Thema 30 Schoolrapporten - Profi

Verwerkingsopdrachten
Communicatie en organisatie voor de
onderwijsassistent; OA4
ISBN 97890 8524 0808
Thema 30 Schoolrapporten
Verwerkingsopdrachten thema 30 Communicatie en organisatie voor de onderwijsassistent OA4
pagina 1
© Uitgeverij Angerenstein BV Velp
Opwarmen en oriënteren
Opdracht 1
Het doel van deze opdracht is dat je voorkennis over rapporten opfrist.
Beantwoord de volgende vragen:
1 Wat voor soorten schoolrapporten heb jij gehad op de verschillende
scholen die jij bezocht hebt als scholier?
2 Welk van die rapporten vond jij goed? Waarom?
3 Zijn de rapporten op de basisscholen nu anders dan in jouw tijd? Wat is
anders?
4 Wat wil jij graag terug zien in een rapport?
Verwerkingsopdrachten thema 30 Communicatie en organisatie voor de onderwijsassistent OA4
pagina 2
© Uitgeverij Angerenstein BV Velp
Herkennen en onderscheiden
Opdracht 2
Het doel van deze opdracht is dat je de juiste betekenis van de begrippen uit dit
hoofdstuk kent.
Geef de juiste betekenis van de volgende begrippen door:
 het begrip in eigen woorden te formuleren;
 een voorbeeld te geven waarbij je het begrip toepast.
5 schoolrapport
6 woordrapport
7 cijferrapport
8 bolletjesrapport
9 combinatierapport
10 pedagogische score
Verwerkingsopdrachten thema 30 Communicatie en organisatie voor de onderwijsassistent OA4
pagina 3
© Uitgeverij Angerenstein BV Velp
Begrijpen en toepassen
Opdracht 3
Beantwoord de volgende vragen.
11 Wat zijn voordelen van een woordrapport en wat zijn nadelen?
12 Lees het rapport van Johnny in paragraaf 30.2. Welk van de voor- en nadelen
kom je hier tegen?
13 Wat vind jij, waar of niet waar: een cijferrapport is objectief? Licht je antwoord toe.
14 Welke nadelen zitten aan een cijferrapport?
15 Hoe werkt een rapport met een puntschaal?
16 Wat kun je zeggen over scholen die met rapporten met een puntschaal werken?
17 Noem drie elementen die in een combinatierapport kunnen staan.
18 Waarom nemen scholen gegevens uit het leerlingvolgsysteem op in de
rapporten?
19 Hoe worden kerndoelen op een rapport weergegeven? En hoe geef je dan aan
waar de leerling is?
20 Welke scores kom je tegen in een gecombineerd rapport?
Verwerkingsopdrachten thema 30 Communicatie en organisatie voor de onderwijsassistent OA4
pagina 4
© Uitgeverij Angerenstein BV Velp
Onderzoeken en presenteren
Opdracht 4
Schoolrapport groep 5.
Vraag op je BPV een exemplaar van een blanco schoolrapport van groep 5. Je kunt
ook, als je die nog hebt, je eigen rapport van groep 5 als uitgangspunt nemen.
21 Bekijk het rapport en beantwoord de volgende vragen.
 Wat voor soort rapport is het?
 Vind je het een duidelijk rapport?
 Wat vind je heel goed aan het rapport?
 Wat zou jij anders doen? Geef tips voor verbetering.
 Welke extra elementen zijn er opgenomen in het rapport? Voegen die iets
toe?
22 Formeer een subgroep. Bespreek met elkaar de rapporten en jullie
bevindingen. Welk rapport vinden jullie het beste? En waarom?
Verwerkingsopdrachten thema 30 Communicatie en organisatie voor de onderwijsassistent OA4
pagina 5
© Uitgeverij Angerenstein BV Velp