd konden worden, ze ontdekte ook dat ze dieren tam
konden maken. Vanaf dan praten we over boeren. Rond 5000 v.Chr. kwamen de eerste boeren naar Nederland,
naar Limburg. Door de handel die mensen met elkaar gingen doen was het belangrijk om afspraken, regels vast
te kunnen leggen, hiervoor werd het schrift bedacht.
1.1 graven naar het verleden.
Deelvraag: hoe komen we aan info. over het verleden?
Scheppingsverhalen: verhalen waarin wordt verteld hoe god de aarde en de mens heeft geschapen. Midden
19de eeuw beschreef Charles Darwin de Evolutietheorie: wetenschappelijk uitleg voor ontstaan van de mens,
uit apen en mensapen. Homo Erectus: in Afrika ontstaan, liep rechtop. Homo Sapiens: deze is ontwikkeld uit
Homo Erectus, de wetende mens.
Neanderthalers: Menssoort die leefde in grote delen van Europa, was iets kleiner dan de Homo Sapiens, rond
30 000 v.Chr. stierf hij uit. Homo Sapiens bleven in leven en ontwikkelden zich als ons mensen. Neanderthaler
at veel vlees, was een actief jager, maakten messen van beenderen en stenen werktuigen voor de jacht.
Geschiedenis is een vak waarbij je het verleden van mensen probeert te beschrijven. Door middel van bronnen:
sporen uit verleden waar we info. over het verleden uit kunnen halen. Archeologen: wetenschappers die met
opgravingen het verleden van mensen onderzoeken, en historici: wetenschappers die door middel van
bronnen onderzoek het verleden van mensen onder zoeken, geschreven en ongeschreven bronnen.
Geschreven bron: sporen uit verleden die geschreven zijn, boeken brieven. Ongeschreven bron: sporen uit
het verleden die geen schrift bevatten, voorwerpen, aardewerk schilderijen.
Prehistorie is de tijd waarin mensen geen schrift kenden.
Archeologen willen weten hoe oud iets is maken daarbij gebruik van de Christelijke jaartelling: telling vanaf de
geboorte van christus. Als je niet precies kunt zeggen hoe oud iets is word vaak een eeuw: is perioden van 100
jaar, of tijdvak: periode in de geschiedenis genoemd.
Prehistorie stopt wanneer de mensen schrift gaan gebruiken, dan zeg je historie.
1.2 van kamp naar kamp.
Deelvraag: hoe leefden jagers-verzamelaar?
Nomaden
Een bijzondere vrouw uit de prehistorie is Trijntje. Jager-verzamelaars: mensen die rondtrekken, jagenverzamelen, leefde tijdens de steentijd: periode in de prehistorie waar mensen meestal gebruiksvoorwerpen
van steen maakten. Mensen zoals Trijntje maakten meestal voorwerpen van steen.
Oude steentijd: periode van de prehistorie waarin de jager-verzamelaars leefden.
IJstijd: periode waarin grote delen van het noordelijk halfrond bedekt waren met ijs, dit had grote gevolgen
voor het klimaat op aarde. Laatste ijstijd was in 10 000 v.Chr. temperatuur steeg ijskappen trokken zich terug
en leefomstandigheden verbeterden er kwamen meer bossen nieuwe planten en sommige dieren stierven uit.
Deze periode heet midden steentijd: periode van de prehistorie waarin klimaat gunstiger werd voor mensen
waardoor bevolking kon groeien.
Wat dachten jagers-verzamelaars: omdat er geen geschreven bronnen ontstaan is het moeilijk te bepalen wat
ze dachten. Uit ongeschreven bronnen wordt daarom geprobeerd om dit af te lijden: grottekeningen, graven.
Archeologen hebben verschillende graven gevonden. Bij die graven lagen grafgiften: voorwerpen die tijden de
begrafenis in het graf van de overleden werden gelegd.
1.3 jagers worden boeren
Deelvraag: wat waren de gevolgen van de ontdekking van de landbouw voor het leven van de mens?
