Katholieke Hogeschool Kempen – Departement Lerarenopleiding

advertisement
Katholieke Hogeschool Kempen – Departement Lerarenopleiding Vorselaar
Bachelor in het onderwijs: Secundair Onderwijs
Lepelstraat 2 – B 2290 Vorselaar
Tel +32 (0)14 50 81 60 - Fax +32 (0)14 50 81 61 - E-mail: [email protected]
Lesvoorbereiding
Student: Nick Peers
2 Baso b tel. 04/74.42.41.38
E-mail: [email protected]
Datum stage:
2012-02-27 + 2012-03-02
School:
Klassengroep:
Lokaal:
Mentor:
Sint-Calasanzinstituut
2C
B13
An Rens
Stage-oefenles
Proefles
Observatie
Uur: 11.10 - 12.00u + 14.55 15.45u
Aantal lln.: 18
Vak: Economie
Docent: Dirk De Bruyn
Lesonderwerp
Thema 2: Ik als deel van het gezin:
Welke inkomstenbronnen heeft een gezin?:
Kan een gezin ook inkomsten uit beleggingen verwerven?
Bronnen
-
Op welke bronnen heb je je gebaseerd? Geef duidelijke referenties zodat je ze vlot kan
terugvinden.
British Petroleum. (2012). BP Global. Opgeroepen op Februari 14, 2012, van bp:
http://www.bp.com/bodycopyarticle.do?categoryId=1&contentId=7052055
Gids voor beleggen. (2012). Alternatieve beleggingsvormen. Opgeroepen op Februari 14,
2012, van gidsvoorbeleggen: http://www.gidsvoorbeleggen.nl/alternatief-beleggen/
Google. (2012). Google. Opgeroepen op Februari 07, 2012, van Google:
http://www.google.be/
Google. (2012). Google Afbeeldingen. Opgeroepen op Februari 12, 2012, van Google:
http://www.google.be/imghp?hl=nl&tab=wi
Infonu. (2012). Duurzaam beleggen, Financieel: beleggen. Opgeroepen op Februari 14, 2012,
van financieel.infonu.nl: http://financieel.infonu.nl/beleggen/597-duurzaambeleggen.html
Marroccoli, M. G. (2011). SEI what? Wommelgem: Van In.
Oxfam Wereldwinkels. (2012). Oxfam Wereldwinkels. Opgeroepen op Februari 14, 2012, van
oxfamwereldwinkels: http://www.oxfamwereldwinkels.be/homepage
Spaargids. (2012). Spaargids. Opgeroepen op Februari 8, 2012, van spaargids:
http://ond.vvkso-ict.com/vvksomainnieuw/vakleerplan.asp?VAK=Socio-economische
initiatie
VVKSO. (2012). LP - Socio-economische initiatie. Opgeroepen op Februari 7, 2012, van
vvkso: http://ond.vvkso-ict.com/vvksomainnieuw/vakleerplan.asp?VAK=Socioeconomische initiatie
Beginsituatie
-
Welke voorervaring en –kennis over het lesonderwerp of de gebruikte werkvorm, hebben
de leerlingen al? Hoe hou je hiermee rekening in je les?
Zijn er leerlingen die bijzondere aandacht nodig hebben? Hoe ga je hiermee om in je les?
De leerlingen zijn al aan het thema begonnen waardoor ze al enige voorkennis hebben in
verband met de leerstof. Deze voorkennis kan zeker gebruikt worden in de inleiding, maar ook
in het verdere verloop van de les. Er zijn een tweetal leerlingen die een volgkaart hebben
wegens storend gedrag tijdens de les. In een grote groep is het belangrijk dat ik regels opleg
waardoor de les niet ontspoort.
Vakoverschrijdende eindtermen
-
Welke VOET wil je in deze les nastreven? Selecteer één VOET en formuleer daarbij
maximum 2 doelen die effectief aan bod komen in je les. Markeer in je lesvoorbereiding
waar deze VOET aan bod komt.
De leerlingen kunnen werken met een antwoordblad en correctiesleutel en houden rekening met de
lesdoelstellingen of aanwijzingen van de leraar.
De leerlingen kunnen zelfstandig werken aan een contractwerk waarbij correctiesleutels werden
voorzien.
Vormingsdoelen
-
-
Wat wil je in essentie met deze les bij de leerlingen bereiken? Wat wil je dat de leerlingen
essentieel bijblijft?
Formuleer maximaal twee vormingsdoelen.
