Verwerkingsopdrachten Maatschappelijke Zorg; saw 3 ISBN 97890 8524 1515 Thema 7 Inleiding ouderenzorg Verwerkingsopdrachten thema 7 Maatschappelijke Zorg; saw 3 pagina 1 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Opwarmen en oriënteren Opdracht 1 Het doel van deze opdracht is dat je voorkennis over ouderenzorg opfrist. Beantwoord de volgende vragen naar eigen inzicht. Ze zijn bedoeld als warming-up. 1 Welke leeftijd heb jij in je hoofd als er gepraat wordt over ouderen? 2 Vind je dat oud zijn gekoppeld is aan een leeftijd? Leg uit. 3 Nederland vergrijst: wat wordt daarmee bedoeld? 4 Wat betekent vergrijzing voor de bevolking in Nederland? 5 Welke zorg voor ouderen ken je? 6 Heb je zelf veel contact met ouderen? Wonen deze ouderen zelfstandig? Zorgen ze voor zichzelf of hebben ze hulp? Verwerkingsopdrachten thema 7 Maatschappelijke Zorg; saw 3 pagina 2 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Herkennen en onderscheiden Opdracht 2 Het doel van deze opdracht is dat je de juiste betekenis van de begrippen uit dit thema kent. Geef de juiste betekenis van de volgende begrippen door: het begrip in eigen woorden te formuleren; een voorbeeld te geven waarbij je het begrip toepast. 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 ouderdom vroege ouderdom gerontologie geriatrie psychogerontologie psychogeriatrie vergrijzing babyboom vraaggestuurde zorg thuiszorg intramurale zorg semimurale zorg extramurale zorg GAAZ GAPZ beschut wonen beschermd wonen categorale instellingen kleinschalig wonen levensloopbestendige woningen domotica woonzorgcentra zorghotel Verwerkingsopdrachten thema 7 Maatschappelijke Zorg; saw 3 pagina 3 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Begrijpen en toepassen Opdracht 3 Geef antwoord op de volgende vragen. 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 Nederland vergrijst: geef in getallen aan welke mate van vergrijzing er is. Welke oorzaken zijn er voor vergrijzing? Wat betekent dubbele en driedubbele vergrijzing? Leg uit: vergrijzing is een relatief begrip. Hoe komt het dat we ouder worden? Wat is een grootgezin? Wie kwamen er voor de Tweede Wereldoorlog in een woonvoorziening terecht? Wanneer begon men gebruik te maken van bejaardenhuizen? Wat was het doel van de aanleunwoningen? Leg het verschil uit tussen een verpleeghuis en een verzorgingshuis. Wat voor mensen komen op de GAAZ of GAPZ? Wat wordt bedoeld met een categorale instelling? Geef drie voorbeelden van domotica. Voor wie is een zorghotel bedoeld? Opdracht 4 44 Wat is vraaggestuurde zorg? Licht je antwoord toe. De cliënt kiest zelf hoe laat hij naar bed wil. Het hele huishouden wordt verzorgd voor de cliënt. Op dinsdagochtend wandelt mevrouw Paal samen met iemand van de activiteitenbegeleiding. Op maandagmiddag gaan we met zijn allen bingo spelen. Bezoek is in dit huis welkom tussen 2 en 3. Mevrouw De Vries doet zelf inkopen voor haar ontbijt. Verwerkingsopdrachten thema 7 Maatschappelijke Zorg; saw 3 pagina 4 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Onderzoeken, oefenen en presenteren Opdracht 5 Jouw beeld van ouderen. 45 Praat met elkaar over ouderen om te komen tot jouw beeld van ouderen. Je kunt de volgende vragen hierin betrekken. Wat voor contacten heb jij met ouderen in je privésfeer? Wat voor gesprekken voer je met ouderen? Wat voor leuke dingen kun je doen met ouderen? Hoe ga je om met ouderen? Hoe kijk je naar ouderen? Wat voor (extra) zorg hebben ouderen nodig? Verwerkingsopdrachten thema 7 Maatschappelijke Zorg; saw 3 pagina 5 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp