2003-01631-WCO Beleidskader GOA TEKST Elke leerling telt

advertisement
de
leerling
telt
Beleidskader
Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid
GOA 2002 – 2006
Gemeente Deventer
Sector WCO
januari 2003
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 – 2006
0
Inhoudsopgave
Voorwoord
2
1. Inleiding
3
Deel 1
2. Visie op het jeugdbeleid
3. Organisatie en werkwijze Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen
4
5
Deel 2
4. Onderwijs Achterstandenbeleid: waar staan we nu?
5. Beleidskader GOA Deventer 2002 – 2006
6. Speerpunten GOA voor 2002 – 2006
11
12
15
Speerpunt 1. Voor- en vroegschoolse educatie VVE
Speerpunt 2. Lokaal taalbeleid
Speerpunt 3. Ondersteuning schoolloopbaan
Speerpunt 4. Onderwijskansenplannen
Speerpunt 5. Voorkomen en bestrijden van voortijdig schoolverlaten VSV
7. Brede School en monitoring: belangrijke beleidsinstrumenten
8. Financiën
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 – 2006
16
17
18
19
20
21
22
1
Voorwoord
In deze notitie kunt u lezen aan welke speerpunten de komende jaren wordt gewerkt in het
kader van het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid tot en met 2006. Om deze
speerpunten daadwerkelijk te realiseren in een tijdsbestek van amper 3 jaar is draagvlak en
daadkracht nodig van betrokken instellingen en van de gemeente.
In het beleid voor het opheffen van achterstanden bij kinderen en jongeren staat het kind of
de jongere zelf centraal, met daar omheen de ouders en zijn of haar omgeving.
Het gaat bij dit beleid niet alleen om achterstand van het kind of de jongere in cognitieve
zin. Het gaat om het bevorderen van de totale ontwikkeling van het kind, zodat kinderen
zich optimaal kunnen ontwikkelen in een bij hun leeftijd en capaciteiten passend tempo.
Net zo belangrijk is het dat elke jongere na het volgen van onderwijs een startkwalificatie
haalt om een goede kans te maken op duurzaam werk.
Het onderwijsachterstandenbeleid wordt niet als een autonoom proces, als een op zich zelf
staand beleidsterrein gezien. Het kan niet zo zijn dat uitsluitend onderwijsinstellingen voor
het opheffen van achterstanden bij kinderen verantwoordelijk worden gesteld. Het is nu
eenmaal een gegeven dat een achterstand inzake de ontwikkeling van een kind meerdere
oorzaken kan hebben. De leefomgeving van het kind, de buurt waarin het woont, de
begeleiding en de stimulansen die een kind al dan niet van de ouders en de directe sociale
omgeving krijgt, spelen daarbij een belangrijke rol.
Voorwaarde voor het bereiken van bovenstaande doelstelling is een integrale
samenwerking en een integrale aanpak van alle instellingen die raakvlakken hebben op het
gebied van jeugd en onderwijs. Om een samenhangende aanpak (ketenbenadering) inzake
het opheffen van achterstand van kinderen en jongeren in de leeftijdscategorie van 0 – 23
jarigen te realiseren wil de gemeente de regierol op zich nemen. Voor die integrale
afstemming nodigt de gemeente alle betrokken instellingen uit om samen te komen in een
“Stedelijk Netwerk 0 tot 23 jarigen”. Dit Stedelijk Netwerk van instellingen geeft inhoud aan
de bredere doelstelling van het integraal jeugdbeleid waarbinnen het gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid een belangrijke plaats zal krijgen.
Het is geen sinecure om bovenstaande doelstelling, organisatie en werkwijze te realiseren
maar ik ben er van overtuigd dat, met al die deskundigheid en inzet die bij de Deventer
instellingen op het gebied van jeugd en onderwijs aanwezig is, elke jongere uiteindelijk een
startkwalificatie zal halen en daarmee duurzaam werk zal vinden.
“Elke leerling telt” bij het streven naar minder achterstand en meer toekomst.
Jos Fleskes,
Wethouder Jeugd en Onderwijs.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 – 2006
2
1. Inleiding
De tweede periode voor Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid (GOA) in Deventer is
in 2002 aangebroken. Het schooljaar 2002 – 2003 is aangemerkt als overgangsjaar om in
dat jaar ruim de tijd te nemen voor het opstellen van een goed doortimmerd meerjarenplan
GOA 2002 – 2006, ook wel aangeduid als GOA II. In deze tweede periode zullen gemeente
en instellingen hun posities verder uitbouwen: de gemeente als regisseur en het veld als
uitvoerder. De ontwikkeling is er een van een strikte scheiding van rollen en verantwoordelijkheden en dat vraagt om een goede communicatie en heldere afspraken.
De middelen vanuit het rijk worden in 2002 – 2006 meer integraal toegekend: zowel de
middelen voor Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) als voor de Onderwijs-KansenPlannen (OKP) vallen nu binnen het budget van het GOA 2002 – 2006. De meer integrale
beleidsontwikkeling en aansturing van het GOA in het verlengde daarvan, richt alle neuzen
als vanzelf richting integraal jeugdbeleid.
De keuze voor het organisatorisch en inhoudelijk inpassen van GOA in het integraal
jeugdbeleid van Deventer is een logische stap, en krijgt in dit beleidskader GOA II de vorm
waar alle participanten voor willen gaan.
Wat vindt u in deze nota?
We formuleren kort en bondig het nieuwe beleidskader voor het Gemeentelijk Onderwijs
Achterstanden beleid voor de periode 2002- 2006. Inhoudelijk en organisatorisch krijgt dit
beleid een plek binnen het kader van het Deventer jeugdbeleid.
Deze nota kent twee delen.
In deel 1 staat het brede kader: in hoofdstuk 2 staat de visie op de jeugd zoals die in de
nota “De jeugd telt” is geformuleerd. Het beleidskader jeugd vormt de basis voor de
nieuwe organisatie rondom het GOA en voor de inhoudelijke kaders van GOA II.
In hoofdstuk 3 wordt het nieuwe Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen gepresenteerd.
