Overheidsmanagement K.U.Leuven Faculteit Sociale Wetenschappen 1 Overzicht cursus overheidsmanagement Dag 1 Voormiddag • Deel 1 Algemeen overheidsmanagement • Deel 4 Strategisch management en financieel management Namiddag • Deel 5 Kwaliteitsmanagement 2 Overzicht cursus overheidsmanagement Dag 2 Voormiddag • Deel 3 Organisatiemanagement Namiddag • Deel 2 HRM en veranderingsmanagement 3 Programma voormiddag 1 09.30-09.45 Inhoud en leerdoelen van deel 1 en 4 09.45-10.30 Deel 1: Algemeen overheidsmanagement 10.30-11.00 Deel 4: Strategisch management 11.00-11.15 Pauze 11.15-12.15 Deel 4: vervolg Strategisch management Deel 4: Financieel management 12.15-12.30 Reader: wat is leerstof? Slides: wat is leerstof? 12.30-13.30 Lunch 13.30-16.30 Deel 5: Kwaliteitsmanagement 4 Deel 1 Algemeen overheidsmanagement 5 Wat is goed openbaar bestuur? 3 opvattingen over succes en falen van de overheid Bestuurskundige kwaliteitsmaatstaven: • Scherp en doelgericht (Sigma type) • Eerlijk en rechtvaardig (Theta type) • Robuust en dynamisch (Lambda type) 6 Scherpe en doelgerichte overheid Kwaliteitsmaatstaven: • Doelgericht • Effectief • Efficiënt en productief • Zuinig • Geïntegreerd en gecoördineerd Succes en falen uitgedrukt in tijd en geld 7 Scherpe en doelgerichte overheid Reflecties • Small is beautiful? • Zeg mensen niet hoe ze iets moeten doen, zeg hen welk resultaat je van hen verwacht. 8 Eerlijke, integere, rechtvaardige en democratische overheid Kwaliteitsmaatstaven: • Open en transparant • Openbaar • Inspraak • Klantgericht • Rechts- en belangenbescherming • Verantwoording (‘accountability’) Succes en falen uitgedrukt in vertrouwen en legitimiteit 9 Eerlijke, integere, rechtvaardige en democratische overheid Reflecties • Legitimiteit van de overheid • Burgerparticipatie 10 Betrouwbare, robuuste, dynamische en aanpassende overheid Kwaliteitsmaatstaven: • Overvloed • Diversiteit • Robuust • Geïntegreerd • Open en lerend Succes en falen uitgedrukt in veiligheid en zekerheid 11 Betrouwbare, robuuste, dynamische en aanpassende overheid Reflectie: • Wat is kritische overheidsinfrastructuur? Quid nieuwe rol voor de overheid in privatiseringsgolven? 12 Hoe verhouden kwaliteitsmaatstaven zich tot elkaar? • In contradictie, op niveau van concrete maatregelen Vbn: - integriteit versus efficiëntie en effectiviteit - efficiëntie versus betrouwbaar - transparant versus betrouwbaar • Als complement, op maatschappijbreed niveau - minimumdrempels Paradox? Nee, overheid moet die maatregelen nemen die stroken met de dominante kwaliteitsverwachtingen. 13 Nieuw overheidsmanagement Megatrends in het openbaar bestuur • Groei van het openbaar bestuur qua personeel en financiën afremmen • Begrotingstekort terugdringen • Privatiseren en taken afstaan • Decentraliseren en dereguleren (?) • Efficiëntie vergroten door informatietechnologie • Management in openbaar bestuur herwaarderen NPM New Public Management: van bureaucratische naar ondernemingscultuur 14 Nieuw overheidsmanagement Doctrines van NPM (Hood, 1991 & 1995): – – – – – – – – Meer verantwoordelijkheid voor topmanagement Duidelijke prestatienormen Grotere nadruk op output-controle Nadruk op efficiëntie en effectiviteit Desaggregatie van grote bureaucratieën Meer concurrentie binnen de publieke sector Nadruk op managementtechnieken uit de private sector Nadruk op discipline/zuinigheid bij het gebruik van publieke middelen – Meer gericht op prikkels vanuit de omgeving 15 Nieuw overheidsmanagement NPM ter discussie? • Calimerocomplex van de overheid? • Een te grote nadruk op ‘efficiëntie en effectiviteit’ verzwakt het evenwicht t.a.v. andere maatstaven als ‘rechtvaardig’ en ‘’dynamisch’ 16 Voorbeelden van examenvragen • Analyseer een krantenartikel. Welke kwaliteitsmaatstaven vind je terug in dit artikel? Is er sprake van conflicterende of complementaire kwaliteitsmaatstaven? • Leg in eigen woorden uit wat bedoeld wordt met nieuw overheidsmanagement. 