www.vgn.org nummer jaargang 8 ARBEIDSZAKEN 4 / december 2004 Wij wensen al onze lezers alvast fijne feestdagen en een uitstekend 2005 ! VGN Actueel Arbeidszaken wordt samengesteld door de afdeling Werkgeverszaken van de VGN. In VGN Actueel Arbeidszaken wordt u op de hoogte gehouden van het nieuws op het terrein van arbeidsvoorwaarden en arbeidsmarkt. Arbeidsvoorwaarden Inhoud Verlof bij feestdagen Arbeidsvoorwaarden: - Verlof bij feestdagen 1 - Bereikbaarheid CAO-helpdesk Werkgeverszaken in de periode Kerst en Oud&Nieuw 2 - Wijziging openingstijden CAO-helpdesk 2 - Loongrens Ziekenfonds 2005 vastgesteld 2 - Overgangsbepalingen MEE’en in CAO-boekje Gehandicaptenzorg 2004 2 - Errata CAO-boekjes 3 - Sociaal akkoord bereikt: geen acties 3 - Pensioenpremie 2005 4 - IZZ premieoverzicht 2005 4 Arbeidsmarkt / Sociale zekerheid: - Ziekteverzuim Gehandicaptenzorg daalt verder 4 - Parameters Pemba 2005 4 - Wijziging regeling procesgang eerste ziektejaar 6 - Doorstroomsubsidie VWS voor AMI-banen verwacht 6 - Verruiming scholing bij werkloosheid 7 Actuele vraag: - Geldt er in 2004 ook een eindejaarsuitkering? 7 Wetgevingskalender 9 Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) Oudlaan 4 Postbus 413 3500 AK Utrecht T (030) 273 93 00 F (030) 273 93 87 In artikel 8:22 CAO Gehandicaptenzorg is het verlof bij feestdagen geregeld. Dit artikel maakt onderscheid tussen werknemers die wel en werknemers die niet werkzaam zijn in een rooster met wisselende diensten. Werknemers die niet werkzaam zijn in een rooster met wisselende diensten Werknemers die niet werkzaam zijn in een rooster met wisselende diensten hebben recht op verlof met behoud van salaris op de feestdagen zoals genoemd in artikel 1:1 sub g CAO Gehandicaptenzorg. Dit betekent dat indien de werknemer normaal gesproken zou moeten werken op een dag waarop nu een feestdag valt, de werknemer recht heeft op verlof met behoud van salaris. De omvang van het verlof is hierbij gelijk aan het aantal uren dat de werknemer op die dag zou werken. Het betekent dat indien een werknemer nooit hoeft te werken op bijvoorbeeld een maandag, en een feestdag op een maandag valt, de werknemer geen recht heeft op verlof met behoud van salaris. Voor werknemers werkzaam in een werktijdenregeling of vast rooster zal het derhalve afhankelijk zijn van de voor hen geldende arbeidstijdenregeling of en voor hoeveel uren zij recht hebben op feestdagenverlof. Een voorbeeld: 1 VGN 1Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 Een werknemer met een parttime dienstverband van 50% (18 uur per week) werkt op maandag, dinsdag en woensdag. Dit jaar vallen beide Kerstdagen en Nieuwjaarsdag in het weekend. Op grond van artikel 8:22 lid 1 CAO Gehandicaptenzorg heeft de werknemer voor deze feestdagen geen recht op verlof aangezien de werknemer nooit in het weekend werkt. Werknemers werkzaam in een rooster met wisselende diensten Artikel 8:22 lid 3 CAO Gehandicaptenzorg geeft aan dat de werknemer, die werkzaam is in een rooster met wisselende diensten, voor elke feestdag genoemd in artikel 1:1 sub g CAO Gehandicaptenzorg welke niet op zaterdag of zondag valt, recht heeft op compensatie van 7,2 uur per dag. Dit recht op compensatieverlof bestaat ongeacht of de werknemer op die dag moet werken of niet. Voor parttimers die werkzaam zijn in een rooster met wisselende diensten geldt deze regeling naar rato van de omvang van hun dienstverband. Zoals blijkt uit het voorgaande komen alleen doordeweekse feestdagen in aanmerking voor compensatie. Dit betekent dat er in 2004 geen recht bestaat op verlof op eerste en tweede Kerstdag en Nieuwjaarsdag aangezien deze dagen allemaal in het weekend vallen. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de CAO-helpdesk, tel. (030) 273 97 19 (ma. t/m vrij. van 09.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 16.00 uur) of via e-mail: [email protected] (s.v.p. met vermelding van het telefoonnummer waarop u te bereiken bent). Bereikbaarheid CAO-helpdesk Werkgeverszaken in de periode Kerst en Oud&Nieuw De CAO-helpdesk Werkgeverszaken is op vrijdag 2 24 december en vrijdag 31 december 2004 de gehele dag gesloten. Wijziging openingstijden CAOhelpdesk Vanaf 1 november jl. is de CAO-helpdesk Werkgeverszaken ook op vrijdag geopend. De openingstijden van de CAO-helpdesk wijzigen hiermee, waardoor deze voortaan op de volgende tijden geopend is: Maandag tot en met vrijdag van 9.