Duurzame landbouw en bodembehoud Bodemgerichte beleidsmaatregelen Informatieblad nr. De eis grond in goede landbouw‑ en milieuconditie (GLMC) te houden Achtergrond In het Gemeenschappelijk landbouwbeleid bestaan randvoorwaarden voor rechtstreekse betalingen aan agrariërs. Deze hebben vele implicaties voor bodembehoud. De randvoorwaarden vormen een controleen sanctiesysteem, waarbij minder rechtstreekse betalingen worden uitgekeerd wanneer niet aan de normen op het gebied van milieu, volks-, dier- of plantengezondheid en dierenwelzijn wordt voldaan. Deze randvoorwaarden gaan over de eis grond in goede landbouw‑ en milieuconditie te houden (GLMC). Wat dit inhoudt wordt door lidstaten vastgesteld op nationaal of regionaal niveau op grond van een gemeenschappelijk kader. De randvoorwaarden zijn van toepassing op rechtstreekse inkomenssteun en de meeste milieubetalingen geldend onder Plattelandsontwikkeling. Deze randvoorwaarden gaan over het ‘basis‑ of referentieniveau’ voor vrijwillige milieumaatregelen in de landbouw (informatieblad nr. 9), op grond waarvan betalingen worden toegekend aan agrariërs die meer doen aan milieumaatregelen in de landbouw dan de verplichte eisen, waaronder de randvoorwaarden. Effect op bodemdegradatieprocessen De GLMC-eis heeft betrekking op een reeks normen die gaan over bescherming tegen bodemerosie, onderhoud van organische stof en bodemstructuur, het vermijden van de verarming van leefgebieden (habitats) en waterbeheer. Het zoveel mogelijk bedekt houden van de bodem en het in stand houden van terrassen dragen direct bij tot het voorkómen van bodemerosie, terwijl het benutten van gewasresten en vruchtwisseling gunstig zijn voor het organische stofgehalte van de bodem. Het tegemoetkomen aan beheerseisen die een goede kwaliteit van leefgebieden en water ten doel hebben, zoals het in stand houden van landschapskenmerken, het inrichten van bufferstroken langs waterlopen of het beschermen van leefgebieden kan watererosie beperken en bodembiodiversiteit waarschijnlijk bevorderen. Land dat permanent begroeid blijft met gras heeft het bijkomende voordeel dat de organische stof in de bodem blijft. Ten slotte helpt een verstandig gebruik van irrigatiewater verzilting en verzouting tegengaan. Over het algemeen hebben de randvoorwaarden het bewustzijn van bodemdegradatie bij agrariërs vergroot, en van de milieuredenen voor het invoeren van normen om deze te voorkómen. Bodembedekker tussen wijnranken die ook als groenbemester gebruikt wordt (Rheinland-Pfalz, Duitsland) (Bron: Geertrui Louwagie) 8 Informatieblad nr. 8: De eis grond in goede landbouw- en milieuconditie (GLMC) te houden Gemeenschappelijk kader voor het vaststellen van GLMC (Verordening (EG) 73/2009, Bijlage III) Aangelegenheid Bodemerosie: bodem beschermen door middel van passende maatregelen Organische stof in de bodem: het gehalte organische stof in de bodem handhaven door passende praktijken Bodemstructuur: de bodemstructuur in stand houden door passende maatregelen Minimaal onderhoud: zorgen voor een minimaal onderhoud en achteruitgang van leefgebieden (habitats) voorkómen Bindende normen Minimale bodembedekking Minimaal landbeheer op basis van de specifieke omstandigheden ter plaatse Stoppelbeheer op bouwland Verbod op het verbranden van stoppel (Finland) (Bron: Geertrui Louwagie) Normen voor vruchtwisseling Passend machinegebruik Instandhouding van landschapselementen, inclusief, in voorkómend geval, heggen, vijvers, greppels, bomenrijen, bomengroepen of geïsoleerde bomen, en akkerranden Het voorkomen van overwoekering van de landbouwgrond door ongewenste vegetatie Bescherming van blijvend grasland Waterbescherming en ‑beheer: bescherming van water tegen vervuiling en afspoeling, en beheer van het watergebruik Facultatieve normen Instandhouding van terrassen Een minimale veebezetting en/of een passend regime Vaststelling en/of behoud van leefgebieden Instelling van een rooiverbod voor olijfbomen Het in een goede groeitoestand houden van olijfgaarden en wijngaarden Het aanleggen van bufferstroken langs waterlopen