PPT Zintuigen - Kiwi Biologie

advertisement
 Verdeling over het lichaam
 Prikkel
 Verandering in je omgeving
 Zien van de klok
 Geur van de soep
 Voelen van de temperatuur
 Adequate prikkel
 Niet-adequate prikkel
 Zintuigcel
 Zet prikkel om in impuls
 Prikkel niet groot genoeg?
 Zintuigcel geeft geen impuls door
 Langdurig dezelfde prikkel?
 Gewenning, de drempelwaarde wordt hoger
Het oog (1)
 Oogspieren
 Netvlies
 Glasachtig lichaam
 Hoornvlies
 Iris
 Ooglens
 Gele vlek
 Blinde vlek
 Oogzenuw
Het oog (2)
 Convergeren
 Divergeren
 Voorwerpafstand (v)
 Brandpunt (F)
 Omgekeerd beeld (b)
 Scherp beeld wanneer:
 Niet alle ogen zijn
hetzelfde
 Boller
 Platter
 Convergerende of
divergerende
werking van
lenzen
 Truc met een klein
gaatje
 Holle lenzen
 Divergeren
 Bijziend
 Bolle lenzen
 Convergeren
 Verziend
Bijziend
 Oog te diep
 Beeld valt voor het
netvlies
 Van dichtbij wel scherp
zien
 Negatieve (-) lens
(holle lens)
Verziend
 Oog niet diep genoeg
 Beeld van achter het
netvlies
 Van veraf wel scherp zien
 Positieve (+) lens
(bolle lens)
 Kan ook ontstaan door
ouderdom. Lenzen
minder elastisch.
Bioplek
 Ganglioncellen
 Bipolaire




cellen
Horizontale
cellen
Staafjes
Kegeltjes
Inval van het
licht.
 Golflengte
 Gevoeligheid
 Kleurenspectrum
 Spectrum tussen
blauw en groen. Geen
rood!
 Waargenomen als grijs.
 Lage drempelwaarde
 Parabolisch
voor staafjes.
 Gele vlek.
 Blinde vlek.
 Paralaxe beeldvorming
 Kruising oogzenuwen
 Chiasma Opticum
 Net onder de hyopfyse.
 Opperhuid
 Hoornlaag
 Kiemlaag
 Snelle celdeling
 Lederhuid
 Zenuwen
 Drukzintuig
 Onderhuidse
bindweefsel
 Epidermis
 Waar komt de tatoeage inkt?
 Waar zit het pigment?
 Albinsine
 Roodharige
 Melatocyten
 Geurmoleculen
 Neusholte
 Geurreceptoren
 Glomerulus
 Verwerking
prikkels naar
impulsen
 Orgaan van Jacobson
 Slangen en sommige andere
reptielen
 vomeronasal organ
 Gericht op dierlijke geuren
(prooi)
 Wat is smaak?
 Waarom verschilt het
zo?
 Samenwerking tussen de
neus en de tong.
 Gevoeligheid van de
tong.
Basis
Beter
 Frequentie (Hz)
 Slakkenhuis
 Halfcirkelvormige kanalen
 Registreert bewegingen van het hoofd
 Bevatten een vloeistof
 Vloeistof druk op bepaalde plekken
tegen haartje
 Er ontstaat een impuls
 Onderzoek met vissen
en magneten
 Locale prikkeling
Waar?
Werking
?
In ovaal en rond blaasje
Principe steunt op
zwaartekracht: werkt in
op kalkkristallen
Kristallen drukken op de
wimpers van de
zintuigcellen
Prikkeling zintuigcellen
Impuls doorgeven naar
hersenen via zenuwen
In de verbreding van de
halfcirkelvormige kanalen
Principe steunt op traagheid
Bij beweging hoofd: vloeistof blijft
achter op de verplaatsing van de
wand
Ampullaorgaan buigt af in bepaalde
richting
Prikkeling zintuigcellen
Impuls doorgeven naar
hersenen via zenuwen
Download