de leerling telt Beleidskader Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid GOA 2002 – 2006 Gemeente Deventer Sector WCO januari 2003 Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 – 2006 0 Inhoudsopgave Voorwoord 2 1. Inleiding 3 Deel 1 2. Visie op het jeugdbeleid 3. Organisatie en werkwijze Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen 4 5 Deel 2 4. Onderwijs Achterstandenbeleid: waar staan we nu? 5. Beleidskader GOA Deventer 2002 – 2006 6. Speerpunten GOA voor 2002 – 2006 11 12 15 Speerpunt 1. Voor- en vroegschoolse educatie VVE Speerpunt 2. Lokaal taalbeleid Speerpunt 3. Ondersteuning schoolloopbaan Speerpunt 4. Onderwijskansenplannen Speerpunt 5. Voorkomen en bestrijden van voortijdig schoolverlaten VSV 7. Brede School en monitoring: belangrijke beleidsinstrumenten 8. Financiën Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 – 2006 16 17 18 19 20 21 22 1 Voorwoord In deze notitie kunt u lezen aan welke speerpunten de komende jaren wordt gewerkt in het kader van het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid tot en met 2006. Om deze speerpunten daadwerkelijk te realiseren in een tijdsbestek van amper 3 jaar is draagvlak en daadkracht nodig van betrokken instellingen en van de gemeente. In het beleid voor het opheffen van achterstanden bij kinderen en jongeren staat het kind of de jongere zelf centraal, met daar omheen de ouders en zijn of haar omgeving. Het gaat bij dit beleid niet alleen om achterstand van het kind of de jongere in cognitieve zin. Het gaat om het bevorderen van de totale ontwikkeling van het kind, zodat kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen in een bij hun leeftijd en capaciteiten passend tempo. Net zo belangrijk is het dat elke jongere na het volgen van onderwijs een startkwalificatie haalt om een goede kans te maken op duurzaam werk. Het onderwijsachterstandenbeleid wordt niet als een autonoom proces, als een op zich zelf staand beleidsterrein gezien. Het kan niet zo zijn dat uitsluitend onderwijsinstellingen voor het opheffen van achterstanden bij kinderen verantwoordelijk worden gesteld. Het is nu eenmaal een gegeven dat een achterstand inzake de ontwikkeling van een kind meerdere oorzaken kan hebben. De leefomgeving van het kind, de buurt waarin het woont, de begeleiding en de stimulansen die een kind al dan niet van de ouders en de directe sociale omgeving krijgt, spelen daarbij een belangrijke rol. Voorwaarde voor het bereiken van bovenstaande doelstelling is een integrale samenwerking en een integrale aanpak van alle instellingen die raakvlakken hebben op het gebied van jeugd en onderwijs. Om een samenhangende aanpak (ketenbenadering) inzake het opheffen van achterstand van kinderen en jongeren in de leeftijdscategorie van 0 – 23 jarigen te realiseren wil de gemeente de regierol op zich nemen. Voor die integrale afstemming nodigt de gemeente alle betrokken instellingen uit om samen te komen in een “Stedelijk Netwerk 0 tot 23 jarigen”. Dit Stedelijk Netwerk van instellingen geeft inhoud aan de bredere doelstelling van het integraal jeugdbeleid waarbinnen het gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid een belangrijke plaats zal krijgen. Het is geen sinecure om bovenstaande doelstelling, organisatie en werkwijze te realiseren maar ik ben er van overtuigd dat, met al die deskundigheid en inzet die bij de Deventer instellingen op het gebied van jeugd en onderwijs aanwezig is, elke jongere uiteindelijk een startkwalificatie zal halen en daarmee duurzaam werk zal vinden. “Elke leerling telt” bij het streven naar minder achterstand en meer toekomst. Jos Fleskes, Wethouder Jeugd en Onderwijs. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 – 2006 2 1. Inleiding De tweede periode voor Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid (GOA) in Deventer is in 2002 aangebroken. Het schooljaar 2002 – 2003 is aangemerkt als overgangsjaar om in dat jaar ruim de tijd te nemen voor het opstellen van een goed doortimmerd meerjarenplan GOA 2002 – 2006, ook wel aangeduid als GOA II. In deze tweede periode zullen gemeente en instellingen hun posities verder uitbouwen: de gemeente als regisseur en het veld als uitvoerder. De ontwikkeling is er een van een strikte scheiding van rollen en verantwoordelijkheden en dat vraagt om een goede communicatie en heldere afspraken. De middelen vanuit het rijk worden in 2002 – 2006 meer integraal toegekend: zowel de middelen voor Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) als voor de Onderwijs-KansenPlannen (OKP) vallen nu binnen het budget van het GOA 2002 – 2006. De meer integrale beleidsontwikkeling en aansturing van het GOA in het verlengde daarvan, richt alle neuzen als vanzelf richting integraal jeugdbeleid. De keuze voor het organisatorisch en inhoudelijk inpassen van GOA in het integraal jeugdbeleid van Deventer is een logische stap, en krijgt in dit beleidskader GOA II de vorm waar alle participanten voor willen gaan. Wat vindt u in deze nota? We formuleren kort en bondig het nieuwe beleidskader voor het Gemeentelijk Onderwijs Achterstanden beleid voor de periode 2002- 2006. Inhoudelijk en organisatorisch krijgt dit beleid een plek binnen het kader van het Deventer jeugdbeleid. Deze nota kent twee delen. In deel 1 staat het brede kader: in hoofdstuk 2 staat de visie op de jeugd zoals die in de nota “De