HAVO 2009 her COR MOD

advertisement
HAVO 3 augustus 2009
Geschiedenis
HEREXAMEN CORRECTIEMODEL 2009
Suriname
1
Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam het nationalisme op in ons land.
Leg een verband tussen de opkomst van het nationalisme en de Baas in eigen huisgedachte.
(3p)
In 1942 werd aan ons land autonomie beloofd door Nederland en dit zorgde ervoor dat
het nationalisme opkwam en zo ook de nationalistische bewegingen o.a. Unie Suriname
met de leuze “Baas in eigen huis”. Surinamers willen dan zelf bepalen wat er in hun land
zou gebeuren.
2.
Na de Tweede Wereldoorlog werden in ons land politieke partijen opgericht.
Beargumenteer of de oprichting van politieke partijen toentertijd noodzakelijk was. (3p)
Ja, want er was autonomie beloofd aan Suriname en de politieke partijen zouden dan
deelnemen aan de verkiezing om zo regeermacht te verwerven.
3a.
Vanaf 1948 werden er drie Ronde Tafel Conferenties (RTC’s) gehouden.
Wat was het doel van deze conferenties?
(2p)
Het doel hiervan is om te komen tot het Statuut.
b.
De eerste RTC mondde uit in de Staatsregeling van 1948 en bracht grote
veranderingen in het bestuur van ons land.
Toon middels twee (2) argumenten de juistheid van deze uitspraak aan.
(4p)
- De bevolking mocht voortaan zelf haar volksvertegenwoordigers uitkiezen
- Algemeen kiesrecht werd ingevoerd
- De macht van de gouverneur werd beperkt, een kabinet o.l.v. de minister- president was
verantwoordelijk voor het bestuur van het land
- Het kabinet was verantwoording verschuldigd aan de Staten van Suriname
4.
Na de Tweede Wereldoorlog heeft Nederland middels plannen geprobeerd de
economie van ons land systematisch tot ontwikkeling te brengen.
Wat was de belangrijkste doelstelling van de planmatige aanpak?
(3p)
- Basis leggen voor de economische onafhankelijkheid en verbetering van de sociale
voorzieningen.
- Het creëren van een gunstig investeringsklimaat.
5.
Zowel J.Pengel als J. Lachmon propageerde een beleid gericht op het overstijgen
van de bestaande sociale en etnische tegenstellingen. Zij wilden een politiek van
harmonie en consensus, die ten goede zou komen aan alle Surinamers.
Motiveer of je het eens of oneens bent met bovenstaande stelling.
(4p)
Eens, omdat zij ervoor zouden zorgen dat de twee grootste bevolkingsgroepen samen
werkten en hoopten dat beide groepen er profijt van zouden hebben.
1
6.
Na 1973 waren de Hindostaanse en Javaanse oppositie in de
volksvertegenwoordiging tegen de onafhankelijkheid. Desondanks werd de
onafhankelijkheid een feit met de instemming van Nederland.
Beargumenteer of de houding van de oppositie terecht of onterecht was ten aanzien van
de onafhankelijkheid.
(4p)
Terecht: gaven aan dat Suriname economisch nog niet onafhankelijk was.
Onterecht: omdat zij zich bedreigd voelden. Zij waren bang dat zij overheerst zouden
worden door de creoolse groep.
7.
In 1980 werd er in ons land een militaire staatsgreep gepleegd. Delen van de
bevolking hadden grote verwachtingen van de nieuwe bezems die schoon zouden vegen.
a. Geef twee (2) verwachtingen aan die men koesterde.
(2p)
- Een beter sociaaleconomisch beleid
- Een beter politiek beleid (minder corruptie)
- Het Surinamisme moest gepropageerd worden.
b. Beschrijf twee (2) handelingen in de periode 1981-1983 die ervoor hebben gezorgd dat
de tegenstand tegen de militairen toenam.
(2p)
- Het steeds uitstellen van de verkiezing(de militaire dictatuur werd zichtbaar)
- Toenemende mensenrechtenschendingen(onverklaarbare sterfgevallen)
- De decembermoorden
8.
In 1987 won de Frontregering groots de verkiezingen. De regering werd
geconfronteerd met tal van problemen.
a. Noem één (1) economisch en ook één (1) politiek probleem op waarmee de regering
geconfronteerd werd.
(3p)
Economisch: - Lege staatskas, - Hoge inflatie, - Dalende bauxietprijzen, - Etnische
verdeeldheid was merkbaar, - Schaarste, - tekort aan deviezen
Politiek: - Binnenlandse oorlog, - machtsvraagstuk (rol van de militairen in de politiek)
b. Op welke wijzen (2) heeft het Front en de daarop volgende Nieuw Frontregering
(1991-1996) geprobeerd een oplossing te zoeken voor deze problemen.
(3p)
Economisch: - Tekenen van het Raamverdrag, - Uitvoeren van SAP
Politiek: - Tekenen van vredesakkoorden(Kourou en Lelydorp), - wijziging van de
grondwetsartikelen die de militairen een politieke rol toeschreven (oplossing
machtsvraagstuk).
9. Ondanks goede maatregelen van vorige regeringen is er in ons land nog steeds sprake
van een kwetsbare economie.
Geef hiervoor een verklaring.
(3p)
- Het is de regeringen nog steeds niet gelukt de economie te diversificeren (monocultuur)
- De economie is nog sterk afhankelijk van multinationals ( vb. Suralco en Iam Gold).
- Er is nog sprake van een importafhankelijke economie.
2
Caraïbisch gebied
1
Ondanks dat de Guyana’s op het vasteland van Zuid -Amerika liggen, behoren zij
tot het Caraibisch gebied.
Geef twee (2) redenen waarom de Guyana’s toch tot het Caraibisch gebied worden
gerekend.
(2p)
Deze landen hebben historische, geografische, sociale, economische en culturele
overeenkomsten.
2
In de jaren 60 van de vorige eeuw legden de Caraibische landen de nadruk op het
stimuleren van de importvervangende industrie.
Geef twee (2) redenen waarom Caraibische landen de importvervangende industrie
stimuleerden.
(3p)
De redenen zijn: - werkgelegenheid creëren
- besparen van broodnodige deviezen
- minder afhankelijkheid van buitenlandse importen
3
De Caribbean Community and Common Market (Caricom) werd opgericht als
uitvloeisel van het Verdrag van Chaguaramas (4 juli 1973).
a. Aan welke vereisten (2) moet een land voldoen om lid te worden van de Caricom? (2p)
Vereisten :
- een onafhankelijke staat zijn
- tot het Caraibisch gebied behoren
- de doelstellingen van de Caricom onderschrijven.
b. Leg uit in hoeverre de Caribbean Common Market al gerealiseerd is.
- Vrijhandelszone tussen de Caricomlanden
- Economische samenwerking
- Werken naar een Single Market & Economy.
(3p)
4
Stelling: Lid zijn van de Caricom heeft als voordeel sterker staan tegenover
economische blokken tijdens onderhandelingen.
Beargumenteer of deze stelling juist/onjuist is.
(4p)
Deze stelling is juist, omdat landen die samen een standpunt innemen niet over het hoofd
gezien kunnen worden en men dient dan rekening met hen te houden.
5
Met de toetreding van ons land tot de Caricom nam de concurrentie voor onze
producenten toe.
Welke maatregelen (2) troffen de Surinaamse producenten om deze concurrentie het
hoofd te kunnen bieden?
(3p)
- Toenemende promotie van de eigen producten
- Verbeteren van de kwaliteit (ISO- certificering).
- Aantrekkelijk maken van de producten
- Voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen van de Caraibische landen (produktie- en
vervaldatum vaststellen, inhoudsbeschrijving van het gewicht enz.)
3
LATIJNS-AMERIKA
1
De periode kort na de onafhankelijkheid van de Latijns-Amerikaanse landen
kenmerkte zich door onderlinge oorlogen tussen de jonge staten.
Geef twee (2) redenen waarom de jonge staten onderling met elkaar in oorlog geraakten.
(3p)
Redenen:
- gebiedsuitbreiding
- invloed verkrijgen in het buurland
- bezit van grondstoffen
- grensconflicten.
2
De onafhankelijkheid van Latijns-Amerika in de eerst helft van de 19de eeuw,
bracht voor de inheemsen geen adequate verandering op sociaal, economisch en politiek
gebied.
Werk naar keuze een van de gebieden uit.
(3p)
Sociaal; Ze bleven aan de onderste laag van de maatschappij. De inheemsen bleven in
armoede leven en bleven onderworpen aan allerlei vormen van uitbuiting.
Economisch; ze verloren hun vruchtbare gronden, blijven economisch afhankelijk van de
grootgrondbezitters.
Politiek; de onafhankelijkheid bracht geen politieke zeggenschap teweeg. Na de
onafhankelijkheid bleven zij toch nog buiten het bestuurscentrum. Hun streven naar
landhervorming werd vaak met geweld onderdrukt.
3.
De bemoeienis van de Verenigde Staten van Amerika met Latijns-Amerika aan
het begin van de 19de eeuw, ving aan met de afkondiging van de Monroedoctrine.
Wat hield de Monroedoctrine in?
(2p)
De VSA zouden niet toestaan dat Europese mogendheden zich zouden in laten met
kwesties aangaande het continent en pogingen zouden ondernemen onder dwang hun
invloed in gebieden in de regio te vestigen. Voor zover Europese landen nog koloniën
hadden, zouden de VSA die ontzien.
4
In de tweede helft van de 19de eeuw brak de periode van het Modern Imperialisme
aan. Deze periode had gevolgen voor de verdere ontwikkeling van Latijns-Amerika.
Leg één (1) economisch en één (1) politiek gevolg uit die het Modern Imperialisme had
voor Latijns-Amerika.
(2p)
Economisch:
- grotere economische afhankelijkheid van rijke landen.
- de industriële ontwikkeling beperkte zich tot de mijnbouw en halffabrikaten.
