ING Investment Office Publicatiedatum: 16 januari 2016, 10.20 uur Rentevisie januari 2017 Een iets aantrekkende economische groei, hogere inflatie(verwachtingen) en een minder stimulerend beleid van centrale banken leiden tot oplopende rentes. Wat betekent dit voor obligatiebeleggers? Einde aan historisch lage rentes... ... zoals we die misschien nooit meer zullen zien Steeds meer positieve signalen over groei wereldeconomie sinds zomer 2016 In onze Rentevisie-update van april 2016 voorspelden we al dat de rentes iets zouden gaan oplopen - maar daar leek het op dat moment nog niet op. Zorgen over de economische groei, politieke onrust (onder andere het brexitreferendum) en toenemende twijfel aan het effect van het stimulerende beleid van de centrale banken leidden tot steeds lagere rentes. De voortdurende zoektocht van beleggers naar ‘veilige havens’ drukte veel belangrijke effectieve rentes onder de 0% en daarmee kreeg de al 35-jarige ‘bullmarkt’ van obligaties een ongekend vervolg. Aan het begin van de zomer werden in een aantal regio’s nieuwe historisch lage renteniveaus bereikt. In juni sloot de Duitse 10-jaarsrente, de graadmeter voor de kapitaalmarktrente in de eurozone, zelfs voor de eerste keer in de geschiedenis onder de 0%. Op dat moment waren er in de eurozone nog maar weinig staatsobligaties met een looptijd van langer dan 7 jaar die een positief effect rendement boden. Er werd in de markt steeds vaker over schaarste gesproken. Voor een belangrijk deel was dit terug te voeren op het obligatie-opkoopprogramma van de ECB (€ 80 miljard per maand), dat concurreerde met andere kopers. Op 8 juli sloot de Duitse 10-jaarsrente zelfs op minus 0,18%, een negatieve rente dus. Beleggers waren op dat moment bereid om de Duitse overheid te betalen om tien jaar op hun geld te passen. De Amerikaanse 10-jaarsrente daalde op die dag naar 1,36%, het laagste niveau ooit. We verwachten dat we deze niveaus voorlopig niet meer terug zullen zien, misschien wel nooit meer… Trump als katalysator Gedurende de zomermaanden bleef de Duitse 10-jaarsrente schommelen rond de 0%. Maar vanaf eind september liep de kapitaalmarkt iets op en deze steeg nog sterker na de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 8 november. De belangrijkste oorzaak van deze oplopende rente is dat er in de zomermaanden steeds meer meevallende cijfers over de wereldwijde economische groei kwamen. De ‘nee’-uitslag van Simon Wiersma is sinds 2009 Investment Manager bij het ING Investment Office. Hij werkte eerder als vermogensbeheerder, portefeuillemanager en beleggingsstrateeg. Simon heeft diverse beleggingsopleidingen afgerond en studeerde Commerciële Economie aan de Hogeschool Alkmaar. Amerikaanse groei 3,5% op jaarbasis in 3e kwartaal het brexitreferendum leidde niet tot de gevreesde duikeling van het consumentenvertrouwen en van economische indicatoren in het Verenigd Koninkrijk en daarbuiten. Het economisch momentum in de eurozone, de Verenigde Staten (VS) en ook in de opkomende markten (waaronder China) nam na de zomer juist toe. Een iets hogere rente was daarom een logisch gevolg. De rente wordt immers sterk bepaald door economische-groeivooruitzichten en inflatieverwachtingen. Als die percentages omhoog gaan, stijgt ook de rente. De verkiezing van Donald Trump als 45ste president van de VS werkte als een katalysator op de obligatiemarkt. Als de plannen voor de Amerikaanse economie die hij tijdens zijn verkiezingscampagne presenteerde, ook allemaal worden uitgevoerd, zullen die leiden tot een (nog) sterkere economische groei, een oplopende staatsschuld, een hogere inflatie en dus ook hogere rentes. En dat op een moment dat de Amerikaanse economie al prima draait. In het derde kwartaal bedroeg de groei van het bruto binnenlands product (bbp) 3,5% (kwartaal op kwartaal, omgerekend naar jaarbasis), de sterkste groei in de VS sinds het derde kwartaal van 2014. De Amerikaanse 10-jaarsrente steeg van 1,80% begin november naar nu iets onder de 