jeugd telt” is geformuleerd. Het beleidskader jeugd vormt de basis voor de nieuwe organisatie rondom het GOA en voor de inhoudelijke kaders van GOA II. In hoofdstuk 3 wordt het nieuwe Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen gepresenteerd. In deel 2 wordt het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid voor de jaren 2002 – 2006 inhoudelijk uitgewerkt. In hoofdstuk 4 wordt kort teruggekeken op de afgelopen periode van GOA I. Hoofdstuk 5 geeft de inhoud van het beleidskader GOA II: de speerpunten voor de jaren 2002 – 2006 krijgen een plek binnen de speerpunten van het jeugdbeleid. In hoofdstuk 6 worden per speerpunt de doelstelling, verbeterpunten en de gewenste effecten geformuleerd. In hoofdstuk 7 gaan we nader in op twee belangrijke beleidsinstrumenten: De Brede School en monitoring en hoofdstuk 8 geeft een overzicht van de financiële middelen. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 – 2006 3 Deel 1 Hoofdstuk 2 Visie op het jeugdbeleid Hoe willen we dat kinderen en jongeren opgroeien? We willen dat kinderen en jongeren zich in een gezonde, beschermde en veilige leefomgeving zowel sociaal, emotioneel en cognitief optimaal kunnen ontwikkelen in een bij hun leeftijd en capaciteiten passend tempo. We willen dat kinderen kind kunnen zijn, dat ze hun identiteit kunnen ontwikkelen door ontmoeting, deelname aan sport, recreatie en cultuur, dat er ruimte is voor experimenteren en dat ze mee kunnen praten over zaken die hen aangaan. We willen dat jongeren een startkwalificatie en betaald werk vinden, een leuke tijd beleven en zich tegelijkertijd ontwikkelen tot een zelfstandige volwassene. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 – 2006 4 Hoofdstuk 3 Organisatie en werkwijze Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen 3.1 Veranderingen In de gemeente Deventer is gekozen voor een samenhangende aanpak van het beleid voor kinderen en jongeren in de leeftijd van 0 – 23 jaar. Deze samenhangende aanpak voor 0 – 23 jarigen is de ketenbenadering. Het gemeentelijk beleid richt zich vooral op de vele raakvlakken tussen de verschillende beleidsterreinen, ofwel op de schakels van de keten en op het versterken daarvan. De keten omvat enerzijds de horizontale samenhang tussen instellingen en organisaties die werken vanuit verschillende beleidsterreinen voor het kind of de jongere, anderzijds de verticale samenhang tussen instellingen en organisaties die binnen een bepaalde sector werken voor afzonderlijke leeftijdscategorieën: afstemming tussen bv het basisonderwijs en alle vormen van voortgezet onderwijs. Het speelveld van het gemeentelijk jeugdbeleid wordt gevormd door de volgende beleidsterreinen: onderwijs, welzijn, sport en cultuur, wonen en leefomgeving, openbare orde en veiligheid, sociale zaken en arbeidstoeleiding, gezondheidszorg en hulpverlening. Voor de komende periode wordt ingezet op een heldere structuur t.a.v. de relatie regisseur – veld en beleidsontwikkeling – beleidsuitvoering, een structuur die een goede afstemming tussen beleidsterreinen waarborgt én een heldere besluitvorming. Tegelijk biedt deze structuur mogelijkheden voor betrokkenheid en beleidsontwikkeling op het hele brede terrein van het jeugdbeleid en onderwijsbeleid. Ter ondersteuning van de regie en de besluitvorming kiest de gemeente Deventer voor een breed overlegplatform: het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen. Dit is een platform waarin verschillende aanpalende sectoren en instellingen vertegenwoordigd zijn. De gemeente communiceert met het veld door middel van dit Stedelijk Netwerk. Het is een platform voor uitwisseling, inspiratie, voortgangsbewaking, evaluatie en consultatie over vooral samenhang en afstemming. Het Stedelijk Netwerk kan de gemeente adviseren en beïnvloeden. Met de gekozen organisatievorm wordt inhoud gegeven aan de brede doelstelling van het integrale jeugdbeleid. Het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandbeleid krijgt een plaats bínnen die structuur. Op de volgende pagina’s wordt eerst het organisatiemodel weergegeven, daarna de deelnemende sectoren en instellingen en als laatste de werkwijze van het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 – 2006 5 3.2 Organisatiemodel Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen Stedelijk netwerk 0 - 23 jaar wethouder / beleidsmedewerkers + procesmanagement Voorzitter = Taak: Taak: stelt kaders; faciliteert; bepaalt in overleg met het stedelijk netwerk de programmalijn; toetst en evalueert beleidsovereenstemming over prioriteiten en programmalijnen; optimale afstemming zoeken; adviseren en bijsturen gemeente programma management Beleids niveau Coalitiegroep per speerpunt Taak: Coalitiegroep per speerpunt Coalitiegroep per speerpunt voortgang bewaken; sluitende aanpak Procesmanagement project management Uitvoerend niveau Projectleiders Uitvoering Route beleidsvoorstellen van de basis naar gemeente en/of netwerk Gemeente Uitvoering De basis / instellingen Verantwoordingslijnen Coalitiegroepen per speerpunt Beleidsniveau Procesmanager Uitvoerend niveau Projectleider Projectleider Projectleider Uitvoerenden Uitvoerenden Uitvoerenden Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 6 3.3. Deelnemers Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen Deventer Platform voor beleidsontwikkeling waarin de volgende