Belangrijkste wijzigingen per 1 januari 2010

Belangrijkste wijzigingen per 1 januari 2013
Met ingang van het nieuwe jaar worden weer de nodige wettelijke regels met betrekking tot de
salarisadministratie gewijzigd. Het is dit jaar complexer dan andere jaren geweest om alle
daadwerkelijke wijzigingen bij te houden. Naast het Lente-akkoord, het Belastingplan 2013
hebben we inmiddels ook een regeerakkoord. In deze nieuwsbrief zullen wij u op hoofdlijnen
uitleggen welke veranderingen per 1 januari 2013 waarschijnlijk worden doorgevoerd.
Vitaliteitssparen
Vorig jaar is besloten om de spaarloon- en levensloopregeling te vervangen door de
vitaliteitsregeling. Met het Lente-akkoord is dit echter vervallen en ook het nieuwe kabinet is niet
van plan deze regeling nog in te voeren.
Reiskosten woon-werk en auto van de zaak
Wellicht ten overvloede willen wij u er op attent maken dat de voorgestelde maatregelen in het
Lente-akkoord op dit gebied volledig van de baan zijn en alles blijft zoals het nu is.
Werkkostenregeling
Onlangs is de evaluatie van de werkkostenregeling naar de Tweede Kamer gezonden. Hieruit
valt op te maken dat men op de ingeslagen weg verder gaat. Voor zover u nog dacht dat deze
regeling wel over zou waaien, blijkt hieruit het tegendeel. Dit houdt dus in dat vanaf 2014 voor
alle werkgevers de werkkostenregeling van toepassing is.
U heeft nog het komende jaar om u daar op voor te bereiden. Onze ervaring is dat nog maar een
enkele werkgever over deze problematiek heeft nagedacht. Daarnaast denken veel werkgevers
nog dat dit een regeling is die vooral op het bordje van de loonadministrateur komt. Niets is
echter minder waar. Deze regeling heeft vooral een grote impact op de financiële administratie.
Uiteraard zijn wij bereid om u hier verder over voor te lichten en daar waar nodig te
ondersteunen.
Werkgeversheffing over hoge lonen
Als u dit jaar een werknemer in dienst heeft met een fiscaalloon hoger dan € 150.000 betaalt u in
2013 over het meerdere een heffing van 16%. Dit geldt uiteraard ook voor de dga die immers in
dienst is bij zijn eigen BV.
Mocht de werknemer voor meerdere bedrijven binnen hetzelfde concern werkzaam zijn dan
dienen alle lonen bij elkaar opgeteld te worden om vast te stellen of de drempel van € 150.000
wordt gehaald. Mocht dit zo zijn dan betaald de werkgever waar de werknemer het meest heeft
verdiend de extra heffing. Om ontlopen van deze maatregel te voorkomen heeft men
aangekondigd extra maatregelen te treffen om dit tegen te gaan.
Voorbeeld
In het geval een werknemer in 2012 een fiscaalloon heeft van € 180.000 betaalt de werkgever in
2013 een extra heffing van (€ 180.000 - € 150.000) * 16% = € 4.800. Dit bedrag is door de
werkgever verschuldigd en kan dus niet op de werknemer verhaald worden.
Let op: deze heffing is eenmalig en geldt dus niet voor het loon dat wordt verdiend in 2013.
Wellicht betekent dit dat het uitbetalen van een bonus of tantième beter in januari 2013 kan plaats
vinden in plaats van december 2012.
Afdrachtvermindering onderwijs
In het belastingplan 2013 waren complexe maatregelen opgenomen inzake de
afdrachtvermindering onderwijs. Deze maatregelen zijn echter inmiddels door het nieuwe kabinet
volledig teruggedraaid. Dit heeft niets te maken met administratieve lastenverlichting, maar alles
met het voornemen van het huidige kabinet om de afdrachtvermindering onderwijs met ingang
van 2014 volledig af te schaffen.