In deel 2 wordt het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid voor de jaren 2002 – 2006
inhoudelijk uitgewerkt. In hoofdstuk 4 wordt kort teruggekeken op de afgelopen periode
van GOA I. Hoofdstuk 5 geeft de inhoud van het beleidskader GOA II: de speerpunten voor
de jaren 2002 – 2006 krijgen een plek binnen de speerpunten van het jeugdbeleid. In
hoofdstuk 6 worden per speerpunt de doelstelling, verbeterpunten en de gewenste effecten
geformuleerd. In hoofdstuk 7 gaan we nader in op twee belangrijke beleidsinstrumenten:
De Brede School en monitoring en hoofdstuk 8 geeft een overzicht van de financiële
middelen.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 – 2006
3
Deel 1
Hoofdstuk 2 Visie op het jeugdbeleid
Hoe willen we dat kinderen en jongeren opgroeien?
We willen dat kinderen en jongeren zich in een gezonde, beschermde en
veilige leefomgeving zowel sociaal, emotioneel en cognitief optimaal
kunnen ontwikkelen in een bij hun leeftijd en capaciteiten passend tempo.
We willen dat kinderen kind kunnen zijn, dat ze hun identiteit kunnen
ontwikkelen door ontmoeting, deelname aan sport, recreatie en cultuur, dat
er ruimte is voor experimenteren en dat ze mee kunnen praten over zaken
die hen aangaan.
We willen dat jongeren een startkwalificatie en betaald werk vinden, een
leuke tijd beleven en zich tegelijkertijd ontwikkelen tot een zelfstandige
volwassene.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 – 2006
4
Hoofdstuk 3 Organisatie en werkwijze Stedelijk Netwerk 0 – 23
jarigen
3.1 Veranderingen
In de gemeente Deventer is gekozen voor een samenhangende aanpak van het beleid voor
kinderen en jongeren in de leeftijd van 0 – 23 jaar.
Deze samenhangende aanpak voor 0 – 23 jarigen is de ketenbenadering.
Het gemeentelijk beleid richt zich vooral op de vele raakvlakken tussen de verschillende
beleidsterreinen, ofwel op de schakels van de keten en op het versterken daarvan.
De keten omvat enerzijds de horizontale samenhang tussen instellingen en organisaties die
werken vanuit verschillende beleidsterreinen voor het kind of de jongere, anderzijds de
verticale samenhang tussen instellingen en organisaties die binnen een bepaalde sector
werken voor afzonderlijke leeftijdscategorieën: afstemming tussen bv het basisonderwijs en
alle vormen van voortgezet onderwijs.
Het speelveld van het gemeentelijk jeugdbeleid wordt gevormd door de volgende
beleidsterreinen: onderwijs, welzijn, sport en cultuur, wonen en leefomgeving, openbare orde
en veiligheid, sociale zaken en arbeidstoeleiding, gezondheidszorg en hulpverlening.
Voor de komende periode wordt ingezet op een heldere structuur t.a.v. de relatie regisseur –
veld en beleidsontwikkeling – beleidsuitvoering, een structuur die een goede afstemming
tussen beleidsterreinen waarborgt én een heldere besluitvorming. Tegelijk biedt deze structuur
mogelijkheden voor betrokkenheid en beleidsontwikkeling op het hele brede terrein van het
jeugdbeleid en onderwijsbeleid.
Ter ondersteuning van de regie en de besluitvorming kiest de gemeente Deventer voor een
breed overlegplatform: het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen. Dit is een platform waarin
verschillende aanpalende sectoren en instellingen vertegenwoordigd zijn.
De gemeente communiceert met het veld door middel van dit Stedelijk Netwerk. Het is een
platform voor uitwisseling, inspiratie, voortgangsbewaking, evaluatie en consultatie over
vooral samenhang en afstemming. Het Stedelijk Netwerk kan de gemeente adviseren en
beïnvloeden.
Met de gekozen organisatievorm wordt inhoud gegeven aan de brede doelstelling van het
integrale jeugdbeleid. Het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandbeleid krijgt een plaats bínnen
die structuur.
Op de volgende pagina’s wordt eerst het organisatiemodel weergegeven, daarna de deelnemende
sectoren en instellingen en als laatste de werkwijze van het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 – 2006
5
3.2 Organisatiemodel Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen
Stedelijk netwerk 0 - 23 jaar
wethouder / beleidsmedewerkers +
procesmanagement
Voorzitter =
Taak:
Taak:
stelt kaders; faciliteert; bepaalt in overleg met het
stedelijk netwerk de programmalijn; toetst en
evalueert
beleidsovereenstemming over prioriteiten en
programmalijnen; optimale afstemming zoeken;
adviseren en bijsturen gemeente
programma management
Beleids
niveau
Coalitiegroep per speerpunt
Taak:
Coalitiegroep per
speerpunt
Coalitiegroep per
speerpunt
voortgang bewaken;
sluitende aanpak
Procesmanagement
project management
Uitvoerend
niveau
Projectleiders
Uitvoering
Route beleidsvoorstellen van de basis naar gemeente en/of netwerk
Gemeente
Uitvoering
De basis / instellingen
Verantwoordingslijnen
Coalitiegroepen per
speerpunt
Beleidsniveau
Procesmanager
Uitvoerend
niveau
Projectleider
Projectleider
Projectleider
Uitvoerenden
Uitvoerenden
Uitvoerenden
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
6
3.3. Deelnemers Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen Deventer
Platform voor beleidsontwikkeling waarin de volgende werksoorten en instellingen deelnemen:
Werksoorten
Instellingen
1. primair onderwijs:
1. - SKO St. Bernardus
- CNS Deventer e.o.