werksoorten en instellingen deelnemen: Werksoorten Instellingen 1. primair onderwijs: 1. - SKO St. Bernardus - CNS Deventer e.o. - Openbaar Primair Onderwijs Deventer - REC Groot Gelre - overige schoolbesturen 2. - Etty Hillesum Lyceum - REC 3. - ROC 4. - Bibliotheek 5. - CMD/CKE De Leeuwenkuil - Bibliotheek - overige instellingen cultuursector 6. - Bureau Jeugdzorg - GGD (JGZ 4-12 jr en Logopedie) - SPD - Thuiszorg (MW en JGZ 0-4 jr) 7. – Raster welzijnsgroep - De Kij - Don Bosco - Coachproject 8. - Politie - Halt 9. - Raster Welzijnsgroep - Company - organisaties voor particuliere opvang 10. - Raster Welzijnsgroep - organisaties voor particuliere speelzalen 11. - Sportcentrum De Scheg/HVDos 12. - Weer Samen Naar School 2. Voortgezet onderwijs 3. MBO 4. Educatie 5. Cultuur 6. Hulpverlening en jeugdzorg 7. buurtwerk, kinder- en jongerenwerk 8. Politie 9. Kinderopvang en buitenschoolse opvang 10. Peuterspeelzalen 11. Sportsector 12. Samenwerkingsverbanden Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 7 3.4 Werkwijze van het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen 1. In het Stedelijk Netwerk zitten vertegenwoordigers met mandaat voor beleidsontwikkeling in het Netwerk; 2. Het Stedelijk Netwerk bespreekt beleidszaken op het terrein van jeugd- en onderwijsbeleid die te maken hebben met 0 – 23 jarigen op hoofdlijnen. Het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen komt vier keer per jaar bijeen in een werkconferentie van 14.00 tot 17.00 uur; 3. Als technisch voorzitter functioneren afwisselend de wethouder jeugdbeleid en een vertegenwoordiger van de deelnemende organisaties. In onderling overleg stellen zij de agenda op voor de bijeenkomsten van het Stedelijk Netwerk. De gemeentelijke afdeling Maatschappelijk Beleid voert het secretariaat. Deelnemers aan de bijeenkomsten kunnen aan de hand van een format onderwerpen aandragen; 4. Tijdens de werkconferentie worden op basis van de agenda onderwerpen op hoofdlijnen besproken, onderwerpen die altijd verband houden met integraliteit en multidisciplinair qua inhoud en aanpak zijn. Monodisciplinaire onderwerpen worden besproken in aparte (beperkte) overleggen zoals in het OOGO met het onderwijsveld; 5. Deelnemers aan het Stedelijk netwerk schrijven in op een van de werkconferentieonderwerpen vanuit hun betrokkenheid of vanuit hun nieuwsgierigheid. Waar dit leidt tot afspraken over de vervolgaanpak, committeren zij zich daaraan; 6. De gemeentelijke regie richt zich op de ketens, de schakels, de multidisciplinaire aanpak. De gemeente is de eindverantwoordelijke voor het beleid. De gemeente stuurt op het bereiken van doelen, de gemeente hakt knopen door en toetst de plannen van het veld zo objectief mogelijk. De regisseur zit niet in de uitvoering; 7. De gemeente stuurt op samenhang en samenwerking. De gemeente en de instellingen maken afspraken over producten en beoogde resultaten; 8. De gemeente voert de regie over de uitvoering door middel van subsidieovereenkomsten en productafspraken met (deelnemers in) het Stedelijk Netwerk. Dit kan het Netwerk in zijn totaliteit zijn of een keten van organisaties of een enkele organisatie. De resultaten worden verantwoord door de contractant; 9. De uitvoering van de maatregelen én de samenwerking daaromheen is de verantwoordelijkheid van de instellingen in het veld. De deelnemers in het Stedelijk Netwerk zijn verbonden aan het jeugdbeleid door de activiteiten van hun instelling op dat terrein. Elke instelling voert een activiteit uit, participeert in een project of gezamenlijke activiteit, zoals VVE of Brede School. De deelnemers in het Netwerk zijn verantwoordelijk voor hun deel van de uitvoering en daarmee voor de ontwikkeling van het jeugdbeleid. Zij sturen dus mede op het bereiken van (een deel van de) doelstellingen en op het behalen van resultaten: zij zijn een partnership met de gemeente aangegaan; 10. De taken van de deelnemers in het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen zijn: stellen van prioriteiten, overzicht houden en brengen over ontwikkelingen en activiteiten op het terrein waarop zij actief zijn en streven naar optimale afstemming. Als partners van de gemeente zijn zij daarop aanspreekbaar. De partners bewaken samen met de gemeente de voortgang, zij adviseren de gemeente bij te sturen als daar aanleiding toe is; 11. Bij de uitwisseling, wederzijdse inspiratie, voortgangsbewaking, evaluatie en consultatie in het Stedelijk Netwerk spelen de werkgroepen of coalitiegroepen een centrale rol. Deze coalitiegroepen worden samengesteld op basis van speerpunten van beleid en functioneren dichter bij de uitvoering. Zowel individuele als samenwerkende instellingen kunnen vertegenwoordigd zijn in die coalitiegroepen. 12. Op het niveau van de coalitiegroepen komt de onderlinge verwantschap en de samenhang per speerpunt het meest pregnant tot uitdrukking. De leden van de coalitiegroep bewaken de voortgang van de activiteiten van hun instellingen en onderzoeken de bredere samenhang en samenwerkingsmogelijkheden tussen de diverse geledingen binnen hun coalitiegroep. De opdracht is te werken aan een sluitende aanpak. 