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 16.00 uur Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de CAO-helpdesk, tel. (030) 273 97 19 (ma. t/m vrij. van 09.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 16.00 uur) of via e-mail: [email protected] (s.v.p. met vermelding van het telefoonnummer waarop u te bereiken bent). Loongrens Ziekenfonds 2005 vastgesteld In VGN Actueel Arbeidszaken (nr. 7) heeft u kunnen lezen dat het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) geadviseerd heeft de hoogte van de loongrens voor de Ziekenfondswet voor 2005 vast te stellen op € 33.000,(2004: € 32.600,-) en het maximumpremiedagloon op € 114,- (2004: € 113,-). Inmiddels kunnen wij u berichten dat de loongrens en het maximumpremiedagloon definitief zijn vastgesteld op genoemde bedragen. Voor meer informatie over de loongrens Ziekenfondswet verwijzen wij u naar VGN Actueel Arbeidszaken nr. 7. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de CAO-helpdesk, tel. (030) 273 97 19 (ma. t/m vrij. van 09.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 16.00 uur) of via e-mail: [email protected] (s.v.p. met vermelding van VGN 2Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 het telefoonnummer waarop u te bereiken bent). Overgangsbepalingen MEE’en in CAO-boekje Gehandicaptenzorg 2004 Bij de CAO-helpdesk Werkgeverszaken komen regelmatig vragen binnen over de artikelen 16:5 t/m 16:30 CAO Gehandicaptenzorg. Om verwarring te voorkomen willen wij u erop wijzen dat deze artikelen uitsluitend van toepassing zijn op MEE’en (voorheen SPD’en). Sinds 31 juli 2002 vallen de MEE’en onder de CAO Gehandicaptenzorg (voorheen vielen de MEE’en onder de CAO Welzijn). Hiervoor is aantal overgangsbepalingen in het leven geroepen. Tot 1 januari 2004 hadden de MEE’en een eigen CAO-boekje waarin deze overgangsbepalingen waren opgenomen. Met de komst van de CAO Gehandicaptenzorg 2004 zijn deze overgangsbepalingen opgenomen in het CAO-boekje van de CAO Gehandicaptenzorg. U vindt deze overgangs-bepalingen in hoofdstuk 16 van de CAO Gehandicaptenzorg (artikelen 16:5 tot en met 16:30). Let op: deze overgangsbepalingen zijn dus uitsluitend van toepassing op MEE’en. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de CAO-helpdesk, tel. (030) 273 97 19 (ma. t/m vrij. van 09.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 16.00 uur) of via e-mail: [email protected] (s.v.p. met vermelding van het telefoonnummer waarop u te bereiken bent). Errata CAO-boekjes Inmiddels is de CAO Gehandicaptenzorg 2004 als boekje verschenen. Helaas is de tekst van artikel 4:22 lid 2 sub c niet conform de 3 afspraken die CAO-partijen hierover hebben gemaakt, overgenomen in het CAO-boekje. Hieronder vindt u alsnog de volledige tekst van artikel 4:22 lid 2 sub c: Bij de toepassing van het hiervoor bepaalde geldt tenminste het eerste bedrag van de functionele salarisschaal die voor de werknemer geldt (aanloopschaal indien de werknemer in een aanloopschaal was ingeschaald voorafgaand aan de herindeling, de functionele schaal indien de werknemer in een functionele schaal was ingeschaald voorafgaand aan de herindeling). Bij de vaststelling van het salaris geldt voor de werknemer die de leeftijd van 22 jaar nog niet heeft bereikt, het in de jeugdsalarisschaal bij zijn leeftijd vermelde bedrag. Komt het salaris, dat voor de werknemer, die de leeftijd van 22 jaar nog niet heeft bereikt, direct voorafgaand aan het besluit tot herindeling gold, niet voor in een jeugdsalarisschaal, dan geldt hetzelfde dan wel het naast hogere bedrag van de salarisschaal. NB op de Cd-rom staat wel de goede tekst. Op pagina 23 van het nieuwe CAO-boekje staan de salarisbedragen van de CAO Gehandicaptenzorg 2004. Onderaan deze pagina wordt het wettelijk minimumloonbedrag