- Openbaar Primair Onderwijs
Deventer
- REC Groot Gelre
- overige schoolbesturen
2. - Etty Hillesum Lyceum
- REC
3. - ROC
4. - Bibliotheek
5. - CMD/CKE De Leeuwenkuil
- Bibliotheek
- overige instellingen
cultuursector
6. - Bureau Jeugdzorg
- GGD (JGZ 4-12 jr en
Logopedie)
- SPD
- Thuiszorg (MW en JGZ 0-4 jr)
7. – Raster welzijnsgroep
- De Kij
- Don Bosco
- Coachproject
8. - Politie
- Halt
9. - Raster Welzijnsgroep
- Company
- organisaties voor particuliere
opvang
10. - Raster Welzijnsgroep
- organisaties voor particuliere
speelzalen
11. - Sportcentrum De
Scheg/HVDos
12. - Weer Samen Naar School
2. Voortgezet onderwijs
3. MBO
4. Educatie
5. Cultuur
6. Hulpverlening en jeugdzorg
7. buurtwerk, kinder- en jongerenwerk
8. Politie
9. Kinderopvang en buitenschoolse opvang
10. Peuterspeelzalen
11. Sportsector
12. Samenwerkingsverbanden
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
7
3.4 Werkwijze van het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen
1. In het Stedelijk Netwerk zitten vertegenwoordigers met mandaat voor beleidsontwikkeling in het Netwerk;
2. Het Stedelijk Netwerk bespreekt beleidszaken op het terrein van jeugd- en
onderwijsbeleid die te maken hebben met 0 – 23 jarigen op hoofdlijnen. Het Stedelijk
Netwerk 0 – 23 jarigen komt vier keer per jaar bijeen in een werkconferentie van 14.00
tot 17.00 uur;
3. Als technisch voorzitter functioneren afwisselend de wethouder jeugdbeleid en een
vertegenwoordiger van de deelnemende organisaties. In onderling overleg stellen zij de
agenda op voor de bijeenkomsten van het Stedelijk Netwerk. De gemeentelijke afdeling
Maatschappelijk Beleid voert het secretariaat. Deelnemers aan de bijeenkomsten
kunnen aan de hand van een format onderwerpen aandragen;
4. Tijdens de werkconferentie worden op basis van de agenda onderwerpen
op hoofdlijnen besproken, onderwerpen die altijd verband houden met integraliteit en
multidisciplinair qua inhoud en aanpak zijn. Monodisciplinaire onderwerpen worden
besproken in aparte (beperkte) overleggen zoals in het OOGO met het onderwijsveld;
5. Deelnemers aan het Stedelijk netwerk schrijven in op een van de werkconferentieonderwerpen vanuit hun betrokkenheid of vanuit hun nieuwsgierigheid. Waar dit leidt
tot afspraken over de vervolgaanpak, committeren zij zich daaraan;
6. De gemeentelijke regie richt zich op de ketens, de schakels, de multidisciplinaire
aanpak. De gemeente is de eindverantwoordelijke voor het beleid. De gemeente stuurt
op het bereiken van doelen, de gemeente hakt knopen door en toetst de plannen van
het veld zo objectief mogelijk. De regisseur zit niet in de uitvoering;
7. De gemeente stuurt op samenhang en samenwerking. De gemeente en de instellingen
maken afspraken over producten en beoogde resultaten;
8. De gemeente voert de regie over de uitvoering door middel van subsidieovereenkomsten en productafspraken met (deelnemers in) het Stedelijk Netwerk. Dit kan het
Netwerk in zijn totaliteit zijn of een keten van organisaties of een enkele organisatie. De
resultaten worden verantwoord door de contractant;
9. De uitvoering van de maatregelen én de samenwerking daaromheen is de verantwoordelijkheid van de instellingen in het veld. De deelnemers in het Stedelijk Netwerk zijn
verbonden aan het jeugdbeleid door de activiteiten van hun instelling op dat terrein.
Elke instelling voert een activiteit uit, participeert in een project of gezamenlijke
activiteit, zoals VVE of Brede School. De deelnemers in het Netwerk zijn verantwoordelijk voor hun deel van de uitvoering en daarmee voor de ontwikkeling van het
jeugdbeleid. Zij sturen dus mede op het bereiken van (een deel van de) doelstellingen
en op het behalen van resultaten: zij zijn een partnership met de gemeente aangegaan;
10. De taken van de deelnemers in het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen zijn: stellen van
prioriteiten, overzicht houden en brengen over ontwikkelingen en activiteiten op het
terrein waarop zij actief zijn en streven naar optimale afstemming. Als partners van de
gemeente zijn zij daarop aanspreekbaar. De partners bewaken samen met de gemeente
de voortgang, zij adviseren de gemeente bij te sturen als daar aanleiding toe is;
11. Bij de uitwisseling, wederzijdse inspiratie, voortgangsbewaking, evaluatie en
consultatie in het Stedelijk Netwerk spelen de werkgroepen of coalitiegroepen een
centrale rol. Deze coalitiegroepen worden samengesteld op basis van speerpunten van
beleid en functioneren dichter bij de uitvoering. Zowel individuele als samenwerkende
instellingen kunnen vertegenwoordigd zijn in die coalitiegroepen.
12. Op het niveau van de coalitiegroepen komt de onderlinge verwantschap en de
samenhang per speerpunt het meest pregnant tot uitdrukking. De leden van de
coalitiegroep bewaken de voortgang van de activiteiten van hun instellingen en
onderzoeken de bredere samenhang en samenwerkingsmogelijkheden tussen de
diverse geledingen binnen hun coalitiegroep. De opdracht is te werken aan een
sluitende aanpak.
13. Het werken aan een sluitende aanpak van het onderwijsachterstanden beleid krijgt per
speerpunt vorm in een of meerdere projecten. Het totaal van deze projecten op
uitvoerend niveau wordt gecoördineerd en aangestuurd door een procesmanager. De
projectleiders die per project, uit een van de partner-organisaties zijn aangesteld,
leggen verantwoording over de voortgang af aan de procesmanager. Daartoe hebben
zij mandaat gekregen van hun organisatie. De uitvoerenden van het project zijn
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
8
14.
15.
16.
17.
18.
gedetacheerd vanuit hun organisatie in het project en leggen verantwoording af aan
hun projectleider.
De coalitiegroepen communiceren met het Stedelijk Netwerk én met het uitvoerend
niveau over de voortgang, schakelmomenten, ontwikkelingen en nadere afstemming.
De werkconferenties en een nieuwsbrief zijn daarvoor de geëigende middelen;
Een nieuwsbrief (op papier en/of digitaal) over wat er gaande is, over lopende
projecten, over besluiten, en over andere mono- én multidisciplinaire weetjes is het
communicatiemiddel over de beleidsontwikkeling tussen het Stedelijk Netwerk en het
uitvoerend niveau;
De gemeente heeft een stimulerende en faciliterende rol t.a.v de organisatie van het
veld. Op beleidsniveau wordt de samenwerking en de afstemming in het Stedelijk
Netwerk financieel en facilitair ondersteund. Op coalitieniveau en op uitvoerend niveau
stimuleert de gemeente door inhoudelijke ondersteuning en door middel van een
nieuwsbulletin;
Het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen zal stapsgewijs worden opgebouwd. In het najaar
van 2002 is een aantal werkconferenties gehouden met instellingen en organisaties die
betrokken zijn bij het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid, om te komen
tot een GOA beleidskader 2002 – 2006. In het voorjaar van 2003 zal de eerste brede
werkconferentie van het Stedelijk Netwerk worden gepland. De nieuwe structuur,
werkwijze en wijze van communiceren zal werkenderweg in 2003 en de volgende jaren,
een meer definitieve vorm krijgen;
Eenmaal per jaar zal tijdens een van de vier werkconferenties van het Stedelijk Netwerk
de concrete uitvoering van de projecten centraal staan. De direct betrokkenen bij de
uitvoering zullen worden uitgenodigd om de transparantie, de aansluiting tussen
beleidsontwikkeling en uitvoering te optimaliseren en knelpunten aan te kunnen
pakken. Blijkt in de loop van de GOA II – periode dat de aansluiting niet optimaal is, dan
kan dat aanleiding zijn om de opzet en/of de werkwijze van het Stedelijk Netwerk aan te
passen;
Opmerking: voor de duur van het lopende project Brede School wordt, gezien de
status aparte als pilot-project, geen coalitiegroep gevormd. De projectleider wordt in
het Stedelijk Netwerk opgenomen met een adviserende rol.
19. De gemeente stuurt en coördineert vanuit het jeugdbeleid de beleidsontwikkeling
binnen de verschillende gemeentelijke beleidsterreinen. Op gemeentelijk niveau
dient sprake te zijn van een samenhangend beleid tussen de verschillende
sectoren;
20. De beleidsmedewerkers op de verschillende deelterreinen die betrokken zijn bij de
ontwikkeling van het jeugdbeleid, ontmoeten elkaar in verschillende overleggen op
beleids- en uitvoerend niveau. De beleidsmedewerker onderwijs is als trekker, in
samenwerking met de beleidsmedewerker jeugd, verantwoordelijk voor het
procesmanagement: voor de interne ambtelijke integrale aansturing en afstemming. In
het regulier werkoverleg van de trekker en de portefeuillehouder jeugd en onderwijs
staan vooral de voortgang en de integraliteit van het beleid op de agenda.
Een aan te stellen projectmedewerker GOA zal zich in ondersteunende zin, vooral bezig
houden met toetsing, subsidietoekenning en afhandeling, en ondersteuning van de
toekomstige Stedelijk Netwerkbijeenkomsten.
21. Functioneel zijn binnen de gemeente de verantwoordingslijnen als volgt:
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
9
Functioneel zijn binnen de gemeente de
verantwoordingslijnen als volgt:
Wethouder
Procestrekker: beleidsmedewerker onderwijs
i.s.m. beleidsmedewerker jeugd
projectmedewerker GOA
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
10
Deel 2
Hoofdstuk 4 Onderwijs Achterstandenbeleid: waar staan we nu?
In dit deel van de nota “De Leerling Telt” staan de inhoudelijke lijnen van het
Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid GOA II. De wet GOA is op 1
augustus 1998 in werking getreden en beoogt meer samenhang te brengen in de
lokale aanpak van de bestrijding van onderwijsachterstanden. In een gemeentelijk
onderwijs achterstandenplan legt de gemeente vast hoe onderwijsachterstandenbeleid wordt vormgegeven en hoe de middelen worden ingezet.
De planperiode van GOA II loopt van 2002 t/m 2006. In de Deventer praktijk omvat
het nieuwe meerjarenplan de schooljaren 2003/2004, 2004/2005 en 2005/2006. Het
schooljaar 2002/2003 is in maart 2002 aangemerkt als overgangsjaar, omdat voor
het opstellen van een weloverwogen meerjarenplan ruim de tijd nodig was.
Er zijn twee belangrijke veranderingen ten opzichte van de voorgaande
GOA periode 1998 – 2002:
1.
De gemeente Deventer neemt in deze nieuwe GOA-beleidsperiode expliciet de
regierol op zich voor de ontwikkeling van het lokaal onderwijsbeleid.
2.
In de nieuwe beleidsperiode 2002 – 2006 wordt het GOA-beleid ingepast in het
gemeentelijk integraal jeugdbeleid, waarvan de kaders in de nota “De Jeugd Telt”
zijn vastgesteld. Het GOA speelveld raakt aan dezelfde beleidssectoren als het
jeugdbeleid: onderwijs, welzijn, sport en cultuur, wonen en leefomgeving,
openbare orde en veiligheid, sociale zaken en arbeidstoeleiding, gezondheidszorg
en hulpverlening.
Het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen is het platform waarop gemeente en het veld
elkaar ontmoeten voor het uitzetten van de grote lijn van het jeugdbeleid, inclusief
de beleidsontwikkeling van het GOA-beleid.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
11
Hoofdstuk 5 Beleidskader GOA 2002 - 2006
5.1 Uitgangspunten GOA 2002 – 2006
Nota “De jeugd Telt”
De speerpunten uit de nota jeugdbeleid vormen het bredere kader voor de
speerpunten van het GOA-beleid. In paragraaf 5.2 wordt dit inhoudelijk uiteengezet.
