FUNCTIEBESCHRIJVING hoofddeskundige Vernieuwingen ICT HOOD/0011 Directie FaciIitair Beheer Afdeling ICT127.03.00 FUNCTIEDOEL Het begeleiden en uitvoeren van ICT-gerelateerde vernieuwingsprojecten in nauw overleg met de rechtstreekse collega’s en externe partijen, met de nodige aandacht voor een goede integratie van het pakket in de organisatie en voor de ondersteunbaarheid ervan achteraf. Een goede samenwerking met de collega's van B&O is noodzakelijk. PLAATS IN HET BESTUUR Directie: Afdeling, sectie: Statuut: Rang: Salarisschaal: Graad: Facilitair Beheer Afdeling ICT contractueel Bx B4-B5 hoofddeskundige RESULTAATSGEBIEDEN Vernieuwing en onderhoud netwerk doorvoeren en coördineren van uitbreidingen en aanpassingen van het netwerk in overleg met de leidinggevende en/of projectverantwoordelijke, voor het totale provinciale administratieve netwerk en desgevallend het publieksgerichte netwerk; meebouwen aan de beveiligingsstrategie van het provinciale netwerk, hetgeen na overleg met de leidinggevende resulteert in het opvolgen en aanpassen van regels en instellingen op de firewalls en andere beveiligingsapparatuur; probleemsituaties tijdig en correct inschatten zodat kon efficiënt kan ingegrepen worden om de hinder voor de eindgebruikers minimaal te houden en in de toekomst te vermijden. Vernieuwing en onderhoud serverpark in samenspraak met de leidinggevende en collega’s, standaard installatieprocedures opstellen voor nieuwe servers, rekening houdend met de uiteindelijke applicatiesoftware, desgevallend vooraf de nodige kennis hiervoor opdoen; defecten aan hardware snel en resultaatgericht aanpakken en oplossen, met een minimumtijd aan uitval tot doel en aanpassingen formuleren die herhalingen van het falen zouden kunnen vermijden; Algemene ondersteuning van de dienst door gebruikers gemelde storingen in toepassingen, hardware en netwerk worden snel en adequaat geïnventariseerd, onderzocht en indien mogelijk opgelost en opgevolgd. Occasioneel kan zelfs een bijkomende ondersteuning op de werkplek nodig zijn vlotte implementatie van nieuwe pakketten (zowel op niveau van netwerk, hardware als software) mogelijk maken door verdere uitbouw en verfijning van de installatieprocedures; actief meebouwen aan de visie van de dienst over de evolutie van het informaticagebeuren binnen het provinciebestuur; voorstellen formuleren naar de concrete uitwerking hiervan. VEREISTE COMPETENTIES Competentie 1 Waarneembare kenmerken WAARDEGEBONDEN COMPETENTIE Steeds verbeteren Steeds verbeteren van het eigen functioneren en van de werking van de dienst/afdeling, door de bereidheid om te leren en mee te groeien met veranderingen. Niveau 2 Ontwikkelt zich binnen de eigen functie, en werkt actief mee aan het verbeteren van de uitvoering van taken. Werkt zich in, in nieuwe materies die relevant zijn voor de eigen taak (bv. regelgeving, informaticatoepassingen,werkmethoden Informeert zich over nieuwe ontwikkelingen voor de eigen functie (leest vakliteratuur, opleiding en vorming, ... Past nieuwe richtlijnen, kennis, informatie en inzichten toe in de praktijk Gaat na of/hoe nieuwe tendensen en ontwikkelingen in de eigen functie kunnen toegepast worden Zoekt actief naar mogelijkheden om de uitvoering van het takenpakket te verbeteren en werkt dit verder uit tot concrete voorstellen 2 WAARDEGEBONDEN COMPETENTIE Sterke klantgerichtheid De behoeften van verschillende soorten (interne en externe) klanten onderkennen en er adequaat op reageren, met het oog op het dienen van het algemeen belang Niveau 3 Onderneemt, binnen de mogelijkheden van de eigen functie, acties om de dienstverlening aan klanten te optimaliseren Onderzoekt op welke punten de eigen dienstverlening aan de klant kan worden verbeterd Bevraagt gericht de wensen, behoeften en verwachtingen van klanten (tevredenheidsenquètes, mondeling bevragen,…) Formuleert concrete voorstellen om de eigen dienstverlening te verbeteren Onderneemt concrete acties naar aanleiding van specifieke feedback van klanten Zet nieuwe mogelijkheden op het vlak van dienstverlening meteen om in de praktijk Neemt acties om de dienstverlening ten aanzien van specifieke doelgroepen te optimaliseren, rekeninghoudend met hun beperkingen en behoeften (vb. handicap, allochtonen, …) 3 WAARDEGEBONDEN COMPETENTIE Goed samenwerken Een bijdrage leveren aan een gezamenlijk resultaat op niveau van een team, entiteit of de organisatie Niveau 2 Helpt anderen en overlegt Steunt de voorstellen van anderen en bouwt daarop voort om tot een gezamenlijk resultaat te komen Stemt de eigen inbreng/prioriteiten/aanpak af op de noden van de groep Houdt rekening met de gevoeligheden en met de verscheidenheid in mensen Biedt hulp aan bij problemen, ook al valt de taak niet onder de eigen opdracht Bevraagt spontaan en pro-actief de mening van anderen 4 WAARDEGEBONDEN COMPETENTIE Hoge betrouwbaarheid Afspraken nakomen en zijn/haar verantwoordelijkheid