De afdrachtvermindering onderwijs zal vanaf 2014 worden vervangen door een subsidieregeling
waarvoor een bedrag van € 209 miljoen per jaar beschikbaar zal zijn (tegenover € 396 miljoen
voor de afdrachtvermindering onderwijs in 2013). Zeer waarschijnlijk zal deze subsidieregeling
niet meer via de loonadministratie verlopen.
Uniformering loonbegrip
Na vele jaren verdwijnt per 1 januari aanstaande eindelijk het onderscheid tussen het loon voor
de werknemersverzekeringen, het loon waarover loonbelasting betaalt moet worden en het loon
wat dient als grondslag voor de Zvw-bijdrage. Het zogenaamde uniforme loonbegrip wordt dan
ingevoerd.
Concreet heeft dit voor u een aantal gevolgen. De belangrijkste zijn:
- Over de bijtelling in verband met het privé gebruik auto van de zaak bent u vanaf komend
jaar als werkgever ook premies werknemersverzekeringen verschuldigd, voor zover uw
werknemer een loon geniet dat lager ligt dan het maximum SV-loon (ruim € 50.000 in
2012).
- De werknemer hoeft niet meer de verplicht de Zvw-bijdrage af te dragen en de werkgever
is niet meer verplicht dit aan de werknemer te vergoeden. De Zvw-bijdrage verdwijnt dus
van de loonstrook. De werkgever draagt deze bijdrage vanaf volgend jaar direct af aan
de Belastingdienst en de werknemer moet een hoger bedrag aan loonbelasting betalen.
Niemand gaat er dus op vooruit.
Hervorming ontslagrecht
In het regeerakkoord is bepaald dat het ontslagrecht wordt hervormd. Wat opvalt is dat de hoogte
van de ontslagvergoeding wordt gemaximeerd op € 75.000. Het financiële voordeel dat
werkgevers hebben door deze hervorming van het ontslagrecht wordt verrekend door verhoging
van de WW-premie. Bezien wordt de mogelijkheid om de WW-premie per werkgever te
differentiëren op basis van criteria van goed werkgeverschap.
De exacte uitwerking van deze maatregelen moet nog plaats vinden en het is nog onduidelijk of
en zo wanneer dit ingang vindt.
Verhoging wettelijk minimumloon per 1 januari 2013
De brutobedragen van het wettelijk minimumloon en het minimumjeugdloon stijgen 1 januari
2013. Het wettelijk bruto minimumloon (WML) voor werknemers van 23 jaar en ouder bij een
volledig dienstverband bedraagt per 1 januari 2013 € 1.469,40 per maand.
Levensloopregeling
In het Belastingplan 2013 is voorgesteld om de overgangsregeling voor de levensloopsaldi te
wijzigen. In het kort komt het voorstel op het volgende neer.
Indien het levensloopsaldo eind 2011 minder dan € 3.000 bedroeg, zal dit saldo begin 2013
verloond moeten worden. Praktisch zal dit waarschijnlijk inhouden dat banken waar deze
bedragen zijn gestald het zullen overmaken naar de laatst bekende werkgever. De werkgever zal
dit bedrag onder inhouding van loonheffingen aan de werknemer moeten uitkeren. Van het saldo
levensloop is echter slechts 80% belast. Indien een werknemer dus een saldo van € 100 bruto
heeft, hoeft slechts over een bedrag van € 80 belasting ingehouden te worden.
Werknemers met een saldo dat eind 2011 tenminste € 3.000 bedroeg, kunnen het saldo vanaf
2013 bestedingsvrij opnemen. De voorwaarde dat opname uitsluitend is toegestaan bij een
periode van verlof komt daarmee te vervallen. Indien de werknemer er voor kiest om in 2013 zijn
volledige saldo levensloop te laten uitkeren is slechts 80% van dit saldo belast. Hierbij wel de
opmerking dat de aangroei in 2012 voor 100% wordt belast. Dit uiteraard om te voorkomen dat
werknemers nu nog massaal in de levensloop gaan inleggen. Indien een werknemer besluit om
slechts een deel in 2013 op te nemen of het volledige saldo na 2013 op te nemen, zal het saldo
voor 100% in de heffing worden betrokken.