13. Het werken aan een sluitende aanpak van het onderwijsachterstanden beleid krijgt per speerpunt vorm in een of meerdere projecten. Het totaal van deze projecten op uitvoerend niveau wordt gecoördineerd en aangestuurd door een procesmanager. De projectleiders die per project, uit een van de partner-organisaties zijn aangesteld, leggen verantwoording over de voortgang af aan de procesmanager. Daartoe hebben zij mandaat gekregen van hun organisatie. De uitvoerenden van het project zijn Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 8 14. 15. 16. 17. 18. gedetacheerd vanuit hun organisatie in het project en leggen verantwoording af aan hun projectleider. De coalitiegroepen communiceren met het Stedelijk Netwerk én met het uitvoerend niveau over de voortgang, schakelmomenten, ontwikkelingen en nadere afstemming. De werkconferenties en een nieuwsbrief zijn daarvoor de geëigende middelen; Een nieuwsbrief (op papier en/of digitaal) over wat er gaande is, over lopende projecten, over besluiten, en over andere mono- én multidisciplinaire weetjes is het communicatiemiddel over de beleidsontwikkeling tussen het Stedelijk Netwerk en het uitvoerend niveau; De gemeente heeft een stimulerende en faciliterende rol t.a.v de organisatie van het veld. Op beleidsniveau wordt de samenwerking en de afstemming in het Stedelijk Netwerk financieel en facilitair ondersteund. Op coalitieniveau en op uitvoerend niveau stimuleert de gemeente door inhoudelijke ondersteuning en door middel van een nieuwsbulletin; Het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen zal stapsgewijs worden opgebouwd. In het najaar van 2002 is een aantal werkconferenties gehouden met instellingen en organisaties die betrokken zijn bij het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid, om te komen tot een GOA beleidskader 2002 – 2006. In het voorjaar van 2003 zal de eerste brede werkconferentie van het Stedelijk Netwerk worden gepland. De nieuwe structuur, werkwijze en wijze van communiceren zal werkenderweg in 2003 en de volgende jaren, een meer definitieve vorm krijgen; Eenmaal per jaar zal tijdens een van de vier werkconferenties van het Stedelijk Netwerk de concrete uitvoering van de projecten centraal staan. De direct betrokkenen bij de uitvoering zullen worden uitgenodigd om de transparantie, de aansluiting tussen beleidsontwikkeling en uitvoering te optimaliseren en knelpunten aan te kunnen pakken. Blijkt in de loop van de GOA II – periode dat de aansluiting niet optimaal is, dan kan dat aanleiding zijn om de opzet en/of de werkwijze van het Stedelijk Netwerk aan te passen; Opmerking: voor de duur van het lopende project Brede School wordt, gezien de status aparte als pilot-project, geen coalitiegroep gevormd. De projectleider wordt in het Stedelijk Netwerk opgenomen met een adviserende rol. 19. De gemeente stuurt en coördineert vanuit het jeugdbeleid de beleidsontwikkeling binnen de verschillende gemeentelijke beleidsterreinen. Op gemeentelijk niveau dient sprake te zijn van een samenhangend beleid tussen de verschillende sectoren; 20. De beleidsmedewerkers op de verschillende deelterreinen die betrokken zijn bij de ontwikkeling van het jeugdbeleid, ontmoeten elkaar in verschillende overleggen op beleids- en uitvoerend niveau. De beleidsmedewerker onderwijs is als trekker, in samenwerking met de beleidsmedewerker jeugd, verantwoordelijk voor het procesmanagement: voor de interne ambtelijke integrale aansturing en afstemming. In het regulier werkoverleg van de trekker en de portefeuillehouder jeugd en onderwijs staan vooral de voortgang en de integraliteit van het beleid op de agenda. Een aan te stellen projectmedewerker GOA zal zich in ondersteunende zin, vooral bezig houden met toetsing, subsidietoekenning en afhandeling, en ondersteuning van de toekomstige Stedelijk Netwerkbijeenkomsten. 21. Functioneel zijn binnen de gemeente de verantwoordingslijnen als volgt: Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 9 Functioneel zijn binnen de gemeente de verantwoordingslijnen als volgt: Wethouder Procestrekker: beleidsmedewerker onderwijs i.s.m. beleidsmedewerker jeugd projectmedewerker GOA Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 10 Deel 2 Hoofdstuk 4 Onderwijs Achterstandenbeleid: waar staan we nu? In dit deel van de nota “De Leerling Telt” staan de inhoudelijke lijnen van het Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid GOA II. De wet GOA is op 1 augustus 1998 in werking getreden en beoogt meer samenhang te brengen in de lokale aanpak van de bestrijding van onderwijsachterstanden. In een gemeentelijk onderwijs achterstandenplan legt de gemeente vast hoe onderwijsachterstandenbeleid wordt vormgegeven en hoe de middelen worden ingezet. De planperiode van GOA II loopt van 2002 t/m 2006. In de Deventer praktijk omvat het nieuwe meerjarenplan de schooljaren 2003/2004, 2004/2005 en 2005/2006. Het schooljaar 2002/2003 is in maart 2002 aangemerkt als overgangsjaar, omdat voor het opstellen van een weloverwogen meerjarenplan ruim de tijd nodig was. Er zijn twee belangrijke veranderingen ten opzichte van de voorgaande GOA periode 1998 – 2002: 1. De gemeente Deventer neemt in deze nieuwe GOA-beleidsperiode expliciet de regierol op zich voor de ontwikkeling van het lokaal onderwijsbeleid. 