Executieve functies in relatie tot Executieve functie Beschrijving Voorbeelden Wordt getraind door middel van: Taakinitiatie Moeite met direct aan het werk gaan, niet goed weten wat de eerste stap is. m.b.v. bijhouden van de vakken en proefwerk-tentamenplanner leren leerlingen per taak te kijken wat er allemaal moet gebeuren voor één taak. Planning/ prioritering De vaardigheid om een plan te maken om een doel te bereiken of een taak te voltooien. Het gaat er daarbij ook om dat de leerling in staat is beslissingen te nemen over wat belangrijk is en wat niet belangrijk is. Sommige leerlingen kunnen heel goed leuke dingen uitstellen om hun huiswerk te doen of kunnen meteen beginnen met hun huiswerk. Andere leerlingen vinden het moeilijk om zich los te rukken van iets leuks (sms’en, FB) om aan het werk te gaan en stellen hun huiswerk zo lang mogelijk uit. Sommige leerlingen vinden het makkelijk om uit te zoeken hoe ze een werkstuk moeten aanpakken of om te bedenken hoe ze geld kunnen sparen voor iets wat ze graag willen hebben. Andere leerlingen hebben geen idee waar ze moeten beginnen of hoe ze een plan moeten maken, of willen dure dingen maar weten niet hoe ze daarvoor moeten sparen. Sommige leerlingen maken hun huiswerk of doen huishoudelijke klusjes zonder dat hun ouders hoeven aan te dringen, terwijl andere leerlingen ergens mee beginnen maar het niet afmaken, tenzij iemand hen daarbij helpt. Sommige leerlingen hebben een kort lontje. Ze zijn snel gefrustreerd door kleine dingen of worden prikkelbaar als iets niet goed loopt. Andere leerlingen blijven, ook als ze geïrriteerd zijn, rustig en nemen de dingen zoals ze komen. Aandacht richten Je aandacht op iets richten betekent dat je prikkels en volhouden. kunt indelen naar belangrijkheid en je dan kunt richten op de meest relevante. Aandacht volhouden is, zeker bij saaie taken erg moeilijk. Deze kinderen herken je aan snel afgeleid zijn, maar ook aan het afraffelen van hun werk. Emotieregulatie. Het vermogen om emoties te reguleren om doelen te realiseren, taken te voltooien of gedrag te controleren. Sommige kinderen hebben moeite om hun emoties te beheersen. Ze worden er als het ware door overspoeld. Stap voor stap werken leerlingen naar een totaalplanning, prioriteiten stellen gaat hieraan vooraf. Door eigen leerblok (maximale concentratietijd) in te zetten lukt het beter de aandacht een paar keer vast te houden, dan wanneer je te lang achter elkaar huiswerk maakt. In de training is ruimte voor de relatie tussen emoties (bijvoorbeeld faalangst), gedachten en gedrag. Door positiever over jezelf te (leren) denken, kun je ook makkelijker studeren. 1 Executieve functies in relatie tot Werkgeheugen. Met het werkgeheugen kun je informatie letterlijk bewerken. Het werkgeheugen regelt de informatiestromen in je geheugen. Het bepaalt wat nu relevant is, wat later en wat meteen overboord kan. Het zorgt er ook voor dat informatie uit het lange termijn geheugen op het juiste moment beschikbaar is. Het werkgeheugen draagt dus bij aan de organisatie van je kennis en de bereikbaarheid er van. Dit heeft grote impact op je schools presteren. Sommige leerlingen onthouden waar ze hun spullen hebben gelaten, zoals hun jas, sleutels, sportspullen, of kunnen heel goed onthouden wat ze moeten doen. Andere leerlingen vergeten waar ze hun spullen laten, raken dingen vaak kwijt of zeggen: ‘Ik doe het later wel’, maar vergeten het dan te doen. Sommige leerlingen lijken te leren van hun ervaringen, anderen niet. Reactie (of respons)inhibitie Het vermogen om na te denken voor je iets doet. Deze “rem” zorgt ervoor dat je gedrag kunt inhouden, onsuccesvol gedrag kunt stoppen en je kunt verzetten tegen afleidende prikkels, zelfs als die leuker zijn. Je inhibitie heb je dus nodig om te kunnen leren, maar ook in de omgang met anderen heb je deze rem nodig. Flexibel omgaan met veranderingen en tegenslag. Dit vermogen stelt je in staat om van aanpak te wisselen als de omstandigheden veranderen of als je merkt dat je aanpak niet succesvol is. Kinderen met een (zeer) gebrekkige cognitieve flexibiliteit raken ernstig van slag als je onverwachte dingen doet in je klas. Wordt ook vaak genoemd als executieve functie. Kinderen die hier niet goed in zijn, schatten de tijd die ze voor hun (huis)werk nodig hebben totaal verkeerd in. Deze tijd schatten ze te kort, terwijl ze hun vrije tijd als veel te lang inschatten. Tijd inschatten, verdelen en deadlines halen. Sommige leerlingen denken na over de gevolgen voordat ze iets doen. Andere leerlingen doen het gewoon – ze verspillen geen tijd aan nadenken over de mogelijke gevolgen. Cognitieve flexibiliteit. Time management. Kennis over werking brein versterkt het juiste gebruik van het werkgeheugen. Vijf keer herhalen om informatie naar je langetermijngeheugen te verplaatsen, combineren van zintuigen om geheugen te versterken, inzet van kleur om beide hersenhelften tijdens het leren goed in te zetten en te benutten (leerkaartjes en mindmaps) Overzicht en structuur biedt rust. Onderwerpen als motivatie en doelen stellen helpen je sterker te worden om verleiding te weerstaan en toch eerst aan je huiswerk te gaan. Sommige leerlingen ‘go with the flow’ en passen zich redelijk makkelijk aan als plannen wijzigen. Andere leerlingen plannen vooraf in hun hoofd hoe iets zal gaan en raken overstuur als het niet gaat zoals gepland. Overzicht en inzicht in je week en huiswerk laat ook de ruimte zien waarin je flexibel kunt zijn en dingen kunt aanpassen. Sommige leerlingen zijn altijd op tijd op school en hebben hun huiswerk op de afgesproken tijd af. Andere leerlingen zijn stelselmatig te laat, moeten zich ontzettend haasten om een deadline te halen of lijken altijd tijd tekort te komen voor hun huiswerk. Belangrijk onderdeel, loopt door de hele cursus heen, leerblokken, vakken bijhouden, toetsen plannen, overzicht, inzicht en bewustwording van tijd en taken! 2 Executieve functies in relatie tot Organisatie. Doelgericht gedrag. Metacognitie Informatie en materialen ordenen. Hoe pak je de voorbereiding van een toets of werkstuk aan? Hoe ga je om met huiswerk voor meerdere vakken voor de volgende dag? Sommige leerlingen hebben hun schriften en rugzak op orde, kunnen spullen gemakkelijk vinden en leggen dingen op hun specifieke plaats terug als ze ermee klaar zijn. Andere leerlingen kunnen aantekeningen niet meer terugvinden, omdat hun schriften of rugzakken een grote chaos zijn. Of ze laten spullen rondslingeren in huis (of zelfs in het huis van iemand anders). Het vermogen om een doel te formuleren, dat te Sommige leerlingen zijn bereid om leuke realiseren en daarbij niet afgeleid of afgeschrikt te dingen uit te stellen om worden door tegengestelde belangen. langetermijndoelen te verwezenlijken en weten hoe ze een obstakel moeten omzeilen dat hun doel in de weg staat. Andere leerlingen leven volgens het adagio: ‘Je bent maar één keer jong’ of geven het op als hen iets hindert. Een stapje terug doen om jezelf en de situatie te Sommige leerlingen hebben oog voor de overzien en te evalueren, om te bekijken hoe je een reacties van anderen op hun gedrag of probleem aanpakt; het gaat daarbij om ideeën. Bij andere leerlingen gaat alle zelfmonitoring en zelfevaluatie. (door je aandacht uit naar het overtuigen van de bijvoorbeeld af te vragen: ‘Hoe breng ik het ervan ander; ze merken feedback van anderen af?’ of ‘Hoe heb ik het gedaan?’). mogelijk niet op. Door inzicht in hoe lang taken duren lukt het beter om huiswerk te organiseren. Door te werken met leerblokken wordt tijd beter verdeeld over de verschillende vakken. Zie ook overzicht. Wordt gestimuleerd door te praten over motivatie en doelen stellen. Als je echt graag iets wilt, ben je bereidt om ervoor te gaan. Tijdens de cursus wordt wekelijks besproken hoe e.e.a. is gegaan, hoe ging het tijdens een toets, zag je je mindmap en kaartjes voor je, had je voldoende herhaald, was je voorbereiding voldoende. Zie ook zelfinzicht. Let op, deze lijst bevat een overzicht van executieve functies en het raakvlak dat deze hebben met de cursus “Snel leren = leuk leren”. Tijdens de cursus oefen je met een aantal van bovenstaande executieve functies, dit wil dus niet zeggen dat je met de vaardigheden uit de cursus de executieve functies ook echt aanleert. Dit vereist aparte specialisatie! 3