per 1 januari 2004 genoemd. Dit bedrag is echter niet juist. Het wettelijk minimumloon bedraagt inmiddels € 1.264,80. Sociaal Akkoord bereikt: geen acties Wellicht ten overvloede melden wij u dat het kabinet, de centrale werkgevers- en werknemersorganisaties in de nacht van vrijdag 5 op zaterdag 6 november jl. een sociaal akkoord hebben bereikt. Door dit akkoord, dat nog wordt voorgelegd aan de respectievelijke achterbannen, zijn de acties in de zorgsector opgeschort. Het akkoord bestaat uit een verklaring van het kabinet en een verklaring van de partijen van de Stichting van de Arbeid (te weten: de centrale werkgevers- en werknemersorganisaties). VGN 3Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 Belangrijkste punten van het sociaal akkoord zijn: - de uiterste terughoudendheid van sociale partners, ten aanzien van de loonontwikkeling - een nieuw fiscaal stelsel voor prépensioen en levensloop; dit houdt de feitelijke afschaffing van het prepensioenstelsel in, maar biedt tegelijkertijd, via de nieuwe levens-loopregeling en verhoogde ouderdomspensioenopbouw, mogelijkheden om een alternatieve vorm van kapitaalopbouw voor bepaalde doelen te realiseren. - het beperken van de loondoorbetaling bij ziekte tot een maximum van 170% over 2 jaar; dat biedt de mogelijkheid om als decentrale sociale partners afspraken te maken over de verdeling van dit percentage over 2 jaar. Dus niet alleen de mogelijkheid van 100% in het eerste jaar en 70% in het tweede, maar bijvoorbeeld ook 90% in het eerste jaar en 80% in het tweede jaar. Dit onderwerp zal aan de orde komen tijdens de komende CAOonderhandelingen in onze branche. Het hiermee gelijklopende wetsvoorstel BALTZ, dat handelt over de gevolgen van aanvullen in het tweede ziektejaar, wordt ingetrokken. - afspraken over de wijzigingen in de WAO; het gaat daarbij om de voorwaarden van intrekken van de Pemba, de doelgroep van WAO-ers die worden afgeschaft etc. - de wijze waarop zal worden omgegaan met wijzigingen in de WW en de rol van de SER daarbij. Meer informatie over de inhoud van het akkoord kunt u vinden op de website www.stichtingvandearbeid.nl. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer J.J.L. Pepers, senior beleidsmedewerker arbeidsvoorwaarden tel. (030) 273 97 24 of e-mail: [email protected]. 4 Pensioenpremie voor het jaar 2005 Onderstaand treft u de premieverdeling werkgever-werknemer PGGM aan. Daarnaast vindt u enkele basisgegevens, die met ingang van 1 januari 2005 van toepassing zijn. Bij de berekening van de premieverdeling zijn wij uitgegaan van de totale premieverdeling 4852, zoals die in het CAO-akkoord voor 2004 door de sociale partners is overeengekomen. In het akkoord is de premiestijging voor 2005 herbevestigd, op basis van 50-50 te verdelen tussen werkgever en werknemer. Omschrijving basisgegevens Premie Ouderdomspensioen en Partnerpensioen Premie FLEX-pensioen Premie Arbeidsongeschikteidspensioen (AP) AOW-franchise (in €’s) Salarisafhankelijke franchisegrens (in €) AP-franchise (23 jaar en ouder) (in €) Kortingspercentage voor werknemers jonger dan 25 jr. Leeftijdsafhankelijke AP-franchise 22 jaar 21 jaar 20 jaar 19 jaar 18 jaar 17 jaar 16 jaar 15 jaar 2004 13,6% 2005 18,8% 5,4% 3,3% 4,9% 2,0% 13.858,16.982,- 13.858,16.982,- 16.292,- 16.292,- --- --- 2004 2005 € 13.848,€ 11.811,€ 10.019,€ 8.553,€ 7.412,€ 6.435,€ 5.620,€ 4.888,- € 13.848,€ 11.811,€ 10.019,€ 8.553,€ 7.412,€ 6.435,€ 5.620,€ 4.888,- Premieverdeling voor het jaar 2005 Werkgevers VGN 4Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 Werknemers Totaal OP 9,25% S – 4,35% F Aow 14,45% (S – F Aow) 18,8% (SF AOW) (2004: 13,6%) Aanvullende vergoedingen, pakket 1 Aanvullende vergoedingen, pakket 2 Extra vergoedingen Klasseverzekering FLEX (2004: 6,69%S + 1,29% F Aow) (2004: 12,31% (S-F AOW) AP 1,00% (S-F Ap) (2004: 1,65%) 1,00% (S-F Ap) (2004: 1,65%) 4,9% S (2004: 5,4%) 2% (S-F Ap) (2004: 3,3%) S = Salaris waarover pensioenpremie wordt betaald F Aow = Salarisafhankelijke AOW-franchise F Ap = Leeftijdsafhankelijke AP-franchise Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer A.A.A.J. Groenendijk, senior beleidsmedewerker arbeidsvoorwaarden, tel. (030) 273 93 36 of e-mail: [email protected] IZZ premieoverzicht 2005 Basis aanvullende 2005 € 91,20 € 18,85 5 € 14,25 € 18,75 € 18,25 € 6,00 € 5,25 € 6,00 € 5,25 De hoogte van de nominale ziekenfondspremie wordt in december door de uitvoerende verzekeraar vastgesteld. De door de overheid vastgestelde premies en bijdragen voor 2005 luiden: Polis Standaardpakket Studentenstandaardpakket, 20Studentenstandaarpakket, 20+ Wettelijke bijdragen MOOZ/WTZ 20Wettelijke bijdragen MOOZ/WTZ, 20-64 Wettelijke bijdrage MOOZ, 65+ 2005 € 142,00 € 15,30 € 0,00 Was € 152,00 € 15,30* € 0, 00* € 22,25 € 21,40 € 44,50 € 8,64 € 42,80 € 8,00 * Reële premie in combinatie met wettelijke bijdragen berekenen Onderstaand treft u de nieuwe ziektekostenpremies IZZ aan. Over de werkgeversbijdrage, zoals die op 1 januari 2004 is vastgesteld, zijn nog geen gewijzigde afspraken gemaakt. Deze afspraken blijven voor 2005 vooralsnog onveranderd. Hierbij gaat het om de volgende werkgeversbijdragen: - voor de basis aanvullende regeling € 9,per maand; - voor de regeling basisvergoedingen € 57,98 per maand; - voor de studenten-standaardpakketpolis jonger dan 20 jaar € 13,24 per maand en vanaf 20 jaar € 15,44 per maand. Regeling Basisvergoedingen € 14,50 Was € 84,50 € 18,25 Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer A.A.A.J. Groenendijk, senior beleidsmedewerker arbeidsvoorwaarden, tel. (030) 273 93 36 of e-mail: [email protected] Arbeidsmarkt / Sociale zekerheid Ziekteverzuim gehandicaptenzorg daalt verder In het derde kwartaal van 2004 is het ziekteverzuim in de gehandicaptenzorg wederom gedaald. Het verzuim, exclusief zwangerschap, bedroeg in het derde kwartaal 2004 5,4% ten opzichte van 5,6% in het vergelijkbare kwartaal in 2003. Hiermee is het ziekteverzuim minder hard gedaald dan in voorgaande maanden. Wel is de meldingsfrequentie wederom VGN 5Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 afgenomen. Een groot deel van het verzuimpercentage wordt veroorzaakt door langdurig ziekteverzuim. Het verzuimpercentage in de duurklasse 43 t/m 365 dagen is 3,6% in het derde kwartaal 2004, met een meldingsfrequentie van 0,07%. Dit is 65,5% van het totale ziekteverzuim. In het vergelijkbare kwartaal in 2003 bedroeg het verzuim in deze duurklasse 3,8%, met eveneens een meldingsfrequentie van 0,07%. Ook in de zorgsector als geheel is het ziekteverzuim in het tweede kwartaal van dit jaar gedaald; van 5,2% in het derde kwartaal 2003 naar 5,0% in het derde kwartaal 2004. Het verzuim in de gehandicaptenzorg is hiermee even snel gedaald als dat in de totale zorgsector. Zie voor de verzuimcijfers het overzicht in de onderstaande bijlage. Voor meer informatie kunt u terecht op de website www.vernet.nl. Wilt u meer informatie, dan kunt u contact opnemen met de heer H.A. Bertijn, beleidsmedewerker arbeidsmarkt, tel. (030) 273 96 98, e-mail: [email protected]. Verzuimcijfers derde kwartaal 2004 Gehandicaptenzorg Vergelijking 3e kwartaal 2004 met het 3e kwartaal 2003 Bron Vernet, Peilstation ziekteverzuim Tabel 1.1 verzuim naar geslacht, exclusief zwangerschap 3e kwartaal 2004 VP* MF** 3e kwartaal 2003 VP* MF** mannen vrouwen 4,9 5,6 1,10 1,15 5,0 5,9 1,16 1,23 totaal 5,4 1,14 5,6 1,22 Zorgsector totaal Vergelijking 3e kwartaal 2004 met het 3e kwartaal 2003 Bron Vernet, Peilstation ziekteverzuim 6 Tabel 1.1 verzuim naar geslacht, exclusief zwangerschap 3e kwartaal 2004 VP* MF** 3e kwartaal 2003 VP* MF** mannen vrouwen 3,9 5,3 1,07 1,22 4,0 5,6 totaal 5,0 1,19 5,2 1,11 1,30 1,27 © VERNET verzuimnetwerk * VP = Verzuimpercentage **MF = Meldingsfrequentie Parameters Pemba 2005 De parameters op basis waarvan het UWV voor elke instelling de Pemba-premie voor 2005 berekent, zijn intussen vastgesteld: Gemiddeld premieplichtig loon € 25.700,Grens grote/kleine werkgever € 642.500,Gemiddeld percentage 1.71% Maximumpremie grote werkgever 6,84% Gemiddeld werkgeversrisicopercentage 1,75% Rekenpercentage 1,67% Indien de instelling korter dan 5 jaar geleden is opgericht en/of over (een deel) van deze periode referentiegegevens ontbreken, worden bij de berekening van de Pemba-premie door het UWV de volgende correctiefactoren gehanteerd: 1 2 3 4 jaar jaar jaar jaar bekend bekend bekend bekend VGN 6Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 12,50 3,43 1,92 1.36 Behoudens ministeriële goedkeuring gelden deze parameters vanaf 1 januari 2005. Voor meer informatie over de opbouw van uw Pemba-premie verwijzen wij u naar www.uwv.nl. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer H.A. Bertijn, beleidsmedewerker arbeidsmarkt, tel. (030) 273 96 98, e-mail: [email protected]. Wijzing Regeling procesgang eerste ziektejaar In het kader van de Wet Verbetering Poortwachter zijn in de Regeling procesgang eerste ziektejaar, de procedure en de verplichtingen beschreven van zowel de werkgever als de zieke werknemer gedurende het eerste ziektejaar. Naar aanleiding van de Wet verlenging loondoorbetaling bij ziekte (2003) is deze regeling aangepast. Ook de naamgeving verandert en luidt nu “Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar”. Het Reïntegratieverslag moet nu aan het einde van het tweede ziektejaar worden opgesteld en ingediend bij het UWV. Gezien de lange tijdstermijn die nu kan komen te liggen tussen de opstelling van het plan van aanpak en het opstellen van het reïntegratieverslag, is er een nieuw evaluatiemoment aan deze regeling toegevoegd. Aan het eind van het eerste ziektejaar (tussen de 46e en 52e week) dient een eerstejaarsevaluatie te worden uitgevoerd. Het doel van deze evaluatie is om terug te kijken op de resultaten van het afgelopen jaar en om te kijken of bijstelling voor de beoogde doelstellingen nodig of gewenst is. Het is een uitgebreidere periodieke evaluatie zoals al in de huidige regeling verplicht is, waarin de vraag of de ingeslagen weg nog steeds de juiste is, centraal staat. Deze vraag is vooral van belang indien: De mate waarin (weer) wordt gewerkt achterblijft bij de doelstelling. 7 De mate waarin wordt gewerkt sterk wisselt of zich kenmerkt door tussenliggende periodes van ziekte. Er geen plan van aanpak of duidelijk beeld is van de belastbaarheid van de medewerker Stagnatie in de medische behandeling of herstel Er wordt langer dan 6 weken gewerkt zonder of met heel beperkte loonwaarde De werknemer werkt op een lager niveau of op minder uren dan mogelijk is zonder dat er een reëel vooruitzicht is op een functie, die beter bij zijn/haar belastbaarheid past Er is sprake van “opvularbeid” terwijl er geen reëel vooruitzicht op werkhervatting bestaat. Bij twijfel kan hiervoor ook een deskundigenoordeel bij het UWV worden aangevraagd. De eindejaarsevaluatie moet dan ook schriftelijk worden vastgelegd in het reïntegratiedossier. Hierin diende de volgende onderdelen aan bod te komen; de terugblik, de uitkomsten, het doel voor het tweede ziektejaar en de gemaakte afspraken om dit doel te bereiken. Hiermee kan het UWV bij een onbevredigend reïntegratieresultaat de geleverde inspanningen beter beoordelen. Deze regeling gaat met ingang van 30 december 2004 in. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer H.A. Bertijn, beleidsmedewerker arbeidsmarkt, tel. (030) 273 96 98, e-mail: [email protected]. Doorstroomsubsidie VWS nu ook open voor AMI-banen VWS heeft zeer recent de Stimuleringsregeling Doorstroom Zorg aangepast. Via deze wijzigingen kan voor de doorstroom van AMImedewerkers naar reguliere functies een beroep worden gedaan op deze éénmalige subsidie. Daarnaast wordt hiermee geregeld dat, indien een subsidie aanvraag voor een VGN 7Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 regulier gemaakt ID-baan door het Agentschap SZW is afgewezen, binnen drie maanden na afwijzing of voor eind maart 2005 alsnog een aanvraag bij VWS kunnen indienen. In de VGN Actueel Arbeidszaken nr. 7 (oktober 2004) hebben wij u hierover al geïnformeerd. Bovenstaande wijzigingen worden met ingang van 1 januari 2005 van kracht en zullen binnenkort in de staatscourant worden gepubliceerd. Wij adviseren u om bij mogelijke doorstroom van AMI-medewerker(s) naar reguliere functies hier rekening mee te houden. Bij subsidieaanvragen voor AMI-banen moet gebruik worden gemaakt van een nieuw aanvraagformulier. Voor “oude” ID en WIW banen moet gebruik worden gemaakt van het huidige aanvraagformulier. Voor meer informatie over de huidige voorwaarden van de Stimuleringsregeling Doorstroom Zorg verwijzen u via de volgende url naar de website van VWS: www.minvws.nl/artikelen/meva/stimuleringssubsi die_doorstroom_zorg.asp Wanneer bovenstaande wijzigingen en het nieuwe aanvraagformulier op deze webpagina van WVS wordt opgenomen was bij de totstandkoming van dit nummer nog niet bekend. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer H.A. Bertijn, beleidsmedewerker arbeidsmarkt tel. (030) 273 96 98, e-mail: [email protected]. Verruiming scholing bij werkloosheid Via een ministeriële regeling zijn de scholingsmogelijkheden voor werklozen verruimd. Met deze wijziging mogen werklozen, met behoud van ww-uitkering, ook interne opleidingen binnen een bedrijf gaan volgen en/of opleiding met een flink praktijkgedeelte. Tevens is de maximale opleidingsduur verlengd van één naar twee jaar. Voorwaarde is wel dat deze opleiding noodzakelijk is voor de 8 terugkeer naar werk. Deze regeling gaat in met terugwerkende kracht (per 1 augustus 2004) en biedt mogelijk extra kansen voor samenwerkingsarrangementen met gemeenten, UWV of CWI’s. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer H.A. Bertijn, beleidsmedewerker arbeidsmarkt, tel. (030) 273 96 98, e-mail: [email protected]. Actuele vraag Geldt er in 2004 ook een eindejaarsuitkering? En zo ja, wie heeft recht op de eindejaarsuitkering en wat is de hoogte ervan? Geldt er in 2004 een eindejaarsuitkering? Ook in 2004 geldt een eindejaarsuitkering. De eindejaarsuitkering is geregeld in artikel 4:6 van de CAO Gehandicaptenzorg. Wie heeft recht op de eindejaarsuitkering? De eindejaarsuitkering wordt betaald aan iedere werknemer die op 31 december 2004 in dienst is bij een werkgever die valt onder de werkingssfeer van de CAO Gehandicaptenzorg. Hebben oproepkrachten ook recht op de eindejaarsuitkering? Oproepkrachten hebben recht op een eindejaarsuitkering in 2004 indien zij op 31 december 2004 in dienst zijn bij de werkgever. Of de oproepkracht op 31 december 2004 in dienst is bij de werkgever zal afhankelijk zijn van de afspraken die de oproepkracht met de werkgever heeft gemaakt. Hierbij moet onderscheid worden gemaakt tussen oproepkrachten met een voorovereenkomst en oproepkrachten met een arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht, ook wel mup-overeenkomsten genoemd. Zowel een nulurenovereenkomst als een min-max-contract zijn vormen van een mup-overeenkomst. Oproepkrachten met een voorovereenkomst VGN 8Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 Oproepkrachten die op basis van een voorovereenkomst werkzaam zijn, hebben uitsluitend recht op de eindejaarsuitkering indien zij op 31 december 2004 in dienst zijn bij de werkgever. Hierbij dient u er rekening mee te houden dat een voorovereenkomst op zichzelf nog geen arbeidsovereenkomst is. De voorovereenkomst-contractant is dan ook geen werknemer van u. Dit wordt hij wel als hij wordt opgeroepen, dan ontstaat er immers voor de duur van de oproep een tijdelijke arbeidsovereenkomst. Indien de oproepkracht dus op 31 december 2004 moet werken is hij in dienst bij de werkgever en heeft hij recht op de eindejaarsuitkering. Werknemers met een arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht Bij de arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht (mup-overeenkomst) bestaat vanaf het begin een arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer voor bepaalde of onbepaalde tijd. Indien de werknemer op 31 december 2004 een mup-overeenkomst heeft met de werkgever, bestaat recht op de eindejaarsuitkering. Hoogte van de eindejaarsuitkering De hoogte van de eindejaarsuitkering bedraagt 4,45% van het feitelijk verdiende salaris bij de werkgever in de periode van 1 januari tot en met 31 december 2004. Het feitelijk verdiende salaris bij de werkgever is het salaris zoals bedoeld in artikel 1:1 sub d van de CAO. Dit