Orde van dienst van de WELKOMKERK te ZUIDLAND 3 nov 2013 om 9.30 Morgendienst Mededelingen door de ouderling van dienst. Gemeente gaat staan Intochtspsalm: Psalm 89:1,7 'Ik zal zolang ik leef, bezingen in mijn lied' Stil gebed: Laten we samen stil worden, zijn met wat er is... . Votum en groet: Votum: Onze hulp is in de naam van God, de Eeuwige, die is, en die was, en die komt. Nu en altijd. Amen. Groet: Genade zij u, en vrede, in Jezus Christus, die ons bevrijdt. Klein Gloria (niet in de veertig-dagentijd) Gemeente gaat zitten Gebed van verootmoediging en genadeverkondiging in een keer met Lied: Gezang 323:1,6 'God is tegenwoordig, God is in ons midden' Wetslezing: Miga 6 (Nieuwe Bijbelvertaling) 6 ‘Wat kan ik de HEER aanbieden, waarmee hulde brengen aan de verheven God? Moet ik hem tegemoet treden met brandoffers, zou hij eenjarige stieren aanvaarden? 7 Kan ik hem gunstig stemmen met duizenden rammen, met olie, stromend in tienduizend beken? Moet ik mijn oudste kind geven voor wat ik heb misdaan, de vrucht van mijn schoot voor mijn zondig leven?’ 8 Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de HEER van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God. Gebed om verlichting met de Heilige Geest: Kinderlied? Evangelische Liedbundel 425 (3 maal zingen) 'Dit is de dag' De kinderen gaan naar de nevendienst Schriftlezing(en) afgewisseld met lied(eren) welke bijbelvertaling wilt u gebruiken: 1e lezing: Genesis 32:23-33 (Nieuwe Bijbelvertaling) 23 Het was nog nacht toen Jakob opstond en de Jabbok overstak op een doorwaadbare plaats, samen met zijn beide vrouwen, zijn twee bijvrouwen en zijn elf kinderen. 24 Nadat hij hen over de rivier had geholpen, bracht hij ook al zijn bezittingen naar de overkant. 25 Maar zelf bleef hij achter, helemaal alleen, en er worstelde iemand met hem totdat de dag aanbrak. 26 Toen de ander zag dat hij het niet van hem kon winnen, raakte hij Jakobs heup aan, en daardoor raakte Jakobs heup tijdens die worsteling ontwricht. 27 Toen zei de ander: ‘Laat mij gaan, het wordt al dag.’ Maar Jakob zei: ‘Ik laat u niet gaan tenzij u mij zegent.’ 28 De ander vroeg: ‘Hoe luidt je naam?’ ‘Jakob,’ antwoordde hij. 29 Daarop zei hij: ‘Voortaan zal je naam niet Jakob zijn maar Israël, want je hebt met God en mensen gestreden en je hebt gewonnen.’ 30 Jakob vroeg: ‘Zeg me toch hoe u heet.’ Maar hij kreeg ten antwoord: ‘Waarom vraag je naar mijn naam?’ Toen zegende die ander hem daar. 31 Jakob noemde die plaats Peniël, ‘want,’ zei hij, ‘ik heb oog in oog gestaan met God en ben toch in leven gebleven.’ 32 Zodra hij bij Peniël was overgestoken, zag hij de zon opkomen. Jakob liep mank. 33 Omdat de ander hem had aangeraakt bij de spier die boven het heupgewricht ligt, eten de Israëlieten de heupspier niet, tot op de dag van vandaag. Zingen: Gezang 481:1,4 'O grote God die liefde zijt' 2e lezing: Lucas 18:1 – 8 (Nieuwe Bijbelvertaling) 1 Hij vertelde hun een gelijkenis over de noodzaak om altijd te bidden en niet op te geven: 2 ‘Er was eens een rechter in een stad die geen ontzag had voor God en zich niets aan de mensen gelegen liet liggen. 3 Er woonde ook een weduwe in die stad, die steeds weer naar hem toe ging met het verzoek: “Doe mij recht in het geschil met mijn tegenstander.” 4 Maar lange tijd wilde hij dat niet doen. Ten slotte zei hij bij zichzelf: Ook al heb ik geen ontzag voor God en laat ik mij niets aan de mensen gelegen liggen, 5 toch zal ik die weduwe recht verschaffen omdat ze me last bezorgt. Anders blijft ze eindeloos bij me komen en vliegt ze me nog aan.’ 6 Toen zei de Heer: ‘Luister naar wat deze rechter zegt, al minacht hij ook het recht. 7 Zal God dan niet zeker recht verschaffen aan zijn uitverkorenen die dag en nacht tot hem roepen? Of laat hij hen wachten? 8 Ik zeg jullie dat hij hun spoedig recht zal verschaffen. Maar als de Mensenzoon komt, zal hij dan geloof vinden op aarde?’ Zingen: Evangelische Liedbundel 170 allebei verzen 'Groot is uw trouw, o Heer' Verkondiging: De ontmoeting Genesis 32: 29 Daarop zei hij: ‘Voortaan zal je naam niet Jakob zijn maar Israël, want je hebt met God en mensen gestreden en je hebt gewonnen.’ 31 Jakob noemde die plaats Peniël, ‘want,’ zei hij, ‘ik heb oog in oog gestaan met God en ben toch in leven gebleven.’ 32 Zodra hij bij Peniël was overgestoken, zag hij de zon opkomen. Lied: Psalm 139:1,2 'Heer, die mij ziet zoals ik ben' Pastorale afkondigingen (In geval van overlijden wordt de gemeente verzocht te gaan staan en zal er een lied worden gezongen na overleg met de familie) Dank- en voorbeden. Deze kunnen worden besloten met evt. stilte en het Onze Vader, gesproken door gemeente of gezongen. Inzameling der gaven Slotlied – gemeente staat: Gezang 477 allbei verzen 'Geest van hierboven' Zegen, beantwoord met 3x gezongen Amen.