Naleving van vergunningsprocedures wanneer voor het gebruik van water voor bevloeiingsdoeleinden een vergunning nodig is Bomenrij langs grasland (County Sligo, Ierland) (Bron: Geertrui Louwagie) Duurzame landbouw en bodembehoud Bodemgerichte beleidsmaatregelen Informatieblad nr. Succesverhalen De volgende maatregelen (gerelateerd aan de GLMC-normen) zijn succesvol gebleken bij het aanpakken van verschillende aspecten van bodemdegradatie. Tegen watererosie •Zo min mogelijk onbedekte bodem Op landbouwgrond en bosgrond met ondergroei dient tussen 15 november en 1 maart een groene bodembedekker te staan (aangeplant of spontaan), behalve tijdens voorbereidende werkzaamheden voor nieuwe gewassen (Portugal). •Passend beheer in overeenstemming met specifieke plaatselijke gesteldheid Op percelen met een groot bodemerosierisico is het niet toegestaan tijdelijke gewassen te telen of nieuw grasland aan te leggen, behalve op terrassen of terrein dat deel uitmaakt van overstromingsgebieden. Verbetering van natuurlijk permanent grasland is alleen toegestaan wanneer de bodem niet wordt bewerkt. Het planten van nieuwe vaste gewassen is alleen toegestaan in situaties die door de verantwoordelijke autoriteit technisch geschikt bevonden worden (Portugal). Op hellingen met duidelijke tekenen van erosie (zoals verspreid voorkomende geulen) is direct na het zaaien het tijdelijk afvoeren van water door middel van drainagegeulen vereist (Italië, in het bijzonder de ‘Provincia Autonoma Bolzano/Bozen’ en Calabrië). Tegengaan van verlies van organische stof en biodiversiteit in de bodem •Beheer van stoppelvelden In sommige lidstaten wordt deze norm ook toegepast op ander land dan akkerland en wordt ook het verbranden van gewasresten (stoppels, stro, dood gras, hooi) op grasland (natuurlijk of ingezaaid) en weidegrond (Italië, in het bijzonder de ‘Provincia Autonoma Bolzano/Bozen’ en Calabrië) of op alle landbouwland (Estland) verboden. Maatregelen die de bodemkwaliteit op landbouwgrond over het algemeen verbeteren •Agrariërs dienen een jaarlijkse ‘Bodembeschermingsevaluatie’ in te vullen, bestaande uit een eenvoudige inschatting van het risico van schade aan de bodemstructuur, verlies van organische stof en erosie, die herstelmaatregelen aangeeft (Engeland, Verenigd Koninkrijk). De evaluatie laat ruimte voor beheersopties die passen in plaatselijke omstandigheden en wordt jaarlijks herhaald om veranderde omstandigheden zichtbaar te maken. Bron: SoCo-onderzoek naar beleidsimplementatie in de EU en SoCo-gevalsstudies Meer informatie http://soco.jrc.ec.europa.eu Oeverbuffer (County Sligo, Ierland) (Bron: Geertrui Louwagie) 8 Informatieblad nr. 8: De eis grond in goede landbouw- en milieuconditie (GLMC) te houden Dit informatieblad is gebaseerd op de bevindingen van het project ‘Duurzame landbouw en bodembehoud’ (SoCo). Het maakt deel uit van een serie van tien informatiebladen over de drie belangrijkste onderwerpen van het project. De bladen behandelen de volgende onderwerpen: – Introductie: – Informatieblad nr. 1: Het verband tussen bodemdegradatie, bodemvriendelijke landbouwpraktijken en bodemgerichte beleidsmaatregelen; – Bodemdegradatieprocessen: – Informatieblad nr. 2: Watererosie en verdichting; – Informatieblad nr. 3: Afname van het organische stofgehalte; – Informatieblad nr. 4: Verzilting en verzouting; – Bodemvriendelijke bedrijfssystemen en -praktijken: – Informatieblad nr. 5: Landbouw voor bodembehoud; – Informatieblad nr. 6: Bodemvriendelijke grondbewerking; – Informatieblad nr. 7: Bodemvriendelijke agrarische infrastructuurelementen; – Bodemgerichte beleidsmaatregelen: – Informatieblad nr. 8: De eis grond in goede landbouw- en milieuconditie (GLMC) te houden; – Informatieblad nr. 9: Milieumaatregelen in de landbouw; – Informatieblad nr. 10: Landbouwvoorlichtingsdiensten. Alle SoCo-informatiebladen en projectrapporten zijn te downloaden via: http://soco.jrc.ec.europa.eu. Europese Commissie Landbouw en plattelandsontwikkeling © Europese Gemeenschappen 2009. Overneming met bronvermelding toegestaan. Mei 2009