17 Deel 4 Strategisch management 18 Wat is strategisch management? • • • • • Centrale managementproces Alle activiteiten en functies binnen een organisatie T.b.v. realisatie van de strategische agenda LT effectiviteit van de organisatie Benadering om de strategische objectieven van de organisatie te bepalen, te realiseren, te monitoren en te evalueren • Holistische benadering van de organisatie 19 Strategisch plan • Een strategisch plan geeft aan welke doelstellingen de organisatie nastreeft en welke strategieën zullen gehanteerd worden om de doelstellingen te bereiken • Kernelementen: – – – – – – – – Missie Visie Omgevingsanalyse: SWOT-analyse Strategische doelstellingen Operationele doelstellingen Activiteiten, prestaties (+ indicatoren) Middelen (personeel, financiën) Risico-analyse 20 Kernelementen financiële beleidsruimte behoeften strategische doelstellingen operationele doelstellingen effectiviteit middelen activiteiten prestaties effecten efficiëntie kosteneffectiviteit omgeving zuinigheid 21 Doelstellingen, indicatoren en normen Strategische doelstelling 1 : promoten van sport tijdens de schooluren • • • • Operationele doelstelling 1 : vanaf 2008 krijgen alle leerlingen van het basisonderwijs 2 x per jaar een sportinitiatie tijdens de schooluren Acties Periode – timing Afspraken maken met scholen begin schooljaar Lesgevers zoeken begin schooljaar Overzicht activiteiten maken 1x in oktober + 1x in februari Operationele doelstelling 2 : vanaf 2008 organiseren wij voor alle leerlingen van het basisonderwijs een sportdag Acties Periode - timing Afspraken maken scholen december Programma opstellen december Alles organiseren januari – juni 22 Doelstellingen, indicatoren en normen Operationele doelstellingen: steeds SMART geformuleerd SMART: specifiek, meetbaar, aangepast, realistisch, Tijdsgebonden Focus van doelstellingen: MAPE M – Middelen A – Activiteiten (of Processen) P – Prestaties (of Outputs) E – Effecten (of Outcomes) 23 Terugvalposities indicatoren ja z ijne ffe c te n m e e tb a a r? k a nd ec a u s a lite itw o rd e n ja e ffe c tin d ic a to re n v a s tg e s te ld ? n e e ja n e e Isd eo u tp u tm e e tb a a r? o u tp u tin d ic a to re n p ro c e s in d ic a to re n n e e F ig u u r1 :te r u g v a lp o s itie s v o o rin d ic a to r e n in e e n b e h e e r s o v e r e e n k o m s t 24 Strategische planning versus strategisch management • Strategische planning vormt een belangrijk onderdeel van strategisch management, maar strategisch management omvat méér dan strategische planning. Het gaat over het integrale beheer van de organisatie op een strategische wijze, op een continue basis. • “Strategische planning is analyse, strategisch management is synthese”. 25 Model van strategische planning (Poister & Streib, 1999) HUMAN RESOURCES EXTERNE RELATIES Arbeidsrelaties Klantenperspectief Interne communicatie ST RA TE G IE EN Personeelsontwikkeling Interbestuurlijke relaties EN IE G TE RA ST Organisatiecultuur Publieke relaties Wetgevende agenda Begroting en financieel management Administratieve processen Organisatiestructuur INTERN MANAGEMENT ST RA TE G IE EN Performance management EN IE G TE RA ST Waarden Missie Visie Planning en evaluatie van programma's Management van programma's en projecten Dienstverlening Prestatiemeting PROGRAMMA'S EN DIENSTEN 26 Proces strategische planning / management (Bryson, 1995) STRATEGISCHE PLANNING MIDDELEN HUIDIGE STRATEGIE 3. Missie en waarden Stakeholders 1. Plan om te plannen 2. Mandaat Externe en interne stakeholders 4B. Interne omgeving 4A. Externe omgeving Sterkten en zwakten PRESTATIES TRENDS KLANTEN Opportuniteiten en bedreigingen 5. Strategische issues CONCURRENTEN EN BONDGENOTEN 6. Strategieformulering STRATEGISCH MANAGEMENT 7. Aanpassing en adoptie van strategie 