opnemen. Handelen vanuit respect voor administratieve regels en vanuit de codes van integriteit, zorgvuldigheid, objectiviteit, gelijke behandeling, correctheid en transparantie uitgaande van de basisregels, sociale en ethische normen (diversiteit, milieuzorg…) Niveau 2 Brengt sociale en ethische normen in de praktijk Neemt de verantwoordelijkheid op voor het eigen handelen (past geen paraplupolitiek toe) Leeft de deontologie na die eigen is aan de functie of het functieniveau Spreekt anderen erop aan wanneer hun handelen niet conform is met bestaande regels en afspraken Handelt consequent: neemt in gelijkaardige omstandigheden gelijkaardige standpunten in of een soortgelijke houding aan Schat correct in of informatie al dan niet verder kan of mag verspreid worden Vertoont voorbeeldgedrag rond basisregels en afspraken 5 FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE Probleemanalyse Een probleem duiden in zijn verbanden. Op een efficiënte wijze op zoek gaan naar aanvullende, relevante informatie Niveau 2 Bekijkt een probleem vanuit verschillende gezichtspunten Heeft een scherp inzicht: ziet zinvolle verbanden en oorzaken Ziet de oorzaken en de gevolgen van problemen die zich voordoen Legt verbanden tussen verschillende soorten informatie Ziet de dieperliggende, minder voor de hand liggende redenen en samenhangen Integreert nieuwe elementen in de bestaande informatie 6 FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE Oordeelsvorming Meningen uiten en zicht hebben op de consequenties ervan, op basis van een afweging van relevante criteria Niveau 2 Neemt standpunten in, met zicht op de gevolgen daarvan Geeft een gefundeerd oordeel, rekening houdend met de te verwachten gevolgen Kijkt ook naar de mogelijke neveneffecten, minder evidente gevolgen Motiveert en beargumenteert het eigen oordeel of de beslissing Neemt ten aanzien van problemen of situaties een persoonlijk standpunt in Neemt standpunten in op basis van onvolledige maar voldoende informatie 7 FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE Visie Dagelijkse praktijk overstijgen en eigen ideeën uitwerken voor de toekomst, feiten bekijken van op een afstand, ze in een ruimere context en een langetermijnperspectief plaatsen Niveau 3 Ontwikkelt een visie voor de toekomst Loopt vooruit op maatschappelijke evoluties en toekomst, evenals op de manier om de eigen organisatie hierop voor te bereiden Komt met plannen en ideeën met een looptijd van enkele jaren Houdt vast aan de lange termijn visie, niettegenstaande de dagelijkse gebeurtenissen Brengt een eigen beleid, gebaseerd op een duidelijke visie m.b.t. de missie en de objectieven van de organisatie 8 FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE Initiatief Kansen onderkennen en uit eigen beweging acties voorstellen en/of ondernemen Speelt spontaan in op kansen die zich aandienen Niveau 3 Neemt initiatieven die aantonen Anticipeert op diverse situaties door gepaste acties te ondernemen dat hij/zij anticipeert op Neemt initiatief om te vernieuwen gebeurtenissen (proactief) Introduceert verbeteringen in werkaanpak en procedures 9 FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE Nauwgezetheid Handelen met aandacht voor details en gericht op het voorkomen van fouten Niveau 2 Voert repetitieve administratieve of technische taken foutloos uit Levert correct werk af, met oog voor detail Vult documenten en formulieren correct en zorgvuldig in Blijft aandachtig bij routineuze taken Controleert het eigen werk Corrigeert fouten en onnauwkeurigheden in de beschikbare informatie 10 FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE Plannen Structuur aanbrengen in tijd, ruimte en prioriteit bij het aanpakken van taken of problemen Niveau 2 Structureert het eigen werk en dat van anderen Brengt structuur aan in eigen en andermans werk (vb. bepaalt werkterreinen, prioriteiten, termijnen, ...) Houdt bij het inplannen van taken rekening met deadlines Maakt goede werkschema's en tijdsplanningen op (werkbaar, volledig, overzichtelijk) Geeft op een duidelijke en eenduidige manier aan welke de prioriteiten zijn 11 FUNCTIE GEBONDEN COMPETENTIE Voortgangscontrole Bewaken van de voortgang in tijd en van de kwaliteit van eigen processen en/of die van collega's of medewerkers Niveau 1 Controleert eigen werk Volgt de voortgang van het eigen werk op Volgt de voortgang van werkzaamheden en processen in de tijd op Rapporteert spontaan over de voortgang van zijn/haar werk Legt vervolgafspraken en -activiteiten vast Gaat regelmatig na welke zaken tegen wanneer beschikbaar moeten zijn en geeft er het juiste gevolg aan KENNISGEBONDEN COMPETENTIE KENNIS - Goed overzicht over nieuwe evoluties en technologieën in ICT. Grondige kennis besturingssystemen, zowel voor cliënten als servers Grondige kennis Netwerktechnologieën Algemene kennis van Programmeeromgevingen Kennis van ITIL-begrippen en werkwijzen