Globalisatie en antiglobalisatie: Waar ligt de waarheid? Emeritiforum, 29 maart 2007 Karel Vinck Globalisatie: definitie Toegenomen integratie van de wereldeconomie met twee componenten: Liberalisering van handel in goederen en diensten, kapitaal en arbeid, Nieuwe mogelijkheden in informatie- en communicatie technologieën, transport en logistiek. 2 Waar ligt de waarheid? Zal het integratieproces zich voortzetten of gaat het stoppen? Paradoxaal antwoord: geen van beide. 3 Het zal voortgaan want: Verdere technologische revolutie, Communicatie makkelijker en goedkoper, Transport en logistiek: factor voor economische groei op bedrijfs-, sectorieel, nationaal, Europees en wereldvlak, Permanente innovatie: basis van ontwikkeling zowel in westerse als in opkomende landen. 4 Wat is innovatie? Innovatie in producten en diensten Innovatie in processen Innovatie in structurele ingrepen 5 Bekommernissen over globalisatie Bevolkingen en beleidslieden zenuwachtig zowel in Noord-Amerika, Europa en zelfs in China om vrij verkeer van goederen, kapitaal en mensen toe te laten Intense nationalistische trends om energie en grondstoffen onder controle te houden , Contradictie: verdere globalisering versus optrekken van barrières om globalisering te vertragen of te belemmeren. 6 Rol van nationale regeringen Voordelen van globalisering verkopen aan bezorgde bevolking Ingrijpen om verwachte voordelen te verzekeren Rechtvaardige verdeling van de baten 7 Hinderpalen bij globalisering Verschil van visie tussen VSA en EU over rol van internationale instellingen Geen regelgeving voor kapitaalbewegingen Voorkeur voor bilaterale handelsakkoorden, Beperkt verkeer van mensen, Groeiend scepticisme bij de publieke opinie, Groeiend ongenoegen bij de onrechtvaardige verdeling van de baten tussen de landen en binnen de landen. 8 Is ons sociaal model bedreigd? Sociale bescherming versus concurrentiekracht? Sociale uitgaven in % van BNP in Oeso-landen gestegen Scandinavische landen: Sociaal vangnet kan pluspunt zijn Value for tax money Toegevoegde waarde creëren, Aantal werklozen verminderen om draagvlak te verbreden Verschuiving van directe naar indirecte fiscaliteit. 9 Veranderingen in arbeidsmarkt Groei in gelegenheidswerk, deeltijdse systemen en contractuele arbeidsvoorwaarden Unfaire inkomstenkloof tussen winnaars (aandeelhouders en top management) en verliezers (arbeiders, bedienden en kaders) Groeiend gevoel van onzekerheid en wrevel bij de actieve bevolking die vroeg of laat een politieke uitlaatklep zoekt. 10 Voorbeeld inkomstenkloof in VSA Tussen 1979 en 2006, groeiden de inkomsten als volgt: Gemiddelde van de inkomstencurve: 11,5% Top van de inkomstencurve: 33% Onderste gedeelte van de inkomstencurve: 4% (Bernanke) 11 Nood aan Governance Markteconomie ontleent morele en politieke legitimiteit aan de veronderstelling dat inkomen grosso modo overeenstemt met de bijdrage aan de economie (Karel De Gucht) Globalisering van markten is geen probleem, governance van globalisering is het probleem Nood aan sociale en economische instellingen die internationaal doeltreffend zijn. 12 Nieuwe rol van vakbonden Vakbonden moeten aanvaarden dat de prioriteiten nu zijn: Tewerkstelling en “employability” Begeleiding van werklozen Onderwijs en opleiding Inschakeling van vrouwen in arbeidscircuit. Werkgevers, vakbonden en regeringen moeten verantwoorde inkomstenzekerheid geven in ruil voor aanvaarde aanpassing aan veranderende omstandigheden. 13 Voorwaarden voor rechtvaardige globalisering Coherent macro-economisch beleid Tewerkstelling genererend Rechtvaardige en transparante “governance” regelgeving Visionaire en moedige sociale partners gesteund door de overheid die langetermijn vooropstelt Permanente, doordringende en eerlijke communicatie. 14