- Opkomst van de mijnbouwsector
Politiek:
- Strijd tussen de nieuwe en oude elite om politieke macht.
- Toenemende invloed van het leger in de politiek agv conflict tussen oude en nieuwe elite
4
5
Het populisme als politiek systeem deed zijn intrede in Latijns-Amerika in de
eerste helft van de 20ste eeuw.
Leg het verband tussen de wereldcrisis van 1929 en de opkomst van het populisme als
politiek systeem.
(3p)
Door de crisis kwam de bevolking van Latijns-Amerika in een slechte sociaaleconomische situatie terecht. Er was een behoefte aan leiders die voor verbetering
zouden kunnen zorgen. Daardoor steunde het volk populistische leiders om aan de macht
te komen omdat deze zaken benadrukten zoals patriottisme, nationalisatie van
belangrijke bedrijven, landhervormingen en uitvoering van sociale programma’s.
6
Geef een verklaring waarom de legers in Latijns-Amerika na de Tweede
Wereldoorlog steeds belangrijker werden voor de Verenigde Staten van Amerika. (3p)
Na de Tweede Wereldoorlog werd de dreiging van het verspreiden van het communisme
wereldwijd. In het kader van de Koude Oorlog gebruikte de Verenigde Staten de LatijnsAmerikaanse legers om het communisme in de regio te bestrijden.
7
Als gevolg van de industriële ontwikkeling in Latijns-Amerika kreeg je in eerste
helft de 20ste eeuw de opkomst van vakbonden.
Leg uit waarom regeringen rekening moesten houden met de vakbonden.
(4p)
- Omdat de vakbonden zich veelal ontwikkelden binnen de industriële sector en het
overheidsapparaat waardoor de vakbonden een sterke economische en politieke macht
verkregen (die door acties een regering ten val kon brengen).
- De economie van het land voor lange tijd kon ontwrichten met alle gevolgen van dien.
8
Vergelijk de houding van de rooms-katholieke kerk in Brazilië met die van andere
Latijns-Amerikaanse landen ten aanzien van militaire dictaturen.
(3p)
- Tijdens de militaire periode was de kerk in Brazilië de belangrijkste oppositie in het
land en enige instituut dat kritiek leverde op de militaire dictatuur.
- Was een toevlucht van intellectuelen die zich bedreigd voelden door de militairen
terwijl in de meeste andere Latijns-Amerikaanse landen de R.K kerkleiders het gezag
trouw bleven ondanks het geweld en de anti- democratische methoden.
9
In de tachtiger jaren van de 20ste eeuw kregen de Latijns-Amerikaanse landen
democratische regeringen. De democratie heeft voor velen geen bevrediging gebracht.
a.
Noem twee (2) factoren die van invloed waren op het democratiseringsproces van
Latijns-Amerika.
(3p)
- Het einde van de Koude Oorlog waardoor de militairen niet meer nodig waren in het
bestrijden van het communisme in de regio.
- Onder druk van de VSA hielden de legers het democratiseringsproces niet langer tegen.
- De militairen waren niet in staat de economische problemen op te lossen.
- Toenemend verzet van de bevolking agv van toenemende scholing en daling van de
levensstandaard.
b. Geef twee (2) factoren waarvoor de democratie geen oplossing bracht. (3p)
5
Het is democratische regering niet gelukt om:
- De armoede degelijk en zichtbaar te bestrijden. De armoede nam juist toe.
- Militairen die mensenrechtenscheidingen hebben gepleegd te berechten.
- Realiseren van landhervormingen.
10
De drugsbestrijding in Latijns-Amerika is een steeds belangrijkere plaats gaan
innemen op de agenda van regeringen in de regio. In 1990 verleende de Boliviaanse
regering de Verenigde Staten van Amerika toestemming om Amerikaanse troepen in het
kader van de War on drugs, op Boliviaans grondgebied te laten opereren tegen
drugshandelaren. Tegelijkertijd gaf de toenmalige Boliviaanse president Jaime Paz
Zamora aan dat als men succes wil boeken, de oorlog tegen drugs gepaard moet gaan met
de bestrijding van de armoede.
Motiveer of je het eens of oneens bent met president Paz Zamora.
(4p)
De extreme armoede waarin de bevolking verkeert, zet hun aan een uitvlucht te zoeken in
de drugshandel of verbouwen van cocabladeren. De drugsgerelateerde handelingen
brengen veel meer kapitaal op dan de landbouw waarop deze armen zijn aangewezen.
11
In de afgelopen vijf jaren zijn steeds meer socialistisch georiënteerde presidenten
in Latijns- Amerika door verkiezingen aan de macht gekomen.
Geef hiervoor een verklaring.
(4p)
- De regeringen die na de militaire dictaturen aan de macht kwamen waren niet in staat
om de armoede te doen afnemen en welvaart voor grote delen van het volk tot stand te
brengen. (OF)
- Grote delen van de bevolking hebben hun geloof in de rechtse politiek verloren,
waardoor de bevolking haar toevlucht zoekt in links georiënteerde presidenten.
6
Download