functiebeschrijving - Provinciaal Natuurcentrum

advertisement
FUNCTIEBESCHRIJVING
deskundige technische installaties
DES/0097
Directie Facilitair Beheer
Afdeling Gebouwen / Real Estate
Sectie Onderhoud Gebouwen
Preventief Onderhoud
127.02.35
FUNCTIEDOEL
Verantwoordelijk voor de administratieve en organisatorische opvolging van het onderhoud m.b.t. de technische
installaties en faciliteiten van de provinciale gebouwen, en dit in nauw overleg met en onder leiding van de
verantwoordelijke van de dienst Onderhoud.
PLAATS IN HET BESTUUR
Directie:
Afdeling, sectie:
Statuut:
Rang:
Salarisschaal:
Graad:
Facilitair Beheer
Gebouwen / Real Estate; Onderhoud Gebouwen
contractueel
Bx
B1
deskundige
RESULTAATSGEBIEDEN
1) Technische ondersteuning (dienstenfiche RE3.4.11) (Evaluatie)
- samenwerken met buitenfirma’s en/of onderaannemers in een coördinerende rol teneinde de concrete realisatie
van de geplande projecten te garanderen.
Dit omvat onder andere volgende kernactiviteiten / taken:

controleren van de technische documenten van de aanbesteding en uitvoering

controleren van de conformiteit met de specificaties van het bestek en de wettelijke normen

opvolgen en controleren van de uitvoering van de werken

melden van gebreken
-
leveren van technische ondersteuning bij constructie-, renovatie- en onderhoudsprojecten aan gebouwen en
infrastructuur teneinde een correcte, veilige en efficiënte uitvoering van de werken te garanderen.
(~coördinerend)
Dit omvat onder andere volgende kernactiviteiten / taken:

beantwoorden van vragen en problemen

formuleren van technische aanbevelingen en adviezen

leveren van ondersteuning bij de werken op technisch en materieel vlak
-
instaan voor een correcte opvolging van de werken teneinde de projecten en/of werkzaamheden tijdig en
correct op te leveren.
Dit omvat onder andere volgende kernactiviteiten / taken:

opvolgen van de vastgelegde timings;

nagaan van de conformiteit tussen de offerte en de effectieve uitvoering van de werken;

controleren van de werkzaamheden.
-
ziet pro-actief het werk dat gedaan moet worden en handelt ernaar in overleg met de dienstoverste. Dit kan
zowel een coördinerende als uitvoerende inhoud aannemen.
-
wacht bij problemen niet af, maar verzamelt informatie en onderneemt actie om het probleem op te lossen in
overleg met zijn dienstoverste.
2) Preventief onderhoudsplan (dienstenfiches RE3.4.1 – RE3.4.9) (Evaluatie)
- opvolging van het preventief onderhoudsplan, in samenwerking met de verantwoordelijke Cel Preventief
Onderhoud en de direct leidinggevende, teneinde in te staan voor een veilig en correct onderhoudsbeleid.
Dit omvat onder andere volgende kernactiviteiten / taken:

controle / evaluatie van de acties die kaderen binnen het preventief onderhoudsplan

bijsturen van het preventief onderhoudsplan indien nodig

updaten van de inventaris

meehelpen met de aanbesteding van nieuwe contracten ikv het preventief onderhoudsplan
Versie: 2017-07-23
3) Projecten (technische dossiers voortvloeiend uit correctief onderhoud) (dienstenfiche RE3.4.11) (Evaluatie)
- uitwerken van kleine projecten en instaan voor de implementatie ervan binnen de onderhoudsafdeling teneinde
onder andere rendementsverhogingen, kwaliteitsverbeteringen en een efficiëntere werkplaatsindeling te
bewerkstelligen waarbij de voor- en nadelen voor de verschillende klanten dienen worden afgewogen binnen de
beschikbare budgettaire ruimte.
Dit omvat onder andere volgende kernactiviteiten / taken:

Analyseren van een project of een bepaald deel hiervan

Overleggen en opstellen van de planning en de organisatie van het project

Afleiden van de bedrijfsnoden op vlak van rendement, kwaliteit,…
4) Technische nachtpermanentie administratieve gebouwen Provinciehuis (Hasselt) (~ dienstenfiche RE3.4.12)
- de beurtrol van de technische nachtpermanentie op weekbasis (storingsdienst) uitvoeren volgens afspraak en
dit buiten de kantooruren.
-
correct reageren op oproepen voor tussenkomsten van de technische weekpermanentie;
5) Administratieve taken
- toezien op de volledigheid van de documentatie van alle technische gegevens inzake onderhoud teneinde de
onderhoudstechnici (intern/extern) van alle relevante informatie en documentatie te voorzien.
Dit omvat onder andere volgende kernactiviteiten / taken:

Opmaken (digitaal) van mappen met technische gegevens per site/gebouw/techniek

Aanpassingen doorvoeren in de documentatie bij wijzigingen

Verzamelen van alle mogelijke kengetallen teneinde de lijn- en stafdiensten van de nodige informatie
te voorzien, op basis van de dienstenfiches (RE3.4.1 – RE3.4.11).

Analyseren van de gegevens

Verzamelen en opvragen van alle mogelijke onderhoudsgegevens

Formuleren van adviezen en aanbevelingen naar het management

Bestellingen (opdrachten/materialen) plaatsen, opvolgen en afronden (incl. facturatie)
6) Ondersteuning van de cel Gebouwenbeheer inzake de technische installaties van het Provinciehuis, blok G en
blok H. (dienstenfiche RE3.1.1)
- ondersteuning van de cel Gebouwenbeheer voor het instellen en het opvolgen van de technische installaties in
het provinciehuis, blok G en blok H (personenzoek, HVAC, toegangscontrole, inbraakdetectie, waarschuwingen alarminstallatie, verlichting en technische alarmen, C.C.T.V., enz.);
-
overleg plegen met de cel Gebouwenbeheer om de permanente opvolging van de technische installaties te
verzekeren;
Versie: 2017-07-23
VEREISTE COMPETENTIES
Competentie
1
Waarneembare kenmerken
WAARDEGEBONDEN COMPETENTIE
Steeds verbeteren
Steeds verbeteren van het eigen functioneren en van de werking van de dienst/afdeling, door de bereidheid om
te leren en mee te groeien met veranderingen.
Niveau 2
Ontwikkelt zich binnen de eigen
functie, en werkt actief mee aan het
verbeteren van de uitvoering van
taken
Werkt zich in, in nieuwe materies die relevant zijn voor de eigen taak (bv.
Regelgeving, informaticatoepassingen, werkmethoden,…)
Informeert zich over nieuwe ontwikkelingen voor de eigen functie (leest
vakliteratuur, opleiding en vorming, …)
Past nieuwe richtlijnen, kennis, informatie en inzichten toe in de praktijk
Gaat na of/hoe nieuwe tendensen en ontwikkelingen in de eigen functie
kunnen toegepast worden
Zoekt actief naar mogelijkheden om de uitvoering van het takenpakket te
verbeteren en werkt dit verder uit tot concrete voorbeelden
2
WAARDEGEBONDEN COMPETENTIE
Sterke klantgerichtheid
De behoeften van verschillende soorten (interne en externe) klanten onderkennen en er adequaat op reageren,
met het oog op het dienen van het algemeen belang
Niveau 2
Biedt de klant de beste oplossing bij
vragen en problemen die minder
voor de hand liggen
Biedt de klant de beste oplossing bij vragen en problemen die minder voor
de hand liggen.
Past planning, dienstverlening of product aan om de klant verder te
helpen, binnen de bestaande procedures
Geeft op de best mogelijke wijze de klant waar hij/zij recht op heeft
Levert, rekening houdend met bestaande procedures, sneller of meer dan
afgesproken is, aan de klant
Gaat expliciet na of de klant tevreden is met de aangeboden oplossing en
dienstverlening
Probeert zelf een antwoord te geven op een vraag of klacht. Verwijst zo
nodig door of zoekt hulp
Biedt een zo optimaal mogelijke oplossing voor de klant
3
WAARDEGEBONDEN COMPETENTIE
Goed samenwerken
Een bijdrage leveren aan een gezamenlijk resultaat op niveau van een team, entiteit of de organisatie
Niveau 3
Stimuleert de samenwerking binnen
de eigen dienst
Komt met ideeën om het gezamenlijke resultaat te verbeteren
Moedigt anderen aan om samen te werken, hun ideeën te uiten en
onderling van gedachten te wisselen
Moedigt anderen aan om onderling te overleggen over zaken die het
eigen werk overstijgen
Betrekt anderen bij het nemen van beslissingen die op hen een impact
hebben
Bevordert de goede verstandhouding, de teamgeest en het respect voor
verscheidenheid in mensen
Geeft opbouwende kritiek en feedback
Moedigt anderen aan om gezamenlijk oplossingen te vinden
4
WAARDEGEBONDEN COMPETENTIE
Hoge betrouwbaarheid
Afspraken nakomen en zijn/haar verantwoordelijkheid opnemen. Handelen vanuit respect voor administratieve
regels en vanuit de codes van integriteit, zorgvuldigheid, objectiviteit, gelijke behandeling, correctheid en
transparantie uitgaande van de basisregels, sociale en ethische normen (diversiteit, milieuzorg…)
Niveau 3
Schept gepaste randvoorwaarden
Versie: 2017-07-23
Toont voorbeeldgedrag rond basisregels en afspraken, rond sociale en
ethische normen en in het omgaan met diversiteit
zodat de deontologische code in de
praktijk kan gebracht worden
Is verantwoordelijk voor een transparante structuur en inrichting van de
dienst
Zorgt ervoor dat iedereen op de hoogte is van de verwachte normen voor
gedrag (bijvoorbeeld: brengt het onderwerp regelmatig en systematisch
ter sprake)
Spreekt anderen aan in geval van onethisch gedrag, wanneer regels en
afspraken niet worden nageleefd, enz.
5
FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE – BEHEERSMATIG GEDRAG
Voortgangscontrole
Bewaken van de voortgang in tijd en van de kwaliteit van eigen processen en/of die van collega’s of
medewerkers.
Niveau 2
Volgt de voortgang van het eigen
werk en dat van anderen op
Controleert op regelmatige basis de voortgang en resultaten van een
werkproces
Bouwt momenten van werkoverleg en rapportering in (zowel van als naar
anderen)
Volgt gemaakt afspraken op het afgesproken moment op
Wijst medewerkers (collega’s, leveranciers,…) op hun planning of
afspraken
Denkt vooraf aan mogelijke storingen in de voortgang en reageert tijdig
6
FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE – PROBLEEMOPLOSSEND GEDRAG
Initiatief
Kansen onderkennen en uit eigen beweging acties voorstellen en/of ondernemen
Niveau 3
Neemt initiatieven die aantonen dat
hij/zij anticipeert op gebeurtenissen
(proactief)
Speelt spontaan in op kansen die zich aandienen
Anticipeert op diverse situaties door gepaste acties te ondernemen
Neemt initiatief om te vernieuwen
Introduceert verbeteringen in werkaanpak en procedures
7
FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE – PROBLEEMOPLOSSEND GEDRAG
Nauwgezetheid
Handelen met aandacht voor details en gericht op het voorkomen van fouten
Niveau 3
Levert onder verhoogde druk
kwaliteitsvol werk af
Levert onder tijdsdruk kwaliteitsvol werk af
Weet snelheid met nauwkeurigheid te combineren
Kiest de beste methode of procedure in functie van de gevraagde
nauwkeurigheid
Combineert kwantiteit met kwaliteit
Behoudt de zin voor detail bij verhoogde tijdsdruk
8
FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE – PROBLEEMOPLOSSEND GEDRAG
Plannen
Structuur aanbrengen in tijd, ruimte en prioriteit bij het aanpakken van taken of problemen
Niveau 2
Structureert het eigen werk en dat
van anderen
Formuleert de eigen doelstellinge in termen van concreet gedrag
(meetbaar resultaat, voorzien van een deadline)
Brengt structuur aan in eigen en andermans werk (vb. bepaalt
werkterreinen, prioriteiten, termijnen, …)
Houdt bij het inplannen van taken rekening met deadlines
Maakt goede werkschema’s en tijdsplanningen op (werkbaar, volledig,
overzichtelijk)
Geeft op een duidelijke en eenduidige manier aan welke de prioriteiten
zijn
9
FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE – OMGAAN MET INFORMATIE
Creativiteit
Versie: 2017-07-23
Originele en/of vernieuwende oplossingen en voorstellen formuleren
Niveau 2
Kan meerdere ideeën en
oplossingen bedenken
Ziet mogelijkheden om werkwijzen uit andere vakgebieden in het eigen
domein in te zetten
Komt met nieuwe ideeën, voorstellen en oplossingen
Stelt alternatieven voor wanneer een voorstel op hindernissen of
tegenkanting stuit
Past een bestaande oplossing toe waar dit niet voor de hand ligt
Bekijkt een gegeven vanuit verschillende hoeken en komt daardoor op
nieuwe ideeën
Brainstormt over zoveel mogelijk ideeën zonder zich onmiddellijk te laten
tegenhouden door praktische belemmeringen
10
FUNCTIEFAMILIE GEBONDEN COMPETENTIE – OMGAAN MET INFORMATIE
Probleemanalyse
Een probleem duiden in zijn verbanden. Op een efficiënte wijze op zoek gaan naar aanvullende, relevante
informatie.
Niveau 2
Bekijkt een probleem vanuit verschillende gezichtspunten
Heeft een scherp inzicht: ziet zinvolle
Ziet de oorzaken en de gevolgen van problemen die zich voordoen
verbanden en oorzaken
Legt verbanden tussen verschillende soorten informatie
Ziet de dieperliggende, minder voor de hand liggende redenen en
samenhangen
Integreert nieuwe elementen in de bestaande informatie
11
FUNCTIE GEBONDEN COMPETENTIE – INTERPERSOONLIJK GEDRAG
Mondelinge uitdrukkingsvaardigheid
Spreken in een taal zodat het publiek tot wie ze gericht is ze begrijpt
Niveau 2
Zorgt voor een heldere
communicatie in twee richtingen
Communiceert duidelijk en ‘to the point’
Richt zich tot zijn/haar gesprekspartner
Gaat regelmatig na of de boodschap voor de andere duidelijk was
Biedt zijn/haar gesprekspartner(s) de gelegenheid om vragen te stellen
Geeft de gesprekspartner de kans om te reageren en onderbreekt
hem/haar niet
Past de communicatiestijl aan, aan de mogelijkheden/eigenheden van de
gesprekspartner
12 KENNISGEBONDEN COMPETENTIE
KENNIS
- algemeen technisch inzicht
- grondig inzicht in elektriciteit en HVAC-installaties.
- elementaire kennis op het gebied van wetgeving, normen, administratie, milieu & veiligheideitssystemen
m.b.t. onderhoud van gebouwen.
- goede kennis van de taken, organisatie en werking van het provinciebestuur
- bedreven in het werken met MS Office (Outlook, Word, Excel, Powerpoint)
- kennis van de wetgeving rond veiligheid
- in het bezit zijn van een rijbewijs B
Versie: 2017-07-23
Download