8. Beschrijving Organisatie Toekomst 9. Implementatie 10 Herziening van strategie en planningsproces 27 Waarom strategische planning? Een traject van plannen, doen, opvolgen en bijsturen (PDCA) Missie • • Waarvoor we staan Waarden en identiteit: wie zijn we? hoe willen we met onze burgers omgaan? Visie • • • Waarvoor we gaan: wat willen we bereiken? Alle neuzen in dezelfde richting krijgen Hoe gaan we de gemeente van morgen beïnvloeden zodat we succes hebben? Strategie • • Ontwikkeld om de visie te realiseren: hoe gaan we de visie bereiken? Vertaald in doelstellingen en actieplannen 28 Missie: checklist (Bron: Politea BDO, 2007) • Waar staat de organisatie voor? • Wat is haar bijdrage aan haar omgeving? • Heeft de missie draagvlak bij bestuur, managementteam en medewerkers? • Is de missie richtinggevend voor het doen en laten van iedereen in de organisatie? • Kunnen uit de missie concrete doelstellingen worden afgeleid, zowel voor de organisatie, als voor individuele medewerkers? • Gaat de missie minstens één legislatuur mee? • Is de missie motiverend? 29 Strategische plannen / beleidsnota: Vlaamse overheid Richtinggevende bepalingen - Timing - Methodiek van strategische planning - Omgevingsanalyse - Expliciteren van doelstellingen en gewenste effecten - Instrumenten / acties 30 Beleidsnota: definitie • Tekst waarin het gepland handelen van een organisatie wordt beschreven en verantwoord • Toekomstig of gepland handelen = het te voeren beleid (doelen én middelen) • Beschrijven/uiteenzetten én verantwoorden/argumenteren • Algemeen teksttype, verschillende termen: beleidsschets, discussienota, adviesnotitie, (eind)rapport, concept-beleidsplan, beleidsvoornemens, ... → beleidsnota ten behoeve van de beleidsontwikkeling en/óf beleidsuitvoering en/óf beleidsevaluatie (dit zijn de verschillende fases van het beleidsproces) 31 Beleidsnota en beleidsbrief Beleidsnota • Meerjarig • Beleidsdoelstellingen en beleidsopties • (Intern en) extern • Nieuw beleid of aangepast beleid (zelden constant beleid) Beleidsbrief • Jaarlijks • Aanpassing meerjarenplan • Concretisering voor 1 jaar van de beleidsdoelstellingen 32 Stelling 1 De tekst van de beleidsnota dient om het beleid te kunnen implementeren en evalueren. 33 Stelling 2 In de beleidsnota worden meetbare doelstellingen beter achterwege gelaten. 34 Stelling 3 In de beleidsnota maken we zo veel mogelijk duidelijk op welke maatschappelijke effecten we (als organisatie en/of als politiek verkozenen) afgerekend willen worden. 35 Case: strategische planning in de federale overheid Onderzoek Managementplannen in de federale overheid: een instrument van strategisch management ? (Meer info: Sys, J. et al. (2007). Managementplannen in de federale overheid als instrument van strategisch management. Leuven: Instituut voor de Overheid. 36 Inhoud managementplannen Missie 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 Maatschappelijk effect 0 Visie Waarden 37 Inhoud managementplannen HRM 70 60 50 40 30 20 10 Intern management 0 Externe relaties Programma's en diensten 38 Inhoud managementplannen Strategie externe relaties 10 Personeelsontwikkeling Interbestuurljke relaties Organisatiecultuur Interne communicatie 9 8 7 Klantenperspectief Publieke relaties 6 5 Arbeidsrelaties 4 Wetgevende agenda 3 2 Human Resources 1 Strategie programma's en diensten 0 Strategie Human Resources Performance management Organisatiestructuur Financiën en Begroting Dienstverlening Management van programma's en projecten Planning en evaluatie van programma's Prestatiemeting Administratieve processen Strategie intern management Intern Management 39 Managementplannen: dieptestudie Managementplannen zijn het voorwerp van evolutie: – Op het vlak van voorbereiding – Op het vlak van schrijven – Op het vlak van opvolgen 40 Fases van strategisch management Strategische capaciteit van de federale