DE ZORG LEDENMAGAZINE VAN STICHTING IZZ Nummer 2 | Juni 2016 de Minder agressie dankzij betere communicatie bij Vitree ‘Agressie tolereren? Nooit!’ 12 Vier trends in de organi­satie van zorg 18 Hoe e-health de zorg verbetert 21 INHOUD 6 6 9 Agressie herkennen en aanpakken 12 ‘Agressie tolereren? Nooit!’ Zeg je zorg, dan zeg je hard werken en passie. Maar helaas ook: agressie. Jeugdhulporganisatie Vitree heeft die agressie nu beter onder controle dankzij een praktische aanpak. “Doordat medewerkers de kenmerken van agressief gedrag snel herkennen, weten zij waar de cliënt het nog zelf kan oplossen, waar ze een beetje moeten helpen en wanneer ze de situatie moeten overnemen.” 9 Geeske Boerboom volgt de masteropleiding Advanced Nursing Practice. Ze is de schakel tussen arts en cliënt, ouders en het behandelteam. 10 Kreso werkt met asielzoekers “Veel asielzoekers verwachten dat ik hun problemen met een pilletje kan oplossen”, vertelt Kreso Ceric. De ggz-consulent geeft een inkijkje in zijn werk in het asielzoekerscentrum. “Ik werk met een bijzondere doelgroep vanwege de vaak complexe problematiek.” de Zorg verschijnt vier keer per jaar voor leden van Stichting IZZ. Het volgende nummer van de Zorg verschijnt in september 2016 2 61% van de zorgmedewerkers had het afgelopen halfjaar te maken met agressie, zo blijkt uit onderzoek van Stichting IZZ. “Ik merk in de zorg dat agressie vaak wordt goedgepraat. ‘Het hoort bij het ziektebeeld’, is de reactie dan bijvoorbeeld. Natuurlijk is dat deels zo, maar dat betekent nog niet dat agressie in orde is”, vindt veiligheidstrainer Nicole Daudey-van der Aa. Student in de zorg Geeske Colofon DE ZORG 2 | 2016 Redactie Mirella Bulsink, Marisca Lanni, Pieter van de Winckel en Bastiaan Schoel (Stichting IZZ), Lydia van Aert, Ed Coumans, Karin Giesen, Chris van der Hulst, Petra Kruijt, Esther Schoenmakers, Dirk van Sambeeck (Gloedcommunicatie) Fotografie Alek, Fresh Idea Factory, Getty Images (Jose Luis Pelaez, Hocus Focus Studio), Matthijs Hanenkamp, Vincent van den Hoogen, Goedele Monnens, Studio 38°C, Joyce van Tienen, Fotostudio de verBeelding Illustraties: Roel Seidell, Gloedcommunicatie/Wendy Bergervoet 10 En verder 4 14 16 18 21 22 23 24 Concept en realisatie Gloedcommunicatie, Nijmegen Vormgeving Wunderbar ­Ontwerpers, Nijmegen Druk Enveloprint, Dinxperlo Verhuisd? Wanneer u uw nieuwe adres aan de gemeente doorgeeft, ontvangen wij de wijziging automatisch. Verhuizing naar het buitenland moet u aan IZZ Zorgverzekeraar melden. Dat doet u met het wijzigings­formulier op www.izz.nl. Kort nieuws: wel of niet naar de dokter? “Zingeving is het krachtigste medicijn” Test: bent u een doorwerker of thuisblijver als u ziek bent? Vier trends in de organisatie van zorg Dit is de zorg: met e-health de zorg verbeteren Stress? “Loop niet te lang door” Uw zorgverzekering online regelen. Makkelijk! Eenvoudig uw eigen gezondheid verbeteren Aan de inhoud van deze uitgave ­kunnen geen rechten en verantwoordelijkheden worden ontleend. Gehele of gedeeltelijke overname van artikelen of illustraties kan alleen na schriftelijke toestemming van de redactie. Redactieadres Redactie de Zorg, Christiaan Geurtsweg 3, 7335 JV Apeldoorn Mailadres: [email protected] Wilt u de Zorg niet meer ont­vangen, meld u dan af via www.stichtingizz.nl/ afmelden-dezorg Leesproblemen? Voor mensen met ­leesproblemen verschijnt de Zorg ook op Daisy cd-rom. Bel voor deze gratis ­service ­rechtstreeks met Dedicon in Grave 0486 - 48 64 86. “Ga het gesprek aan met uw collega’s of leidinggevende!” Ziek werken = maar half werken Net als iedereen voel ik mij ook niet altijd helemaal fit. Bijvoorbeeld als er een verkoudheid dwarszit of een griepje sluimert. Meestal neem ik een paracetamol en kan ik weer door. Ziek melden doe ik niet zo snel. Iedereen gaat daar anders mee om en dat mag. Blijven werken terwijl u ziek bent, wordt presenteïsme genoemd. Als Stichting IZZ weten we uit onderzoek dat presenteïsme in de zorg stevig aanwezig is. Het aantal zieke doorwerkers is over het algemeen dubbel zo hoog als mensen die verzuimen. Met andere woorden: zorgmedewerkers blijven maar doorgaan. Dat is misschien ook niet zo gek, want ze doen hun werk vanuit passie en betrokkenheid. Ze houden zichzelf voor hun patiënt of cliënt op de been. Positief, maar er schuilt ook een gevaar in. Te lang en te vaak over uw grens gaan heeft invloed op uw productiviteit en de kwaliteit van uw werk. En het speelt langdurig verzuim in de kaart. De oplossing? Laat gezondheidsproblemen niet slepen en wees uzelf bewust van de risico’s van doorwerken. Ga het gesprek aan met uw collega’s of leidinggevende. Want anders kunt u voor niemand meer van waarde zijn. Schuilt er een presenteïst in u? Doe de test op pagina 16! Pieter van de Winckel Community manager Stichting IZZ DE ZORG 2 | 2016 3 KOR T N IE U W S 61% HANDIGE APP Ga ik wel, ga ik niet naar de dokter … U hebt wat last van keelpijn. Gaat u daarmee naar de huisarts? Waarschijnlijk niet. Maar wat doet u bij flinke keelpijn? Bij een verstuikte enkel, een kind met koorts? Feit is dat mensen die twijfelen of een bezoek aan de huisarts nodig is, meestal toch gaan. Sinds kort is er een handige app waarmee u zelf kunt beoordelen of het nodig is een huisarts te raadplegen. De gratis app Moet ik naar de dokter? geeft niet alleen aan of het verstandig is de huisarts te bellen, er volgt ook een helder advies over maatregelen die de klachten kunnen verlichten. De app bevat de gegevens van alle huisartsen in Nederland. Gebruikers hebben dus altijd de contactgegevens van hun eigen huisarts of van de vijf dichtstbijzijnde huisartsen bij de hand. Handig! Geen wonder dat de app de Health App Award in de wacht wist te slepen. En: goedgekeurd door het Nederlandse Huisartsen Genootschap. van de zorgmedewerkers heeft te maken gehad met agressie in het afgelopen halfjaar. Dat blijkt uit onderzoek van Stichting IZZ en de Erasmus Universiteit Rotterdam. Op pagina 12 en 13 leest u meer over dit onderzoek. Ook geeft Nicole Daudey-van der Aa tips hoe u hier (met uw team) werk van maakt. DENKHULP Chronisch ziek? Antwoord op uw vragen Wie chronisch ziek is en werkt, zit vaak met allerlei vragen. Bent u bijvoorbeeld verplicht om uw werkgever alles te vertellen over uw ziekte? Mag u onder werktijd een arts of therapeut bezoeken? Kan uw werkgever u een bepaalde functie weigeren omdat u ziek bent, mag hij u om die reden ontslaan? De online Denkhulp Werk en Chronisch ziek geeft het antwoord op deze en andere vragen over wetten, regels en plichten die relevant zijn voor medewerkers met een langdurige ziekte. DE APP DOWNLOADEN? GA NAAR WWW.MOETIKNAARDEDOKTER.NL 4 DE ZORG 2 | 2016 WWW.DENKHULPWERKENCHRONISCHZIEK.NL BOEKENTIP ARBEIDSMARKT Topteam! Wordt elk voetbalelftal met fantastische spelers wereldkampioen? Nee. Om de top te bereiken, moeten de spelers keihard trainen en flink investeren in zichzelf en het team. Teamleden moeten elkaar door en door kennen, op elkaar vertrouwen, elkaar waarderen. Samenwerking is de sleutel tot succes. In de sport, maar ook in de zorg. Het Werkboek teamontwikkeling van In voor zorg!, een programma van het ministerie van VWS en kenniscentrum Vilans, helpt zorgmedewerkers samen het beste uit het team te halen. Het (gratis!) werkboek staat vol praktische oefeningen, net als de Teamontwikkeling-app. Snel downloaden dus. DOWNLOAD HET BOEK VIA WWW.STICHTINGIZZ.NL/ BOEKENTIP Ruim 10.000 zorg­­vacatures op website Stichting IZZ Van thuiszorgmedewerker tot basisverpleegkundige, van huisarts tot laboratoriummedewerker: op de website van Stichting IZZ vindt u ruim tienduizend vacatures. Op alle niveaus, in alle branches. Neem gerust eens een kijkje, wie weet raakt u geïnspireerd. Kunt u vervolgens hulp gebruiken bij het schrijven van een succesvolle ­sollicitatiebrief of aantrekkelijk cv? Maak dan gebruik van onze speciale ledenactie van MooiCV. Kijk hiervoor op de achterflap van dit magazine. KIJK VOOR DE VACATURES OP: WWW.STICHTINGIZZ.NL/ VACATURES AGENDA 3 november 2016 Nursing College over anatomie Het zijn behoorlijk abstracte begrippen: anatomie, fysiologie, pathologie. Maar tijdens het Nursing College in november 2016 komen ze op een begrijpelijke en vooral leuke manier aan bod. Bevlogen docenten nemen u tijdens inspirerende colleges mee in de wereld van orgaansystemen, ziektebeelden, cel- en weefselonderzoek. Tijdens het practicum in de snijzaal gaat u zelf aan de slag met preparaten. En een bezoek aan het Museum voor Anatomie en Pathologie geeft u inzicht in de organisatie en de anatomie van het menselijk lichaam. Na deze dag beschikt u over een flinke dosis nieuwe kennis en een nog betere verpleegkundige blik. MEER INFORMATIE EN INSCHRIJVEN: WWW.NURSINGCONGRESSEN.NL/NURSINGCOLLEGE DE ZORG 2 | 2016 5 ZORGSUCCES Praktische agressieaanpak leidt tot flinke afname incidenten “Wij helpen jongeren leren omgaan met agressie en frustratie”, vertelt Ilona Ploeg-de Vries 6 DE ZORG 2 | 2016 Meer dan in welke sector ook staan medewerkers in de zorg bloot aan agressie. Wat niet wil zeggen dat de zorgsector er geen werk van maakt. Zo gebruikt jeugdhulporganisatie Vitree een eigen ABCD-methodiek voor het voorkomen van en omgaan met agressieve cliënten. Met succes, want het aantal ernstige incidenten is flink afgenomen. “We weten vaker in te grijpen voordat een situatie escaleert.” Wendy Gerrits is ABCD-trainer bij Vitree. Ilona Ploeg-de Vries is sociaal pedagogisch hulpverlener en werkt als groepsleider. Zij vertellen over hun ervaringen met agressie en de manier waarop de organisatie hiermee omgaat. in hun werk, waar niet alle managers even vaardig zijn in het omgaan met onze doelgroep.” Agressie is een veel voorkomend fenomeen in de zorg. 61% van de zorgprofessionals heeft ermee te maken. Hoe komt dat volgens jullie? Wendy: “Wij werken vanuit de ABCDmethodiek. ABCD staat voor Agressievisie, Beroepshouding, Communicatie en Doelgroep. Cliënten leren omgaan met frustratie en agressie begint met een duidelijke visie op gewenst en ongewenst gedrag. Vervolgens kijken we naar de professionele beroepshouding die deze visie van ons vraagt. De communicatie die daarbij hoort, is duidelijk, transparant en gericht op samenwerking. Aan de oorspronkelijke ABC-methodiek hebben we de D van doelgroep toegevoegd, omdat we het belangrijk vinden dat medewerkers daar werkelijk aandacht voor hebben. Bij dit aspect gaat het erom of je emo­ tioneel beschikbaar bent en voldoende kennis hebt van je doelgroep. Dus: je kunnen verplaatsen in de ander, erkenning geven aan zijn emoties en tegelijkertijd goed voor jezelf blijven zorgen. De methodiek biedt zeven concrete Wendy: “Ik denk dat het een maatschappelijk probleem is. Er worden steeds hogere eisen gesteld aan ­mensen en dus aan onze doelgroep: jongeren. Hier ligt dus ook de focus op in ons werk. Dat legt de lat hoog, ook voor hulpverleners. Daarnaast spelen de bezuinigingen in de zorg een rol. In de 24-uurszorg werken veel ‘flexers’. Onze cliënten worden daardoor geconfronteerd met veel ver­schillende medewerkers. Dat is soms heel lastig voor hen en kan leiden tot agressie.” Ilona vult aan: “De doelgroep waar ik mee werk, bestaat uit jongeren van 16 tot 21 jaar met een licht verstandelijke beperking of een gedragsstoornis. Deze jongeren hebben hulp nodig, maar zij komen mensen tegen die dat vaak niet doorhebben. Hun goed verzorgde en volwassen uiterlijk draagt hieraan bij. Er wordt dan een beroep gedaan op hun zelfstandigheid en incasseringsvermogen waar ze niet aan kunnen voldoen. Daardoor raken ze gefrustreerd. Dit speelt vooral in het dagelijkse leven van de jongeren buiten hun eigen groep. Bijvoorbeeld Hoe werkt jullie agressie-aanpak en merken jullie dat de aanpak succes heeft? fasen van gedrag en, per fase, hand­ vatten om te interveniëren. Doordat medewerkers de kenmerken van agressief gedrag snel herkennen, weten zij waar de cliënt het nog zelf kan oplossen, waar ze een beetje moeten helpen en waar en wanneer ze de situatie moeten overnemen. “Duidelijke communi­ catie helpt cliënt én medewerker om agressie tegen te gaan” Medewerkers kunnen daardoor gericht met de cliënt aan de slag. Zij kunnen gedrag herkennen, benoemen en aangeven hoe zij de ander kunnen helpen. Ook door te benoemen wat het gedrag van de ander met henzelf doet. Zo kunnen beide partijen leren van de situatie. Alle medewerkers die contact hebben met cliënten volgen onze ABCD-training. Jaarlijks krijgt ook elk team een opfristraining op maat. Sinds we met de ABCD-methodiek werken, zien we een flinke daling van Zelf aan de slag tegen agressie? 61% van de zorgmedewerkers heeft te maken gehad met verbale of fysieke agressie in het afgelopen halfjaar. Dat blijkt uit onderzoek van Stichting IZZ en de Erasmus Universiteit Rotterdam. Op pagina 12 en 13 leest u meer over dit onderzoek. Ook geeft Nicole Daudey-van der Aa er tips hoe u hier (met uw team) werk van maakt. Op www.duidelijkoveragressie.nl leest u nog veel meer over het omgaan met agressie in de zorg. Bijvoorbeeld over de ABCD-methodiek en de campagne ‘Wees duidelijk over agressie’. DE ZORG 2 | 2016 > 7 ZORGSUCCES “Ik ervaar agressie nu ook echt anders” Wendy Gerrits traint collega’s met hulp van de ABCD-methode het aantal incidenten, vooral de heftige. Fysieke agressie komt veel minder voor, omdat medewerkers vaak weten in te grijpen voordat de situatie escaleert. Daarnaast zien we een verandering in de trainingsvragen. Deze gaan niet meer over ‘die lastige cliënt’, maar over hoe medewerkers de ander kunnen helpen.” Vitree werkt ook met de tools uit de campagne ‘Wees duidelijk over agressie’, een bewustwordingscampagne over agressie tegen medewerkers in de zorg en jeugdzorg. Wat is volgens jou het belang van deze campagne? Wendy: “Wat ik goed vind aan de campagne is dat deze aandacht geeft aan het feit dat werken in de jeugdzorg pittig is. Voor onze doelgroep kan werken aan jezelf frustrerend zijn en daardoor zijn frustratie, boosheid en agressie onderdeel van ons werk. De manier waarop we hiermee omgaan, hebben we zelf in de hand. We gebruiken hiervoor de tools uit de campagne, aangepast aan onze ABCD-methodiek, zodat de tools goed aansluiten bij onze manier van werken.” Ilona: “De campagne helpt zeker in ons werk. De hulpmiddelen uit deze campagne werken echter alleen als er een open cultuur is in een organisatie en agressie een bespreekbaar onderwerp is. Wij hebben zo’n open cultuur en hierin wordt vanuit Vitree ook echt geïnvesteerd. Er wordt tijd vrijgemaakt 8 DE ZORG 2 | 2016 voor teambuilding en uitwisseling van mogelijke ervaringen met agressie. Ook tijdens teamvergaderingen is er ruimte om te bespreken hoe het met ons en de onderlinge samenwerking gaat. In ons team mag je zijn wie je bent. Dat geldt ook voor de jongeren. En ja, dan wordt er weleens met de vuist op tafel geslagen. Aan ons de taak om te kijken wat er precies aan de hand is en hoe we de jongeren kunnen helpen. Zij moeten leren omgaan met agressie, frustratie en boosheid. Doen ze dat niet, dan blijven ze daar hun hele leven tegen aanlopen.” Welke ervaringen heb je zelf met agressie in je werk? Ilona vertelt over een bedreigende situatie die zij heeft meegemaakt in haar groep: “Dat ging om nieuwe schoenen uit onze voorraad. Een jongere had een paar schoenen uitgezocht. Een andere jongen wilde deze schoenen óók hebben. Mijn voorstel om andere uit te zoeken, leek hij in eerste instantie te accepteren. Maar zijn gedrag veranderde en ik voelde dat de sfeer omsloeg. Hij zocht, samen met een andere bewoner, de jongen die de schoenen had gekregen op in zijn kamer en bedreigde hem. Toen ik naar de kamer kwam, ging hij ook tegen mij tekeer en vertoonde bedreigend gedrag. Ik ben toen letterlijk naast de bedreigde jongen gaan staan. Ik heb duidelijk aangegeven wat ik van hen verwachtte en de jongens even naar hun kamer laten gaan. Deze interventie was nodig om een escalatie te voorkomen en rust te brengen in de groep. De volgende dag hebben we de situatie met de jongens besproken en goed kunnen oplossen. Ik heb in deze situatie kunnen handelen zoals ik van plan was. Door de ABCD-aanpak was ik in staat het gedrag van de jongen goed in te schatten. Toen hij volgens de ABCD-methodiek ‘geel gedrag’ vertoonde, dus geagiteerd was, kon ik een gedragsalternatief bieden. Toen dat niet meer werkte en ik ‘rood gedrag’ zag, moest ik ingrijpen. Voor mijn eigen veiligheid en die van de bedreigde jongen, heb ik daar in dit incident voor gekozen.” Wendy: “Dankzij de ABCD-methodiek ervaar ik agressie nu ook echt anders. Ik kijk hoe ik de ander kan helpen in plaats van dat ik erop gericht ben de agressie te stoppen. Dit geeft echt een wezenlijk andere beleving van een situatie en kan zo’n voorval minder bedreigend maken.” Wat een succes! De werkwijze van Vitree is benoemd tot een van de Zorgsuccessen van Stichting IZZ. Zorgsuccessen dragen bij aan gezond werken in de zorg, daarom deelt Stichting IZZ ze met de zorgsector. KIJK VOOR ANDERE ZORGSUCCESSEN OP WWW.STICHTINGIZZ.NL/ ZORGSUCCESSEN STUDENT IN DE ZORG Geeske Boerboom Lichaam en geest “Het wordt steeds duidelijker dat psychiatrische en lichamelijke pro­ blemen met elkaar samenhangen. Dat vind ik heel interessant. De geest mag je nooit los zien van het lichaam, en omgekeerd. Bij kinde­ ren wordt deze interactie beïnvloed door hun ontwikkeling. Dat maakt ze kwetsbaarder. Het geeft de behandeling ook een extra, peda­ gogische benadering. Ik heb het gevoel dat ik op dat kruispunt sta: van psychiatrie, lichamelijke proble­ men en pedagogische zorg.” “Ik voeg iets toe omdat ik medisch én verpleegkundig mag handelen” Betekenis Geeske volgt de masteropleiding Advanced Nursing Practice aan de Hogeschool Arnhem-Nijmegen. Binnen deze studie werkt ze als verpleegkundig specialist in opleiding bij Karakter Kinder- en Jeugdpsychiatrie. “Ik kan en mag zowel medische als verpleegkundige taken uitvoeren. Ik ben straks veelzijdig inzetbaar.“ Specialist “Als verpleegkundig specialist neem ik taken van de arts (psychiater) over, voer ik lichamelijk onderzoek uit en coach ik ouders. Na afronding van de opleiding zal ik medicijnen voorschrijven, labresultaten beoor­ delen en intakes verrichten. Nu houd ik me ook bezig met de ontwikkeling en verdieping van wetenschappelijke vakkennis. De samenwerking met verpleegkundigen, psychiater en psy­ chologen is intensief: psychiatrische zorg voor kinderen wordt immers altijd multidisciplinair afgestemd.” “Ik ben al afgestudeerd en werk­ zaam geweest als gezinsbehande­ laar. Mooi werk, want je kunt echt een verschil maken voor de cliënten. In mijn nieuwe rol als verpleegkun­ dig specialist is mijn toegevoegde waarde dat ik fungeer als schakel tussen arts en cliënt, ouders en het behandelteam. Wat de arts over­ brengt, kan ik versterken met mijn verpleegkundige kennis.” Wennen “Het leukst aan het werken in de zorg vind ik het contact met de ­cliënten. Wat ik wel wennen vond, was de nieuwe rol die bij de functie van ver­ pleegkundig specialist hoort. Je werkt niet meer direct naast de verpleeg­ kundigen op de afdeling, maar als lid van het multidisciplinaire team met een specifieke taak. Daarin wil ik nog heel veel mooie dingen doen.” DE ZORG 2 | 2016 9 DE ZORG & IK Kreso Ceric (rechts op foto): “Als ggz-consulent in een azc heb je weinig tijd om een vertrouwensrelatie op te bouwen” De Zorg keek een dag mee in het Gezondheids­centrum Asielzoekers waar Kreso werkt. ­ Bekijk de foto­reportage op www.stichtingizz.nl/azc 10 DE ZORG 2 | 2016 Kwetsbare vluchtelingen écht helpen Verhalen over oorlog, over de helse vlucht naar veilig gebied, over dierbaren die achterbleven. Kreso Ceric, ggz-consulent bij het Gezondheidscentrum Asielzoekers (GCA), hoort ze dagelijks aan. Hij helpt asielzoekers in de azc’s in Heerlen en Maastricht bij de verwerking van alles wat ze hebben gezien en meegemaakt. “De veerkracht van de mens is ongelooflijk.” “Welkom in het GCA Heerlen. Een soort minihuisartsenpraktijk, gevestigd op het azc-terrein in Heerlen-Zuid. We hebben een wachtkamer en diverse spreek- en behandelkamers voor huisartsen, praktijkondersteuners, ggz-consulenten en medewerkers van GGD en maatschappelijk werk. Elk azc heeft zo’n eigen gezondheidscentrum, op of nabij het terrein. Inmiddels zijn het er 85. Met de GCA’s borgen we goede, toegankelijke eerstelijnszorg voor kwetsbare mensen met een specifieke zorgvraag: asiel­ zoekers. De ggz-consulent is een relatief nieuwe functie binnen het team. Asielzoekers kampen vaak met psychische problemen, als ggz-consulent kan ik hen helpen om hiermee om te gaan.” mee om te gaan. De nadruk ligt op zelfzorg, structuur, psychohygiëne en ­kennis over waar ze voor ondersteuning terechtkunnen. Waar nodig, gebruik ik cognitieve gedragstherapie of andere psychotherapeutische interventies. Bij complexe problematiek verwijs ik ­cliënten naar de specialistische ggz. Meestal is dat niet nodig. De mentale “Veel asielzoekers verwachten dat ik hun problemen met een pilletje kan oplossen” Gericht op stabilisatie “In het azc verblijven momenteel veel Syriërs. Deze mensen hebben de oorlog van dichtbij meegemaakt, zijn geconfronteerd met gruwelijke gebeurtenissen en hebben vaak ook nog eens een lange en moeilijke weg afgelegd om hier te komen. Die ervaringen uiten zich in klachten als slapeloosheid, nacht­ merries en paniekaanvallen, maar ook in lichamelijke symptomen als hoofdpijn en hartkloppingen. De eerstelijns ggz-zorg is gericht op stabilisatie. Ik help mensen om tot rust te komen, om in het hier en nu te komen en te blijven. Ik bied een luisterend oor, leg ze uit waar de klachten vandaan komen en reik ze praktische tips aan om er beter veerkracht van asielzoekers is groot. De meesten slagen erin om de gebeurte­ nissen op eigen kracht, met de hulp van familie en vrienden en ondersteuning van ons, een plek te geven en hun blik weer op de toekomst te richten.” Heftig en intens “Werken met asielzoekers is werken met een bijzondere doelgroep. Vanwege de vaak complexe problematiek, vanwege de specifieke omstandigheden. De meeste mensen verblijven maar kort in het azc, dus je hebt w ­ einig tijd om een vertrouwensrelatie op te ­bouwen. Bovendien heb je te maken met ­cultuurverschillen. Veel asielzoekers verwachten dat ik hun problemen met een pilletje kan oplossen. Dat zijn ze vanuit hun thuisland gewend. Maar hier werken we anders. Om dat goed uit te kunnen l­ eggen, is het belangrijk dat je als ggz-consulent kennis hebt van de verschillende culturen en gezondheidssystemen. Op basis daarvan kun je vaak ook bepaalde klachten of symptomen verklaren. Zo is het in veel culturen heel gewoon om met de doden te praten. Een asielzoeker die dat gedrag vertoont, hoeft dus helemaal geen psychische stoornis te hebben. Naast culturele kennis zijn ook mensenkennis, improvisatietalent en incasseringsvermogen belangrijke ­competenties voor een ggz-consulent. Je moet tegen een stootje kunnen, want de proble­matiek is vaak heftig en intens.” Inspirerende doelgroep “Los van de complexiteit en impact van de verhalen is het inspirerend om met asielzoekers te werken. De verschillende culturen, het feit dat elk traject maatwerk is, dat ik veel vrijheid heb bij het inrichten en organiseren van mijn functie: het speelt allemaal mee. Maar het belang­rijkste voor mij is dat ik kwetsbare ­mensen écht kan helpen tijdens die eerste, onzekere fase in een vreemd land. De afgelopen twintig jaar heb ik gewerkt in allerlei zorgfuncties en met allerlei doelgroepen. Hier komen al die kennis en ervaring samen.” DE ZORG 2 | 2016 11 GEZOND WERKEN IN DE ZORG Omgaan met agressie in de zorg ‘Agressie tolereren? Nooit!’ 61% van de zorg­ medewerkers had het afgelopen halfjaar te maken met agressie, zo blijkt uit onderzoek van Stichting IZZ. Deze cijfers zijn helaas ook al te herkenbaar voor veiligheidstrainer Nicole Daudey-van der Aa. “Maar dat betekent niet dat agressie er nu eenmaal bij hoort. Je kunt wel degelijk iets doen.” 12 DE ZORG 2 | 2016 Agressie was een van de thema’s in het onderzoek ‘Vitaliteit voor de zorg’ van Stichting IZZ en de Erasmus Universiteit Rotterdam. Maar liefst 9.300 zorgmedewerkers deden aan het onderzoek mee. Een van de opvallende uitkomsten is dat veel zorgmedewerkers niet weten dat hun organisatie beleid heeft over hoe agressie en emotioneel “Voert de werkgever geen actief antiagressiebeleid? Kaart het aan!” geweld te voorkomen en hoe ermee om te gaan. Terwijl dat beleid er vaak wel is, hoewel het per organisatie verschilt hoeveel aandacht dit in de praktijk krijgt. Volgens Nicole Daudey-van der Aa, veiligheidstrainer en ambulant begeleidster bij RIBW Nijmegen & Rivierenland, is beleid een gedeelde verantwoordelijkheid van organisatie en medewerkers. “Onze organisatie biedt trainingen aan de medewerkers aan. Maar ik wil medewerkers ook stimuleren om zelf contact met mij op te nemen als ze vragen hebben of een training of ondersteuning nodig hebben.” Een training is niet alleen nuttig wanneer het daadwerkelijk tot een geweldsincident komt, maar ook om beter om te gaan met de (ervaren) dreiging van agressie en geweld. Medewerkers die getraind zijn om met dergelijke situaties om te gaan, staan in het algemeen steviger in hun schoenen en kunnen de dreiging beter hanteren. Management aanspreken Het is dus de verantwoordelijkheid van de organisatie om een goed antiagressiebeleid te voeren en de verantwoordelijkheid van de medewerker om hiervan op de hoogte te zijn én ermee aan de slag te gaan. RIBW heeft dit goed geregeld, maar wat nu als het op een van deze punten niet goed loopt in je organisatie? Bijvoorbeeld omdat het management zijn rol niet genoeg oppakt? “Blijf het aankaarten”, advi- 23% van de zorgmedewerkers heeft te maken gekregen met FYSIEK GEWELD en/of is ermee bedreigd, in het afgelopen halfjaar. Bijvoorbeeld: SLAAN TRAPPEN GRIJPEN STOTEN DUWEN Van wie komt het fysieke geweld? Patiënten (meer dan 80%), familie van patiënten Wilt u tips over hoe om te gaan met agressie? Vraag het aan Nicole tijdens de chat die we speciaal voor leden van Stichting IZZ organiseren. Wanneer de chat is en hoe deze werkt, leest u op www.stichtingizz.nl/ veiligheidscoach seert Nicole. “Het is de taak van de organisatie om een anti-agressiebeleid te voeren, maar de realiteit is dat dit niet overal even actief wordt gedaan. Daar mag je het management op aanspreken.” Ook kun je binnen het team afspraken maken om elkaar te ondersteunen, tijdens maar zeker ook na een incident. “De eerste opvang na een incident is heel belangrijk”, vertelt Nicole. “Die kan prima gedaan worden door een collega, vooral als hij hiervoor getraind is. Bij RIBW kiezen we voor een bedrijfsopvangteam om ook dit onderdeel goed te organiseren.” Maar het allerbelangrijkste is volgens de veiligheidstrainer dat in de gehele organisatie een zerotolerancebeleid geldt voor agressie. “Ik merk in de zorg dat er vaak vergoelijkend over wordt gedaan. ‘Het hoort bij het ziektebeeld’, is de reactie van zorgmedewerkers dan bijvoorbeeld. Natuurlijk is dat deels zo, maar dat betekent nog niet dat agressie in orde is. Hoe gefrustreerd iemand ook is, geweld is nooit een oplossing!” 61% kreeg het afgelopen halfjaar te maken met een vorm van EMOTIONEEL GEWELD Dit emotioneel geweld bestond uit: SCHREEUWEN EN SCHELDEN INTIMIDATIE EMOTIONELE CHANTAGE OBSCENE OPMERKINGEN OF GEBAREN Van wie komt het emotionele geweld? Patiënten (meer dan 60%), familie van patiënten, collega, leidinggevenden Wist u dat … … zorgmedewerkers het bangst zijn voor het geweld dat het vaakst voorkomt, namelijk verbale agressie? 14% van de zorgmedewerkers geeft aan hiervoor bang te zijn. … bedreiging met fysiek geweld negatief effect heeft op betrokkenheid en tevredenheid van zorgmedewerkers? … de angst voor dreiging met lichamelijk geweld een negatievere invloed heeft op iemands vitaliteit dan de dreiging zelf? DE ZORG 2 | 2016 13 DE S P E C IA L IS T Zingeving maakt je gezond Gezondheid is veel meer dan de afwezigheid van ziekte. Wie gezond is, heeft het vermogen zich aan te passen en de regie te voeren in de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven. Dat gaat verder dan effectieve behandeling of toepassing van een geneesmiddel bij ziekte. Veel verder: met name ­zingeving blijkt een enorm belangrijke rol te spelen bij het omgaan met lichamelijke of geestelijke problemen. ZonMw, de organisatie die preventie stimuleert en zorg en gezondheid wil verbeteren, publiceerde in maart dit jaar het document ‘Zingeving in zorg: De mens centraal’. Hiermee wil de organisatie het debat over zingevingsvraagstukken een extra impuls geven. Koren op de molen voor Machteld Huber, de grondlegger van het concept positieve gezondheid. “Zingeving is de sterkste gezond makende factor in ons leven.” Zingeving noemt u het sterkste medicijn dat er is. Hoe zit dat? “Toen ik nog als jonge arts werkte, stond ik versteld van de veerkracht van mijn patiënten. Ik zag regelmatig oude mensen in het ziekenhuis die op het eind van hun leven waren, maar steeds maar doorleefden. Ze weigerden om te vallen. Er werd een 14 DE ZORG 2 | 2016 achterkleinkind verwacht, of hun diamanten bruiloft moest worden gevierd. Zulke gebeurtenissen waren voor hen zó belangrijk dat ze daar kracht uit putten en alle medische wetten tartten. Ik zag zo’n zelfde soort mechaniek bij drugsverslaafden en oorlogsslachtoffers: hun gezondheid was erbij gebaat als we focusten op wat voor hen echt belangrijk was. Het gaf hen de kracht om vol te houden.” Is zingeving hetzelfde als het hebben van een passie of plezier in het leven? “Bij zingeving draait het om iets waar je echt voor gaat. Dat is wat anders dan een passie, vind ik. Je kunt een passie hebben voor snelle auto’s of fotografie, maar dat is dan vaak ‘een hobby’. Waar draait het leven voor jou écht om? Dat gaat dieper. In Japan noemen ze dit ‘ikigai’: de reden waarom je elke dag opstaat. Uit onderzoek bleek dat mensen met ikigai veel minder complicaties krijgen en veel langer leven met hart- en vaatziekten. Dus het is echt de moeite waard om je daarop te bezinnen. Iedereen heeft diep van binnen iets wat het leven de moeite waard maakt, en het is van belang om die zoektocht naar jezelf te starten als je streeft naar een gezond en zinvol leven.” Hoe doe je dat dan? “Voor sommige mensen is het direct duidelijk, anderen doen er jaren over om erachter te komen. Wat mensen zoeken is ook heel divers, de reikwijdte van zingeving is immens. Voor de een zit het in persoonlijke ontwikkeling, voor iemand anders in spiritualiteit. Het begint met kijken naar je leven tot nu toe. Schrijf het op en kijk ernaar. Onderzoek het en diep het verder uit. Zo dring je langzaam door tot je kern en krijg je zicht op wat voor jou de rode draad in je leven is. Iemand anders, een collega of een vriend of “Patiënten én zorgverleners zijn gebaat bij zingeving” Dr. Machteld Huber is voormalig huisarts. Ze formuleerde een nieuwe definitie van gezondheid (‘Positieve gezondheid’) en is nu directeur van het Institute for Positive Health. kennis kan daar ook bij helpen door vragen te stellen. Er bestaat geen trucje voor, maar ik kan wel zeggen: als je het gevonden hebt, dan weet je het meteen. Dat voel je gewoon. Zeker weten.” Met zingeving zit het bij zorgmedewerkers natuurlijk wel snor. “Management-expert Ben Tiggelaar onderscheidt drie categorieën werkers: mensen die werken om geld te verdienen, mensen die werken om carrière te maken en hogerop te komen, en een derde groep die werk ziet als een roeping. Die laatste groep werkt niet voor geld of promotie, maar omdat ze het willen, het leuk vinden en erin geloven. Voor veel zorgmedewerkers geldt dat ze voor hun werk hebben gekozen omdat ze graag anderen helpen. Dat is een heel sterke motivatie. Er is echter één maar, door alle veranderingen in de zorg bestaat de kans dat ze van hun werk vervreemden. Bijvoorbeeld doordat zorgmedewerkers nu te weinig tijd hebben om de cliënt of patiënt centraal te zetten. Ze verliezen contact met datgene waarom ze voor de zorg hebben gekozen.” Wat als je de zin van je werk kwijt bent? “Als je werk je niets meer te bieden heeft, dan is het misschien tijd voor een switch. Zo eerlijk moet je wel durven zijn.” Worden zorgmedewerkers succesvoller in hun werk als ze meer aandacht schenken aan zingeving voor hun patiënten? “Toen ik het concept positieve gezondheid uitwerkte, vroeg ik een grote groep zorgverleners en beleidsmakers, waar zij gezondheid aan aflezen. Zeker als ze zelf ervaring hadden met ziekte, antwoordden ze opvallend vaak dat zingeving hierin een belangrijke indicator is. Ik zie dat zorgmedewerkers in de dagelijkse zorgpraktijk steeds meer ruimte krijgen en nemen voor zingeving. Hun patiënten zijn erbij gebaat, maar zijzelf dus ook!” DE ZORG 2 | 2016 15 TEST Ziek! Doorwerker of thuisblijver? Ai, ziek! Zes op de tien zorgmedewerkers geven aan weleens door te werken terwijl ze ziek zijn. Een op de tien doet dat zelfs meerdere malen, blijkt uit onderzoek van Stichting IZZ. Wat doet u, werken of thuisblijven? 1) Bent u onmisbaar? A Ik vind dat ik in mijn baan een grote verantwoordelijk draag. Ik wil daar anderen niet mee opzadelen, dus ik doe het liefste zo veel mogelijk zelf. B Dat is niemand, toch? Als ik het werk niet kan doen, dan wil er altijd wel iemand inspringen. Daar zijn we toch collega’s voor. Of het werk blijft even liggen. 2) Wanneer voelt u zichzelf ziek genoeg om thuis te blijven? A Als ik mij niet in staat voel mijn werk naar ­behoren en naar verwachting uit te voeren, blijf ik lekker thuis B Dat gebeurt niet zo snel. Pas als ik ijlend van de koorts om mijn moeder roep, zal ik erover nadenken. 3) Vindt u zichzelf een aansteller als u bij een lichte klacht thuisblijft? A Ziek is ziek. En als je ziek bent, kun je jezelf ziek melden. Hoe ziek je bent, is daarin niet belangrijk. B Iedereen voelt zich wel eens niet helemaal 100%. Dat hoort er gewoon bij. Je kunt werken altijd proberen. 4) Vindt u zichzelf asociaal als u ziek naar het werk gaat? A Nee hoor, het laat vooral zien dat ik hart voor de zaak heb. B Jazeker, je houdt geen rekening met besmettingsgevaar en je werk lijdt eronder. En dus hebben anderen er misschien last van. 5) U kiest voor doorwerken. Licht u uw collega’s en leidinggevende in? A Dat ligt aan de klachten. Alleen als het zo erg is dat ik afspraken moet verzetten of bepaalde taken niet kan doen. Ik wil geen zeurpiet zijn. B Ja, het verklaart eventueel verminderd functioneren en levert vaak begrip op. 6) U bent aan de beterende hand. Meldt u zich zo snel mogelijk weer beter? A Ja natuurlijk, er ligt waarschijnlijk een hoop werk te wachten en mijn collega’s wil ik ook niet te lang belasten. B Nee, alleen als ik 100% beter ben. En dan neem ik nog een dagje extra om het zeker te weten. Uitslag Tel de punten die bij uw antwoorden horen bij elkaar op. 1A=1, 1B=2, 2A=2, 2B=1, 3A=2, 3B=1, 4A=1, 4B=2, 5A=1, 5B=2 6A=1, 6B=2. 16 Scoort u 6 t/m 8 punten? Scoort u 9 t/m 12 punten? Wat lichamelijk onbehagen houdt u echt niet thuis. Maar is kost wat kost werken nu eigenlijk echt wel gezond? We spreken van presenteïsme wanneer iemand doorwerkt, terwijl hij gezondheidsklachten heeft. Klinkt loyaal. Een doorzetter, denkt u. Toch hebben presenteïsten een grotere kans op een burn-out en zorgen ze soms voor gezondheidsklachten bij collega’s. Denk er eens over na. U voelt u niet helemaal fit? Thuisblijven maar, denkt u. Collega’s of patiënten wilt u daar zeker niet mee lastig vallen. Dit noemen we absenteïsme. Toch zadelt u de mensen om u heen op met extra taken, verschuivende planningen en dalende zorgkwaliteit. Pas goed op uzelf, maar bedenk ook wie uiteindelijk het meeste last heeft van uw lichamelijk ongemak. DE ZORG 2 | 2016 Tevredenheid IZZ-leden over IZZ Zorgverzekering stijgt De tevredenheid van IZZ-leden over de collectieve IZZ Zorgverzekering is in 2016 verder verbeterd*. Zo krijgt de dienstverlening in 2016 een hoger rapportcijfer. Vergeleken met vorig jaar stijgt het cijfer van een 7,8 naar een 8,0. Bovendien neemt ook de waardering voor prijs (7,1) en product (7,7) verder toe. Voor Stichting IZZ bevestigt dit dat de gemaakte afspraken met de uitvoerend zorgverzekeraar Coöperatie VGZ goed aansluiten bij de wensen van haar leden. Het gaat om afspraken over betere service en de onderhandelingen over de premie voor 2016. Declaraties afhandelen sterk punt De IZZ-leden zijn zeer positief over het gemak van indienen en de snelheid van uitbetaling van declaraties. Ook het telefonisch contact wordt goed gewaardeerd, waarbij vooral de houding en het gedrag en de kennis van de callcentermedewerkers als zeer positief wordt ervaren. E-mailcontact kan beter Bij de afhandeling van het e-mailcontact zien de leden ruimte voor verbetering. Vooral het in één keer afhandelen van e-mail is een punt van aandacht. Oordeel over prijs verbeterd Het prijsoordeel over de collectieve IZZ Zorgverzekering is verbeterd. Dit komt onder meer omdat de premies in 2016 niet zijn verhoogd. Ook de collectiviteitskorting ervaren veel leden als positief. Kanttekening die zij hierbij maken, is dat de premie van IZZ alleen aantrekkelijk is voor mensen die in de zorg werken en daarmee recht hebben op deze korting. Uitgebreid pakket en vergoedingen Verder zijn de leden positief over het uitgebreide pakket en de vergoedingen voor tandartskosten en fysiotherapie. Dit heeft echter ook een keerzijde, namelijk dat de premies voor de aanvullende verzekeringen als relatief hoog worden ervaren. De IZZ Zorgverzekering biedt ruime keuzemogelijkheden in de aanvullende verzekeringen zodat onze leden kunnen kiezen welke vergoedingen ze nodig hebben en welke premie ze hiervoor willen betalen. Ieder jaar opnieuw, en zonder beperkingen van medische of tandheelkundige vragen. * bron: Klantenmonitor Zorgverzekeringen® SAMR en Jan M. De Mos Consultancy DE DEZORG ZORG22| |2016 2016 17 17 trends De zorg van de toekomst combineert nieuwe technologie met aloude waarden 18 DE ZORG 2 | 2016 Zorgmedewerkers, bestuurders en burgers zijn helemaal klaar met het huidige dichtgeregelde en bureaucratische zorgstelsel. De steeds luidere roep om een nieuw systeem gebaseerd op vrijheid, vertrouwen en betekenisgeving, klinkt ook door in het zesde FWG Trendrapport. De onderzoekers signaleren vier trends die zomaar de opmaat zouden kunnen vormen naar de zorg van de toekomst. De Zorg sprak met FWG-onderzoeker Geertje van de Ven over het onderzoek dat zij met collega’s uitvoerde. En aan IZZ-verzekerde Marcel de Haas vroegen we zijn kijk op deze trends. Marcel werkte jarenlang als ziekenverzorger, verpleegkundige en manager in de zorg en begeleidt tegenwoordig als zelfstandig adviseur (zorg)organisaties die willen innoveren. Trend 1: ouderen betalen voor gezelschap Geertje van de Ven: “De criteria waaraan ouderen moeten voldoen om in aanmerking te komen voor professionele zorg zijn flink aangescherpt. Veel ouderen die geen recht hebben op zorg, hebben wel behoefte aan iemand die meegaat naar het museum, helpt bij de administratie of zomaar even langskomt. De partner, kinderen, familieleden of vrienden kunnen niet altijd in deze behoefte voorzien. Private partijen spelen hierop in, door betaald gezelschap aan te bieden. Een prima oplossing voor mensen die beschikken over voldoende financiële middelen en hun weg kunnen vinden in het woud van aanbieders. Maar, er is een grens aan de zelfredzaamheid van ouderen. We zien een soort tussengroep ontstaan van ouderen die geen recht hebben op zorg, maar ook niet beschikken over de financiële middelen, de vaardigheden of het netwerk om zichzelf te redden. Deze groep is onvoldoende in beeld, ook niet bij de wijkteams. En als de wijkverpleegkundige zo iemand wél in het vizier heeft, dan mag ze volgens het huidige systeem niet ingrijpen. Meneer of mevrouw voldoet namelijk niet aan de criteria voor verzekerde zorg. De gevolgen laten zich raden: eenzaamheid, verwaarlozing, vervuilde huizen. De roep om meer verantwoordelijkheid voor zorgmedewerkers wordt mede ingegeven door dit soort schrijnende situaties.” Reactie IZZ-verzekerde Marcel: “Wie de doelgroep goed in beeld heeft, kan een eerstelijns hulpvraag voorkomen. De kunst is om dreigende vereenzaming vroegtijdig te herkennen en de ouderen die het betreft gericht te helpen met (digitale) middelen. Tegenover vraagverlegenheid van ouderen staat vaak aanbodverlegenheid van de omgeving. Als we erin slagen beide te verbinden, creëren we een waardevol netwerk.” Trend 2: de computer stelt de diagnose Geertje: “De verwachtingen van zorgtechnologie zijn hooggespannen. Google Glass, health checks en dnaprofilering (het afstemmen van zorg op iemands moleculaire profiel, bijvoorbeeld bij kankerbehandelingen) dragen bij aan persoonlijke zorg op maat. In die zin vergroten technologische ontwikkelingen, hoe tegenstrijdig het misschien ook lijkt, de menselijke maat in de zorg. De beschikbaarheid van gezondheidsdata heeft echter niet alleen voordelen. Zo leidt een preventieve gezondheidscontrole regelmatig tot ongerustheid bij patiënten. De arts FWG Trendonderzoek Advies- en onderzoeksbureau FWG (Functiewaardering Gezondheidszorg) doet voortdurend onderzoek naar trends en ontwikkelingen in de zorg. Voor het FWG Trendrapport 2015 De zorg ontregelt spraken de onderzoekers met wetenschappers, bestuurders, hr-experts, zorgprofessionals en vertegenwoordigers van branche- en belangenorganisaties in de zorg. speelt een belangrijke rol bij het duiden van de data waar patiënten mee op het spreekuur komen. Deze gegevens en de ideeën van patiënten over diagnose en behandeling kunnen waardevol zijn, maar hebben tegelijkertijd gevolgen voor de verhouding tussen arts en patiënt. De arts wordt minder diagnosticus en meer adviseur en zal dus moeten beschikken over uitstekende communicatieve vaardigheden. Hoe ga je bijvoorbeeld om met de uitkomsten van de huidkanker-app? Of met een patiënt die eist dat er naar aanleiding van de Total Body Scan vervolgonderzoek plaatsvindt, ook al is daar geen enkele indicatie voor? Ook andere functies veranderen door de opkomst van zorgtechnologie. Verpleegkundigen zullen eenvoudige storingen op de tablet zelf moeten kunnen oplossen, wijkteams worden uitgebreid met ICT-deskundigen.” Reactie Marcel: “Zorg gaat niet meer alleen vanuit het hart, maar steeds meer ook vanuit het besef dat techniek een waardevolle bijdrage kan leveren > DE ZORG 2 | 2016 19 “Zorgmedewerkers zouden veel meer op basis van eigen inzicht moeten kunnen handelen en minder op basis van beleidsregels” Marcel de Haas en Geertje van de Ven: “Er ontstaat een nieuwe relatie tussen werkgever en zorgmedewerker” aan de professionalisering van het vak. Dit vraagt om een andere houding van arts en verpleegkundige, maar zeker ook van de patiënt zelf.” Trend 3: tijdelijke teams als het nieuwe organiseren Geertje: “Er bestaat een brede behoefte aan een nieuw zorgsysteem waarin professionele vrijheid, vertrouwen, cliëntgerichtheid en betekenisgeving centraal staan. Het huidige zorgstelsel is dichtgeregeld, bureaucratisch en heel erg gericht op verantwoording. De zorg zou volgens zowel professionals als burgers veel meer om de cliënt heen georganiseerd moeten worden, met een grotere verantwoordelijkheid voor zorgmedewerkers. En het blijft niet bij woorden alleen: er wordt volop geïnnoveerd en geëxperimenteerd. Met nieuwe financieringsvormen als shared savings bijvoorbeeld, waarbij medisch specialisten profiteren van besparingen die het gevolg zijn van het verschuiven van zorg van de tweede naar de eerste lijn. Hierdoor is het voor hen ook aantrekkelijk om géén behandeling te starten. Een mooi voorbeeld van anders organiseren is de Maastrichtse Stadspoli, waar huisartsen en specialisten samen werken aan efficiënte en patiëntgerichte zorg. De resul- 20 DE ZORG 2 | 2016 taten zijn veelbelovend, maar een echte systeemverandering vraagt om nieuwe afspraken – ook financieel – en medewerkers die bereid en in staat zijn hun functie anders in te vullen. Al die veranderingen hebben tijd nodig.” Reactie Marcel: “De verschuiving van tweedelijns- naar eerstelijnszorg kan worden doorgetrokken naar de ‘nulde lijn’. Daarbij wordt de zorg niet om de cliënt heen georganiseerd, maar met de cliënt en zijn omgeving. Om het huidige diepgewortelde systeem om te spitten, is het nodig dat iedereen in het systeem durft los te laten en opnieuw gaat organiseren.” Trend 4: menselijkheid staat voorop Geertje: “Zorgmedewerkers hebben de afgelopen jaren veel voor hun kiezen gekregen. Ze zijn overspoeld met protocollen, regels en richtlijnen. Door dit alles is de behoefte van medewerkers én cliënten aan ‘gewoon doen’ sterk toegenomen. Het gaat erom de cliënt verder te helpen. Door iemand te helpen met de steunkousen bijvoorbeeld. Maar ook door een wandelingetje met hem te maken of misschien wel de gootsteen te ontstoppen. Zorgmedewerkers zouden veel meer op basis van eigen inzicht en afwegingen moeten kunnen handelen en minder op basis van beleidsregels. Het leven, en alles wat daarbij hoort, zou het uitgangspunt moeten zijn bij het organiseren van de zorg. Deze ontwikkeling vraagt om een herwaardering van de mens achter de functie. Een professionele opleiding is belangrijk, maar datzelfde geldt voor iemands persoonlijkheid en levenservaring. Volgens de experts die we gesproken hebben, ontstaat er een nieuwe relatie tussen werkgever en werknemer die het beste getypeerd kan worden als ‘ondernemend werknemerschap’. Medewerkers werken zelfstandig en hebben handelingsruimte binnen heldere organisatorische randvoorwaarden. Op die manier komt het vakmanschap weer bij de medewerker te liggen, profiteert de medewerker van flexibiliteit en zekerheid en blijft de binding met de organisatie behouden.” Reactie Marcel: “Ik denk dat we toe zijn aan herijking van ons beeld van zorg verlenen. Verzorgen wordt ontzorgen. De kracht van de moderne hulpverlener schuilt niet in het ontstoppen van de gootsteen, maar in het stimuleren van de zelfredzaamheid van cliënten. Dat betekent dat de hulpverlener eerder een stap naar achteren moet zetten.” DIT IS DE ZORG 03-06-2016 14:00 uur, Pluryn, Nijmegen Bij Pluryn, organisatie voor jeugdhulp, ggz en gehandicaptenzorg, maken ze de zorg beter. Dagelijks. Elke vrijdag komen cliënten als dagbesteding naar het Living Lab. Daar spelen ze serious games en proberen ze de nieuwste apps en e-healthgadgets. Pluryn loopt voorop in zorginnovatie voor mensen met complexe problematiek. Bijvoorbeeld met het Living Lab: een open innovatienetwerk waar ook onderwijsinstellingen en start-upbedrijven bij aanhaken. Het lab biedt Pluryn het optimale klimaat om workshops te organiseren, te brainstormen en anders te denken. “Technologie en e-health hebben veel potentie”, zegt programmamanager eHealth & Innovatie Sanneke Langendoen. “Niet vanuit een financieel motief of efficiency-oogpunt. Maar omdat ze de zorg kwalitatief beter maken. Cliënten hebben recht op innovatie. Zo zien wij dat.” Bekijk de video die Stichting IZZ maakte bij Pluryn via www.stichtingizz.nl/pluryn In drie dagen een prototype Pluryn komt onder meer tot nieuwe ontwikkelingen in de ‘99-uurs­ trajecten’. “Als we een vraag krijgen zoekt een multidisciplinair team van cliënten, medewerkers, ­designers, developers naar de werkelijke vraag erachter. Samen formuleren ze een antwoord en maken ze direct een prototype. In drie dagen tijd.” Een vraag over socialmediagebruik bij c ­ liënten leidde eerder tot de ­HappyApp. Cliënten kunnen daarmee aangeven hoe ze zich voelen, waarop de omgeving dan beter kan inspelen. Een denktank van cliënten test alle innovaties. Zijn ze geschikt voor mensen met een beperking? ­Verbeteren ze de kwaliteit van leven? Of de zelfstandigheid? Als voorbeeld noemt Sanneke de Muse, een hoofdband die hersenactiviteit meet en gebruikt kan worden voor stress-reductie en concentratieverhoging. Trots is Sanneke op het grote succes van de uitleenservice door cliënten. Een grote vitrine staat vol met apparaten en gadgets. Van stappenteller tot slaaphulp en van ­virtualrealitybril tot knuffelrobot. De bovenste plank is leeg. “De service loopt echt als een speer.” DE ZORG 2 | 2016 21 IZZ ZORGVERZEKERAAR: GOED GEHOLPEN onverwacht. Op een maandagmorgen zei haar lichaam ‘nee’ toen de wekker ging en brak er voor Karin een tijd aan van acceptatie, therapie en veel beweging. Steun van collega’s Karin kreeg veel aardige berichten van bezorgde collega’s. “Eén kaartje is mij bijgebleven, daar stond op: ‘Wat heb je het liefst? Zal ik op bezoek komen, voor je koken of je gewoon met rust laten?’” Een enkeling reageerde minder begripvol. “Ik snap het wel: ik verdween heel plots van de werkvloer, niemand had iets aan mij gemerkt. En als het mij kon overkomen, dan hen misschien ook? Dat is een vervelend besef.” Hoewel iedereen wel iemand kent die een burn-out heeft (gehad), rust er toch een taboe op. Dat ervoer ook Karin: “Daarom heb ik te lang doorgemodderd. Ik had mij bij wijze van spreken liever met een hernia ziek gemeld.” ‘Stress? Blijf niet doormodderen’ Na het weekend verder, denk je en je trekt de deur achter je dicht. Maar op maandag blijft je werkplek leeg, en de maanden erna ook. Het overkwam IZZ-verzekerde Karin Seijdell. Ze kreeg plots een burn-out. Geestelijk verzorger Karin Seijdell (39) houdt van haar werk. Maar het is geen lichte kost. Ze houdt zich bezig met stervensbegeleiding, rouw en ethische dilemma’s in een organisatie voor mensen met een verstandelijke beperking. De werkdruk is hoog: er zijn enkele geestelijk verzorgers op zo’n tweeduizend cliënten. “Ik was constant aan het schipperen, vond altijd dat ik tekortschoot.” Een snelle opeenvolging van leidinggevenden deed er nog een schepje bovenop. “Steeds nieuwe managers in vertrouwen nemen over mijn overbelasting, dat was moeilijk.” Toch kwam de spreekwoordelijke druppel 22 DE ZORG 2 | 2016 Schaamte overwinnen Met cognitieve gedragstherapie ging Karin haar schaamtegevoelens te lijf. “Ik weet nu dat schuld vóélen niet hetzelfde is als schuld hébben. Aan de oorzaken van de hoge werkdruk kan ik niets doen.” Ook leerde ze anders omgaan met druk. “Cliënten zien mij minder vaak, maar laatst zei iemand: ‘Als je er nu bent, bén je er ook.’ Mijn aandacht is nu bij degene tegenover mij, niet bij die overvolle agenda.” Karin ging ook bewegen – fietsen, wandelen, pilates – en kreeg steun van haar partner, vrienden en haar ouders in de buurt die de kinderen ophaalden. Daarnaast had ze baat bij lichttherapie en voetreflexologie. “Fijn dat IZZ aanvullende behandelingen deels vergoedt, want een burn-out is ook financieel pittig.” Blijf niet rondlopen Eén tip heeft ze voor lotgenoten: blijf niet rondlopen. “Stap over eventuele schaamte heen en vraag om hulp. Voorkomen is zó veel beter dan genezen.” Karins collega’s zijn zich daar nu bewust van. “Sommigen controleren af en toe of ze de gevarenzone naderen. De ‘Karin-check’, noemen ze dat.” Karin gaat graag in gesprek met collega’s die hoge werkdruk ervaren. “Als ik maar één burn-out kan helpen voorkomen, ben ik al blij. Ik weet hoe ellendig het is.” Inmiddels is Karin bijna een halfjaar uit de ziektewet. Is ze weer helemaal de oude? “Gelukkig niet”, lacht ze. “Ik ben nu ‘de nieuwe Karin’: alerter op prikkels en verrijkt door alles wat ik heb geleerd.” Last van stress of burn-outklachten? Wij helpen u graag! Werken in de zorg is mooi en dankbaar, maar ook stressvol. Laat het niet te ver komen. Test de ernst van uw klachten en ontdek of online zelfhulp u kan helpen op www.izz.nl/stress. Als u er zelf niet uitkomt, kunt u ook een beroep doen op persoonlijke psychische zorg (ggz). PIETER ZOEKT UIT Uw zorgverzekering online regelen Welke vragen hebt u? Dat willen wij als belangenbehartiger van zorgmedewerkers met een IZZ Zorgverzekering graag weten. Onze community manager Pieter van de Winckel gaat in dit magazine op pad om antwoord te krijgen op vragen van onze leden. Zoals: waarom is het slim om over te stappen op digitale post van IZZ? Pieter spreekt erover met Stanny Bode van IZZ Zorgverzekeraar. Pieter: “Wat houdt digitale post in en waarom is het slim hierop over te stappen?” Stanny: “Dit betekent dat je geen post over je verzekering meer in je brievenbus krijgt, maar al je post digitaal ontvangt in je eigen beveiligde Mijn IZZ-omgeving. Bijvoorbeeld zorgnota’s of de polis van je zorgverzekering. Je hebt dus alles overzichtelijk op één plek bij elkaar en je ontvangt sneller je post. Bovendien heb je zo geen papierwerk meer. Dat is ook nog eens beter voor het milieu.” Pieter:“Hoe weet je wanneer er een factuur of andere post klaarstaat?” Stanny: “Zodra er nieuwe post is, krijg je een seintje per e-mail. Zo ben je dus altijd en overal direct op de hoogte.” Pieter: “Je zegt dat de digitale post onderdeel is van Mijn IZZ. Welke voordelen heeft Mijn IZZ voor de leden van Stichting IZZ?” Stanny: “Naast je post digitaal ontvangen, kun je via Mijn IZZ nog veel meer regelen. Bijvoorbeeld door jou betaalde zorgnota’s online declareren of juist nota’s betalen per acceptgiro of automatische incasso. In Mijn IZZ staat alle informatie over je zorgverzekering bij elkaar, zoals alle gemaakte zorgkosten en hoeveel eigen risico je hebt verbruikt. Al ruim honderdduizend leden gebruiken Mijn IZZ om hun verzekeringszaken online te beheren. Want via Mijn IZZ kan dat snel, overzichtelijk en eenvoudig.” Pieter: “Zijn Mijn IZZ en de digitale post wel goed beveiligd?” Stanny: “Jazeker. Je krijgt alleen toegang tot Mijn IZZ via DigiD. Dit is een erkende, beveiligde verbinding met je computer. DigiD wordt ook gebruikt door de ­Belastingdienst, gemeenten en diverse andere grote overheidsinstanties. Vanzelfsprekend gaan wij zorgvuldig met de gegevens van onze verzekerden om. Veiligheid en vertrouwen staan bij Mijn IZZ voorop!” Pieter: “Wat moet je doen als je op digitale post wilt overstappen?” Stanny: “Als je je post digitaal wilt ontvangen, kun je dat aangeven in Mijn IZZ. Log in op Mijn IZZ, ga naar menu ‘Instellingen’ en vink digitale post aan. Vanaf nu ontvang je je post digitaal.” OOK VOORTAAN UW POST DIGITAAL ONTVANGEN? U REGELT HET EENVOUDIG VIA WWW.MIJNIZZ.NL DE ZORG 2 | 2016 23 Gratis advies Ter waarde van € 50 Eenvoudig uw eigen gezondheid verbeteren Vul de gratis online vragenlijst in • Ledencollectief • Belangenbehartiger • Gezond werken in de zorg • Speciaal voor zorg-­ medewerkers Wij zijn de zorg 24 DE ZORG 2 | 2016 Als zorgmedewerker helpt u graag andere mensen. Maar denkt u ook aan uzelf? Vul de gratis Sante-Q-vragenlijst in over gezondheid, leefstijl en werk, en krijg beter zicht op uw gezondheid. Inclusief tips om deze te verbeteren. Persoonlijke feedback Het invullen van de Sante-Q-vragenlijst duurt slechts vijftien minuten en gebeurt anoniem. De vragen gaan bijvoorbeeld over pijn en andere fysieke klachten, stress, vermoeidheid, slaapklachten en welzijn op het werk. Vervolgens krijgt u persoonlijke feedback over mogelijke gezondheidsrisico’s. Ook ontvangt u tips om uw gezondheid en leefstijl te verbeteren. Hoe vermindert u bijvoorbeeld (werk)stress en hoe verbetert u uw slaapritme? Met de tips en adviezen kunt u zelf aan de slag met uw eigen leefstijl en gezondheid. Gratis Als Stichting IZZ zetten wij ons in voor de gezondheid van u en uw collega’s in de zorg. Daarom bieden wij onze leden de Sante-Q-vragenlijst gratis aan. Deze lijst is ontwikkeld door Evalua, een spin-offbedrijf van VU medisch centrum. De vragenlijst berust op een wetenschappelijk onderbouwde aanpak. MELD U NU AAN VIA: WWW.STICHTINGIZZ.NL/SANTE-Q