2,4% (13 januari 2017). Dat is in reactie op sterk oplopende inflatieverwachtingen, sterke cijfers over de Amerikaanse economie en een verhoging van de beleidsrente door de Amerikaanse centrale bank, de ‘Fed’. Ontwikkeling Duitse en Amerikaanse 10-jaarsrente (%) Bronnen: Thomson Reuters Datastream, ING Investment Office (verwachtingen), 13 januari 2017. Duratie verkort In het kielzog van de Amerikaanse rentes liepen ook de rentes in de eurozone op. De Duitse 10jaarsrente steeg van 0% halverwege oktober naar nu rond de 0,3% (13 januari 2017). Deze opwaartse rentebeweging werd iets afgezwakt na het besluit van de Europese Centrale Bank (ECB) begin december, om het huidige opkoopprogramma te verlengen van maart 2017 naar eind december 2017. Tegelijkertijd maakte de ECB bekend om vanaf april in plaats van €80 miljard per maand, €60 miljard aan obligaties te zullen opkopen. Aflossingen van eerder opgekochte obligaties en de uitgekeerde rente zullen herbelegd worden. Per saldo zal de ECB vanaf maart maandelijks iets minder dan €80 miljard blijven kopen. Verder liepen de renteverschillen tussen de kernlanden van de eurozone, waaronder Nederland en Duitsland, en de ‘perifere’ landen vanaf eind oktober weer wat op. De zorgen over de Italiaanse bankensector en de uitkomst van het Italiaanse referendum van begin december waren hiervoor de belangrijkste aanleiding. Daarop anticiperend, hebben we in de beleggingsstrategieën van ING begin oktober de ‘overweging’ in staatsobligaties uit de periferie van de eurozone verminderd naar een neutrale weging. De vrijkomende middelen hebben we herbelegd in staatsobligaties uit de eurozone met een korte ‘duratie’ (gemiddelde resterende looptijd). Deze zijn minder gevoelig voor veranderingen van de rente. Al eerder, in juli, hadden we een belangrijk deel van de ‘gewone’ beleggingen in eurostaatsobligaties al geruild naar een variant met een korte duratie. Hierdoor is het koersverlies door rentestijging op dit obligatiedeel van de beleggingsstrategieën beperkt gebleven. Verder zijn we al langere tijd belegd in inflatiegekoppelde obligaties (‘inflation-linked bonds’) die profiteren van een hogere rente bij oplopende inflatieverwachtingen. Nog iets hogere rentes verwacht... We verwachten dat de Amerikaanse rentes in 2017 nog iets verder zullen oplopen. Bij de beleidsvergadering van de Fed van medio december is duidelijk geworden dat de opwaartse druk op de inflatie in de VS zal toenemen door de steeds krappere arbeidsmarkt en de stimuleringsplannen van Trump. Uit de notulen van die Fed-vergadering valt af te leiden dat de bestuurders nu gemiddeld drie renteverhoging verwachten volgend jaar: naar tussen de 1,25% en 1,50%. Eerder waren dat er nog twee. Dit geeft opwaartse druk op de korte rentes. Ook wij hebben onze verwachtingen aangepast: de bandbreedte voor onze verwachting van de Amerikaanse 10-jaarsrente (halverwege 2017) hebben we verhoogd van tussen de 2%-2,6% naar tussen de 2,4%-3%. Dit betekent dat deze na de flinke stijging in de afgelopen maanden (en gerekend vanaf het huidige niveau van rond de 2,6%) nog iets kan oplopen. De groei- en inflatieverwachtingen voor de VS zijn al flink opwaarts bijgesteld, maar de hogere olieprijs en sterk stijgende lonen vormen een ‘risico aan de bovenkant’ (extra opwaartse druk op de rente). Tegenvallende groeicijfers en toenemende onzekerheid kunnen tot lagere rentes leiden. ... daarom onderweging staatsobligaties en korte duratie Negatieve rendementsverwachtingen staatsobligaties Sterk stijgende lonen verwachten we niet in de eurozone. Daarvoor is de werkloosheid nog te hoog. Wel zal de hogere olieprijs in combinatie met een zwakkere wisselkoers van de euro en een aantrekkende economie leiden tot iets hogere inflatie(verwachtingen). In dit scenario zal ook de speculatie op het terugschroeven van de stimulering door de ECB toenemen, met in eerste instantie hogere kapitaalmarktrentes (obligatierentes) als gevolg. We handhaven onze verwachting voor de