overheid - Scherpere indicatoren - Hoger SMART gehalte van de doelstellingen - Opvolging van indicatoren via verschillende instrumenten - Opvolging van projecten - Geïntegreerd systeem van opvolging - Terugkoppeling naar de plannen - Evalueren van de indicatoren - Gebruik van instrumenten als SWOT en CAF - Laag SMART gehalte - Opnemen van indicatoren - Werken met projecten - Opstellen van een management en operationeel plan Fase 1 Fase 2 Fase 3 Fase 4 Strategisch management 41 Dieptestudie • • • • • • • • • • Managementplan: aanzet tot reflectie over de organisatie Statisch instrument Opvolging via andere instrumenten Weinig aandacht voor de budgettaire en menselijke middelen Overeenstemming met politieke strategische doelstellingen Zowel interne als externe stakeholders werden betrokken bij het opstellen van de plannen Plan wordt gecommuniceerd naar eigen werknemers Tastbaar maken van het plan in de organisatie is een uitdaging Communicatie naar externen ligt moeilijker De verschillende opvolgingsinstrumenten zijn niet geïntegreerd 42 Conclusie onderzoek: case strategische planning federale overheid • Federale overheid heeft de weg ingeslagen naar een versterking van de strategische capaciteit in de organisatie • Men is volop bezig met het maken van een mentaliteitswijziging op dit vlak 43 Voorbeeld examenvraag Uit een beleidsnota van een lokaal bestuur: Strategische doelstelling: • ‘kwaliteit van de dienstverlening gericht op de behoeften van de maatschappelijke omgeving’ Operationele doelstelling: • een directe, concrete, efficiënte, doeltreffende, klantvriendelijke en kwaliteitsvolle dienstverlening Geef je oordeel over de formulering van deze doelstellingen (beoordeel de mate waarin de realisatie van deze doelstelling kan geëvalueerd worden). Zou jij deze doelstelling anders formuleren? Zo ja, hoe? 44 Voorbeeld examenvraag • Geef in eigen woorden het stappenplan weer dat je zal doorlopen bij de opmaak van een strategisch plan voor je organisatie 45 Deel 4 Financieel management 46 Van beleidscyclus Terugkoppeling Planning Beslissing Evaluatie Monitoring 47 Naar financiële cyclus Terugkoppeling Begroting Beslissing Audit Boekhouding 48 Vraagstellingen voor financiële systemen Begroting Boekhouding Audit Wat zullen we doen gedurende een volgende tijdspanne? Wat gebeurt er tijdens de implementatie? Wat hebben we gedaan? Hoe hebben we het gedaan gedurende een vorige periode? 49 Integratie van beleid en financiën Terugkoppeling Planning en begroting Beslissing Audit en evaluatie Boekhouding en m onitoring 50 Begroting • Begroting: een wetgevend document waarbij de wetgevende macht aan de uitvoerende macht voor een in de tijd beperkte periode de toelating geeft om een bepaald bedrag aan ontvangsten te innen en een bepaald bedrag aan uitgaven te besteden • Geeft een antwoord op de vraag « Wat moet er worden gedaan? » 51 Trends in begroten en plannen • Decentralisatie van budgetverantwoordelijkheden; • Introductie van resultaatgerichte begrotingstechnieken; • Strategische meerjarenplanning 52 Begroting als multifunctioneel proces Wat is het gewenste niveau van uitgaven Wat mogen we uitgeven en ontvangen? en ontvangsten dat we willen bereiken? Parlementaire autorisatie Beleid Welke doelstellingen willen we bereiken? Financiële controle Beheer Hoe willen we de doelstellingen bereiken (welke en hoeveel prestaties, tegen welke kost)? 