Inhoud Arbeidszaken Ledenbijeenkomsten CAO Bereikbaarheid

advertisement
Nummer 9A
● november 2006 Arbeidszaken
Inhoud
Wetgevingskalender
Arbeidszaken
Vereenvoudiging Arbeidstijdenwet
Ledenbijeenkomsten CAO
Bereikbaarheid CAO-helpdesk Kerst en
Meer maatwerk bij arbeidsomstandigheden
Oud&Nieuw
De eindejaarsuitkering
Bewijslast bij klacht seksuele intimidatie
Belastingplan 2007
Wijziging BW ivm klachtrecht
Premies sociale verzekeringen 2007
 Actuele vraag
Arbeidsmarkt
De Associate Degree (AD) Management in Zorg
en Dienstverlening (MZD)
Afschaffing PEMBA-premie en uitkering voor
volledig en duurzaam arbeidsongeschikten
Wetsvoorstel nieuwe inkomensvoorziening voor
oudere werklozen
Arbeidszaken
Ledenbijeenkomsten CAO
Begin 2007 starten de onderhandelingen voor een nieuwe CAO
Gehandicaptenzorg. De VGN organiseert ter voorbereiding voor bestuur en
directie een drietal ledenbijeenkomsten om van gedachten te wisselen over
de inzet voor de onderhandelingen.
Bestuur en directie hebben hiervoor reeds een uitnodiging ontvangen. Ten behoeve
van een betere spreiding van deze bijeenkomsten is echter besloten de bijeenkomst
op 12 december in Heemstede te verplaatsen naar Zwolle. De definitieve data, tijd en
plaats van de ledenbijeenkomsten zijn:
12 december, 13.00 tot 15.00 uur te Zwolle
14 december, 13.00 tot 15.00 uur te Eindhoven
21 december, 10.00 tot 12.00 uur te Zoeterwoude
U hoeft zich voor deze bijeenkomsten niet aan te melden.
Medio november ontvangt u de routebeschrijvingen en een notitie welke dient als
aanzet tot de discussie.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met mevrouw M. (Muriël) van Twillert,
tel. 030- 27 39 718 of via e-mail [email protected]
Terug naar inhoud
Bereikbaarheid CAO-helpdesk Werkgeverszaken
periode Kerst en Oud&Nieuw
De CAO-helpdesk Werkgeverszaken is van woensdag 27 december tot en met vrijdag
29 december geopend van 9.00 tot 12.00 uur.
Terug naar inhoud
De eindejaarsuitkering
In de CAO Gehandicaptenzorg is in artikel 4:6 de eindejaarsuitkering
opgenomen. Hierna bespreken we puntsgewijs wie er recht heeft op de
eindejaarsuitkering, wat de hoogte is van de eindejaarsuitkering en wanneer
de eindejaarsuitkering uitbetaald moet worden.
Wie heeft er recht op de eindejaarsuitkering?
De werknemer die op 31 december 2006 in dienst is bij een werkgever die valt onder
de werkingssfeer van de CAO Gehandicaptenzorg heeft recht op een
eindejaarsuitkering (artikel 4:6 van de CAO Gehandicaptenzorg).Oproepkrachten
hebben recht op een eindejaarsuitkering in 2006 indien zij op 31 december 2006 in
dienst zijn bij de werkgever. Of de oproepkracht op 31 december 2006 in dienst is bij
de werkgever is afhankelijk van de afspraken die de oproepkracht met de werkgever
heeft gemaakt. Hierbij moet onderscheid worden gemaakt tussen oproepkrachten met
een voorovereenkomst en oproepkrachten met een arbeidsovereenkomst met
uitgestelde prestatieplicht, ook wel mup-overeenkomsten genoemd. Zowel een
nulurenovereenkomst als een min-max-contract zijn vormen van een mupovereenkomst.
Oproepkrachten met een voorovereenkomst
Oproepkrachten die op basis van een voorovereenkomst werkzaam zijn, hebben
uitsluitend recht op de eindejaarsuitkering indien zij op 31 december 2006 in dienst
zijn bij de werkgever. Hierbij dient u er rekening mee te houden dat een
voorovereenkomst op zichzelf nog geen arbeidsovereenkomst is. De
voorovereenkomst-contractant is dan ook geen werknemer van u. Dit wordt hij wel
als hij wordt opgeroepen; dan ontstaat er immers voor de duur van de oproep een
tijdelijke arbeidsovereenkomst. Indien de oproepkracht dus op 31 december 2006
moet werken, is hij in dienst bij de werkgever en heeft hij recht op de
eindejaarsuitkering.
Werknemers met een arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht
Bij de arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht (mup-overeenkomst)
bestaat vanaf het begin een arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer
voor bepaalde of onbepaalde tijd. Indien de werknemer op 31 december 2006 een
mup-overeenkomst heeft met de werkgever, bestaat recht op de eindejaarsuitkering.
Hoogte van de eindejaarsuitkering
De hoogte van de eindejaarsuitkering bedraagt 4,45% van het feitelijk verdiende
salaris bij de werkgever in de periode van 1 januari tot en met 31 december 2006.
Het feitelijk verdiende salaris bij de werkgever is het salaris zoals bedoeld in artikel
1:1 sub d van de CAO. Dit betekent dat over de vergoedingen uit hoofdstuk 4, 7, 8, 9,
10 en 12 geen eindejaarsuitkering wordt betaald. Ook over het vakantiegeld wordt
geen eindejaarsuitkering betaald.
Artikel 4:6 CAO Gehandicaptenzorg geeft aan dat de eindejaarsuitkering betaald moet
worden over het salaris dat in het gehele jaar 2006 feitelijk is verdiend.
Een voorbeeld ter verduidelijking
Anna heeft tot 1 juni 2006 bij een werkgever in de gehandicaptenzorg gewerkt. Per 1
juni is zij uit dienst gegaan en vervolgens is ze per 1 september 2006 weer in dienst
getreden bij dezelfde werkgever. Aangezien Linda op 31 december 2006 in dienst is
bij de werkgever heeft ze recht op de eindejaarsuitkering. Zowel over het salaris dat
Linda van 1 januari 2006 tot 1 juni 2006 bij de werkgever heeft verdiend als over het
salaris dat ze in de maanden september tot en met december 2006 verdiend heeft,
dient de eindejaarsuitkering betaald te worden.
Wanneer moet de eindejaarsuitkering uitbetaald worden?
De eindejaarsuitkering moet in de maand december 2006 uitbetaald worden. Voor
oproepkrachten kan de eindejaarsuitkering eventueel uitbetaald worden in januari
2006 aangezien dan duidelijk is hoeveel uren er in december 2006 gewerkt zijn.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de CAO-helpdesk,
tel. 030-27 39 719 (ma. t/m vrij. van 9.00 tot 12.00 en van 13.00 tot 16.00 uur) of
via e-mail [email protected] (s.v.p. met vermelding van uw telefoonnummer).
Terug naar inhoud
Premies sociale verzekeringen 2007
De premies voor sociale verzekeringen in 2007 zijn vastgesteld. Een
overzicht van de premies vindt u hieronder.
De ministerraad heeft op voorstel van minister De Geus van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid de hoogte van de premies voor de sociale verzekeringen voor 2007
vastgesteld. Een aantal premies wijkt af van de cijfers die het Centraal Planbureau op
Prinsjesdag heeft gepubliceerd.
Zo wijkt de hoogte van de werkloosheidspremie af van de raming van het Centraal
Planbureau. De WW-premie voor werkgevers daalt met 0,15 procent en wordt 3,30
procent. De WW-premie voor werknemers gaat omlaag met 1,35 procent en wordt
3,85 procent. Het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen) stelt de
gemiddelde sectorpremie in november vast. Als deze premie noemenswaardig anders
is dan verwacht, wordt de werkloosheidspremie voor werkgevers ook aangepast. Dit
heeft per saldo geen effect op de totale premie voor werkgevers.
Het UWV heeft al de WAO-rekenpremie en de WGA-rekenpremie vastgesteld. Deze
vallen lager uit dan de raming van het Centraal Planbureau.
Premiepercentages
AOW: werknemers:
17,90 %
ANW: werknemers:
AWBZ werknemers
1,25 %
12,00 %
WAO/WIA-basispremie (Aof) werkgevers:
WAO-rekenpremie (Aok) werkgevers:
5,15 %
0,48 %
WAO-gemiddelde premie (Aok) werkgevers:
WGA-rekenpremie (werkhervattingskas) werkgevers:
0,62 %
0,75 %
Awf
werknemers:
werkgevers:
ZVW-inkomensafhankelijke bijdrage werkgevers:*
3,85 %
3,30 %
6,50 %
UFO werkgevers:
0,78 %
FO-ERD ZW:
Sectorpremie gemiddeld werkgevers:**
0,72 %
1,48 %
Uniforme opslag op UFO-premie en sectorpremie werkgever:
Maximale premie-inkomensgrens werknemersverzekeringen per dag****
Maximale premie-inkomensgrens ZVW per
Franchise Awf-premie per dag****
*
0,28 %
***
jaar****
€
172,48
€ 30.623,00
€
60,00
Dit is een inkomensafhankelijke bijdrage van verzekerden waar tegenover een
werkgeversvergoeding staat. Verzekerden zonder werkgeversvergoeding zijn een
inkomensafhankelijke bijdrage verschuldigd van 4,4 procent.
**
Moet nog door het UWV worden vastgesteld.
***
Deze opslag heeft betrekking op de verplichte werkgeversbijdrage kinderopvang en is
onderdeel van het Belastingplan 2007. Dit belastingplan moet nog worden goedgekeurd
door de Tweede en Eerste Kamer.
****
Hierbij wordt uitgegaan van 21,75 werkdagen in een maand.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de CAO-helpdesk,
tel. 030-27 39 719 (ma. t/m vrij. van 9.00 tot 12.00 en van 13.00 tot 16.00 uur) of
via e-mail [email protected] (s.v.p. met vermelding van uw telefoonnummer).
Terug naar inhoud
 Actuele vraag
De werknemer die een huwelijk of op andere wijze een samenlevingsverband
aangaat, hetzij bij notariële akte dan wel bij gemeentelijke of kerkelijke
registratie, heeft recht op twee extra vakantiedagen (= 14,4 uur). Daarnaast
heeft de werknemer bij bevalling van de echtgenote of relatiepartner recht
op 28,8 uur kraamverlof (artikel 8:16 CAO Gehandicaptenzorg).
Gelden deze bepalingen naar rato van het dienstverband?
Ja, deze bepalingen gelden naar rato van het dienstverband. Op grond van artikel
8:12 lid 3 CAO Gehandicaptenzorg geldt voor de toepassing van hoofdstuk 8 van de
CAO Gehandicaptenzorg voor deeltijdwerkers het naar rato beginsel.
NB: Bij het kraamverlof geldt dat met samenloop van het kraamverlof met het
calamiteitenverlof uit de Wet Arbeid en Zorg de duur van het calamiteitenverlof in
mindering wordt gebracht op het aantal uren kraamverlof (artikel 8:16 lid 2 CAO
Gehandicaptenzorg).
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de CAO-helpdesk,
tel. 030-27 39 719 (ma. t/m vrij. van 9.00 tot 12.00 en van 13.00 tot 16.00 uur) of
via e-mail [email protected] (s.v.p. met vermelding van uw telefoonnummer).