Duitse 10-jaarsrente, de bandbreedte van tussen de 0,4% en 1% (halverwege 2017). Vooralsnog houden we dan ook vast aan de korte duratie van het vastrentende deel van de beleggingsstrategieën. Een iets oplopende rente, waarbij de koersen van staatsobligaties dus dalen, zal resulteren in een negatief rendement voor staatsobligaties uit de eurozone. We handhaven daarom onze onderweging van deze categorie in onze tactische vermogensverdeling. Hoewel we vanaf de huidige niveaus negatieve rendementsverwachtingen hebben voor staatsobligaties op 12-maandstermijn, blijven we toch deels in deze obligatiecategorie belegd. Staatsobligaties bieden namelijk als enige beleggingscategorie bescherming in tijden van crisis of grote onzekerheid op de financiële markten. Hoogrentende bedrijfsobligaties aantrekkelijkst Voor hoogrentende bedrijfsobligaties, ook wel ‘high yield bonds’ (HY) genoemd, was 2016 een erg goed jaar. Het is zelfs de best presterende beleggingscategorie, precies naar onze verwachting. Amerikaanse HY-obligaties hebben een rendement opgeleverd van ruim 17%. Europese HY-obligaties leverden ruim 9% op. Het herstel van de olieprijs had sterke invloed op HY-obligatiekoersen. Een belangrijk deel van de Amerikaanse HY-obligaties wordt namelijk uitgegeven door oliegerelateerde bedrijven. De scherpe daling van de olieprijs tot halverwege februari had daarom een sterk negatief effect op de koersen en het rendement van HY. Een groot aantal bedrijven uit de energiesector ging als gevolg van de lage olieprijs failliet, waardoor vooral de koersen van Amerikaanse HY-obligaties onder druk kwamen. Sindsdien is de olieprijs, mede door een aantrekkende vraag en het besluit van de OPEC om minder te produceren, sterk hersteld. Dit heeft geleid tot een fors koersherstel van HY-obligaties. Daarnaast zijn in Europa veel beleggers, in hun zoektocht naar ‘direct’ rendement (zoals rente) opgeschoven van eersteklas debiteuren (‘investment grade credits’, IGC) naar HY. Door het opkoopprogramma van de ECB zijn de risicopremies op IGC (de ‘spreads’: renteverschillen ten opzichte van ‘veilige’ staatsobligaties) sterk gedaald en vinden we IGC veel minder aantrekkelijk Hogere bedrijfswinsten dan HY. We verwachten dat de grondstoffenprijzen de komende maanden zullen stabiliseren en de aantrekkende economische groeien zal leiden tot hogere omzetten en bedrijfswinsten. Hierdoor zullen veel minder bedrijven die HY-obligaties uitgeven, failliet gaan dan nu door de markt wordt ingeprijsd. Het gemiddelde effectieve rendement op HY bedraagt nog zo’n 6,2%. We verwachten voor 2017 een totaalrendement op deze obligatiecategorie van 6%. De inkomsten uit couponnen (de rentebetalingen) zullen naar verwachting veel hoger zijn dan het koersverlies als gevolg van iets hogere rentes. Vooralsnog houden we dan ook vast aan een overweging van HY in onze tactische assetallocatie. Behaalde indexrendementen per categorie in 2016 (t/m 31/12) De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Er is geen rekening gehouden met service fee. Deze moet in mindering worden gebracht op het rendement. Bron: Thomson Reuters Datastream, 13 januari 2017. Getoonde indices High Yield VS (USD): BofA ML HY Master II Index, High Yield eurozone: BofA ML Euro High Yield, obligaties opkomende markten: J.P. Morgan EMBI Global Diversified Composite (USD), bedrijfsobligaties: Citigroup EUROBIG Corporate Index, staatsobligaties: Citigroup EMU GBI All Maturities Index (EUR). Bron: Thomson Reuters Datastream, 13 januari 2017. Weging van bedrijfsobligaties blijft neutraal Koerswinsten IGC door aankopen ECB Een lagere rente en lagere risicopremies hebben het afgelopen jaar, net als bij HY, geleid tot prima rendementen voor bedrijfsobligaties van eersteklas debiteuren (‘investment grade credits’, IGC). De sterke performance werd mede veroorzaakt door de ECB. Deze is sinds juni namelijk actief bedrijfsobligaties in de eurozone aan het opkopen, zo’n €20 miljard per maand. De hierdoor ontstane extra