2. In de nieuwe beleidsperiode 2002 – 2006 wordt het GOA-beleid ingepast in het gemeentelijk integraal jeugdbeleid, waarvan de kaders in de nota “De Jeugd Telt” zijn vastgesteld. Het GOA speelveld raakt aan dezelfde beleidssectoren als het jeugdbeleid: onderwijs, welzijn, sport en cultuur, wonen en leefomgeving, openbare orde en veiligheid, sociale zaken en arbeidstoeleiding, gezondheidszorg en hulpverlening. Het Stedelijk Netwerk 0 – 23 jarigen is het platform waarop gemeente en het veld elkaar ontmoeten voor het uitzetten van de grote lijn van het jeugdbeleid, inclusief de beleidsontwikkeling van het GOA-beleid. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 11 Hoofdstuk 5 Beleidskader GOA 2002 - 2006 5.1 Uitgangspunten GOA 2002 – 2006 Nota “De jeugd Telt” De speerpunten uit de nota jeugdbeleid vormen het bredere kader voor de speerpunten van het GOA-beleid. In paragraaf 5.2 wordt dit inhoudelijk uiteengezet. GOA Deventer 1998 – 2002 De inhoudelijke beleidslijn die in de eerste GOA periode is ingezet, krijgt een vervolg in de tweede periode. De verbeterpunten, zoals geformuleerd in de evaluatieronde, zijn per speerpunt opgenomen in het overzicht (zie hoofdstuk 6). De afspraken uit de eerste periode over de inzet van de schoolgebonden middelen worden meegenomen naar de nieuwe periode. Landelijk Beleidskader GOA 2002-2006 Het lokaal beleid moet passen binnen het Landelijk Beleidskader GOA II. De speerpunten, doelstellingen en beoogde resultaten van het landelijk kader zijn verwerkt in het overzicht van de lokale speerpunten (zie hoofdstuk 6). Continuïteit en vernieuwing Voor de nieuwe beleidsperiode geldt: continuïteit waar mogelijk en vernieuwing waar noodzakelijk. Kwaliteitsverbetering door integraal beleid, doelmatigheid van beleid en middelen, meerjarenprogramma’s en meer monitoring en evaluatie. In deze nota staat beschreven hoe in Deventer vorm zal worden gegeven aan optimaal integraal GOA- en jeugdbeleid. Doelmatigheid zal worden nage-streefd door optimale afstemming binnen één overlegstructuur, door meer-jarenprogramma’s en door kritisch te kijken naar de behaalde resultaten. De resultaten worden in meetbare termen geformuleerd zodat ze in de evaluatie-ronde objectief kunnen worden beoordeeld. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 12 5.2 Welke belangrijke zaken willen wij tot stand brengen? Speerpunten Integraal Jeugdbeleid Speerpunten GOA beleid 2002 – 2006 Opvoeden zo: kinderen een veilig en geborgen opvoedings-, opgroei-, woonen speelklimaat bieden, zodat ze van hun kind zijn kunnen genieten en de mogelijkheid krijgen hun talenten en kwaliteiten te ontwikkelen. 1.1 Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) 1.2 Lokaal taalbeleid (doorgaande lijn VVE, Primair en Voortgezet onderwijs 1.3 Ondersteuning schoolloopbaan door ouderbetrokkenheid, Opvoedingsondersteuning en ontwikkelingsstimulering (O & O) en ontwikkelen sociale competenties 2.1 Ondersteuning schoolloopbaan door ouderbetrokkenheid, O & O en ontwikkelen sociale competenties Jong zijn is spannend: een veilig en uitdagend woon-, leef-, sport-, cultuur- en uitgaansklimaat bieden voor jongeren, dat hen de gelegenheid biedt de eigen identiteit te ontdekken en te ontplooien. Iedereen telt mee: jongeren die (dreigen) uit (te) vallen uit gezin, school en/of werk tijdig signaleren, opvangen en weer terug leiden naar volwaardige participatie in de Deventer samenleving 3.1 Onderwijskansenplan (OKP) 3.2 Voorkomen en bestrijden van voortijdig schoolverlaten (VSV) 3.3 Ondersteuning schoolloopbaan door ouderbetrokkenheid, O & O en ontwikkelen sociale competenties Het GOA-beleid gaat uit van samenwerking binnen onderwijsgeledingen en tussen de sector onderwijs en andere aanpalende beleidsterreinen. Dit zijn de schakels binnen de keten 0 – 23 jarigen. De gemeente Deventer wil op die samenwerkingsmomenten, op die schakels, sturen. De beleidsmaatregelen in de periode 2002 – 2006 zijn dus altijd multidisciplinair, dwz meer beleidsterreinen omvattend of meer leeftijdsgroepen. De volgende paragraaf geeft een lijst met schakels die zich binnen de GOAspeerpunten 2002 – 2006 voordoen. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 13 5.3 Schakelmomenten GOA 2002 – 2006 Speerpunt GOA 1.1 VVE - Signalering ontwikkelings- en taalachterstand (consultatiebureau) ten behoeve van instroom peuterspeelzalen en kinderopvang; - afstemming taalprogramma tussen peuterspeelzalen, kinderopvang en basis onderwijs; - overdracht van peuterspeelzalen en kinderopvang naar basisonderwijs; - relatie ouder – school/instelling: participatie, communicatie, ondersteuning Speerpunt GOA 1.2 Taalbeleid - doorgaande lijn in voorschools, schools en naschools taalbeleid: overdracht van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs en overdracht van voortgezet onderwijs naar ROC - organiseren van aan het onderwijs in de school gerelateerd buitenschools aanbod in samenwerking met andere instellingen - integraal taalbeleid binnen elke school waarbij de ouders worden betrokken (met ondersteuning van logopedie) en aandacht is voor overdracht Speerpunt GOA 1.3, 2.1 en 3.3 Ondersteuning schoolloopbaan - relatie ouder – school: participatie, communicatie, ondersteuning - relatie leerling – school: participatie, communicatie, ondersteuning en begeleiding bij ontwikkelen sociale vaardigheden en competenties. - Opvoedingsondersteuning: binnen en buiten de school ism verschillende instellingen - Ontwikkelingsstimulering van kinderen en jongeren dmv gezamenlijke programma’s en ontwikkelen pedagogische lijn bij onderwijs en andere instellingen - veilige scholen - Buitenschools aanbod