Financiële voordelen voor de werkgever bij het in dienst nemen (houden) van een werknemer met ‘Structureel Functionele Beperkingen’ (SFB of arbeidsgehandicapt) Het begrip 'arbeidsgehandicapt' is per 1 januari 2006 vervangen door 'persoon met ‘Structurele Functionele Beperkingen'. Dat is iemand die bij een van de volgende groepen hoort: een uitkering op grond van de WIA (WGA), WAO, Waz, Wajong of Ziektewet (alleen voor werkvoorzieningen) heeft, of iemand die naar het oordeel van het C.W.I. een SFB status heeft. Als uw nieuwe werknemer bij een van deze groepen hoort, komt u in aanmerking voor voorzieningen die het makkelijker maken om te reïntegreren. Niet alle voorzieningen zijn voor iedereen beschikbaar. Sommige hebben een beperktere doelgroep (bijvoorbeeld loondispensatie), andere juist een uitgebreidere (bijvoorbeeld de no risk polis en premiekorting). Bij elke voorziening wordt aangegeven wie er gebruik van kan maken. 1. No risk polis: Als een werkgever een gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer in dienst houdt of neemt, heeft hij recht op de ‘no risk polis’. Deze polis kan worden aangevraagd bij UWV. Deze polis geldt ook voor mensen die twee jaar ziek zijn geweest, minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn verklaard, niet langer bij hun voormalige werkgever in dienst kunnen blijven en bij een andere werkgever in dienst zijn getreden. De werknemer moet wel binnen vijf jaar weer aan het werk zijn. Hoe werkt de no risk polis? Als de gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer binnen vijf jaar na de WIA-keuring ziek wordt, krijgt de werkgever het loon dat hij moet doorbetalen gecompenseerd in de vorm van ziekengeld. En als deze werknemer onverhoopt twee jaar ziek blijft en dan opnieuw een arbeidsongeschiktheidsuitkering krijgt, telt dat niet mee voor de berekening van de gedifferentieerde WIA premie van de werkgever. Voorwaarde is wel dat de gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer niet al in dienst is gekomen bij de nieuwe werkgever in de laatste 13 weken vóór het einde van de tweejarige periode van ziekte. De no risk polis geldt maximaal vijf jaar; een eenmalige verlenging is mogelijk als de werknemer volgens UWV een aanzienlijk verhoogde kans op ziekte of arbeidsongeschiktheid heeft. Geldigheidsduur voor Wajongers tot 65e jaar! 2. Premiekorting: Als een werkgever een gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer in dienst houdt of neemt, kan hij in aanmerking komen voor premiekorting op de arbeidsongeschiktheids- en werkloosheidspremies. Deze korting bedraagt maximaal € 1.021,00 op het werkgeversdeel van de WWpremie en maximaal € 1.021,00 op de totale arbeidsongeschiktheidspremie. Deze bedragen zijn op jaarbasis. Zie overzicht hieronder! De kortingen kunnen worden toegepast zolang de dienstbetrekking duurt, maar voor maximaal 3 jaar. Ieder jaar worden de kortingen opnieuw vastgesteld. De premiekorting geldt ook voor mensen die twee jaar ziek zijn geweest, minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn verklaard, niet langer bij hun voormalige werkgever in dienst kunnen blijven en bij een andere werkgever in dienst zijn getreden. De werknemer moet wel binnen vijf jaar weer aan het werk zijn.Deze kortingsregeling wordt sinds 1 januari 2006 uitgevoerd door de Belastingdienst. De werkgever kan nu, als hij denkt aan de voorwaarden te voldoen, de kortingen zelf toepassen op de maandelijkse loonaangifte.Meer informatie is te krijgen bij UWV en bij de Belastingdienst. Note: De premiekortingen kunnen worden verstrekt, ongeacht type dienstverband en duur. Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Korting WIA/WAO premie Korting WW premie Indien tevens jonggehandicapt: € 1021 € 1021 € 1021 € 1021 € 1021 € 1021 Extra korting op WIA/WAO+WW 2 x € 680 = € 1360 2 x € 680 = € 1360 2 x € 680 = € 1360 In totaal kan de werkgever dus een financieel voordeel van € 6126 hebben. Betreft het een werknemer die onder de noemer jonggehandicapten valt dan kan dat op een voordeel uitkomen van € 6126 + € 4080 = € 10.206. Let op: Als de werknemer aanspraak heeft op minder dan 50% van het voor hem geldende wettelijk minimum(jeugd)loon, dan ontvangt de werkgever in plaats van € 1021 premiekorting, € 227 premiekorting. Deze situatie kan zich voordoen bij parttime contracten en/of loondispensatie. Het financiële voordeel is dan als volgt: Korting WIA/WAO premie Korting WW premie € 227 € 227 €2 27 € 227 € 227 € 227 Indien tevens jonggehandicapt: Extra korting op WIA/WAO+WW Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 2 x € 680 = € 1360 2 x € 680 = € 1360 2 x € 680 = € 1360 Totaal voordeel voor de werkgever bij een Wajonger, kan dan een korting van € 5442 opleveren. Onder voorbehoud van wijzigingen. Aan deze tekst zijn géén rechten te ontlenen. 3. Herplaatsing: Bij herplaatsing in een passende functie bij de eigen werkgever, een Premiekorting van € 1021 op de WIA premie en € 1021 op de WW premie. Maximaal 1 jaar, na de WIA-keuring. Bij minder dan 50% van het geldende WML in plaats van € 1021, € 227 premiekorting. 