betekent dat over de vergoedingen uit hoofdstuk 4, 7, 8, 9, 10 en 12 geen eindejaarsuitkering wordt betaald. Ook over het vakantiegeld wordt geen eindejaarsuitkering betaald. is zij uit dienst gegaan en vervolgens is ze per 1 november 2004 weer in dienst getreden bij dezelfde werkgever. Aangezien Linda op 31 december 2004 in dienst is bij de werkgever heeft ze recht op de eindejaarsuitkering. Zowel over het salaris dat Linda van 1 januari 2004 tot 1 april 2004 bij de werkgever verdiend heeft als over het salaris dat ze in de maanden november en december 2004 verdiend heeft, dient de eindejaarsuitkering betaald te worden. Wanneer moet de eindejaarsuitkering uitbetaald worden? De eindejaarsuitkering moet in de maand december 2004 uitbetaald worden. Voor oproepkrachten kan de eindejaarsuitkering eventueel uitbetaald worden in januari 2005 aangezien dan duidelijk is hoeveel uren er in december 2004 gewerkt zijn. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de CAO-helpdesk, tel. (030) 273 97 19 (ma. t/m vrij. van 09.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 16.00 uur) of via e-mail: [email protected] (s.v.p. met vermelding van het telefoonnummer waarop u te bereiken bent). Artikel 4:6 van de CAO geeft aan dat de eindejaarsuitkering betaald moet worden over het salaris dat in het gehele jaar 2004 feitelijk verdiend is. Een voorbeeld ter verduidelijking: Linda heeft tot 1 april 2004 bij een werkgever in de gehandicaptenzorg gewerkt. Per 1 april 9 VGN 9Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 Wetgevingskalender Hieronder vindt u een overzicht van wetsvoorstellen die relevant zijn voor de gehandicaptenzorg. Naast een korte beschrijving van de inhoud wordt aangegeven in welke stadium het wetsvoorstel zich bevindt. Er zijn 5 stadia, namelijk: 1. Ministerraad is akkoord. Het wetsvoorstel is voor advies naar de Raad van State gestuurd. 2. Wetsvoorstel is ingediend bij de Tweede Kamer. 3. Wetsvoorstel is aangenomen door de Tweede Kamer. Wetsvoorstel is ingediend bij de Eerste Kamer. 4. Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel aangenomen. 5. Publicatie Staatsblad. Bij ieder wetsvoorstel wordt het kamerstuknummer aangegeven. Voor meer informatie over het betreffende wetsvoorstel kunt u kijken op de website van de overheid (www.overheid.nl), onder ‘officiële publicaties’. Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen 1 2 3 4 5 Kern van het nieuwe stelsel is dat gedeeltelijk arbeidsgeschikten zoveel mogelijk aan het werk blijven. Alleen mensen die geen enkele mogelijkheid hebben om (op termijn) weer aan het werk te gaan, krijgen een uitkering op grond van de nieuwe regeling voor volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid. Werkenden die gedeeltelijk arbeidsgeschikt zijn, krijgen een aanvullende uitkering die het loonverlies grotendeels compenseert. Nietwerkenden krijgen een uitkering vergelijkbaar met de WW. Als deze uitkering afloopt, is er een individuele uitkering, gebaseerd op het minimumloon en afhankelijk van de mate van arbeidsongeschiktheid. Werknemers die minder dan 35 procent loonverlies lijden vallen niet onder de regeling voor gedeeltelijk 10 arbeidsgeschikten, maar blijven in dienst van de werkgever. Kamerstuknummer: nog niet bekend Wet medezeggenschap werknemers 1 2 3 4 5 Het kabinet wil de kwaliteit van de medezeggenschap verbeteren door meer maatwerk mogelijk te maken, door de betrokkenheid bij het werk van de ondernemingsraad (OR) te stimuleren en de regelgeving eenvoudiger en toegankelijker te maken. De Wet op de ondernemingsraden wordt daartoe vervangen door de Wet medezeggenschap werknemers. Kamerstuknummer: 29818 Meer vrijheid bedrijven bij aanpak arbeidsomstandigheden 1 2 3 4 5 In de toekomst mogen branches en bedrijven zelf beslissen hoe ze de preventie en begeleiding van ziekteverzuim regelen. Nu nemen ze daar verplicht een Arbodienst voor in de arm. Met instemming van vakbonden, ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging mag een branche of bedrijf dat straks ook zelf doen of een andere partij, bijvoorbeeld een brancheorganisatie