van school en andere instellingen Speerpunt GOA 3.1 OKP - lokaal integraal onderwijskansenplan met aandacht voor overdracht basisonderwijs naar voortgezet onderwijs en van voortgezet onderwijs naar ROC - verbeteren doorstroomprestaties van met name allochtone leerlingen Speerpunt GOA 3.2 VSV en voorkomen uitval - sluitende aanpak en samenwerking rond risicoleerlingen van VO en ROC met hulpverlening en justitie - bijzondere trajecten van Voortgezet onderwijs, ROC en CWI Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 14 Hoofdstuk 6 Speerpunten GOA voor 2002 - 2006 Op de volgende vijf pagina’s wordt per pagina een overzicht gegeven van de GOA-speerpunten: de landelijke en lokale doelstellingen, de verbeterpunten en de gewenste effecten. Het formuleren van meetbare resultaten per speerpunt volgens de SMARTmethode zal na het vaststellen van dit beleidskader worden geïnitieerd. (SMART staat voor: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden) Ook de maatregelen en de verdeling van de middelen over de speerpunten zal tzt in dit schema worden opgenomen. Daarmee ontstaat een compleet beeld van het GOA-programma 2002 – 2006. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 15 Uitwerking speerpunten GOA 2002 – 2006 Speerpunten 2003 Doelstellingen – 2006 Gewenst effect of wanneer is het beleid geslaagd? 1. Voor- en vroegschoolse educatie 1.1 Evenredige participatie van m.n allochtone gezinnen en kinderen in preventieve en laagdrempelige basisvoorzieningen met nadruk op voorschoolse activiteiten (GSB) 1.2 Minder (allochtone) kinderen met taal- en ontwikkelingsachterstand bij instroom in groep 3 1.3 Reductie taalachterstand gewichtenleerlingen bij verlaten basisonderwijs Gemeente Deventer Evaluatie: Ronde tafel conferentie 2002 = verbeterpunten 1.1 Landelijk Beleidskader 1.1 Project “Speeltaal” voort(LBK) zetten en Slingertouw opzetten * lokaal beleid ontwikkelen om 50 1.2 format voor overdrachts% van de doelgroepkinderen rapportage van voorschools naar voldoende toe te rusten voor schools voortzetten basisonderwijs 1.3 capaciteit peuterspeelzalen 1.2 Lokale doelstelling: vergroten en verbeteren instroom * het bestrijden en voorkomen allochtone peuters van onderwijsachterstanden door 1.4 in beeld brengen 0 – 2 jarigen middel van uitbreiding van deelname van het aantal 2 – 5 jarigen met grote (taal)achterstand aan voor- en vroegschoolse programma’s ten einde de (taal)achterstand in groep 3 van het basisonderwijs te voorkomen. Deelname door tenminste 400 kinderen en indien mogelijk binnen bestaande financiële kaders uitgroeiend tot 700 kinderen (=50% van de doelgroep) GOA Beleidskader 2002 - 2006 16 Speerpunten 2003 Doelstellingen – 2006 Evaluatie: Ronde tafel conferentie 2002 = verbeterpunten 2.Lokaal Taalbeleid 2.1.Landelijk Beleidskader 2.1 Lokaal taalbeleid voortzetten (LBK) dmv Taalbeleidsplan * beheersing Nederlandse taal is 2.2 Per school een taalbeleidsinstrumenteel doel: lokaal beleid plan. ontwikkelen door onderwijs en 2.3 Project taalcoördinatoren andere relevante instellingen voortzetten richten op: 2.4 Expertisecentrum Meertaa. beheersing Nederlandse taal ligheid en taalbeleid voortzetten door doelgroep kinderen en hun 2.5 Beleidsnota OALT evalueren ouders en beleid aanpassen b. wegnemen van belemme2.6 Taalbeleid in VO voortzetten ringen bij de uitvoering 2.7 Starten met taalprojecten c. ondersteunen van integraal voor basisonderwijs (Slingertaalbeleid en de implementatie touw) en voor VO (Bazar) daarvan d. stimuleren en mede organiseren van aan het onderwijs en de school gerelateerd buitenschools aanbod 2.2 Lokale doelstelling: succesvolle ontwikkeling en implementatie van lokaal taalbeleid ter ondersteuning van school(taal)beleid en concretiseren in een lokaal taalbeleidsplan, met aandacht voor de relatie met VVE programma’s. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 Gewenst effect of wanneer is het beleid geslaagd? 2.1 Integraal taalbeleid in elke VO- school (NT2) 2.2 Meer VVE-ouders nemen deel aan taalactiviteiten 2.3 Meer ouders doelgroepkinderen nemen deel aan taalcursussen 2.4 meer leerlingen nemen deel aan taalprojecten 2.5 betere kennis van het nederlands bij doelgroepkinderen en hun ouders 2.6 Verhoging van het relatieve aandeel van nietwesterse allochtone leerlingen aan HAVO en VWO 17 Speerpunten 2003 Doelstellingen – 2006 3. Ondersteuning schoolloopbaan door * ouderbetrokkenheid * opvoedingsondersteuning en ontwikkelingsstimulering (O & O) * ontwikkelen sociale competenties Gemeente Deventer 3.1. Landelijk Beleidskader (LBK) *doelgroepkinderen nemen aan alle schoolsoorten deel vergelijkbaar met niet-doelgroepkinderen. Op lokaal niveau de leerlingen zowel binnen als buiten de school ondersteunen. 3.2. Lokale doelstelling * door middel van ouderbeleid ouders toerusten om hun kind te ondersteunen bij de schoolloopbaan en een zo optimaal mogelijke ontwikkeling van hun kind. Ouders zijn daartoe actief betrokken bij het onderwijs 3.3 Lokale doelstelling Doelgroepjeugdigen zijn in staat om zich in verschillende sociale situaties te handhaven en verschillende sociale posities in te nemen. 3.4 Lokale doelstelling Doelgroepjeugdigen zijn actief betrokken bij zaken die hen aangaan en situaties waar ze deel van uit maken. Evaluatie: Ronde tafel conferentie 2002 = verbeterpunten Gewenst effect of wanneer is het beleid geslaagd? 3.1 Twee ouderinformatiepunten voor Turkse en Molukse ouders: evalueren en zo nodig uitbouwen voor een bredere doelgroep 3.2 Project Allochtone contactpersonen en contactpersonen voor woonwagenkinderen in het VO voortzetten 3.3 Schoolhuis voortzetten 3.4 Samenwerking onderwijs – WSNS voortzetten 3.5 Ontwikkelen van een beleid voor ouderbetrokkenheid 3.6 Ontwikkelen van een beleid voor opvoedingsondersteuning, ontwikkelingsstimulering en verbeteren sociale competentie 3.1 Jongeren voelen zich betrokken bij Deventer en hun school, wat blijkt uit hun feitelijke participatie (GSB) 3.2 Een kwalitatief hoogwaardig niveau van algemene en preventieve laagdrempelige voorzieningen in alle Deventer wijken (GSB) 3.3 Toename van ouders die actief betrokken zijn bij de school van hun kinderen, in basis- en in voortgezet onderwijs 3.4 Toename communicatievaardigheden leerkrachten en andere professionals 3.5 Afname gedragsproblematiek bij doelgroepleerlingen, toename zelfstandigheid en effectief sociaal gedrag 3.6 Meer deelname van doelgroepouders aan opvoedingsondersteunende activiteiten en cursussen 3.7 Elk kind dat ontwikkelingsachterstand dreigt op te lopen is bekend en er is een instelling die verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar ontwikkeling GOA Beleidskader 2002 - 2006 18 Speerpunten 2003 Doelstellingen – 2006 4. Onderwijskansenplan Gemeente Deventer Evaluatie: Ronde tafel conferentie 2002 = verbeterpunten 4.1. Landelijk Beleidskader (LBK) Opstellen van een Lokaal Onderwijskansenplan voor de inzet van gemeentelijke middelen voor achterstandsbestrijding 4.2. Lokale doelstelling Een Lokaal Onderwijskansenplan als nieuw instrument om extra impulsen te geven aan bestrijding achterstanden en verbetering kwaliteit onderwijs in 3 basisscholen en een lokatieschool VO. 4.3 Lokale doelstelling Verbeteren kwaliteit van onderwijs aan en prestaties van doelgroepleerlingen in aangewezen ‘onderwijskansen’ scholen door een integrale en schoolgerichte aanpak GOA Beleidskader 2002 - 2006 Gewenst effect of wanneer is het beleid geslaagd? 4.1 Kwalitatief hoogwaardig onderwijs op de onderwijskansen scholen 4.2 Betere schoolprestaties van met name doelgroepleerlingen in de aangewezen ‘onderwijskansen’ scholen 19 Speerpunten 2003 Doelstellingen – 2006 5. Voorkomen en bestrijden van voortijdig schoolverlaten Gemeente Deventer 5.1. Landelijk Beleidskader (LBK) doelgroepkinderen behalen ten minste een minimale startkwalificatie. Lokaal zijn afspraken nodig over inzet en samenwerking VO, ROC, jeugdzorg, politie en MW 5.2 Lokale doelstelling voorkomen en terugdringen van voortijdig schoolverlaten. Minimaal moet een leerling een certificaat halen op assistentniveau van het middelbaar beroepsonderwijs Evaluatie: Ronde tafel conferentie 2002 = verbeterpunten 1.Project Allochtone contactpersonen in het VO voortzetten 2. Schoolhuis voortzetten 3. Monitoren van risicoleerlingen voortzetten 4. Leerwerk-traject voortzetten en uitbouwen GOA Beleidskader 2002 - 2006 Gewenst effect of wanneer is het beleid geslaagd? 5.1. Afname van de uitval van kinderen en jongeren uit school en gezin, in het bijzonder onder allochtone kinderen (GSB), dus minder voortijdig schoolverlaters 5.2. Elke jongere die ‘uitvalt’ of dreigt uit te vallen is bekend en er is een instelling die verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar integratie (GSB) 5.3. Elke jongere volgt een opleiding, werkt of neemt deel aan een vorm van sociale activering (GSB) 5.4 Minimaal haalt een leerling een certificaat op assistent-niveau van het mbo-onderwijs (= niveau 1) 20 Hoofdstuk 7 Brede school en Monitoring: twee belangrijke beleidsinstrumenten 7.1 Brede School BO/VO Een Brede School is een netwerk in en om de school, waarbinnen ouders, leerkrachten en andere professionals samenwerken om kinderen op allerlei manieren meer kansen te geven. De achtergrond van het brede schoolconcept is divers: vragen van ouders over opvoeding, vragen van de lokale samenleving rond veiligheid, verantwoordelijkheid en normbesef, vragen over zinvolle vrijetijdsbesteding in een veilige woonomgeving. De Brede school bundelt krachten om samen antwoorden op deze vragen te formuleren. De Brede School is het voertuig om schools, voorschools, naschools en buitenschools beleid te schakelen, zowel in het basisonderwijs als in het voortgezet onderwijs. In samenwerking tussen onderwijs, gezondheidszorg, hulpverlening, sociaal cultureel werk en de sportsector worden voor de leerlingen en voor hun ouders activiteiten ontwikkeld die, veelal buiten schooltijd, in en rondom de school worden georganiseerd. Het stimuleren van de invoering van de Brede School in Deventer krijgt vorm in een drietal pilotprojecten in het basisonderwijs. Ook in het voortgezet onderwijs functioneert een Brede Schoolactiviteit in de vorm van het Schoolhuis. 