Geschiedenis - Scholieren.com

advertisement
Tijdvak: Tijd van Pruiken en Revoluties
Periode: 1700 – 1800 n. Chr.
Maak een tijdbalk met 10 belangrijke gebeurtenissen:
1694 – 1778: Voltaire.
1715: Lodewijk XIV sterft.
1748: Montesquieu publiceert De l’esprit des lois.
1776: Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring.
1781 – 1787: Patriottenbeweging in de Republiek.
1787: Grondwet Verenigde Staten.
1789: Franse Revolutie ‘Verklaring van de rechten van de mens en burger’.
1793: Lodewijk XVI onthoofd.
1799 – 1815: Heerschappij Napoleon.
1815: Congres van Wenen.
Titel kenmerkend aspect: Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat
werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek en
sociale verhoudingen.
1
Omschrijf dit aspect aan de hand van een persoon / gebeurtenis /
ontwikkeling / afbeelding:
De wetenschappelijke revolutie uit de Tijd van regenten en vorsten had een
groot aantal ontdekkingen op natuurwetenschappelijk gebied gebracht.
Hierdoor geïnspireerd ging men ook op een meer wetenschappelijke wijze
nadenken over maatschappelijke verhoudingen. Filosofen wilden meer
uitgaan van het gezonde verstand, van de rede: het rationalisme. Door in hun
denken los te komen van het geloof en van de aanname dat de door God
gegeven samenleving ideaal was, wilden ze de samenleving verbeteren. In de
Verlichting bekritiseerde een aantal denkers (met name Voltaire) de kerk.
Ook maakte John Locke duidelijk dat iedereen voor de wet gelijk is en dat die
wetten ook voor de vorst gelden. In Engeland betaalden de adel en de
geestelijkheid belasting. Charles Montesquieu concludeerde dat het Engelse
model te prefereren viel boven de Franse situatie. In Engeland had namelijk
de volksvertegenwoordiging het recht om wetten te maken en goed te
keuren. Het Verlicht denken werd dus toegepast op alle terreinen van de
samenleving, om zo de samenleving te verbeteren.
Begrippen bij dit
aspect:
Dit begrip past erbij, omdat:
Ancien Régime
Dit de maatschappelijke ordening van de zeventiende en
achttiende eeuw was vóór de Franse Revolutie.
Sociale verhoudingen
Deze steeds meer onder druk kwamen te staan als gevolg
van de toenemende economische macht van de derde
stand: de burgerij eiste meer bestuurlijke invloed.
Rationalisme
Door middel van het rationalisme en rationalistisch
denken kon het rationeel optimisme toegepast worden
op alle terreinen van de samenleving.
Verlichting
Dit het gevolg was van het rationalistisch denken. In de
Verlichting wilden de mensen de samenleving
verbeteren.
Titel kenmerkend aspect: Voortbestaan van het Ancien Régime met
pogingen om het vorstelijke bestuur op eigentijdse, verlichte wijze vorm te
geven (verlicht absolutisme).
2
Omschrijf dit aspect aan de hand van een persoon / gebeurtenis /
ontwikkeling / afbeelding:
Koning Frederik de Grote van Pruisen nodigde vaak verlichte denkers en
leden van de Pruisische Academie van Wetenschappen uit in zijn paleis. Hij
discussieerde met hen over nieuwe maatschappelijke inzichten en
natuurwetenschappelijke ontdekkingen. Hij wilde daadwerkelijk de welvaart
en het welzijn van zijn volk verbeteren. Hij bevorderde wetenschappelijk
onderzoek en paste de verlichtingsideeën toe in het onderwijs. De
gezondheidszorg en de rechtspraak. Hij wilde de economie verbeteren.
Frederik de Grote was een echte verlichte despoot, voor wie de leuze gold
‘Alles voor het volk, maar niets door het volk’.
Begrippen bij dit
aspect:
Verlicht absolutisme
Dit begrip past erbij, omdat:
De vorsten pogingen deden om het bestuur op
eigentijdse, verlichte vorm te geven.
Ancien Régime
Het Ancien Regime voort bleef bestaan, maar dan wel
met pogingen tot verlicht absolutisme.
Verlichting, verlicht denken
Door het verlicht denken sommige vorsten zo hun
bestuur aanpasten dat het verlicht absolutisme ontstond.
3
Titel kenmerkend aspect: Uitbouw van de Europese overheersing, met
name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden transAtlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.