hiervoor inschakelen. Kamerstuknummer: 29814 Zie ook VGN Actueel Arbeidszaken nummer 4 en 7 van 2004 Wijziging van de Werkloosheidswet en de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen in verband met de vervanging van fictief arbeidsverleden door feitelijk arbeidsverleden en de beperking van het verzorgingsforfait 1 2 3 4 5 Het feitelijke arbeidsverleden zal geleidelijk een grotere rol gaat spelen bij de bepaling van de duur van de werkloosheidsuitkering. Verder VGN 10 Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 wordt voorgesteld het verzorgingsforfait bij de opbouw van het feitelijke arbeidsverleden te beperken en meer in overeenstemming te brengen met de ontwikkelingen op het gebied van de arbeidsparticipatie van vrouwen. het zorgverlof is maximaal 6 keer de wekelijkse arbeidsduur in een periode van 12 achtereenvolgende maanden, bij voorkeur op te nemen in deeltijd. Kamerstuknummer: 28467 Kamerstuknummer: 29249 Staatsblad: nummer 594 Wijziging Werkloosheidswet en enige andere wetten in verband met afschaffing kortdurende uitkering en aanscherping wekeneis 1 2 3 4 5 In dit voorstel zijn twee maatregelen opgenomen die beide leiden tot een aanscherping van de toetredingsvoorwaarden voor de WW, te weten de afschaffing van de kortdurende uitkering en de aanscherping van de wekeneis. Kamerstuknummer: 29738 Wet aanpassing fiscale behandeling VUT/prepensioen en introductie levensloopregeling 1 2 3 4 5 Het onderhavige wetsvoorstel bevat maatregelen met als doel het afschaffen van de fiscale faciliëring van VUT en prepensioen. Daarnaast wordt in dit wetsvoorstel de levensloopregeling geïntroduceerd. NB Wetsvoorstel 29208 (levensloopregeling) is ingetrokken. De bepalingen inzake de levensloopregeling zijn overgebracht naar het wetsvoorstel aanpassing fiscale behandeling VUT/prepensioen en introductie levensloopregeling. Kamerstuknummer: 29760 Wijziging Wet arbeid en zorg in verband met het tot stand brengen van een recht op langdurend zorgverlof 1 2 3 4 5 Werknemers krijgen recht op langdurend zorgverlof als zij tijdelijk willen zorgen voor een partner, ouder of kind met een levensbedreigende ziekte. De totale duur van 11 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het concurrentiebeding 1 2 3 4 5 In het voorliggende wetsvoorstel worden nieuwe voorwaarden gesteld aan de geldigheid van een concurrentiebeding teneinde de rechtszekerheid te bevorderen, een beter evenwicht tot stand te brengen tussen de belangen van werkgever en werknemer en onnodig beroep op het concurrentiebeding tegen te gaan. Een (verplicht) door de werkgever aan de werknemer te betalen vergoeding voor de beperking in arbeidskeuze die laatstgenoemde door het beding ondervindt, een beperking van de geldingsduur van het beding tot een jaar en het vervallen van het beding als de arbeidsovereenkomst tijdens de proeftijd wordt beëindigd en bij faillissement maken onderdeel uit van het wetsvoorstel. Kamerstuknummer: 28167 Wijziging Burgerlijk Wetboek in verband met invoering klachtrecht werknemer 1 2 3 4 5 Het wetsvoorstel geeft individuele werknemers de mogelijkheid een klacht in te dienen die verband houdt met de persoonlijke arbeidssituatie. Kamerstuknummer: 27274 Wijziging van de artikelen 7:629 en 7:670 Burgerlijk Wetboek, artikel 214 Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek en enkele sociale zekerheidswetten 1 2 3 4 5 VGN 11 Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004 Artikel 7:670 Burgerlijk Wetboek regelt onder andere het opzegverbod bij ziekte. De voorgestelde wijziging ziet erop dat een periode van ziekte ingevolge zwangerschap voorafgaande aan het zwangerschapsverlof, alsmede de periode gedurende dat verlof, niet meetellen bij de berekening van de termijn van twee jaren gedurende welke het opzegverbod wegens ziekte geldt. Kamerstuknummer: 27826 Voorstel van wet inzake regeling vrijheid van meningsuiting werknemers in verband met klokkenluiders 1 2 3 4 5 Het wetsvoorstel beoogt een wettelijke bescherming van klokkenluiders te creëren. Kamerstuknummer: 28990 12 VGN 12 Actueel Arbeidszaken nr. 8/2004