GOA Deventer 1998 – 2002
De inhoudelijke beleidslijn die in de eerste GOA periode is ingezet, krijgt een vervolg
in de tweede periode. De verbeterpunten, zoals geformuleerd in de evaluatieronde,
zijn per speerpunt opgenomen in het overzicht (zie hoofdstuk 6). De afspraken uit de
eerste periode over de inzet van de schoolgebonden middelen worden meegenomen
naar de nieuwe periode.
Landelijk Beleidskader GOA 2002-2006
Het lokaal beleid moet passen binnen het Landelijk Beleidskader GOA II. De
speerpunten, doelstellingen en beoogde resultaten van het landelijk kader zijn
verwerkt in het overzicht van de lokale speerpunten (zie hoofdstuk 6).
Continuïteit en vernieuwing
Voor de nieuwe beleidsperiode geldt: continuïteit waar mogelijk en vernieuwing waar
noodzakelijk.
Kwaliteitsverbetering door integraal beleid, doelmatigheid van beleid en middelen,
meerjarenprogramma’s en meer monitoring en evaluatie.
In deze nota staat beschreven hoe in Deventer vorm zal worden gegeven aan
optimaal integraal GOA- en jeugdbeleid. Doelmatigheid zal worden nage-streefd door
optimale afstemming binnen één overlegstructuur, door meer-jarenprogramma’s en
door kritisch te kijken naar de behaalde resultaten. De resultaten worden in meetbare
termen geformuleerd zodat ze in de evaluatie-ronde objectief kunnen worden
beoordeeld.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
12
5.2 Welke belangrijke zaken willen wij tot stand brengen?
Speerpunten
Integraal Jeugdbeleid
Speerpunten
GOA beleid 2002 – 2006
Opvoeden zo: kinderen een veilig en
geborgen opvoedings-, opgroei-, woonen speelklimaat bieden, zodat ze van hun
kind zijn kunnen genieten en de
mogelijkheid krijgen hun talenten en
kwaliteiten te ontwikkelen.
1.1 Voor- en vroegschoolse
educatie (VVE)
1.2 Lokaal taalbeleid (doorgaande lijn VVE, Primair en
Voortgezet onderwijs
1.3 Ondersteuning schoolloopbaan door ouderbetrokkenheid, Opvoedingsondersteuning
en ontwikkelingsstimulering
(O & O) en ontwikkelen sociale
competenties
2.1 Ondersteuning schoolloopbaan door ouderbetrokkenheid, O & O en ontwikkelen
sociale competenties
Jong zijn is spannend: een veilig en
uitdagend woon-, leef-, sport-, cultuur- en
uitgaansklimaat bieden voor jongeren, dat
hen de gelegenheid biedt de eigen
identiteit te ontdekken en te ontplooien.
Iedereen telt mee: jongeren die (dreigen)
uit (te) vallen uit gezin, school en/of werk
tijdig signaleren, opvangen en weer terug
leiden naar volwaardige participatie in de
Deventer samenleving
3.1 Onderwijskansenplan (OKP)
3.2 Voorkomen en bestrijden van
voortijdig schoolverlaten (VSV)
3.3 Ondersteuning schoolloopbaan door ouderbetrokkenheid, O & O en ontwikkelen
sociale competenties
Het GOA-beleid gaat uit van samenwerking binnen onderwijsgeledingen en tussen de
sector onderwijs en andere aanpalende beleidsterreinen. Dit zijn de schakels binnen
de keten 0 – 23 jarigen. De gemeente Deventer wil op die samenwerkingsmomenten,
op die schakels, sturen.
De beleidsmaatregelen in de periode 2002 – 2006 zijn dus altijd multidisciplinair, dwz
meer beleidsterreinen omvattend of meer leeftijdsgroepen.
De volgende paragraaf geeft een lijst met schakels die zich binnen de GOAspeerpunten 2002 – 2006 voordoen.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
13
5.3 Schakelmomenten GOA 2002 – 2006
Speerpunt GOA 1.1 VVE
- Signalering ontwikkelings- en taalachterstand
(consultatiebureau) ten behoeve van instroom
peuterspeelzalen en kinderopvang;
- afstemming taalprogramma tussen peuterspeelzalen,
kinderopvang en basis onderwijs;
- overdracht van peuterspeelzalen en kinderopvang naar
basisonderwijs;
- relatie ouder – school/instelling: participatie, communicatie,
ondersteuning
Speerpunt GOA 1.2 Taalbeleid
- doorgaande lijn in voorschools, schools en naschools
taalbeleid: overdracht van basisonderwijs naar voortgezet
onderwijs en overdracht van voortgezet onderwijs naar ROC
- organiseren van aan het onderwijs in de school gerelateerd
buitenschools aanbod in samenwerking met andere
instellingen
- integraal taalbeleid binnen elke school waarbij de ouders
worden betrokken (met ondersteuning van logopedie) en
aandacht is voor overdracht
Speerpunt GOA 1.3, 2.1 en 3.3 Ondersteuning schoolloopbaan
- relatie ouder – school: participatie, communicatie,
ondersteuning
- relatie leerling – school: participatie, communicatie,
ondersteuning en begeleiding bij ontwikkelen sociale
vaardigheden en competenties.
- Opvoedingsondersteuning: binnen en buiten de school ism
verschillende instellingen
- Ontwikkelingsstimulering van kinderen en jongeren dmv
gezamenlijke programma’s en ontwikkelen pedagogische lijn
bij onderwijs en andere instellingen
- veilige scholen
- Buitenschools aanbod van school en andere instellingen
Speerpunt GOA 3.1 OKP
- lokaal integraal onderwijskansenplan met aandacht voor
overdracht basisonderwijs naar voortgezet onderwijs en van
voortgezet onderwijs naar ROC
- verbeteren doorstroomprestaties van met name allochtone
leerlingen
Speerpunt GOA 3.2 VSV en voorkomen uitval
- sluitende aanpak en samenwerking rond risicoleerlingen van
VO en ROC met hulpverlening en justitie
- bijzondere trajecten van Voortgezet onderwijs, ROC en CWI
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
14
Hoofdstuk 6 Speerpunten GOA voor 2002 - 2006
Op de volgende vijf pagina’s wordt per pagina een overzicht gegeven van de
GOA-speerpunten: de landelijke en lokale doelstellingen, de verbeterpunten en
de gewenste effecten.
Het formuleren van meetbare resultaten per speerpunt volgens de SMARTmethode zal na het vaststellen van dit beleidskader worden geïnitieerd.
(SMART staat voor: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en
Tijdgebonden) Ook de maatregelen en de verdeling van de middelen over de
speerpunten zal tzt in dit schema worden opgenomen. Daarmee ontstaat een
compleet beeld van het GOA-programma 2002 – 2006.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
15
Uitwerking speerpunten GOA 2002 – 2006
Speerpunten 2003 Doelstellingen
– 2006
Gewenst effect of wanneer is het beleid
geslaagd?
1. Voor- en
vroegschoolse
educatie
1.1 Evenredige participatie van m.n allochtone
gezinnen en kinderen in preventieve en
laagdrempelige basisvoorzieningen met nadruk op
voorschoolse activiteiten (GSB)
1.2 Minder (allochtone) kinderen met taal- en
ontwikkelingsachterstand bij instroom in groep 3
1.3 Reductie taalachterstand gewichtenleerlingen
bij verlaten basisonderwijs
Gemeente Deventer
Evaluatie:
Ronde tafel conferentie 2002 =
verbeterpunten
1.1 Landelijk Beleidskader
1.1 Project “Speeltaal” voort(LBK)
zetten en Slingertouw opzetten
* lokaal beleid ontwikkelen om 50 1.2 format voor overdrachts% van de doelgroepkinderen
rapportage van voorschools naar
voldoende toe te rusten voor
schools voortzetten
basisonderwijs
1.3 capaciteit peuterspeelzalen
1.2 Lokale doelstelling:
vergroten en verbeteren instroom
* het bestrijden en voorkomen
allochtone peuters
van onderwijsachterstanden door 1.4 in beeld brengen 0 – 2 jarigen
middel van uitbreiding van
deelname van het aantal 2 – 5
jarigen met grote
(taal)achterstand aan voor- en
vroegschoolse programma’s ten
einde de (taal)achterstand in
groep 3 van het basisonderwijs
te voorkomen. Deelname door
tenminste 400 kinderen en indien
mogelijk binnen bestaande
financiële kaders uitgroeiend tot
700 kinderen (=50% van de
doelgroep)
GOA Beleidskader 2002 - 2006
16
Speerpunten 2003 Doelstellingen
– 2006
Evaluatie:
Ronde tafel conferentie 2002 =
verbeterpunten
2.Lokaal Taalbeleid 2.1.Landelijk Beleidskader
2.1 Lokaal taalbeleid voortzetten
(LBK)
dmv Taalbeleidsplan
* beheersing Nederlandse taal is 2.2 Per school een taalbeleidsinstrumenteel doel: lokaal beleid plan.
ontwikkelen door onderwijs en
2.3 Project taalcoördinatoren
andere relevante instellingen
voortzetten
richten op:
2.4 Expertisecentrum Meertaa. beheersing Nederlandse taal
ligheid en taalbeleid voortzetten
door doelgroep kinderen en hun 2.5 Beleidsnota OALT evalueren
ouders
en beleid aanpassen
b. wegnemen van belemme2.6 Taalbeleid in VO voortzetten
ringen bij de uitvoering
2.7 Starten met taalprojecten
c. ondersteunen van integraal
voor basisonderwijs (Slingertaalbeleid en de implementatie
touw) en voor VO (Bazar)
daarvan
d. stimuleren en mede organiseren van aan het onderwijs en
de school gerelateerd buitenschools aanbod
2.2 Lokale doelstelling:
succesvolle ontwikkeling en
implementatie van lokaal taalbeleid ter ondersteuning van
school(taal)beleid en
concretiseren in een lokaal
taalbeleidsplan, met aandacht
voor de relatie met VVE
programma’s.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
Gewenst effect of wanneer is het beleid
geslaagd?
2.1 Integraal taalbeleid in elke VO- school (NT2)
2.2 Meer VVE-ouders nemen deel aan taalactiviteiten
2.3 Meer ouders doelgroepkinderen nemen deel
aan taalcursussen
2.4 meer leerlingen nemen deel aan taalprojecten
2.5 betere kennis van het nederlands bij
doelgroepkinderen en hun ouders
2.6 Verhoging van het relatieve aandeel van nietwesterse allochtone leerlingen aan HAVO en VWO
17
Speerpunten 2003 Doelstellingen
– 2006
3.
Ondersteuning
schoolloopbaan
door
* ouderbetrokkenheid
* opvoedingsondersteuning en ontwikkelingsstimulering
(O & O)
* ontwikkelen sociale competenties
Gemeente Deventer
3.1. Landelijk Beleidskader
(LBK)
*doelgroepkinderen nemen aan
alle schoolsoorten deel vergelijkbaar met niet-doelgroepkinderen. Op lokaal niveau de
leerlingen zowel binnen als
buiten de school ondersteunen.
3.2. Lokale doelstelling
* door middel van ouderbeleid
ouders toerusten om hun kind te
ondersteunen bij de
schoolloopbaan en een zo
optimaal mogelijke ontwikkeling
van hun kind. Ouders zijn
daartoe actief betrokken bij het
onderwijs
3.3 Lokale doelstelling
Doelgroepjeugdigen zijn in staat
om zich in verschillende sociale
situaties te handhaven en
verschillende sociale posities in
te nemen.
3.4 Lokale doelstelling
Doelgroepjeugdigen zijn actief
betrokken bij zaken die hen
aangaan en situaties waar ze
deel van uit maken.
Evaluatie:
Ronde tafel conferentie 2002 =
verbeterpunten
Gewenst effect of wanneer is het beleid
geslaagd?
