Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie

advertisement
Thema:
Rechtstaat en democratie.
Geschiedenis van de rechtstaat en de
parlementaire democratie
1
1
Inleiding
Inleiding
Centrale vraag: hoe heeft het Nederlandse bestuurssysteem zich in de loop der tijd
ontwikkeld?
2
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
Inleiding
Hoe heeft het Nederlandse bestuurssysteem zich ontwikkeld tussen 1581 en 1848?
3
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek
Hoe werkte het bestuurssysteem van de Republiek?
4
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
4
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek
De Nederlanden waren van 1477 tot 1581 onderdeel van het Habsburgse rijk van Karel V en
later Filips II.
Tachtigjarige oorlog (de opstand). 1568 – 1648 (1609 – 1621 bestand)
In 1581 Plakkaat van Verlatinghe. Zeer vernieuwend omdat daar in stond dat de regering er
voor de burgers is en niet andersom.
5
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
5
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek
6
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
6
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek
Opstand had 3 oorzaken; privileges, godsdienst, geld.
Men was in wezen particularistisch. Filips II was centralistisch.
7
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
7
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek
Bestuur Republiek: Staten-Generaal (Buit. Pol en defensie), Stadhouder (vaak een Oranje),
Raadspensionaris. In de praktijk vaak polderen.
Holland was het rijkst en machtigst
Vanaf 1579 (UvU) vrijheid van geweten
Calvinisme (hervormd/Gereformeerd) was de 8staatsgodsdienst. Heeft ook democratiserend
gewerkt: volgens Calvijn mocht de overheid zich niet met de kerk bemoeien en iedereen
moest de bijbel bestuderen.
Bestuur was in handen van regenten. Een paar rijke families die elkaar baantjes toespeelden.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
8
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.2 De democratische revolutie
(Welke opvattingen hadden 17e en 18e eeuwse denkers over de relatie tussen staat
en onderdanen en welke veranderingen vonden plaats in het Nederlandse bestuur
tussen 1781 en 1813)
1789 Franse revolutie.
1795 Bataafse Revolutie. Regenten geven macht af aan revolutionaire comités.
9 troepen die ons land binnenvielen.
Deze comités werden gesteund door Franse
Deze revolutie begon gestalte te krijgen rond 1775. Werd gevoed door de ideeen
van de Verlichting. Vanaf ca. 1760 ideeën van Verlichting in de Republiek. (Locke,
Montesquieu, Rousseau).
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
9
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.2 De democratische revolutie
Democratische ideeën extra impuls door Amerikaanse democratische revolutie
(1775-1783). Voor het eerst was er volkssoevereiniteit.
1781 Aan het Volk van Nederland van Joan Derk van der Capellen tot den Pol.
Aanzet tot democratische verzetsbeweging. Noemen zich patriotten. Vooral tegen
stadhouder.
Patriotten nemen de macht over in grote delen van de Republiek.
10
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
1
0
•
"Verzamelt U elk in Uw steden en ten plattelande in Uw dorpen. Komt vreedzaam
bijeen, en kiest uit Uw midden een matig aantal goede, deugdzame, vrome
mannen; kiest goede patriotten, waarop gij vertrouwen kunt. Zendt dezen als Uw
gecommitteerden naar die plaatsen, waar de Staten van Uw verschillende
provincies vergaderen en beveelt hun, dat zij zodra mogelijk bij elkander komen om
uit naam en op het gezag dezer natie, met en naast de Staten van elke provincie
een nauwkeurig onderzoek te doen naar de redenen van de verregaande
traagheid en slapheid waarmee de bescherming van het land tegen een geduchte
en vooral actieve vijand wordt behandeld. Beveelt hun verder, dat zij insgelijks met
en naast de Staten der bijzondere provinciën een raad voor Zijne Hoogheid kiezen,
en hoe eerder hoe liever al zulke middelen helpen beramen en in het werk stellen
als tot redding van het benauwde vaderland dienstig zullen worden geoordeeld.
Laaten uwe gecommitteerdens u lieden van tyd tot tyd, door middel der drukpers,
in het publiek openlyk verslag doen van hunne verrigtingen. Zorg voor de vryheid
der drukpers, want zy is de eenige steun van u lieder nationaale vryheid. Als men
niet vry tot zyne medeburgers kan spreeken, nog hen by tyds waarschouwen, dan
valt het den onderdrukkeren des volks zeer gemakkelyk hunne rol te speelen:
hierom is het, dat zy, wier gedrag geen onderzoek kan lyden, altyd zo teegen de
vryheid van schryven en drukken yveren, en wel gaarne zouden zien, dat niets
gedrukt en verkogt wierd zonder permissie."
