VRAGENLIJSTJES VOOR LOKAAL SOCIAAL BELEID VVSG-nota INHOUDSTABEL 1. OPMAAK VAN EEN PLANDOCUMENT ........................................................................................ 3 2. ANALYSE ............................................................................................................................................ 4 3. SYNTHESE ......................................................................................................................................... 5 4. BEPALEN VAN PRIORITEITEN VIA WEGING ............................................................................ 6 5. ELEMENTEN VAN EEN AFSPRAKENNOTA TUSSEN OCMW EN GEMEENTE ................. 7 6. SAMENWERKING OPZETTEN TUSSEN GEMEENTE EN OCMW .......................................... 8 7. WERKEN AAN TOEGANKELIJKHEID .......................................................................................... 9 Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 2/10 1. OPMAAK VAN EEN PLANDOCUMENT Alvorens daadwerkelijk met het planningsproces kan begonnen worden, dient er overeenstemming te zijn over de aanpak van ervan. Secretarissen of hun stafmedewerkers kunnen in samenspraak met OCMW- en Gemeentemandatarissen de planprocedure neerschrijven in een plandocument. In dit plandocument dienen volgende elementen een plaats te krijgen: afbakening inhoud, reikwijdte en doel van het plan o Hoe benaderen we de planverplichting? Hoe vatten we het plan op en hoe willen we het aanwenden? o Hoe breed en integraal willen we lokaal sociaal beleid omschrijven naar aanleiding van dit plan? Welke ‘niet-uitsluitend sociale’ beleidsthema’s wensen we eveneens op te nemen (bv. wonen, ruimtelijke ordening, mobiliteit, cultuur?) o Welke beleidsdomeinen of thema’s moeten aan bod komen? Komen ze ook al in andere plannen aan bod? Welke aspecten van beleidsdomeinen horen thuis in het Lokaal Sociaal Beleidsplan, welke in andere? bepaling van trekkersrol m.b.t. (onderdelen van) het plan o Zijn er bepaalde onderdelen uit het plan die OCMW of Gemeente vanuit hun eigen specifieke expertise best apart voorbereidt? Zoja, welke? Hoe gebeurt afstemming en terugkoppeling? visie uitwerken over participatie van actoren en burgers o Welke ervaringen hebben we met participatie van burgers en actoren? Wat loopt goed, wat minder goed? o Welke ruimte hebben we (personeel en financieel) om hieraan te werken? o Met welk doel willen we participatie opzetten? De input van informatie en expertise? Het vergroten van het draagvlak? o Welke rol willen we voorzien voor actoren en burgers? Willen we ze informeren, raadplegen, laten adviseren, laten meebeslissen binnen een bepaald kader of mee laten besturen? o Hoe geven we die rol vorm, via welke methodes of structuren? o In welke fase van het planningsproces spelen zij een rol? o Welke doelgroepen moeten betrokken worden? o Welke extra communicatie moet hier rond gebeuren? o Wie concretiseert participatiedoelstellingen in een actieplan, inclusief timing, verantwoordelijkheden en budgetten? samenstelling van de plangroep en organisatie van de planning In het plandocument moet worden aangegeven: o wie tot de plangroep behoort? + eventueel wie wordt aangesteld als coördinator? o wie de beleidsplanning zal opvolgen en evalueren: o welke begeleidende groep wordt opgericht? o hoe en wanneer de planning aan bod komt in de bestaande beleids, participatie- en bestuursorganen en hoe de terugkoppeling verloopt (College van Burgemeester en Schepenen, Gemeenteraad, Raad voor Maatschappelijk Welzijn, Vast Bureau, Overlegcomité, diensthoofdenvergadering, Welzijnsraad of Actorenoverlegplatform, regionaal welzijnsoverleg, adviesraden…)? o Een duidelijke omschrijving van de opdracht en het statuut van de verschillende betrokken groepen, een duidelijke rolverdeling. o Of men een externe ondersteuning nodig acht voor de begeleiding van het proces, o Welke personele en financiële middelen moeten voorzien worden voor het planningsproces. Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 3/10 2. ANALYSE Om te weten wat men wil doen op het gebied van lokaal sociaal beleid en om tot visieontwikkeling te komen, heeft men gegevens nodig om zich op te baseren. Zeer algemeen kan men deze gegevens onderverdelen in gegevens over de vroegere, de huidige, de verwachte toekomstige en de gewenste situatie. Deze gegevens kunnen we verzamelen via: kwantitatieve omgevingsanalyses sociale kaarten andere beleidsplannen inventarisering van problemen, behoeften en leemtes via participatie inventarisering van knelpunten in de bekendheid van de dienstverlening via analyse van binnenkomende vragen interne analyses van OCMW en gemeente inventarisering van het aanbod aan sociale dienstverlening op lokaal niveau o diensten-doelgroepenmatrix o medespelers-actorenanalyse o thematische analyse Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 4/10 3. SYNTHESE De gegevens die we via de analyse bekomen kunnen antwoorden bieden op onderstaande vragen. Deze antwoorden kunnen een basis vormen voor de synthese. Op basis van de synthese kan een actieplan met doelstellingen en concrete acties worden opgemaakt. Wat moeten we doen? (Wat zijn kansen en bedreigingen?) Welke behoeften en problemen zijn er volgens de burgers en de actoren op het vlak van Lokaal Sociaal Beleid? Welke behoeften zijn er m.b.t. de toegankelijkheid van de dienstverlening? Voor welke vragen weet de burger niet waar hij terecht kan? Welke vragen worden door niemand behandeld? Hoe wordt de kwaliteit van de huidige dienst- en hulpverlening ervaren? Wat leren ons klachten- en ombudsprocedures en tevredenheidsonderzoeken op dit vlak? Wat leren ons nieuwe en bestaande cijfergegevens over de evolutie van behoeften en problemen? Wie biedt welke diensten aan op het grondgebied en daarbuiten? Wat leert ons de diensten-doelgroepenmatrix over leemtes en overlappingen betreffende het aanbod? Met betrekking tot welke doelgroepen en diensten zijn er leemtes en overlappingen? Waar zijn er geografisch gezien leemtes of overlappingen? Wat leert ons de beschrijving van de andere actoren op het terrein? Wat kunnen we doen? (Wat zijn onze sterkten en zwakten?) Wat doen we zelf als lokale besturen? Wat doen we goed, wat minder goed? Hoe werken we aan de interne uitdagingen die zich stellen op vlak van financiën, resultaten, personeel, infrastructuur, ….? Welke zijn oorzaken en gevolgen van de geconstateerde knelpunten? Wat is de omvang en evolutie van efficiëntiedaling en effectiviteitsvermindering? Welke verbeterpunten weerhouden we op vlak van efficiëntie en effectiviteit? Wat willen we doen? Taakverdeling gemeente – OCMW – derden o Bestaat er reeds een protocol dat bijgevoegd wordt bij het OCMWmeerjarenplan (Art. 88 §1 OCMW-wet)? In hoeverre kan hier op verder gebouwd worden? Welke taken willen we verschuiven, uitbesteden, laten vallen of extra opnemen? o Hoe kunnen we beter samenwerken tussen OCMW en gemeente m.b.t. bepaalde taken? Welke afspraken kunnen we daarvoor maken? Moeten deze in een protocol worden vastgelegd? o Welke taken willen we als lokaal bestuur zelf blijven uitvoeren? o Welke taken willen we in samenwerking met derden uitvoeren, als