Uit opgravingen in het nabije oosten blijkt dat mensen rond 10 000 v.Chr. ontdekte dat ze zelf gewassen
konden laten groeien en telen. En dieren tam maken, hierdoor ontstond de landbouw. Akkerbouw en veeteelt
zorgden ervoor dat jagen en verzamelen minder belangrijk waren. De pre agrarische samenleving:
samenleving waarin men nog niet leefde van de landbouw, maar van jagen en verzamelen, veranderde in een
agrarische samenleving: samenleving waarin men leeft van de landbouw.
De tijd waarin de landbouw wordt ontdekt heet nieuwe steentijd: periode van de prehistorie waarin men
leefde van de landbouw.
De gevolgen door de ontdekking van de landbouw waren groot, men spreekt van landbouw revolutie: de
ontdekking van de landbouw, ongeveer 10 000 v.Chr. in het nabije oosten, de ontdekking had grote gevolgen
voor de leefwijze van mensen.
1e Mensen bleven op plaats wonen met hun dieren en rondtrekken was niet meer nodig,
2e geen simpele hutten meer maar stevige huizen werden gebouwd.
3e Ook veranderde de gebruiksvoorwerpen (aardewerkpotten, voorwerpen voor akkerbouw).
De eerste boeren in Nederland rond 6000-5000 v. Chr. Door kolonisten uit nabije oosten is dit overgebracht.
Vestigen met name in Limburg zich vestigen. Verder was in Nederland nog het jagers-verzamelaarsvolk. Rond
3500 v.Chr. trokken landbouwers uit Scandinavië en Duitsland Nederland in het noorden. Hier ontstond het
trechterbekervolk. Rond 3000 v. Chr. Bestond heel Nederland uit landbouwers.
1.4 steden langs de nijl
Deelvraag: waardoor ontstond in Egypte een goed georganiseerde staat?
Er trokken veel mensen naar de oevers van de Nijl. In Afrika werd het steeds warmer en droogde steeds meer
uit, langs de rivier was het ideaal voor landbouw, de nijl overstroomde iedere zomer en het slib wat achterbleef
was vruchtbaar voor akkerbouw. OM gebruik te kunnen maken van Nijl legden ze een irrigatiesysteem aan:
systeem van leidingen dat ervoor zorgt dat er voldoende water op de akkers is De oogsten waren zo groot dat
een deel van de mensen niet meer als boer hoefde te werken, maar konden specialiseren in maken van
werktuigen voor landbouw, de ambachtslieden: groep mensen die voor hun werk gebruiksvoorwerpen
maken.
Voor opbouw en onderhoud aan irrigatiesysteem is goede organisatie nodig, er kwamen dorpshoofden. De
dorpen gingen met elkaar samenwerken er ontstond een staatshoofd, Narmer, deze werd farao genoemd:
leider van Egypte, had veel macht, werd door de mensen als een god vereerd.
Bij besturing van het land kregen de farao’s hulp van ministers en ambtenaren: mensen die werken in dienst
van de overheid. Vizier is belangrijkste ambtenaar, ambtenaren zorgden voor naleven regels, goed
functioneren van irrigatiesysteem en ophalen belasting (elk jaar moeten boeren deel van de oogst afstaan aan
de staat) staat: land met eigen bestuur.
De belastingopbrengsten werden gebruikt om ambtenaren te betalen en paleizen te onderhouden. Voor een
staat is het belangrijk dat er regels beschreven worden, daarom is het schrift ontwikkeld, het
hiërogliefenschrift.
Farao’s werden niet gekozen door het volk, de functie was erfelijk, troonopvolger: opvolger van de koning,
vaak het oudste kind. Een aantal landen waaronder Nederland word nu nog geregeerd door koningen, dit heet
monarchie: een land geregeerd door koningen die door erfopvolging aan de macht is gekomen. In
vergelijking met Farao’s heeft koning in Nederland veel minder macht.
1.5 goden en mummies.
Deelvraag: waarom lieten de Egyptenaren hun doden mummificeren?
Veel bronnen zijn verloren gegaan, meeste bronnen die bewaard zijn geven informatie over godsdienst en
ideeën over de dood.
De Egyptenaren bewerkten lichaam in linnen, daarna volgde een begrafenis met veel rituelen: voorgeschreven
gebruiken bij en bijzondere gebeurtenis, zoals een begrafenis.
Download