Denk aan aspecten als fundamenteel leren, oriëntatie op de leef- en belevingswereld van
de leerling, maatschappelijke aspecten, aansluiting bij opvattingen over mens en
maatschappij, opvoeding en onderwijs.
Hoe zijn ze herkenbaar in je les?
De leerlingen zien in dat beleggen vaak niet zonder risico’s is.
Leerplan & Concrete doelen
-
Welke leerplandoelen komen in deze les aan bod?
Welke concrete kennis, inzichten, vaardigheden, attitudes, gelinkt aan het leerplan, wil je
realiseren?
Beperk het aantal concrete doelen, denk eraan dat concrete doelen
evalueerbaar/observeerbaar zijn.
Leerplandoelen


SEI 1: De leerlingen kunnen voor maatschappelijke fenomenen waarmee leerlingen
geconfronteerd worden als individu, in een gezin en in een gemeenschap een verklaring
geven. (Inkomensbronnen van het gezin).
SEI3: De leerlingen kunnen de eenduidige betekenis van de volgende begrippen
kennen en correct gebruiken: inkomen, gezin en overheid.
Concrete doelen

















De leerlingen kunnen inkomstenbronnen bij juiste categorie van de inkomstenbronnen
van het gezin onderbrengen.
De leerlingen kunnen de inkomstenbronnen van het gezin van Erik terugvinden in het
bronnenmateriaal.
De leerlingen kunnen verwoorden wat een gezin doet met de gezinsinkomsten.
De leerlingen kunnen berekenen hoe groot de maandelijkse gezinsinkomst is in het
gezin van Erik.
De leerlingen kunnen op een respectvolle manier de regels en afspraken van het
contractwerk naleven.
De leerlingen kunnen zelfstandig een contractwerk afwerken met minimale begeleiding
van de leerkracht.
De leerlingen kunnen verwoorden wat intrest of rente is.
De leerlingen kunnen aanduiden of het risico groot of klein is bij de behandelde
beleggingsvormen.
De leerlingen kunnen uitleggen hoe beleggen in een termijnrekening in zijn werk gaat.
De leerlingen kunnen verwoorden wat het grote voordeel en het grote nadeel is van de
termijnrekening.
De leerlingen kunnen de beleggingsvormen verbinden met de juiste omschrijving uit
het werkboek.
De leerlingen kunnen het schema van de kasbon invullen.
De leerlingen kunnen de looptijd van de kasbon invullen aan de hand van de bron.
De leerlingen kunnen de juiste uitspraak met betrekking tot de kasbon aanduiden.
De leerlingen kunnen de juiste uitspraak met betrekking tot de obligatie aanduiden.
De leerlingen kunnen de gegevens van de obligatie noteren.
De leerlingen kunnen de verschillende looptijden van de obligatie noteren.







De leerlingen kunnen
bepalen.
De leerlingen kunnen
De leerlingen kunnen
in aandelen.
De leerlingen kunnen
De leerlingen kunnen
beleggingsfondsen.
De leerlingen kunnen
beleggingen.
De leerlingen kunnen
beleggingsvormen.
de hoogte van het risico van verschillende beleggingsvormen
de uitgever en het bedrag van het aandeel noteren.
aanduiden dat dividend de vergoeding is die je krijgt als je belegt
de taak van de fondsbeheerder omschrijven.
het juiste advies geven met betrekking het beleggen in
duurzame beleggingen onderscheiden van niet-duurzame
een spinschema maken met enkele alternatieve
Werkpunten
-
Formuleer hier max. 2 werkpunten waaraan je in deze les wil werken. Leg uit op welke
manier je hieraan werkt.
Ik wil in deze les werken aan leerlingenbetrokkenheid. Met het contractwerk streef ik hiernaar door
de dode tijd uit te schakelen en leerlingen actief aan het werk te houden.
Inhoud
Introductiefase
Methode
Introductiefase (10 min.)
LES 1
(2 min.)
Goeiemorgen allemaal!
Leerkracht stelt zich voor.
Materiaal
Introductiefase
Vandaag gaan we verder met de onderzoeksvraag: Welke
inkomstenbronnen heeft een gezin?
PowerPoint
Bij het bestuderen van deze onderzoeksvraag hebben
jullie al enkele opdrachten gemaakt. Vandaag gaan we
dieper in op de volgende opdracht bij de
onderzoeksvraag.