gelijke partners? o Welke taken gaan we uitbesteden (mits sturing op inhoud en voorwaarden via convenants en contractmanagement)? o Welke taken gaan we stimuleren (via subsidies of andere ondersteuning)? o Welke taken laten we over aan de markt? Welke doelstellingen uit het OCMW-meerjarenplan en uit de gemeentelijke beleidsnota willen we ook opnemen in het lokaal sociaal beleidsplan? Welke doelstellingen uit andere gemeentelijke of OCMW-plannen verdienen onze aandacht? Hoe werken we aan het verhogen van de toegankelijkheid van de sociale dienst- en hulpverlening? o Hoe geven we vorm aan de informatie-, loket- en doorverwijsfunctie? o Welke financiële en personele middelen kunnen we hiervoor inzetten? o Welke gunstige randvoorwaarden zijn aanwezig m.b.t. samenwerking tussen gemeente, OCMW en derden, het werken aan afstemming, cliëntopvolging, geïntegreerde communicatie. o Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 5/10 4. BEPALEN VAN PRIORITEITEN VIA WEGING Uit de analyse en synthese zullen vaak zeer vele doelstellingen geselecteerd worden. Vanwege beperkingen inzake geld, personeel en tijd zal het nodig zijn een aantal prioriteiten te selecteren. Een hulpmiddel om te komen tot prioritering is het wegen van bepaalde doelstellingen en evt. de eraan verbonden projecten. De stuurgroep of plangroep kan elke doelstelling of elk project quoteren naar het Belang (hoe sterk kwam dit naar voren in de analyses) de haalbaarheid (sluit dit aan bij de mogelijkheden van gemeente en OCMW als organisatie) de mate waarin het aansluit bij de algemene beleidsprioriteiten. De doelstellingen met de hoogste puntenquote onder de kolom ‘waardering’ worden geselecteerd. Bepalen van prioriteiten via weging: Thema/project Belangrijkheid (moeten) Haalbaarheid (kunnen) Mate van aansluiten bij beleidsprioriteiten (willen) Waardering (1-10pt) (1-10pt) (1-10pt) (1-30pt) 1 2 … Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 6/10 5. ELEMENTEN VAN EEN AFSPRAKENNOTA TUSSEN OCMW EN GEMEENTE Volgende zaken kunnen aan bod komen in een bestuursakkoord of afsprakennota tussen gemeente en OCMW: engagementsverklaring tot samenwerken, intenties en uitgangspunten afspraken over communicatie o herwaardering van het overlegcomité (frequentie, taken) o het voorzien van ambtelijk overleg voor beleidsvoorbereidend en uitvoerend personeel van beide besturen o bepalen van specifieke momenten of aanleidingen voor overleg o mogelijkheid tot ad-hoc-overleg o afspraken over communicatie naar de burger o afspraken over het uitnodigen van de OCMW-voorzitter op het college o afspraken over het uitnodigen van de schepen voor sociale zaken op de raad voor maatschappelijk welzijn afbakenen van taken tussen beide besturen waarbij gestreefd wordt naar complementariteit na onderling overleg en op basis van een grondige analyse vastleggen wie voor welke thema’s de coördinerende en strategische rol opneemt vastleggen van een gegarandeerd bedrag voor het OCMW … Naar aanleiding van de opmaak van het lokaal sociaal beleidsplan kunnen bovenstaande afspraken verder geconcretiseerd worden: o o o o o Welk bestuur neemt welke (aspecten van) beleidsdomeinen op? Ook naar aanleiding van de opmaak van het plandocument, zullen afspraken moeten gemaakt worden. Bij de organisatie van de planning moet namelijk worden nagegaan welke rol de bestaande bestuurlijke, participatie- en beleidsorganen in het planningsproces spelen. Een zeer concrete inventarisering van de bestaande taken en zijn uitvoerders (dmv een diensten-doelgroepenmatrix, een actorenanalyse of een thematische analyse) kan overlappingen en leemtes zichtbaar maken. Deze kunnen aanleiding geven tot het verschuiven van takenpakketten of tot het maken van afspraken om bepaalde taken gezamenlijk op te nemen. Bij deze taakverdeling moet ook een onderscheid gemaakt worden naar de coördinatie, de uitvoering van een bepaalde taak, de beleidsvoorbereiding en de beleidsbepaling. De interne analyse van gemeente en OCMW kan ook aanleiding geven tot concrete punten van samenwerking die voortvloeien uit sterkten, zwakten, bedreigingen en kansen van de beide besturen. De synthese op basis van de kansen en bedreigingen die zich voordoen inzake lokaal sociaal beleid en de sterkten en zwakten van het lokaal bestuur leidt tot de vraag hoe de uitvoering m.b.t. bepaalde beleidsdomeinen moet georganiseerd worden: o o o o o autonoom door één van beide besturen (taakverdeling in bestuursakkoord) door beide besturen samen (samenwerkingsprotocol of geactualiseerd bestuursakkoord) via samenwerkingsverbanden met derden (samenwerkingsprotocol) via een uitbesteding (contractmanagement) via subsidies (reglement) Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 7/10 6. SAMENWERKING OPZETTEN TUSSEN GEMEENTE EN OCMW Stappen die kunnen gevolgd worden bij het opzetten van samenwerking: Analyse van de bestaande samenwerking o o Bijsturen en/of uitbreiden van de bestaande samenwerkingsprojecten o o o o o Welke samenwerkingscultuur is er momenteel? Hoe kan die verbeterd of versterkt worden? Welke samenwerking moet op bovenlokaal niveau aangegaan worden? Welke kanalen en organen zijn voorhanden? Hoe gaan we om met wederzijdse dienstverlening tussen OCMW en Gemeente (ruilverhoudingen, intern factureren, …)? Welke systemen moeten op elkaar afgestemd worden om samenwerking te bevorderen (ICT, communicatie, managementconcepten, …) Opmaak en goedkeuring van de samenwerkingsprocedure o o o o o Wat is de voornaamste aanleiding of doelstelling van de samenwerking? Een verplichting? Effectiviteitsverhoging? Efficiëntieverhoging? Besparingen? Bepalen van juridische, financiële en organisatorische randvoorwaarden o Hoe kunnen we bestaande problemen oplossen? Op welke vlakken kan de samenwerking uitgebreid worden? Expliciet maken van de doelstellingen o Waar werken we nu al samen? Wat verloopt er goed, wat minder goed? Hoe wordt de samenwerking opgevolgd, uitgevoerd en bijgestuurd? Wie is verantwoordelijk? Hoe worden onderlinge opdrachten aangevraagd en verrekend? Welke afspraken gelden m.b.t. personeel dat taken verricht voor het andere lokaal bestuur? Welke omkadering wordt voorzien voor het samenwerkingsproces? Afbakenen van het object van samenwerking o o Welke thema’s, dienstverlening of problemen selecteren we om rond samen te werken? Welke criteria zijn bepalend voor deze selectie; wederzijdse afhankelijkheid, efficiëntiestijging, hogere effectiviteit, …? Formaliseren van gemaakte afspraken en Uitvoering Evaluatie en bijsturing o o o o o o o o o Werden stappen gezet in de richting van de vooraf overeengekomen doelstellingen? Waren de doelstellingen voor iedereen duidelijk? Werden de juridische, financiële en organisatorische randvoorwaarden correct ingeschat? Zo neen, wat moet er toegevoegd of gewijzigd? Werkt de samenwerkingsprocedure in de praktijk? Is er samenwerking mogelijk op andere domeinen? Op welke domeinen dient de samenwerking stopgezet? Werden de formele afspraken gerespecteerd? Verliep de uitvoering conform de afspraken? Werd er tijdig bijgestuurd bij problemen? Wat is de concrete meerwaarde van de samenwerking op de verschillende domeinen? Waar leidde de samenwerking tot een feitelijke verschuiving van taken? Is deze verschuiving gewenst en dient ze geformaliseerd te worden? Is het wenselijk en haalbaar om bepaalde diensten te fusioneren, te verzelfstandigen of uit te besteden? Zoja, hoe? Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 8/10 7. WERKEN AAN TOEGANKELIJKHEID Afstemming van aanbod van dienstverlening, werken aan logische takenpakketten: o Diensten-doelgroepenmatrix, medespelers-actorenanalyse, thematische analyse o Is het aanbod vanuit het standpunt van de burger logisch georiënteerd? Hoe kunnen we dit verbeteren? Inventariseren van knelpunten in de dienstverlening: o Via klachten of ombudsprocedures o Tevredenheidsmetingen en behoefteonderzoeken o Gegevens uit wijkoverleg of adviesraden o Overleg met verantwoordelijken en medewerkers diensten Inventariseren van knelpunten in de bekendheid van de dienstverlening: o Analyse van binnenkomende vragen Van waar worden mensen doorverwezen met bepaalde vraag? Welke vragen komen bij welke diensten binnen? Welke vragen worden zelf opgelost? Welke vragen worden niet door dienst opgelost? Welke vragen zijn verkeerdelijk terechtgekomen bij de dienst? Naar waar worden burgers doorverwezen? Hoe vlot en effectief verloopt de doorverwijzing? o Analyse van de communicatie over de dienstverlening Welke verschillende communicatievormen gebruiken we? Vul het schema in per beleidsthema, per problematiek en/of per doelgroep. Waar zitten leemtes, wat kan nog worden uitgebreid? Persoonlijke communicatie Groepscommunicatie Massacommunicatie Pro-actieve Actieve Passieve Hoe ziet de communicatiemix eruit m.b.t. een bepaald hulpof dienstverleningsaanbod? Via welk kanaal wordt welke boodschap met welke informatie verspreid met welke doelstelling naar welke doelgroep? aanbod – doelstelling 1 Kinderen aanbod – doelstelling 2 Kinderkrant – infoblad – folder via school -… (= media of kanalen) Jongeren bejaarden aanbod – doelstelling 3 Affiches – website – jeugdraad – jeugdverenigingen …. Folder via dienstencentrum - allochtonen …. Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 9/10 In welke mate voeren we een strategisch, gecoördineerd en een geïntegreerd communicatiebeleid? Strategisch? M.a.w. in welke mate plannen we communicatieacties, vertrekkende van communicatiedoelstellingen en doelgroepen, rekening houdend met de beschikbare kanalen? Gecoördineerd? In welke mate wordt de communicatie over hulp- en dienstverlening van gemeente en OCMW gezamenlijk gepland en verloopt ze gebundeld via dezelfde kanalen? Geïntegreerd? In welke mate worden verschillende communicatievormen (persoonlijke, groeps- en massacommunicatie) en media op aanvullende wijze ingezet in het communicatiebeleid. Nagaan of decentralisatie van bepaalde dienstverlening (dichter bij de burger brengen van hulp- en dienstverlening) nuttig en nodig is? o Voor welke dienst- en hulpverlening is het belangrijk dat ze dicht bij de doelgroep gelokaliseerd is? o Voor welke doelgroepen stelt zich vooral een probleem, welke doelgroepen worden voor welke dienst- en hulpverlening momenteel onvoldoende bereikt? Nagaan of en in welke mate het fysiek samenbrengen van de toegang tot bepaalde dienst- en hulpverlening (‘één-loketfunctie) nuttig en nodig is? Nagaan in hoeverre bestaande loketten kunnen worden afgestemd op elkaar en beheerd als een netwerk? Nagaan of en in welke mate virtuele loketten kunnen zorgen voor een verbetering van de toegankelijkheid van dienst- en hulpverlening voor bepaalde doelgroepen? Vragenlijstjes Lokaal Sociaal Beleid – VVSG – Peter Sels - 27 september 2004 - 10/10