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.2 De democratische revolutie
1786 vlucht stadhouder Willem V naar Nijmegen. De vrouw van Willem V wordt
gearresteerd en haar broer, de koning van Pruisen, valt de Republiek binnen. De
meeste patriotten vluchten naar Frankrijk.
14
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
1
4
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.2 De democratische revolutie
Begin 1795 keren de patriotten terug uit Frankrijk met het Franse leger van
Napoleon. De stadhouder vlucht naar Engeland. De Bataafse Republiek wordt
uitgeroepen. Iedereen gelijk voor de wet en godsdienstvrijheid.
1798 1e Nederlandse grondwet (eenheidstaat, algemeen mannenkiesrecht).
15
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
1
5
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.2 De democratische revolutie
1799 slag bij Bergen
1801 greep Napoleon in en beperkte de macht vh parlement en voerde census
kiesrecht in.
1805 Napoleon dictator
1806 stichting koninkrijk Holland met Louis
Napoleon Bonaparte als koning
1810 onderdeel van het Franse Koninkrijk
16
1813 bevrijd door Britse en Russische troepen
Vanaf dan Koninkrijk der Nederlanden
Vanaf 1830 zonder België
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
1
6
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.3 Het Koninkrijk der Nederlanden
(Hoe werkte het Nederlandse bestuurssysteem tussen 1813 en 1848 en hoe
ontstond de liberale stroming?)
Onder koning Willem I (stadhouder willem-frederik) werd het Koninkrijk een
constitutionele monarchie. Geen macht voor parlement. 1815 grondwet.
Koning vanaf 1813 en tot 1830 inclusief België
17
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
1
7
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.3 Het Koninkrijk der Nederlanden
Pas vanaf 1840, als de welvaart groeit, verlangen naar terugkeer vd democratie
onder de rijkere ontwikkelde middenklasse.
Ze noemden zich de liberalen en werden de eerste politieke stroming.
Ze wilden met name vrijheid van meningsuiting, vergadering en vereniging.
Iedereen moest voor de wet gelijk zijn
18
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
1
8
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.4 De grondwet van 1848
(Wat werd in 1848 in de grondwet gewijzigd en welke rol speelde Thorbecke
daarbij?)
In 1830 scheidde België zich af van het Koninkrijk der Nederlanden.
Oorzaken: industrialisatie (daardoor sterke liberale burgerij) en katholiek.
1840 volgde Willem II (1792-1849) zijn vader op.
19
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
1
9
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.4 De grondwet van 1848
Thorbecke vond dat niet participeren in het land leidde tot achterstand.
Hij vond dat burgers inspraak moesten hebben op het bestuur. Dan zouden
ze zich ook voor hun land gaan inzetten.
Periode 1845-1848 overal in Europa problemen. En in 1848 op veel plekken
revoluties
20
Willem II was bang en gaf Thorbecke opdracht
een moderne grondwet te
schrijven.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
0
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.4 De grondwet van 1848
Dat deed hij:
Tweede kamer gekozen door de burgers
Eerste kamer door de prov. Staten
Ministeriele verantwoordelijkheid
Koning was onschendbaar
Alle burgers kregen grondrechten (vrijheid van godsdienst, meningsuiting etc)
21
Geen algemeen kiesrecht, maar censuskiesrecht
(10% van de mannen).
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
1
Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848)
1.4 De grondwet van 1848
Willem II had spijt maar stierf.
Willem III (1817-1890) probeerde meer macht te krijgen, maar dit mislukte
22
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
2
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
Intro
Deelvraag van dit hoofdstuk:
Hoe heeft het Nederlandse bestuurssysteem zich ontwikkeld tussen 1848 en 1919?
In deze periode grote veranderingen. Het ontstaan van partijen en stromingen en
de aanloop naar algemeen kiesrecht.
23
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
3
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.1 Het liberale tijdperk
(Hoe werkte het parlementaire stelsel tussen 1848 en 1919?)
Na 1848 was de 2e kamer een keurige aangelegenheid waar de leden
onafhankelijk voor het belang van het land streden en niet voor hun achterban.
Er waren nog geen partijen. Er waren wel liberale, katholieke, protestantse en
conservatieve Kamerleden (verschillende beginselen).
24
Dat kwam door het districtenstelsel. Elk district mocht 1 kamerlid kiezen. Er waren
weinig tegenstellingen, want de kamer zat vol rijke burgers.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
4
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.1 Het liberale tijdperk
In de 2e helft van de 20e eeuw ontwikkelde Nederland zich tot een industriële
samenleving.
