Verwerkingsopdrachten Leren, Loopbaan & Burgerschap 3-4 ISBN 97890 8524 1232 Thema 19 Collectieve en individuele arbeidsovereenkomsten Verwerkingsopdrachten thema 19 Leren, Loopbaan & Burgerschap 3- 4 pagina 1 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Opwarmen en oriënteren Opdracht 1 Het doel van deze opdracht is dat je voorkennis over collectieve en individuele arbeidsovereenkomsten opfrist. Denk in een groepje na over de volgende vragen. 1 Als je gaat werken, krijg je een arbeidsovereenkomst. Wat denk je dat daar in staat? Noem vijf punten die daarin besproken worden. 2 Een vakbond regelt met werkgeversorganisaties ook allerlei zaken voor werknemers. Waarover maakt een vakbond afspraken? Noem vijf punten. Verwerkingsopdrachten thema 19 Leren, Loopbaan & Burgerschap 3- 4 pagina 2 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Herkennen en onderscheiden Opdracht 2 Het doel van deze opdracht is dat je de juiste betekenis van de begrippen en afkortingen uit dit hoofdstuk kent. Geef de juiste betekenis van de volgende begrippen door: het begrip in eigen woorden te formuleren; een voorbeeld te geven waarbij je het begrip toepast. 3 4 5 6 CAO sociale partners toeslagen individuele arbeidsovereenkomst Verwerkingsopdrachten thema 19 Leren, Loopbaan & Burgerschap 3- 4 pagina 3 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Begrijpen en toepassen Opdracht 3 Beantwoord de volgende vragen. Lees paragraaf 19.2 7 Een CAO geldt voor een hele beroepsgroep of bedrijfstak. Noem drie voorbeelden van beroepsgroepen of bedrijfstakken. 8 Een heel groot bedrijf heeft soms een eigen CAO. Welk bedrijf bijvoorbeeld? 9 Moet een bedrijf de afspraken uit de CAO precies opvolgen? 10 In opdracht 1 heb je vijf zaken genoemd waarover afspraken worden gemaakt in een CAO. In paragraaf 19.2.2 staan ook voorbeelden. Welke hiervan had jij nog niet genoemd? 11 Waarvoor bestaan er toeslagen? Welke gelden ook voor jouw toekomstige beroep? 12 Waarvoor krijg je bijzondere vrije dagen? 13 Van wie krijg je een exemplaar van de CAO als je een nieuwe baan krijgt? Opdracht 4 Beantwoord de volgende vragen. Lees paragraaf 19.3 14 Leg uit wat bedoeld wordt met: een individuele arbeidsovereenkomst moet voldoen aan de GAL-formule. 15 Wat is de bedoeling van een proefperiode? 16 Kan een werkgever een vaste aanstelling zomaar beëindigen? En een werknemer? 17 Noem drie verplichtingen van een werkgever en drie van een werknemer. Opdracht 5 Ga je in het onderwijs werken, lees dan paragraaf 19.4. Beantwoord de volgende vragen. 18 Wat is het RPBO? Wat staat er in? 19 Een onderwijsassistent valt onder het OOP. Wat wordt daarmee bedoeld? 20 Welke bepalingen zijn belangrijk voor het OOP en wat houden ze in? Verwerkingsopdrachten thema 19 Leren, Loopbaan & Burgerschap 3- 4 pagina 4 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Onderzoeken, uitvoeren en verdiepen Opdracht 6 Laat zien dat je je rechten als werknemer kent In Nederland zijn de van werknemers goed geregeld. Er is een CAO, en organisaties met meer dan 50 werknemers hebben een ondernemingsraad (OR) of medezeggenschapsraad (MR). In deze opdracht verzamel je informatie over je rechten als werknemer, wat betreft vakantiedagen, salarisopbouw, de taken van de OR of de MR, kinderopvang, individuele arbeidsovereenkomst. Je vindt deze opdracht en een beoordelingsformulier in opdracht 49 van het opdrachtenmagazijn LLB 3-4. Ga hiervoor naar: http://www.profi-leren.nl/files/cobm_llb_3_4_2010_2011.doc Verwerkingsopdrachten thema 19 Leren, Loopbaan & Burgerschap 3- 4 pagina 5 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp