OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN – BOECHOUT Reglement over de vrijetijdstoelage voor inwoners met een laag inkomen – versie 05.03.2013 __________________________________________________________________________ Artikel 1: Binnen de perken van de goedgekeurde budgetten kent het OCMW jaarlijks een vrijetijdstoelage toe aan inwoners met een laag inkomen. Artikel 2: De vrijetijdstoelage is een toelage die de sociale, culturele en sportieve participatie en ontplooiing van inwoners met een laag inkomen in de gemeente Boechout wil stimuleren. Artikel 3: De vrijetijdstoelage is gericht op het brede vrijetijdsaanbod, zowel op het vlak van cultuur, sport, jeugd als ontspanning. De toelage geldt in principe enkel voor deelname aan het verenigingsleven van of activiteiten in Boechout. Wat het verenigingsleven betreft, komen zowel activiteiten georganiseerd door Boechoutse verenigingen binnen als buiten de gemeente in aanmerking. Uitzonderlijk kan de toelage ook gebruikt worden voor de financiering van vrijetijdsbesteding of activiteiten waarvoor er in de gemeente Boechout geen aanbod bestaat. Artikel 4: 1. De gerechtigden dienen aan volgende inkomensvoorwaarde te voldoen: Het gezamenlijk belastbaar gezinsinkomen en/of dit van de samenwonenden, eventueel verhoogd met inkomsten uit verhuring van onroerende goederen, mag niet meer bedragen dan € 10.000,00 (voor 2014: € 13.900,00), te vermeerderen met 10% per inwonend lid van het gezin Elke persoon getroffen door een bestendige invaliditeit van minstens 66% wordt gelijkgesteld met 2 personen. Bedoelde inkomensgrenzen geldend op 1 januari 1998, worden jaarlijks aangepast aan de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Hierbij wordt rekening gehouden met het indexcijfer voor de maand september van het voorgaande jaar. De aldus bekomen inkomensgrenzen worden afgerond tot het naasthogere honderdtal. 2. De gerechtigden dienen volgende bewijsstukken binnen te brengen: a) b) c) d) ofwel het (de) aanslagbiljet(ten) inzake personenbelasting en aanvullende belastingen van de inkomsten 2 jaar voorafgaand aan de aanvraag; ofwel recentere inkomensbewijsstukken die door het OCMW erkend worden. bewijs van gezinssamenstelling. een verklaring op eer betreffende de inkomsten uit verhuring van onroerende goederen bewijzen van lidmaatschap van een culturele, sport- of jeugdvereniging in Boechout; of bewijzen van deelname of bezoek aan een activiteit van een culturele, sport- of jeugdvereniging in Boechout; of bewijzen van bezoek aan een culturele voorstelling of sportief evenement in Boechout. De bewijsstukken vermeld onder 2. d) dienen bij het OCMW toe te komen uiterlijk op 15 januari van het jaar volgend op het jaar waarop de toelage betrekking heeft. Artikel 5: De vrijetijdstoelage bedraagt jaarlijks maximum € 50,00 per persoon en wordt slechts uitgekeerd voor 75 % van het bedrag dat de deelname aan het verenigingsleven of de activiteiten effectief gekost heeft. Artikel 6: De aanvragen voor het bekomen van de vrijetijdstoelage moeten uiterlijk op 31 oktober van het toelagejaar ingediend worden bij de sociale dienst van het OCMW en worden goedgekeurd door het bijzonder comité voor de sociale dienst. Gelet op artikel 1, eerste lid, wordt de gerechtigden evenwel aangeraden om reeds bij het begin van het jaar een principiële aanvraag in te dienen. De vereiste bewijsstukken, vermeld in art. 4, 2. d) , kunnen dan, na principiële goedkeuring, in de loop van het toelagejaar binnen gebracht worden. Artikel 7: Bij verblijf in een rusthuis of een andere vorm van gemeenschapsleven is er geen recht op deze toelagen. Voor de toepassing van dit reglement worden initiatieven inzake beschut zelfstandig wonen niet als vormen van gemeenschapsleven beschouwd. Artikel 8: Indien het voorziene budget voor deze toelage ontoereikend is, zal het aan elke rechthebbende toekomende bedrag proportioneel verminderd worden. Artikel 9: In geval van uiterlijke tekenen van welstand kan het bijzonder comité voor de sociale dienst beslissen om deze toelage niet toe te kennen. Artikel 10: Alle betwistingen betreffende de toepassing van dit reglement worden beslecht door het bijzonder comité voor de sociale dienst. Artikel 11: Misbruiken op dit reglement kunnen aanleiding geven tot het terugvorderen van de toegekende toelagen.