De leerlingen herhalen de leerstof uit ‘Welke
inkomstenbronnen heeft een gezin?’:
Inkomsten uit arbeid
Inkomsten uit sociale vergoedingen
De leerlingen ontdekken ook twee nieuwe
inkomstenbronnen:
Toevallige inkomsten
Inkomsten uit beleggingen
De leerlingen leren nieuwe begrippen kennen:
Spaarrekening
Termijnrekening
Kasbon
Staatsbon
Obligaties
Aandelen
Beleggingsfonds
De leerlingen leren een onderscheid te maken
Opdracht 1 (8 min.)
We gaan nu beginnen met een kaartenspel. Zoals je kan
Bord
zien staan er vier inkomstenbronnen op het bord. Die
Kaarten
inkomstenbronnen zijn de bronnen waar het geld van
Magneten
een gezin vandaan komt. Ik heb voor ieder van jullie
een kaartje en een magneet meegebracht. Op ieder
kaartje staat een inkomen dat binnen een gezin kan
verkregen worden. Nu komen jullie per rij in stilte naar
voor en je probeert jouw kaartje bij de juiste
inkomstenbron te plakken.
(Verbetering)
Goed, we gaan eens kijken of de kaartjes juist hangen.
Bij inkomsten uit arbeid hebben we gevonden …
Klopt dit?
Bij inkomsten uit sociale vergoedingen hebben we
gevonden…
Klopt dit?
Bij toevallige inkomsten hebben we gevonden…
Klopt dit?
tussen de verschillende inkomstenbronnen van
het gezin.
Bij inkomsten uit beleggingen hebben we gevonden…
Klopt dit?
Op het bord heb je nu een overzicht op de
inkomstenbronnen van een gezin. Inkomsten uit arbeid
en inkomsten uit sociale vergoedingen hebben jullie al
gezien. En vandaag gaan we ontdekken hoe een gezin
inkomsten kan ontvangen uit beleggingen.
De leerlingen leren dat een gezin zijn
gezinsinkomsten kan sparen/beleggen of
uitgeven.
De leerlingen bestuderen de verschillende
beleggingsvormen:
Spaarrekening
Termijnrekening
Kasbon
Staatsbon
Obligatie
Aandeel
Beleggingsfonds
Duurzaam beleggen
Alternatieve beleggingsvormen
In je agenda mag je noteren:
4. SEI: Inkomsten uit beleggingen.
Verwervingsfase (40 min.)
(5 min.)
We hebben op het bord een heleboel inkomstenbronnen
staan. Ook het gezin van Erik heeft inkomsten dat het uit
zijn inkomstenbronnen haalt.
PowerPoint
Agenda
Werkbundel uitdelen.
Werkbundel
Wie kan de bron in de werkbundel voorlezen?
De eerste vraag. Welke inkomstenbronnen herken je hier?
Werkbundel
Het gezin van Erik kan met de gezinsinkomsten twee
dingen doen. Welke twee dingen kan het gezin doen met
zijn inkomsten? Denk eens aan jullie ouders, wat doen zij
zoal met hun inkomsten?
PowerPoint
PowerPoint
Werkbundel
En dan nu de laatste vraag bij deze bron. Hoe groot is het
bedrag dat maandelijks kan belegd worden door het gezin
van Erik?
Je mag nu het blad nemen dat je na het titelblad vindt.
Daarop vind je enkele regels en afspraken. Deze regels
zijn de regels en afspraken voor een contractwerk
waaraan jullie gedurende twee lessen gaan werken.
Werkbundel
Wie wil de regels en afspraken eens voorlezen? Zijn er nog PowerPoint
vragen bij deze regels?
Dan hebben we de symbolen. Het eerste symbool is het
PowerPoint
uitroepteken. Lees jij eens voor wat wordt bedoeld met dit
uitroepteken?
Idem voor andere symbolen.
Verder zie je nog twee checklists. De eerste checklist is
voor de verplichte oefeningen en de tweede checklist is
voor de keuzeoefeningen.
(33 min.)
Denk goed aan de regels en kijk goed naar de symbolen
tijdens het contractwerk. Dan mag je er nu aan beginnen.
(2 min.)
Vergeet zeker niet om de volgende les op vrijdag je
contractwerk terug mee te brengen want we gaan
volgende week vrijdag verder met het contractwerk.
Werkbundel
Werkbundel
Tot vrijdag!
LES 2 – verwervingsfase (38 min.)
(8 min.)
Goeienamiddag allemaal!
Vandaag is het de tweede les van ons contractwerk.
We waren bezig met het thema Inkomsten van het gezin. Bord
Welke inkomstenbronnen had een gezin?
Kan je voorbeelden geven van inkomsten uit arbeid?
Kan je voorbeelden geven van inkomsten uit sociale
vergoedingen?
Kan je voorbeelden geven van toevallige inkomsten?
Kan je voorbeelden geven van inkomsten uit beleggingen?
Goed, ik zie dat jullie vorige les al goed gewerkt hebben.
Het onderwerp voor in de klasagenda is hetzelfde als bij
de vorige les.
7. SEI: Inkomsten uit beleggingen.
In deze fase wordt de leerstof herhaald en
kunnen de leerlingen tonen welke nieuwe
kennis ze hebben opgedaan.
(30 min.)
Nu mag je verdergaan met het contractwerk waar je
vorige week gebleven was.
Verwerkingsfase (12 min.)
Goed. Je mag allemaal je werk neerleggen. Als je nog niet
klaar was met alle oefeningen is niet erg. Ik laat de
verbetersleutels over aan Mevr. Rens en dan kan je later
nog aanvullen waar nodig.
Bord
Agenda
Werkbundel
Werkbundel
We gaan eens kijken wat jullie allemaal geleerd hebben
tijdens het contractwerk.
Bordschema.
Wat we nu gaan doen is een quiz. De quiz gaat over de
verschillende beleggingsvormen waar jullie in het
contractwerk over geleerd hebben. Je kan de quiz volgen
op de PowerPointpresentatie.
Bord
Bordplan
Les 1
PowerPoint
Inkomsten uit arbeid
loon
honorarium
extralegale voordelen
Inkomsten uit sociale
vergoedingen
werkloosheidsuitkering
invaliditeitsuitkering
kindergeld
terugbetaling doktersbezoek
vakantiegeld
Toevallige inkomsten
Lotto
Win for Life
Keno
erfenis
Inkomsten uit
beleggingen
inkomsten van de spaarrekening
inkomsten van de termijnrekening
inkomsten uit een kasbon
inkomsten uit een staatsbon
inkomsten uit obligaties
inkomsten uit aandelen
Les 2
Inkomsten uit arbeid
loon
honorarium
extralegale voordelen
Inkomsten uit sociale
vergoedingen
werkloosheidsuitkering
invaliditeitsuitkering
kindergeld
terugbetaling doktersbezoek
vakantiegeld
Toevallige inkomsten
Lotto
Win for Life
Keno
erfenis
7. Sei: Inkomsten uit beleggingen
2 Ondernemingen
A Obligatie
- rente: - afhankelijk v looptijd
- hoog
- risico: vrij groot
- geld: vast
- roerende voorheffing: 21%
- waardepapier
- terugbetaling basisbedrag
B Aandeel
- rendement: - doorverkopen
- dividend
- risico: heel groot
- geld: vast
- roerende voorheffing: 25%
- waardepapier
- mede-eigenaar
Inkomsten uit
beleggingen
inkomsten van de spaarrekening
inkomsten van de termijnrekening
inkomsten uit een kasbon
inkomsten uit een staatsbon
inkomsten uit obligaties
inkomsten uit aandelen
Beleggen
 je geld meer laten opbrengen
1 Bank
3 Staat
A Spaarrekening
A Staatsbon
- basisrente: 1,25%
- rente: - afhankelijk van looptijd
- getrouwheidspremie
- hoog
- risico: klein
- risico: laag
- geld: beschikbaar
- geld: vast
- roerende voorheffing: 21% vanaf 1830 EUR - roerende voorheffing: 21%
- waardepapier
- terugbetaling basisbedrag
B Termijnrekening
- basisrente: 3,00%
- risico: klein
- geld: vast
- roerende voorheffing: 21%
- beleggingsmunt: vrije keuze
C Kasbon
- rente: afhankelijk van de looptijd (3 jaar = 3% per jaar)
- risico: klein
- geld: vast
- roerende voorheffing: 21%
- terugbetaling basisbedrag
- coupons: jaarlijks of einde looptijd innen
4 Beleggingsfonds
- korf aandelen en obligaties
verschillende ondernemingen
- risico spreiden
5 Duurzaam beleggen
- Oxfam  wel
- BP  niet
6 Alternatieve beleggingsvormen
- wijn, whisky, grond, vastgoed,
hout en goud
 hoop op hoog rendement!
Download