3.1 Twee ouderinformatiepunten
voor Turkse en Molukse ouders:
evalueren en zo nodig uitbouwen
voor een bredere doelgroep
3.2 Project Allochtone contactpersonen en contactpersonen
voor woonwagenkinderen in het
VO voortzetten
3.3 Schoolhuis voortzetten
3.4 Samenwerking onderwijs –
WSNS voortzetten
3.5 Ontwikkelen van een beleid
voor ouderbetrokkenheid
3.6 Ontwikkelen van een beleid
voor opvoedingsondersteuning,
ontwikkelingsstimulering en
verbeteren sociale competentie
3.1 Jongeren voelen zich betrokken bij Deventer en
hun school, wat blijkt uit hun feitelijke participatie
(GSB)
3.2 Een kwalitatief hoogwaardig niveau van
algemene en preventieve laagdrempelige
voorzieningen in alle Deventer wijken (GSB)
3.3 Toename van ouders die actief betrokken zijn
bij de school van hun kinderen, in basis- en in
voortgezet onderwijs
3.4 Toename communicatievaardigheden leerkrachten en andere professionals
3.5 Afname gedragsproblematiek bij doelgroepleerlingen, toename zelfstandigheid en effectief
sociaal gedrag
3.6 Meer deelname van doelgroepouders aan
opvoedingsondersteunende activiteiten en cursussen
3.7 Elk kind dat ontwikkelingsachterstand dreigt op
te lopen is bekend en er is een instelling die
verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar
ontwikkeling
GOA Beleidskader 2002 - 2006
18
Speerpunten 2003 Doelstellingen
– 2006
4. Onderwijskansenplan
Gemeente Deventer
Evaluatie:
Ronde tafel
conferentie 2002 =
verbeterpunten
4.1. Landelijk Beleidskader (LBK)
Opstellen van een Lokaal Onderwijskansenplan voor de inzet van gemeentelijke
middelen voor achterstandsbestrijding
4.2. Lokale doelstelling
Een Lokaal Onderwijskansenplan als nieuw
instrument om extra impulsen te geven aan
bestrijding achterstanden en verbetering
kwaliteit onderwijs in 3 basisscholen en een
lokatieschool VO.
4.3 Lokale doelstelling
Verbeteren kwaliteit van onderwijs aan en
prestaties van doelgroepleerlingen in
aangewezen ‘onderwijskansen’ scholen
door een integrale en schoolgerichte aanpak
GOA Beleidskader 2002 - 2006
Gewenst effect of wanneer is het beleid
geslaagd?
4.1 Kwalitatief hoogwaardig onderwijs op de
onderwijskansen scholen
4.2 Betere schoolprestaties van met name
doelgroepleerlingen in de aangewezen
‘onderwijskansen’ scholen
19
Speerpunten 2003 Doelstellingen
– 2006
5. Voorkomen en
bestrijden van
voortijdig schoolverlaten
Gemeente Deventer
5.1. Landelijk Beleidskader
(LBK) doelgroepkinderen behalen ten minste een minimale
startkwalificatie. Lokaal zijn afspraken nodig over inzet en
samenwerking VO, ROC,
jeugdzorg, politie en MW
5.2 Lokale doelstelling
voorkomen en terugdringen van
voortijdig schoolverlaten.
Minimaal moet een leerling een
certificaat halen op assistentniveau van het middelbaar
beroepsonderwijs
Evaluatie:
Ronde tafel conferentie 2002 =
verbeterpunten
1.Project Allochtone contactpersonen in het VO voortzetten
2. Schoolhuis voortzetten
3. Monitoren van risicoleerlingen
voortzetten
4. Leerwerk-traject voortzetten en
uitbouwen
GOA Beleidskader 2002 - 2006
Gewenst effect of wanneer is het beleid
geslaagd?
5.1. Afname van de uitval van kinderen en jongeren
uit school en gezin, in het bijzonder onder
allochtone kinderen (GSB), dus minder voortijdig
schoolverlaters
5.2. Elke jongere die ‘uitvalt’ of dreigt uit te vallen is
bekend en er is een instelling die verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar integratie (GSB)
5.3. Elke jongere volgt een opleiding, werkt of
neemt deel aan een vorm van sociale activering
(GSB)
5.4 Minimaal haalt een leerling een certificaat op
assistent-niveau van het mbo-onderwijs (= niveau
1)
20
Hoofdstuk 7 Brede school en Monitoring: twee belangrijke
beleidsinstrumenten
7.1 Brede School BO/VO
Een Brede School is een netwerk in en om de school, waarbinnen ouders,
leerkrachten en andere professionals samenwerken om kinderen op allerlei manieren
meer kansen te geven. De achtergrond van het brede schoolconcept is divers:
vragen van ouders over opvoeding, vragen van de lokale samenleving rond
veiligheid, verantwoordelijkheid en normbesef, vragen over zinvolle
vrijetijdsbesteding in een veilige woonomgeving. De Brede school bundelt krachten
om samen antwoorden op deze vragen te formuleren.
De Brede School is het voertuig om schools, voorschools, naschools en
buitenschools beleid te schakelen, zowel in het basisonderwijs als in het voortgezet
onderwijs. In samenwerking tussen onderwijs, gezondheidszorg, hulpverlening,
sociaal cultureel werk en de sportsector worden voor de leerlingen en voor hun
ouders activiteiten ontwikkeld die, veelal buiten schooltijd, in en rondom de school
worden georganiseerd.
Het stimuleren van de invoering van de Brede School in Deventer krijgt vorm in een
drietal pilotprojecten in het basisonderwijs. Ook in het voortgezet onderwijs
functioneert een Brede Schoolactiviteit in de vorm van het Schoolhuis.
7.2 Monitoring en evaluatie
De monitor is een evaluatie-instrument in het kader van het GSB en GOA beleid.
Doelstelling: de binnen de onderwijsmonitor verzamelde gegevens (indicatoren)
bieden inzicht in realisatie van gestelde operationele doelen, in doelmatige en
effectieve besteding van de middelen en van de realisatie van aan de gemeente
toebedeelde taken.
De monitor biedt zo de mogelijkheid van controle en verantwoording van prestaties,
van het veld aan de gemeente en van de gemeente aan het rijk. In de periode 1998 –
2002 is in het kader van GOA I een relatie gelegd tussen de onderwijsmonitor en de
monitor van het leerlingvolgsysteem WSNS. Dit Leerlingvolgsysteem en de
onderwijsmonitor moeten verder worden ontwikkeld en gespecificeerd.
