Behandelvoorspellers van Cognitieve Gedragstherapie om agressief gedrag te verminderen: een meta-analyse. Treatment moderators of Cognitive Behavior Therapy to reduce aggressive behavior: a meta-analysis European Child and Adolescent Psychiatry Kirsten C. Smeets, Anouk A.M. Leeijen, Mariët J. van der Molen, Floor E. Scheepers, Jan K. Buitelaar & Nanda N.J. Rommelse (2014). Doel: Agressief gedrag bij adolescenten is een toenemend probleem in de maatschappij. Cognitieve Gedragstherapie (CGT) is een van de meest voorkomende en veelbelovende behandelingen van agressie. Echter, er is nog weinig bekend over variabelen die behandelrespons van CGT voorspellen. Deze meta-analyse is uitgevoerd om de rol van deze mogelijke voorspellers te onderzoeken. Opzet: 25 studies werden onderzocht (bestaande uit 2302 deelnemers; 1580 jongens en 722 meisjes) en verkregen via de zoekstrategie in PubMed, PsychINFO en EMBASE. De effect size werd berekend voor de studies die aan de inclusie-criteria voldeden. De verschillen tussen de onderzoekspopulaties en specifieke karakteristieken van de CGT werden onderzocht. Resultaten: Er waren substantiële verschillen te zien tussen de studies, wat betreft design en uitkomstmaten. De meta-analyse liet zien dat er een medium behandeleffect werd gevonden van CGT om agressie te verminderen (Cohen’s d=0.50). Er werden geen voorspellers gevonden van behandelrespons. Alleen 2 studies onderzochten of proactieve of reactieve agressie mogelijke voorspellers konden zijn van de behandeluitkomst en er werd dan ook geen effect van deze subtypering vastgesteld. Ook behandelduur en plaats van behandeling (kliniek of school) hadden geen invloed op de uitkomst van de behandeling, wat mogelijkheden bied voor het ontwikkelen van kortere en minder intensieve behandelingen op scholen. Conclusie Deze studieresultaten laten zien dat CGT wel effectief is om agressief gedrag te verminderen. Er is meer onderzoek nodig om de mogelijke voorspellers van de uitkomst van de behandeling vast te leggen, inclusief proactieve en reactieve agressie. Studie design, mogelijke voorspellers en uitkomstmaten zullen beter gestandaardiseerd moeten worden over de verschillende studies. Klinische implicaties: Het is belangrijk dat deze studie is uitgevoerd, omdat we zien dat er nog weinig bekend is over de mogelijke variabelen die kunnen voorspellen of iemand een succesvolle behandeling zal ondergaan. Zodra we deze variabelen kunnen vastleggen, kunnen we betere, persoonlijke en op maat gemaakte behandelingen ontwikkelen. Wij hopen dat we hiermee nog effectievere, kosteneffectieve en minder intensieve behandelingen kunnen ontwikkelingen voor jongeren met agressie problematiek. Vervolg onderzoek: We hebben bij 150 jongeren met agressie problematiek data verzameld, die ook een Cognitieve Gedragstherapie hebben gehad (Aggression Replacement Training). In deze groep willen we gaan kijken of we variabelen kunnen vinden die mogelijke voorspellers zijn van behandelsucces. We zullen onder andere gaan kijken of de therapie beter werkt bij meisjes dan bij jongens, of juist niet werkt bij jongeren die heel impulsief zijn of niet gevoel zijn voor straffen of beloning.