vraag is maar gedeeltelijk gecompenseerd door extra aanbod. Als gevolg hiervan zijn de spreads op IGC laag gebleven. Vlak na het brexitreferendum liepen de spreads op IGC even sterk op, onder aanvoering van obligaties van financiële instellingen. De angst voor de negatieve gevolgen van een brexit was op dat moment groot. Die angst bleek echter maar van korte duur. Van juli tot september daalden de spreads weer om vervolgens weer iets op te lopen. Op dit moment is de risicopremie licht lager dan aan het begin van het jaar. In maart hebben we de weging van IGC al verlaagd van overwogen naar neutraal door de verkoop van onze positie in ‘covered bonds’ (obligaties met onderpand, pandbrieven). We hanteren vooralsnog een neutrale weging voor ICG. In 2017 verwachten we voor IGC een totaalrendement van rond de 0%. Spreadontwikkeling* obligatiecategorieën (%) HY EMD HC IGC *) Spread: risico-opslag in markrente ten opzichte van de rente op ‘veilige’ staatsobligaties (zoals Duitse) met dezelfde resterende looptijd. Bron: Bloomberg, 21 december 2016. Goed jaar voor EMD… Afnemende zorgen over de economische groei van China en die van de opkomende markten in het algemeen, een herstel van de grondstoffenprijzen en een iets zwakkere wisselkoers van de dollar tegenover valuta’s van opkomende markten waren tot de Amerikaanse presidentsverkiezingen op 8 november de belangrijkste ingrediënten voor de goede rendementen van obligaties uit opkomende markten (‘emerging markets debt’, EMD). Vooral obligaties uit opkomende markten in lokale valuta’s (‘local currencies’, LC) stonden tot dat moment op een ruime dubbelcijferig winstpercentage. De J.P. Morgan Global Bond Index Emerging Markets Global Diversified Composite Unhedged, die het rendement weergeeft van een mandje van EMD LC-obligaties, stond op 8 november op een winst van 16,2% (in USD). Obligaties uit opkomende markten in harde valuta’s (‘hard currencies’, HC) stonden op dat moment ook op een mooie winst door lagere risicopremies en een lage kapitaalmarktrente in de VS. De J.P. Morgan EMD Index Global Diversified, bestaande uit een mandje van staatsobligaties uit opkomende markten uitgegeven in USD, stond op 8 november op een winst van bijna 14%. …maar verliest wat glans na Trump Vanaf 9 november werd de stemming echter gedrukt. De plannen van de aanstaande president Donald Trump worden gezien als zeer negatief voor de opkomende markten. Trump presenteerde in zijn verkiezingscampagne immers handelsbeperkende maatregelen en opperde zelfs importheffingen voor sommige producten uit andere landen. Met andere woorden: protectionistische maatregelen die de groei van de Amerikaanse economie zullen bevorderen maar een negatieve invloed hebben op de wereldhandel. Tegelijkertijd zal de inflatie in de VS, en daarmee de rente, verder oplopen, wat leidt tot een sterkere dollar. Beleggers reageerden na de verkiezingsuitslag op 9 november als door een wesp gestoken. De Amerikaanse rente steeg, de dollar werd sterker en (onder andere) de koersen van obligaties uit opkomende markten lagen onder druk. Een deel van de winst van 2016 ging daarmee verloren. Sindsdien zijn de markten van obligaties uit opkomende markten redelijk stabiel. De spreads op EMD HC zijn, na een scherpe stijging in november, weer wat gedaald en de valuta’s van een aantal opkomende markten zijn weer iets hersteld. Positieve vooruitzichten EMD Wij vinden de negatieve reactie op EMD na de overwinning van Trump overdreven. De fundamentele ontwikkelingen en de vooruitzichten voor opkomende markten zijn op dit moment prima. Naar verwachting zal het groeiverschil tussen de opkomende en de ontwikkelde markten voor het eerst sinds jaren weer toenemen. Of de protectionistische plannen van Trump door zullen gaan, en hoe deze er precies uit gaan zien, is nog maar de vraag. Het kan zomaar zijn dat er helemaal geen muur tussen de VS en Mexico gebouwd gaat worden. Verder zijn de hogere grondstoffenprijzen en iets lagere wisselkoersen van