Omschrijf dit aspect aan de hand van een persoon / gebeurtenis /
ontwikkeling / afbeelding:
In de gebieden die de Spanjaarden al eerder in Amerika hadden veroverd,
hadden ze zich toegelegd op de landbouw en de mijnbouw. Toen in de
zeventiende eeuw de goud- en zilvermijnen uitgeput raakten, kregen de
koloniën in Amerika steeds meer het karakter van plantagekoloniën. In de
zeventiende eeuw veroverden ook Engeland, Frankrijk en de Republiek in
Amerika koloniën om er plantages te beginnen. Hiermee werd de Europese
overheersing uitgebouwd. De handelscompagnieën van Engeland, Frankrijk
en de Republiek namen een deel van de handel over de Atlantische Oceaan
over, ook van de slavenhandel: deze trans-Atlantische slavenhandel was zeer
winstgevend. Meningen over slavernij en slavenhandel zijn altijd al sterk
bepaald door economische berekening en door het denken over de
waardigheid van de mens. In de Verlichting werd de antislavernijbeweging
steeds sterker. In 1787 werd in Engeland de Vereniging voor de afschaffing
van de slavenhandel opgericht. Leider William Wilberforce en zijn
medestrijders werden abolitionisten genoemd, naar aanleiding van de
opkomst van het abolitionisme.
Begrippen bij dit
Dit begrip past erbij, omdat:
aspect:
Abolitionisme
Sommige mensen, waaronder William Wilberfort, tegen
de slavernij en de slavenhandel waren. Hij en zijn
medestanders werden abolitionisten genoemd.
Plantagekolonie
Hierop de slaven aan het werk werden gezet.
Trans-Atlantische
slavenhandel
Door de trans-Atlantische slavenhandel mensen vanuit
Afrika gehaald werden om te werken op
plantagekoloniën in Amerika.
4
Titel kenmerkend aspect: De democratische revoluties in westerse landen
met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en
staatsburgerschap.
Omschrijf dit aspect aan de hand van een persoon / gebeurtenis /
ontwikkeling / afbeelding:
In 1773 bepaalde de Britse regering dat dat kolonisten alleen thee mochten
kopen van de Britse Oost-Indische Compagnie. Leden van de geheime
organisatie Sons of Liberty gooiden honderden kisten thee van Engelse
schepen het water in. In 1775 kwam het tot een treffen tussen gewapende
opstandelingen en het Britse leger. Op 4 juli 1776 werd de
Onafhankelijkheidsverklaring aangenomen. De eerste democratische
revolutie was daarmee een feit. Tijdens de Amerikaanse revolutie leidde
George Washington een geïmproviseerd leger van kolonisten naar de
overwinning. In 1787 kwamen afgevaardigden van de dertien onafhankelijke
staten bijeen om een grondwet op te stellen. Deze werd nog aangevuld met
een Bill of Rights (grondrechten). Hiermee hadden de blanke burgers
staatsburgerschap.
Begrippen bij dit
Dit begrip past erbij, omdat:
aspect:
Democratische revolutie
Toen de Onafhankelijkheidsverklaring werd getekend, de
democratische revoluties echt een feit waren.
Grondrechten
De grondwet aangevuld werd met de Bill of Rights,
waarmee iedere burger grondrechten kreeg.
Staatsburgerschap
Na de democratische revoluties, de grondwet en
grondrechten er staatsburgerschap ontstond.
Amerikaanse revolutie
Atlantische revoluties
Grondwet
Franse Revolutie
Door de Amerikaanse revolutie Amerika onafhankelijk
werd en er een grondwet opgesteld werd.
Dit de revoluties waren waarbij in een grondwet de
macht van de vorst werd ingeperkt en de grondrechten
van de mens werden vastgelegd aan de weerszijden van
de Atlantische Oceaan.
Na de Amerikaanse revolutie de grondwet samengesteld
werd.
Deze revolutie ontstond vanwege de Nationale
Grondwetgevende Vergadering die een grondwet wilde,
maar Lodewijk XVI wilde dit niet.
5
thema Christendom
Kies een kenmerkend aspect dat past bij dit thema. Leg uit waarom.
Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle
terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek en sociale verhoudingen.
Omschrijf een gebeurtenis die past bij dit thema. Leg uit waarom.
Door een groot aantal ontdekkingen op natuurwetenschappelijk gebied
geïnspireerd ging men ook op een meer wetenschappelijke wijze nadenken
over de maatschappelijke verhoudingen. Filosofen wilden meer uitgaan van
het verstand. Door in hun denken los te komen van het geloof en van de
aanname dat da door God gegeven samenleving ideaal was, wilden ze de
samenleving verbeteren. In de Verlichting bekritiseerde een aantal denkers
dan ook de kerk. Deze gebeurtenis, de Verlichting, past bij thema
christendom, omdat filosofen de kerk bekritiseerden en zich los maakten van
God. Ook stopten ze met het geloven in het feit dat de door God gegeven
samenleving ideaal was en gingen ze zelf nadenken.
6
Download