Terug naar inhoud
Arbeidsmarkt
De Associate Degree (AD) Management in Zorg en
Dienstverlening (MZD): een nieuwe leerroute voor medewerkers
met coördinerende of leidinggevende taken in de zorg
Een aantal hogescholen biedt vanaf januari of februari 2007 de mogelijkheid
om de opleiding tot Associate Degree Management in Zorg en
Dienstverlening (MZD) te volgen.
Het betreft een deeltijdopleiding van maximaal een jaar en drie maanden, bestemd
voor op niveau 4 opgeleide werknemers uit zorg en dienstverlening met minimaal 2
jaar werkervaring als professional, die zich (verder) willen bekwamen in het
operationeel leidinggeven. Centraal staat de ontwikkeling van competenties op het
terrein van persoonlijke effectiviteit, resultaatgericht leidinggeven, kwaliteitszorg,
coördinatie en (aspecten van) veranderingsmanagement. Facilitering van leren op de
werkplek tijdens de opleiding is een voorwaarde voor toelating. Doorstroom naar de
bacheloropleiding MZD is uiteraard direct dan wel op een later tijdstip mogelijk.
De kosten van deze opleiding zijn gebaseerd op het collegegeld voor
deeltijdopleidingen evenals boekengeld, e.d. Voor meer informatie verwijzen wij u
naar de websites van de betrokken hogescholen: www.vdo.han.nl (Hogeschool van
Arnhem en Nijmegen), www.avans.nl (Avans Hogeschool Breda) en www.hsleiden.nl
(Hogeschool Leiden).
Achtergrondinformatie
De HBO-opleiding tot bachelor MZD, die vorig jaar van start is gegaan, leidt op tot
manager op operationeel-tactisch niveau en kan gezien worden als vervanger van de
bekende Kaderopleiding Gezondheidszorg. De bacheloropleiding heeft echter een
hoger niveau en daardoor ook een langere studieduur dan de kaderopleiding in het
verleden had. Hierdoor is in het werkveld de behoefte ontstaan aan een korter
durende opleiding voor medewerkers, die uitsluitend op operationeel niveau
coördinerende en leidinggevende taken uitvoeren (zorgcoördinatoren, meewerkend
teamleiders, senioren, e.d.). Om die reden hebben de betrokken hogescholen samen
met de VGN en de andere brancheorganisaties in de zorg en maatschappelijke
dienstverlening een Associate-degreeprogramma ontwikkeld, dat afgeleid is van de
bacheloropleiding MZD. Associate Degree is een (nieuwe) wettelijke graad, waardoor
de opleiding civiel effect heeft en daardoor ook in het licht van loopbaanbeleid
interessant is.
Coördinatie, persoonlijke effectiviteit, coachen van en leidinggeven aan medewerkers
evenals onderdelen van kwaliteitszorg en veranderingsmanagement zijn thema’s, die
tijdens het Associate-degreeprogramma centraal staan. In de bacheloropleiding wordt
daarnaast ook veel aandacht besteed aan zaken als personeelsmanagement,
beleidsontwikkeling en innovatie.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer E.F.F. (Edwin) van
Schijndel, senior beleidsmedewerker arbeidsmarkt/onderwijs, tel. 030-27 39 720
of e-mail [email protected]
Terug naar inhoud
Afschaffing PEMBA-premie en uitkering voor volledig en
duurzaam arbeidsongeschikten gaat omhoog
De uitkering voor mensen die volgens de nieuwe Wet werk en inkomen
(WIA) naar arbeidsvermogen (WIA) volledig en duurzaam arbeidsongeschikt
zijn, gaat vanaf 1 januari 2007 omhoog. De uitkering wordt verhoogd van
70% naar 75% van het laatst verdiende loon. Dit gebeurt met
terugwerkende kracht voor mensen die in 2006 een IVA-uitkering (Regeling
inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten) hadden. Dit heeft de
ministerraad besloten op voorstel van minister De Geus.