In die samenleving groeide de invloed van de gewone man. Met name
confessionelen en socialisten begonnen op te komen voor de belangen van deze
gewone man.
Soc. met name arbeidersklasse.
25
Zo groeide onvrede.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
5
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.2 De confessionelen
(Hoe ontstonden de confessionele politieke stromingen?)
De eerste politieke partij in NL was de ARP (tegen de revolutie). Deze partij werd
opgericht door Abraham Kuyper en ontstond uit de protestantse politieke stroming.
26
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
6
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.2 De confessionelen
Kuyper raakte in conflict met de liberalen.
Liberalen wilden dat alle kinderen naar het openbaar onderwijs gingen om ze op te
leiden tot goede burgers. Kuyper wilde kinderen tot “godvrezende christenen”
opleiden.
Dat mocht ook, er was vrijheid van onderwijs, maar deze scholen kregen geen geld
27
van de overheid.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
7
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.2 De confessionelen
In 1878 werden de kwaliteitseisen verhoogd en kwam er extra geld voor het
onderwijs.
Kuyper wilde dat ook, maar was alleen in de Kamer. Hij ging het land in om de
massa te mobiliseren, maar faalde.
Hij kwam tot de conclusie dat de protestanten zich moesten verenigen in een
isolement. Met eigen kerken, scholen, vakbonden etc.
28
Hij stichtte de gereformeerde kerk en de VU en de eerste pol. Partij van Nederland
de ARP.
Hij speelde vaak ook op de emotie.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
8
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.2 De confessionelen
De katholieken gingen samenwerken met de protestanten in de schoolstrijd.
Schaepman wilde de politiek gebruiken om de katholieken te emanciperen.
Bovendien wilde hij de kath. arbeiders binden. 1916 KVP opgericht
29
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
2
9
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.3 De socialisten
(Hoe ontstond de socialistische politieke stroming?)
Rond 1870 crisis en armoede in NL. De sociale kwestie genoemd.
Arbeiders waren niet vertegenwoordigt inde politiek.
Mede daardoor werden steeds meer arbeiders geïnteresseerd in het socialisme
30
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
0
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.3 De socialisten
In 1881 de marxistische Sociaaldemocratische bond opgericht. Met Ferd. Domela
Nieuwenhuis.
Deze werd later anarchist.
In 1894 oprichting van de SDAP door PJ Troelstra. Onderdeel van de reformisten;
klassenstrijd zal gewonnen worden door proletariers, maar tot die tijd proberen de
31
omstandigheden te verbeteren.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
1
Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919)
2.4 Naar het algemeen kiesrecht
(Hoe kwam het algemeen kiesrecht tot stand?)
Sinds 1848 was er veel veranderd.
1917 grondwetswijziging: openbaar en bijzonder onderwijs gelijkgesteld, algemeen
mannenkiesrecht, stelsel van evenredige vertegenwoordiging ipv districtenstelsel.
1919 vrouwenkiesrecht
32
1922 eerste verkiezingen.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
2
Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw
(Hoe hebben de rechtstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen
1920 en 1980?)
33
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
3
Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw
3.1 Verzuiling en crisis
(Hoe hebben de rechtstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen
1920 en 1945?)
Bij verkiezingen in deze periode altijd een meerderheid voor de conf. partijen
Nederland was verzuild. Zuilen staan los van elkaar maar steunen de NL staat. Het
gebouw is de staat.
Pas in 1939 SDAP in de regering
34
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
4
Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw
3.1 Verzuiling en crisis
In interbellum crisis. Overal totalitaire bewegingen
Opkomst communisten, fascisten en nat-socialisten, Franco in Spanje.
Belangrijkste politicus was ARP-man, Colijn 1869 - 1944
35
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
5
Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw
3.2 Naoorlogse zekerheid
(Hoe hebben de rechtstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen
1945 en 1965?)
Na de oorlog, wederopbouw.
Koude Oorlog.
1946 PVDA, 1948 VVD
36
Opbouw verzorgingsstaat. De staat moet de burgers helpen en armoede bestrijden.
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
6
Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw
3.3 Ontzuiling en verdere democratisering
(Hoe hebben de rechtstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen
1965 en 1980?)
Jaren ’60 groeiende welvaart.
Secularisering.
Provo (1965 - 1967)
37
1966 oprichting D66 o.a. herinvoering districtenstelsel.
1977 CDA
Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie
3
7
Download