4. Proefplaatsing: De werkgever kan de arbeidsgeschikte werknemer ‘op proef’ in het arbeidsproces uitproberen, door een proefplaats voor maximaal drie maanden aan te bieden.Tijdens deze periode werkt de (gedeeltelijk) arbeidsgeschikte werknemer onbetaald op proef. De uitkering van de (toekomstig) werknemer loopt tijdens de proefplaatsing gewoon door. Om van UWV toestemming te krijgen voor een proefplaatsing, moet er reëel uitzicht zijn op regulier arbeidscontract voor ten minste zes maanden en voor hetzelfde aantal of meer uren dan voor de proefplaatsing is afgesproken. Uiteraard zal de werkzoekende tijdelijk in de ‘collectieve’ ongevallen- en wettelijke aansprakelijkheidsverzekering moeten worden ondergebracht. 5. Subsidie voor werkplekaanpassing: Een werkgever kan subsidie aanvragen bij UWV voor kosten die hij maakt voor werkplekaanpassingen en andere 'niet-meeneembare' voorzieningen om de werkplek geschikt te maken voor een gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer.Voorwaarde is wel dat de gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer een contract heeft van minimaal zes maanden, of met elkaar opvolgende contracten minimaal zes maanden in dienst is. Om voor subsidie in aanmerking te komen, moeten de kosten om de werknemer in dienst te houden of te nemen hoger zijn dan een bepaald drempelbedrag. Het drempelbedrag wordt bepaald op basis van een tweetal factoren: verdient de werknemer meer of minder dan 50% van het wettelijk minimumloon? En is er sprake van het in dienst nemen of in dienst houden van werknemer met structurele functionele beperkingen? Deze subsidieregeling geldt voor werkplekaanpassingen en andere voorzieningen van alle werknemers met een structurele functionele beperking, dus niet alleen voor werknemers die twee jaar ziek zijn geweest en bij een WIA-keuring gedeeltelijk arbeidsgeschikt zijn bevonden. 6. Jobcoach: Een gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer die wil reïntegreren maar daarbij extra begeleiding nodig heeft om zijn of haar werk te doen, kan hulp krijgen van een jobcoach. Een jobcoach heeft vooral een coachende en sturende functie. Dit zal vooral zinvol zijn als er verstandelijke of psychische belemmeringen zijn bij het uitvoeren van taken in de werksituatie. De jobcoach kan een (gedeeltelijk) arbeidsgeschikte werknemer in het eerste jaar voor maximaal 15% van de werkuren begeleiden, in het tweede jaar maximaal 7,5% en in het derde en volgende jaren maximaal 6% van de werkuren. 7. Loondispensatie: Wajongers en jonggehandicapten onder de achttien hebben in principe recht op hetzelfde loon dat een ander van hun leeftijd zou verdienen. Dat is in ieder geval het CAO-loon of het wettelijk minimumloon. Maar als een jonggehandicapte door zijn ziekte of beperking aanzienlijk minder presteert dan een ander, mag zijn werkgever hem tijdelijk minder betalen (maximaal vijf jaar lang, soms is verlenging mogelijk). De werkgever mag dit niet op eigen houtje doen, maar heeft toestemming nodig van het UWV. Daarvoor moet de werknemer of de werkgever een verzoek om loondispensatie indienen bij het UWV. De arbeidsdeskundige van het UWV of van het reïntegratiebedrijf, beoordeelt of er inderdaad sprake is van een duidelijk mindere arbeidsprestatie die verband houdt met de ziekte of handicap. Hij zegt ook hoeveel de werkgever dan wél moet betalen. Loondispensatie is vooral bedoeld om een mindere arbeidsprestatie aan het begin van een baan op te vangen. Maar uiteindelijk is het de bedoeling dat de werknemer zo goed ingewerkt raakt dat deze hetzelfde kan gaan verdienen als een andere werknemer. Alleen als dat echt niet mogelijk is, kan de werkgever langer voor loondispensatie in aanmerking komen. 8. Werkplekaanpassing: (eigen hulpmiddelen die meegenomen kunnen worden) Als de werknemer vanwege ziekte of een handicap hulpmiddelen of ondersteuning nodig heeft op de werkplek, kan voor de aanschaf daarvan aanspraak gemaakt worden op een vergoeding of toekenning in natura. Het gaat hier om persoonsgebonden voorzieningen die meegenomen kunnen worden als de werknemer bij een andere werkgever aan de slag gaat. Voorbeelden van werkplekaanpassing zijn aangepast vervoer van en naar het werk, een aangepaste stoel of de inschakeling van een doventolk. De werknemer kan zelf een aanvraag voor een werkplekaanpassing indienen bij UWV. Overigens is deze regeling ook beschikbaar voor alle werknemers die een structurele functionele beperking hebben , maar geen WIA-keuring bij UWV hebben aangevraagd. 9. Belastingkorting: Een werkgever die een werkloze jongere in dienst neemt en deze een opleiding aanbiedt kan m.i.v. 1-1-2004 een belastingkorting van € 1500 (info Belastingdienst) krijgen. 10. Premiekorting oudere werknemers: Een werkgever die na 1-1-2004 een 50 jarige of ouder in dienst neemt, hoeft hiervoor geen WIA-basispremie te betalen.Maandelijks aangeven op loonaangifte. Voor een 55 jarige en ouder, die reeds een dienstverband heeft, is er een korting op de basispremie van toepassing. Deze korting wordt ambtshalve toegekend. Onder voorbehoud van wijzigingen. Aan deze tekst zijn géén rechten te ontlenen.