valuta’s uit opkomende markten helemaal niet zo slecht. Voor de meeste opkomende markten betekent een zwakkere valuta namelijk: een betere concurrentiepositie op hun export. Daarnaast hebben opkomende markten in de afgelopen jaren relatief minder schuldpapier uitgegeven in dollars en meer in lokale valuta’s, waardoor de ‘betaalbaarheid’ van de leningen minder in gevaar komt. Bovendien zijn in veel opkomende markten de ‘reële’ rentes (dus na aftrek van inflatie) nog best hoog, waardoor er ruimte is voor stimulerende maatregelen door de centrale banken. Sinds maart hanteren we een neutrale weging voor EMD in onze beleggingsstrategieën. We verwachten dat de grondstoffenprijzen en valuta’s uit opkomende markten verder zullen stabiliseren, waardoor de zorgen over de kredietwaardigheid, en daardoor de risicopremies op obligaties uit opkomende markten, verder zullen afnemen. Voor 2017 verwachten we rendement van 5% op EMD in harde valuta’s. Indices obligaties opkomende markten in harde en lokale valuta’s Oranje lijn: EMD HC; grijze lijn: EMD LC. Bron: Thomson Reuters Datastream, 13 januari 2017. Actief beleid We verwachten dat in 2017 de rentes op staatsobligaties uit de eurozone per saldo zullen oplopen. Dit zal echter geen rechte lijn zijn. Momenten van oplopende politieke spanningen en economische onzekerheid zullen ongetwijfeld leiden tot volatiliteit (koersbeweeglijkheid), ook op de obligatiemarkten. Een actief beleggingsbeleid is daarom noodzakelijk. We hebben de hoogste rendementsverwachtingen voor HY- en EMD-obligaties. Maar zoals altijd geldt dat (verwacht) rendement en risico onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. We zijn er daarom voorstander van om, ondanks de lage rendementsverwachtingen, altijd een belangrijk deel van een gespreide obligatieportefeuille met staatsobligaties in te blijven vullen. Dat doen we dan ook in onze beleggingsstrategieën. Door een actief duratiebeleid (looptijdenbeleid) en de aanvulling met obligatiecategorieën met een hogere rendementsverwachting streven we naar een rendement op de obligatiebeleggingen dat iets hoger ligt dan het rendement van een spaarrekening. Hierbij houden we vanzelfsprekend de risico’s nauwlettend in de gaten. Meer weten? Onze vooruitzichten voor de verschillende beleggingscategorieën kunt u vinden in ING Beleggingsvisie 2017 en onze actuele tactische assetallocatie staat in ons Maandbericht Beleggen. Disclaimer Deze beleggingsaanbeveling is opgesteld door Simon J. Wiersma, Investment Manager bij het ING Investment Office en is uitgebracht door ING Bank N.V. op 21 december 2016, 18.14 uur. De data en grafieken zijn geüpdatet op 16 januari 2017. Deze beleggingsaanbeveling behelst geen individueel beleggingsadvies maar slechts een algemene aanbeveling waarop beleggers hun beleggingsbeslissingen mede kunnen baseren en vormt geen uitnodiging tot het aangaan van welke overeenkomst of verbintenis dan ook. Aan deze beleggingsaanbeveling kunnen geen rechten worden ontleend. ING Bank N.V., noch enig andere rechtspersoon of onderdeel dat tot de ING Groep N.V. behoort, aanvaardt aansprakelijkheid voor enige schade in welke mate dan ook, voortvloeiend uit het gebruik van de bovenstaande beleggingsaanbeveling of de daarin opgenomen informatie. Ontwikkelingen die zich na het opstellen van deze beleggingsaanbeveling hebben voorgedaan, kunnen van invloed zijn op de juistheid van de in deze beleggingsaanbeveling gestelde feiten en verstrekte opinies. Door te klikken op deze link kunt u zien welke maatregelen ING neemt om belangenverstrengeling met betrekking tot aanbevelingen te voorkomen en te vermijden. Beleggen brengt risico’s met zich mee. De waarde van uw belegging kan fluctueren. U kunt uw gehele inleg kwijtraken. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. ING Bank N.V. is statutair gevestigd te Amsterdam, handelsregister nr. 33031431 en staat onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). ING Bank N.V. is onderdeel van ING Groep N.V.