7.2 Monitoring en evaluatie De monitor is een evaluatie-instrument in het kader van het GSB en GOA beleid. Doelstelling: de binnen de onderwijsmonitor verzamelde gegevens (indicatoren) bieden inzicht in realisatie van gestelde operationele doelen, in doelmatige en effectieve besteding van de middelen en van de realisatie van aan de gemeente toebedeelde taken. De monitor biedt zo de mogelijkheid van controle en verantwoording van prestaties, van het veld aan de gemeente en van de gemeente aan het rijk. In de periode 1998 – 2002 is in het kader van GOA I een relatie gelegd tussen de onderwijsmonitor en de monitor van het leerlingvolgsysteem WSNS. Dit Leerlingvolgsysteem en de onderwijsmonitor moeten verder worden ontwikkeld en gespecificeerd. Minimaal moet de monitor de volgende gegevens leveren, op lokaal en op schoolniveau: 1 Inzicht in startkwalificaties van iedere jongere tot 23 jaar 2. Deelname van doelgroepkinderen aan voorschoolse trajecten en VVE; 3. Deelname van doelgroepkinderen en ouders die onvoldoende nederlands spreken aan taalcursussen voor nieuwkomers 4. de deelname van leerlingen aan het bo, vo, so en beroepsonderwijs en de verwijzing naar het so, 5. schoolprestaties (doublures, toetsprestaties, slaagresultaten) per schoolsoort en de startkwalificaties 6. de toepassing van een eigen taalbeleid door iedere VO-school 7. het verzuim en de uitval van leerlingen in het onderwijs. 8. grootte van de doelgroep en verspreiding van de doelgroep over schoolsoorten 9. deelname doelgroepkinderen aan peuterspeelzaalwerk Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 21 10. monitoren van leerlingen via het LVS in peuterspeelzalen, kinderopvang, basisonderwijs, Voortgezet Onderwijs en ROC 11. gezamenlijk vastgelegde begrippen, criteria en normen. De eerste stap in 2003 is het in kaart brengen van de gegevens die in het kader van GOAbeleid verzameld moeten worden. Dit levert informatie op over ontbrekende kengetallen en evaluatiegegevens. Vervolgens zal beleid worden ontwikkeld voor het verzamelen van bovenstaande en andere indicatoren. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 22 Hoofdstuk 8. Financiën Gemeentelijke middelen voor GOA 2002 – 2003 Van het rijk ontvangt de gemeente jaarlijks de specifieke uitkering gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid. Deze uitkering wordt jaarlijks geïndexeerd. Het percentage waarmee de uitkering in het schooljaar 2002 – 2003 is geïndexeerd is 7,2 %. Met ingang van dat schooljaar zijn de uitkeringen voor Onderwijs kansen Plan (OKP) en voor Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) integraal onderdeel van de uitkering voor het onderwijs achterstandenbeleid. Voor Onderwijs in Allochtone Levende Talen (OALT) ontvangt de gemeente van het rijk eveneens een specifieke uitkering. Het onderwijs aan asielzoekerskinderen en neveninstromers zal in Deventer apart worden begroot buiten het GOA budget. In Overzicht 1. staat de hoogte van het GOA-budget en de verplichtingen voor 2002 – 2003: 1. Structurele middelen A. A. GOA budget 02–03: GOA-verplichtingen 02 – 03: GOA-verplichtingen 03 – 04: (niet geïndexeerd) 1. GOA-middelen gelabeld voor: a. Onderwijs Kansen Plan (OKP) b. Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) subtotaal 2. Overige verplichtingen a. organisatie onderst. Bureau b. activiteiten in het kader van speerpunten c. communicatie, monitoring, toetsing en evaluatie d. onvoorzien subtotaal € 2.003.187,- Totaal B. B. OALT budget OALT verplichtingen 02 – 03: 02–03: € 840.205,- € € 511.353,441.855,- * --------------------€ 953.208,- 1. gelabeld: a. OKP € b. VVE € 511.353,441.855,- p.m. p.m. -------------------€ 1.125.773,- 2. overige verplichtingen: a. onderst. Bureau p.m b. act. in kader speerpunten p.m c. VVE € 200.000,d. comm. etc € 40.000,e. onvoorzien p.m € 2.078.981,+ p.m totaal € 1.193.208,+ p.m € 840.205,- OALT verplichtingen 03-04: p.m € € 309.375,816.398,- * In het schooljaar 2003 – 2004 is dit budget voor VVE € 200.000,-- hoger. Het GOA-budget voor 2002-2003 kent een tekort van € 75.794,--. Dit tekort zal worden gedekt uit de incidentele GSB-middelen met bestemming GOA-beleid. Daarnaast heeft de gemeente Deventer in het kader van het Grote Steden Beleid onder het programma Jeugd en Jongeren, thema Uitval en thema Kinderbeleid verschillende budgetten een bestemming gegeven die vallen binnen de kaders van het GOA beleid. De middelen voor de jaren t/m 2003 staan in overzicht 2: 2. Incidentele middelen GSB budget t/m 2003: a. b. c. d. Opvoedingsondersteuning en Ontwikkelingsstimulering (O & O) VVE Voorkomen voortijdig Schoolverlaten (VSV) Brede School (tm april 2004) totaal Gemeente Deventer € € 243.881,200.000,- € 905.088,€ 421.198,------------------€ 1.770.167- GOA Beleidskader 2002 - 2006 23 3. Schoolgebonden middelen 2002 - 2003 De overzichten 1. “Structurele Middelen” en 2. “Incidentele middelen” hierboven betreffen de gemeentelijke middelen. Ook de scholen ontvangen rechtstreeks van het rijk, in het kader van het gemeentelijk onderwijs achterstandenbeleid, de “Schoolgebonden middelen”. De hoogte van dit budget per school is berekend op basis van het aantal doelgroepleerlingen. Over de besteding in het kader van het GOA-beleid moeten de scholen afspraken maken met de gemeente. In het schooljaar 2002 – 2003 betreft het de volgende middelen: Overzicht Schoolgebonden middelen 2002-2003 a. Basis Onderwijs en Speciaal Onderwijs b. Voortgezet Onderwijs totaal € 1.994.500,€ 949.650,-------------------€ 2.944.150,- 4. Europese middelen In de loop van de GOA-periode 2002 – 2006 zal meer duidelijkheid ontstaan over het raamwerk en het instrumentarium voor het Europese beleid voor levenslang leren. Regionale projecten die passen in dat kader zullen in de toekomst ook met Europese middelen gefinancierd kunnen worden. Gemeente Deventer GOA Beleidskader 2002 - 2006 24