In het Najaarsakkoord van 2004 is afgesproken dat de voorwaarde voor deze
verhoging is dat de instroom van volledig en duurzaam arbeidsongeschikten in de IVA
in 2006 minder dan 25.000 mensen zou zijn. Dit mag op basis van de instroom tot nu
toe worden verwacht. Ook is afgesproken dat de loondoorbetaling bij ziekte niet hoger
dan 170% zou zijn in de eerste twee jaar van ziekte. In een zeer groot deel van de
CAO’s zijn hierover afspraken opgenomen. Het kabinet vindt dat aan beide
voorwaarden in voldoende mate is voldaan.
Het kabinet heeft in samenhang hiermee ook besloten om de zogeheten Pembapremie die werkgevers voor de WAO moeten betalen, af te schaffen. Deze premies
variëren afhankelijk van de WAO-instroom van de laatste twee jaren. Door
afschaffing, uitgaande van 1 januari 2006 als referentiedatum, betalen alle
werkgevers die bij het UWV zijn verzekerd voor de WAO vanaf 2008 dezelfde premie.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Sandra van Elten,
tel. 030- 27 39 716 of via e-mail [email protected]
Terug naar inhoud
Wetsvoorstel nieuwe inkomensvoorziening voor oudere
werklozen
Minister De Geus heeft bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend dat
de nieuwe inkomensvoorziening voor oudere werklozen regelt. Hierbij komt
het er in het kort op neer dat de oudere werklozen niet verplicht worden om
na afloop van de WW eerst hun vermogen ‘op te eten’ en de 60-plusser niet
wordt gekort als hun partner een inkomen heeft.
Dit wetsvoorstel regelt dat er voor oudere werknemers die op of na 1 oktober 2006
werkloos worden c.q. zijn geworden, een speciale uitkering komt na afloop van de
WW. Deze inkomensvoorziening voor oudere werklozen (verder te noemen: IOW) ligt
op het minimumniveau. Degenen die na hun 50e levensjaar werkloos worden, hoeven
niet eerst hun vermogen aan te spreken om voor de uitkering in aanmerking te
komen. Als de eerste werkloosheidsdag na de 60e verjaardag valt, wordt tevens niet
gekeken naar het inkomen van de partner.
Het gaat hier om een tijdelijke regeling, die in 2010 wordt geëvalueerd. Het kabinet
stelt de regeling open voor oudere werknemers die voor 1 juli 2011 werkloos zijn
geworden.
Aanleiding voor dit wetsvoorstel is de nieuwe WW. Met de nieuwe WW wordt de
maximale uitkeringsduur verkort van vijf jaar tot drie jaar en twee maanden. WWgerechtigden zijn hierdoor sneller aangewezen op een bijstandsuitkering of een
uitkering op grond van de IOAW.
Voorwaarde voor een IOW-uitkering is dat de oudere werkloze meer dan drie
maanden een WW-uitkering heeft ontvangen. Het Uitvoeringsinstituut
Werknemersverzekeringen (UWV) zal de regeling uitvoeren. Net als bij de huidige
inkomensvoorziening voor oudere werkloze werknemers (IOAW) kent de IOW een
sollicitatieplicht voor zowel de oudere werkloze als de partner. Het UWV kan op
individuele gronden besluiten dat iemand tijdelijk niet hoeft te solliciteren.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Sandra van Elten,
tel. 030- 27 39 716 of via e-mail [email protected]
Terug naar inhoud
Wetgevingskalender
In deze wetgevingskalender vindt u een overzicht van wetsvoorstellen die relevant
zijn voor de gehandicaptenzorg. Naast een korte beschrijving van de inhoud, wordt
aangegeven in welk stadium het wetsvoorstel zich bevindt. Er zijn vijf stadia,
namelijk:
1. Ministerraad is akkoord. Het wetsvoorstel is voor advies naar de Raad van State
gestuurd.