Minimaal moet de monitor de volgende gegevens leveren, op lokaal en op
schoolniveau:
1 Inzicht in startkwalificaties van iedere jongere tot 23 jaar
2. Deelname van doelgroepkinderen aan voorschoolse trajecten en VVE;
3. Deelname van doelgroepkinderen en ouders die onvoldoende nederlands spreken
aan taalcursussen voor nieuwkomers
4. de deelname van leerlingen aan het bo, vo, so en beroepsonderwijs en de
verwijzing naar het so,
5. schoolprestaties (doublures, toetsprestaties, slaagresultaten) per schoolsoort en
de startkwalificaties
6. de toepassing van een eigen taalbeleid door iedere VO-school
7. het verzuim en de uitval van leerlingen in het onderwijs.
8. grootte van de doelgroep en verspreiding van de doelgroep over schoolsoorten
9. deelname doelgroepkinderen aan peuterspeelzaalwerk
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
21
10. monitoren van leerlingen via het LVS in peuterspeelzalen, kinderopvang, basisonderwijs,
Voortgezet Onderwijs en ROC
11. gezamenlijk vastgelegde begrippen, criteria en normen.
De eerste stap in 2003 is het in kaart brengen van de gegevens die in het kader van GOAbeleid verzameld moeten worden. Dit levert informatie op over ontbrekende kengetallen en
evaluatiegegevens. Vervolgens zal beleid worden ontwikkeld voor het verzamelen van
bovenstaande en andere indicatoren.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
22
Hoofdstuk 8. Financiën
Gemeentelijke middelen voor GOA 2002 – 2003
Van het rijk ontvangt de gemeente jaarlijks de specifieke uitkering gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid.
Deze uitkering wordt jaarlijks geïndexeerd. Het percentage waarmee de uitkering in het schooljaar 2002 – 2003 is
geïndexeerd is 7,2 %. Met ingang van dat schooljaar zijn de uitkeringen voor Onderwijs kansen Plan (OKP) en
voor Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) integraal onderdeel van de uitkering voor het onderwijs
achterstandenbeleid.
Voor Onderwijs in Allochtone Levende Talen (OALT) ontvangt de gemeente van het rijk eveneens een specifieke
uitkering.
Het onderwijs aan asielzoekerskinderen en neveninstromers zal in Deventer apart worden begroot buiten het
GOA budget.
In Overzicht 1. staat de hoogte van het GOA-budget en de verplichtingen voor 2002 – 2003:
1. Structurele middelen
A.
A.
GOA budget 02–03: GOA-verplichtingen 02 – 03:
GOA-verplichtingen
03 – 04: (niet geïndexeerd)
1. GOA-middelen gelabeld voor:
a. Onderwijs Kansen Plan (OKP)
b. Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)
subtotaal
2. Overige verplichtingen
a. organisatie onderst. Bureau
b. activiteiten in het kader van speerpunten
c. communicatie, monitoring, toetsing
en evaluatie
d. onvoorzien
subtotaal
€ 2.003.187,-
Totaal
B.
B.
OALT budget
OALT verplichtingen 02 – 03:
02–03: € 840.205,-
€
€
511.353,441.855,- *
--------------------€
953.208,-
1. gelabeld:
a. OKP €
b. VVE €
511.353,441.855,-
p.m.
p.m.
-------------------€
1.125.773,-
2. overige verplichtingen:
a. onderst. Bureau
p.m
b. act. in kader
speerpunten
p.m
c. VVE €
200.000,d. comm. etc € 40.000,e. onvoorzien
p.m
€ 2.078.981,+ p.m
totaal € 1.193.208,+ p.m
€ 840.205,-
OALT verplichtingen 03-04:
p.m
€
€
309.375,816.398,-
* In het schooljaar 2003 – 2004 is dit budget voor VVE € 200.000,-- hoger.
Het GOA-budget voor 2002-2003 kent een tekort van € 75.794,--. Dit tekort zal worden gedekt uit de incidentele
GSB-middelen met bestemming GOA-beleid.
Daarnaast heeft de gemeente Deventer in het kader van het Grote Steden Beleid onder het programma Jeugd en
Jongeren, thema Uitval en thema Kinderbeleid verschillende budgetten een bestemming gegeven die vallen
binnen de kaders van het GOA beleid. De middelen voor de jaren t/m 2003 staan in overzicht 2:
2. Incidentele middelen
GSB budget t/m 2003:
a.
b.
c.
d.
Opvoedingsondersteuning en
Ontwikkelingsstimulering (O & O)
VVE
Voorkomen voortijdig
Schoolverlaten (VSV)
Brede School (tm april 2004)
totaal
Gemeente Deventer
€
€
243.881,200.000,-
€ 905.088,€ 421.198,------------------€ 1.770.167-
GOA Beleidskader 2002 - 2006
23
3. Schoolgebonden middelen 2002 - 2003
De overzichten 1. “Structurele Middelen” en 2. “Incidentele middelen” hierboven betreffen de gemeentelijke
middelen. Ook de scholen ontvangen rechtstreeks van het rijk, in het kader van het gemeentelijk onderwijs
achterstandenbeleid, de “Schoolgebonden middelen”. De hoogte van dit budget per school is berekend op
basis van het aantal doelgroepleerlingen. Over de besteding in het kader van het GOA-beleid moeten de scholen
afspraken maken met de gemeente. In het schooljaar 2002 – 2003 betreft het de volgende middelen:
Overzicht Schoolgebonden middelen 2002-2003
a. Basis Onderwijs en Speciaal Onderwijs
b. Voortgezet Onderwijs
totaal
€ 1.994.500,€
949.650,-------------------€ 2.944.150,-
4. Europese middelen
In de loop van de GOA-periode 2002 – 2006 zal meer duidelijkheid ontstaan over het raamwerk en het
instrumentarium voor het Europese beleid voor levenslang leren. Regionale projecten die passen in dat kader
zullen in de toekomst ook met Europese middelen gefinancierd kunnen worden.
Gemeente Deventer
GOA Beleidskader 2002 - 2006
24
Download