53 Focus van begroten MAPE: – Middelen: verzamelnaam voor alle menselijke, materiële en immateriële inbreng (bv. financiën, personeel, materieel) die nodig is voor het opstarten en uitvoeren van een activiteit – Activiteiten: handelingen die door een organisatie worden uitgevoerd om bepaalde prestaties te leveren – Prestaties: produkten en/of verstrekte diensten die worden voortgebracht door de uitgevoerde activiteiten; – Effecten: effecten verwijzen naar situatieveranderingen in een beleidsveld bij bepaalde doelgroepen (bv. werklozen, kansarmen, ...) of t.a.v. bepaalde fenomenen (bv. vervuiling) → gevolgen van prestaties 54 Focus van begroten Voorbeeld MAPE: uitbreiden mogelijkheden naschoolse kinderopvang binnen gemeente x M A P E Personeel, werkingsmiddelen, infrastructuur Bezoeken van scholen, opmaken van dossiers Aantal en omvang van de subsidies van scholen Toename in aantal plaatsen voor kinderopvang binnen gemeente x met x% 55 Formattering van de begroting (Martin, 2002) Effect-begroting Programma-begroting INPUT ACTIVITEIT OUTPUT EFFECT Output-begroting Input-begroting 56 Input- en outputgeoriënteerde begrotingsstructuren Inputgeoriënteerde begrotingsformaten (line-item) Outputgeoriënteerde begrotingsformaten (prestatiegerichte begroting) Begrotingsformaat: V: Wat zullen we doen in de volgende tijdspanne? A: Dit bedrag zal gespendeerd worden aan personeel, subsidies, etc. A: Dit bedrag zal gespendeerd worden om in bepaalde diensten te voorzien die gekoppeld zijn aan bepaalde doelstellingen Verandering van begrotingsformaat: V: Hoe evolueren begrotingen? A: Meestal op incrementele wijze A: Meestal gedeeltelijk zero-based 57 terugkoppeling financiële beleidsruimte behoeften strategische doelstellingen planning evaluatie operationele doelstellingen (begroting) (audit) effectiviteit middelen activiteiten prestaties effecten efficiëntie beslissing kosteneffectiviteit omgeving zuinigheid monitoring & controlling (boekhouding) 58 Randvoorwaarden • Prestatiegegevens / Rationalisatie en professionalisering van beleid • Steun van politieke actoren • Organisatiecultuur • Kennis/Capaciteit • Organisatiestructuur • IT • Consolidatie 59 (0) Beschouwingen bij implementatie Copernicus – Beter Bestuurlijk Beleid Functies • Continu spanningsveld: beheersfunctie <-> financiële controlefunctie • Hoe is de beheersfunctie van financiële documenten uitgewerkt? • Allocatie van middelen vanuit prestatiegegevens Procedures • Belangen wetgevende macht? • Aansturing door horizontale diensten • Hoe is controlefunctie georganiseerd? 60 (0) Beschouwingen bij implementatie Copernicus – Beter Bestuurlijk Beleid Format • Spanningsveld: – Begrotingsinfo: focus op activiteiten, hogere beleidsdoelstellingen – Operationele plannen: focus op doelstellingen en prestatieindicatoren, gedetailleerd • Wat met de koppeling beleid, beheer en financieel management? • Prestatiebegroting als intern managementinstrument • Performante programmabegroting • Performante begrotingsboekhouding 61 (0) Beschouwingen bij implementatie Copernicus – Beter Bestuurlijk Beleid • Verschillende facetten vormen 1 geheel: beleids- en beheerscyclus, financiële cyclus, HRM-cyclus en contractcyclus • Onderlinge afstemmingsmechanismen, geen nieuwe bureaucratie: taak van financiële actoren? • Organisatorische en financiële ondersteuning • Parallellisme tussen afbouw en uitbouw • Kwaliteit van beheersdocumenten: doelstellingen, kostprijsgegevens, relatie MAPE, kwaliteit prestatieinformatie • Zichtbaar maken toegevoegde waarde van hervorming 62 Voorbeeld examenvraag • Leg uit hoe de stroming New Public Management gevolgen heeft voor de invulling van financieel overheidsmanagement. 63 Wat is leerstof? Presentatie (niet slides 60-61-62) Syllabus Deel 1 • ‘Goed openbaar bestuur’ niet box p.17-18 • ‘De opkomst van een nieuwe overheidsmanager’ 64 Wat is leerstof? Syllabus Deel 4 • ‘Het meten van prestaties in lokale besturen’: tekst enkel lezen • ‘Causaliteit: hét centrale probleem in effectmeting’: tekst enkel lezen • ‘Strategie, planning en besluitvorming’: Niet: 6.3, tabel 6.1, 6.5.2, 6.6 • ‘De financiële hervorming als hefboom voor resultaatgericht management’: lezen en context begrijpen 65 Meer informatie over deel 1 en 4 Veerle Conings Parkstraat 45 bus 3609 Tel: 016 32 36 16 [email protected] www.instituutvoordeoverheid.be 66