2005-10788-WCO Uitvoeringsprogramma Deventer Gezond

advertisement
Bijlage bij notanr: 2005.10788
Notitie Uitvoering Speerpunten Kadernota “Deventer Gezond’.
Speerpunt 1.
Versterking inzet preventie en sluitende aanpak Jeugd
De gezondheidsrisico's bij jongeren nemen toe (m.n. op het gebied van alcohol, drugs en overgewicht).
Activiteiten
Zoals uit het schematisch overzicht blijkt zijn tal van activiteiten ingezet of gepland om de genoemde risico's te
bestrijden. De activiteiten liggen op het gebied van:

Preventie en zorg 0 – 19 jarigen (o.m. basistakenpakket JGZ)

Afstemming JGZ en Jeugdzorg

Verminderen risicogedrag

Opvang zwerfjongeren

Reageren op signalen van (groepen van) jongeren met problemen

Voorkomen schooluitval

Hulpverlening aan jongeren met meervoudige problematiek
Analyse
Voor de meeste activiteiten geldt dat zij reeds in uitvoering zijn of in een vergevorderde planfase.
Zo is het plan voor het pilotproject JGZ gereed, en wordt binnenkort het Plan van Aanpak m.b.t. afstemming JGZ en
Jeugdbeleid ingediend.
Ten aanzien van het ontwikkelen van gerichte gezondheidsvoorlichting aan jongeren, voorafgegaan door een
inventarisatie en evaluatie van bestaande programma’s is nog geen planning gemaakt. Hiertoe dient aan de GGD een
heldere opdracht verleend te worden.
Het project ‘Gruiten’ (gericht op overgewicht en gezonde voeding) loopt, er wordt binnenkort gestart met het opsporen
van en interveniëren bij kinderen met overgewicht en er is een rapport van het project E-Movo (‘gezondheid en leefstijl
van jongeren in Deventer’) verschenen.
Voor de opvang van zwerfjongeren wordt medio 2005 in het kader van het Plan van Aanpak Werkhotel een voorstel
verwacht.
Er is een Jeugdnetwerk operationeel, waarvan de gemeente de regie en coördinatie meer naar zich toe wil gaan trekken.
Het nieuwe applicatiesysteem om voortijdig schoolverlaters beter te kunnen volgen is in bedrijf, en er loopt een
Coachproject voor jongeren met meervoudige problematiek. Dit laatste is echter nog niet ingebed in het regulier aanbod
van instellingen. Ook dient een betere relatie gelegd te worden met de aanpak van overlastgevende jongeren.
Conclusie
Er worden dus goede vorderingen gemaakt met betrekking tot dit speerpunt. Op het gebied van gerichte
gezondheidsvoorlichting dient op korte termijn initiatief genomen te worden. Extra aandacht is nodig voor de onderlinge
samenhang en verbanden tussen verschillende initiatieven (zoals het coachproject en de aanpak van overlastgevende
jongeren) en in het algemeen is het aan te bevelen de voortgang van de verschillende activiteiten goed te volgen.
Speerpunt 2.
Terugdringen Sociaal-economische gezondheidsverschillen
Gezondheidsverschillen hangen samen met Sociaal Economische Status (SES).
Activiteiten
Voor dit Speerpunt zijn twee programmalijnen geformuleerd:

Integrale aanpak van en verminderen gezondheidsrisico's bij burgers die grotere risico's hebben samenhangend met
SES of allochtone afkomst.

Afstemmen van de zorg op de vraag van allochtonen en vergroten van de toegankelijkheid van deze zorg.
1
Analyse
Met betrekking tot de eerste programmalijn zijn de activiteiten m.b.t. gezondheidsvoorlichting in een voorbereidende
fase. Het voorstel voor een ‘Gezondheids Effect Rapportage’ (het structureel in beeld brengen van de effecten op het
gebied van gezondheid van maatregelen van andere gemeentelijke afdelingen en beleidsterreinen) wordt begin 2006
verwacht.
Aan het in beeld brengen van de zorgbehoefte van allochtonen wordt gewerkt, en VETC (voorlichting en eigen taal en
cultuur) is voor twee jaar ondergebracht bij de GGD.
Conclusie
Het algemene beeld is dat de activiteiten nog in een voorbereidende fase verkeren. Met name van de Gezondheids
Effect Rapportage valt winst te behalen ten aanzien van de gewenste integraliteit; dit vergt een ingewikkelde vorm van
facetbeleid waarvoor de medewerking van vrijwel alle afdelingen en beleidsvelden op bestuurlijk en ambtelijk niveau
noodzakelijk is.
Speerpunt 3.
Versterken toegankelijkheid eerstelijnsvoorzieningen (en ondersteuning) in de buurt
Er is op dit moment sprake van onvoldoende capaciteit en spreiding van eerstelijnsvoorzieningen en
ondersteuning in de buurt.
Activiteiten
De geformuleerde doelstellingen waarmee de verschillende activiteiten samenhangen zijn:

Eerstelijnsvoorzieningen zijn voldoende aanwezig, goedbereikbaar, herkenbaar en toegankelijk

Met prioriteit wordt gewerkt aan Eerstelijns- en ondersteuningsvoorzieningen in wijk 3 en 4, gericht op een gezond
opgroeiklimaat voor jongeren en kinderen, en het zo lang mogelijk zelfstandig wonen van ouderen en mensen met
een handicap.

Het bevorderen van zelfredzaamheid van ouderen en gehandicapten
Analyse
Intussen zijn visietrajecten op gang gekomen m.b.t. het accommodatiebeleid (sociale structuurvisie) en m.b.t. wonenzorg-welzijn (traject onder begeleiding van Radar). Eveneens zijn wijkvoorzieningencentra in wijk 4 (twee) en wijk 3 (één)
gepland. Het programma ‘opgroeiwijken’ dient nog nader uitgewerkt te worden.
Ten aanzien van het bevorderen van de zelfredzaamheid van ouderen wordt uitvoering gegeven aan de WVG en worden
in het kader van het (flankerend) Ouderenbeleid diverse subsidies verstrekt. Herijking van deze voorzieningen en
subsidies ligt in het kader van de komende WMO (die immers participatie van mensen met beperkingen als doel heeft)
voor de hand.
De ontwikkeling van van de wijkwinkel in wijk 4 als pilot is in 2005 versneld gestart.
Conclusie
De activiteiten hebben voor een niet gering deel te maken met trajecten die buiten de directe invloedsfeer van het
domein van gezondheidsbeleid liggen. Een reden te meer om vorm te geven aan de eerder genoemde Gezondheids
Effect Rapportage. Verder heeft de invulling van de op handen zijnde WMO vermoedelijk grote consequenties voor het
beleid en de activiteiten in dit kader.
Speerpunt 4.
Versterken OGGZ en stimuleren zorgvernieuwing
Het aantal mensen dat zich niet langer staande kan houden in de maatschappij neemt toe
Activiteiten
In het kader van dit speerpunt zijn de volgende doelen geformuleerd:

Integrale laagdrempelige dag- en nachtopvang voor dak- en thuislozen

Verbeteren van psychosociale gezondheid van ouderen

Breed aanbod van zorgvoorzieningen

Beter bereiken en ondersteunen van overlastgevende personen

Verbetering gezondheidssituatie en ondersteuning van prostituees
2

Integrale aanpak en bestrijding van huiselijk geweld

Versterken leefbaarheid in de wijken

Vroegsignalering en efficiënte aanpak psychosociale woonproblematiek en zorgmijders.
Analyse
Dag- en nachtopvang (nog geen structurele financiering) is intussen gerealiseerd. Er is een onderzoek gedaan naar
eenzaamheidsproblematiek van ouderen in wijk 4, op grond waarvan een actieplan is ontwikkeld, en als pilot start.
In het kader van de verbreding van zorgvoorzieningen wordt binnenkort een Hospicevoorziening geopend.
Om overlastgevende personen beter te bereiken en te ondersteunen wordt gewerkt aan registratie en informatieuitwisseling. Hoewel de samenwerking met de betrokken organisaties afzonderlijk goed verloopt, blijven de onderlinge
uitwisseling en integratie nog achter.
Het voorlichtingsprogramma en Soa spreekuur voor prostituees worden door de GGD uitgevoerd. Met betrekking tot
verdere ondersteuning kunnen geen resultaten worden benoemd. Op basis van de voortgangsrapportage zal op korte
termijn een besluit worden genomen over continuering.
Onlangs is, in het kader van de bestrijding van Huiselijk Geweld, het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld geopend.
Ter versterking van de leefbaarheid in de wijken loopt het project zelfredzaamheid(per jaar 1 intensief traject, en 2
minder intensief). In 2005 gaat dit in een nieuwe wijk van start.
Het bestaande vangnet (voor mensen met psychosociale woonproblematiek) wordt omgevormd tot een vangnet voor
mensen die in de hulpverlening tussen wal en schip terechtkomen.
Conclusie
Op dit gebied zijn de afgelopen tijd diverse resultaten behaald (opvang dak- en thuislozen, Huiselijk Geweld). Het is
wenselijk dat de ontwikkeling op het gebied van registratie en informatie-uitwisseling versneld wordt. Van de vernieuwing
van Vangnet mag veel verwacht worden; aangezien ook binnen de GGZ op het gebied van zorgmijders initiatieven
genomen worden is het van belang de onderlinge samenhang van de verschillende initiatieven goed in de gaten te
houden.
Ook de OGGZ zal ondergebracht worden in de WMO. Dit betekent een versterking van de positie van de gemeente op
dit terrein. Het is na te streven om op dit gebied te komen tot een goed onderling samenhangend beleid, en de
samenwerking van de verschillende partijen hierin te versterken.
Tenslotte.
In de kadernota ‘Deventer Gezond’ zijn keuzen gemaakt, prioriteiten gesteld. Toch kunnen we spreken van een
ambitieus programma. Het overzicht laat dan ook een veelheid van activiteiten en projecten zien. Deze vallen bovendien
voor een deel buiten het directe domein van het Gezondheidsbeleid. Met behulp van het overzicht (zie bijlage) kan
jaarlijks gemonitord worden wat de stand van zaken is met betrekking tot de voortgang en ontwikkeling van deze
activiteiten en projecten. Toch bestaat het gevaar dat er een te versnipperd beeld (ook in de tijd) ontstaat over deze
ontwikkeling. Het is daarom aan te bevelen te komen tot een jaarlijkse APK, een jaarlijkse Algemene Projecten Keuring
voor de in het overzicht opgenomen activiteiten: tijdens een jaarlijkse APK-dag worden alle projecttrekkers en –
verantwoordelijken uitgenodigd verslag te komen doen van de stand van zaken en ontwikkelingen van de projecten
waarvoor zij verantwoordelijkheid dragen. Dit leidt tot evaluatie, bijstelling en – bijsturing van de projecten en een
algemene rapportage.
Bijlage 1: Uitvoeringsprogramma, behorende bij Kadernotitie ‘Deventer Gezond’
Bijlage 2: Overzicht subsidies (flankerend) Ouderenbeleid
3
Download