2. Wetsvoorstel is ingediend bij de Tweede Kamer.
3. Wetsvoorstel is aangenomen door de Tweede Kamer. Wetsvoorstel is ingediend bij
de Eerste Kamer.
4. Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel aangenomen.
5. Publicatie Staatsblad.
Bij ieder wetsvoorstel wordt het Kamerstuknummer aangegeven. Voor meer
informatie over het betreffende wetsvoorstel kunt u kijken op de website van de
overheid (www.overheid.nl), onder ‘officiële publicaties’.
Terug naar inhoud
Vereenvoudiging Arbeidstijdenwet
1
2
3
4
5
Er gaan minder regels gelden voor het maximale aantal uren dat iemand mag werken
en voor nachtarbeid. Verder verdwijnen de aparte regels voor overwerk uit de wet en
worden afspraken over pauzes een zaak van werkgevers en werknemers. Het systeem
van standaard- en overlegregeling dat in de huidige Arbeidstijdenwet staat, gaat
verdwijnen.
Kamerstuknummer: 30532
Zie VGN Nieuwsbrief Arbeidszaken nummer 5A en 8A van 2006
Terug naar inhoud
Wijziging Arbeidsomstandighedenwet: meer maatwerk bij
arbeidsomstandigheden
1
2
3
4
5
Werkgevers en werknemers krijgen meer verantwoordelijkheid voor de
arbeidsomstandigheden op de werkvloer. De overheid gaat doelen voor gezond en
veilig werken vaststellen, maar werkgevers en werknemers regelen zelf met welke
middelen ze die in de praktijk brengen. De Arbeidsinspectie ziet erop toe dat de
normen worden nageleefd.
Kamerstuknummer: 30552
Zie VGN Nieuwsbrief Arbeidszaken nummer 8A van 2006
Terug naar inhoud
Belastingplan 2007
1
2
3
4
5
Dit wetsvoorstel treft maatregelen in het kader van het fiscale beleid voor het jaar
2007 op het gebied van arbeidsmarkt- en inkomensbeleid, economische
infrastructuur, milieu en mobiliteit, de aanpassing van de omzetbelasting aan
Europese jurisprudentie en de werkgeversbijdrage in de kosten van kinderopvang.
Kamerstuknummer: 30804
Terug naar inhoud
Bewijslast bij klacht over (seksuele) intimidatie verschuift naar beschuldigde
partij
1
2
3
4
5
In de toekomst is het voldoende dat een werknemer met een klacht van (seksueel)
intimiderend gedrag deze beschuldiging aannemelijk maakt. De beschuldigde moet
dan bewijzen dat de klacht niet juist is. Dit vloeit voort uit het voorstel het verbod op
intimidatie en seksuele intimidatie op te nemen in de Wet gelijke behandeling van
mannen en vrouwen.
Kamerstuknummer: 30237
Publicatie Staatsblad: nummer 469
Terug naar inhoud
Wijziging BW in verband met invoering klachtrecht werknemer
1
2
3
4
5
Het wetsvoorstel geeft individuele werknemers de mogelijkheid een klacht in te
dienen die verband houdt met de persoonlijke arbeidssituatie.
Kamerstuknummer: 27274
Colofon
Uitgave: Dit is een uitgave van de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN). De VGN is de
branchevereniging voor de organisaties die professionele zorg en ondersteuning bieden aan mensen met
een of meerdere handicaps. De VGN behartigt de belangen voor zo’n 175 lidinstellingen en streeft daarbij
naar gunstige voorwaarden op de gebieden financiering, wet- en regelgeving, werkgeverszaken en de
inhoud van de zorg. Deze uitgave wordt verspreid onder de medewerkers van de lidinstellingen van de
VGN.
Redactie: Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN), afdeling Communicatie, Oudlaan 4, 3515 GA
Utrecht, telefoon (030) 273 97 41, www.vgn.org, www.gehandicaptenzorg.nl, email: [email protected]
Download