PROVINCIE FLEVOLAND

advertisement
PROVINCIE
FLEVOLAND
BESLUIT INGEVOLGE ARTIKEL 110a, lid 2 en 3, VAN DE WET GELUIDHINDER TOT VASTSTELLING VAN
HOGERE WAARDEN VOOR DE GELUIDSBELASTING VAN BESTAANDE EN GEPROJECTEERDE WONINGEN TE
ALMERE VOOR DE VERBREDING VAN DE WATERLANDSEWEG.
1. Inleiding
De voorgenomen verbreding van de Waterlandseweg komt voort uit het project stedelijke bereikbaarheid
Almere (SBA). Binnen dit project hebben rijk, provincie Flevoland en gemeente Almere via een verkenning
een maatregelenpakket uitgewerkt gericht op het op peil houden van de bereikbaarheid van Almere in
verband met de schaalsprong van deze stad. De verbreding van de Waterlandseweg van 2x1 naar 2x2
rijstroken is onderdeel van het SBA. De provincie is verantwoordelijk voor de verbreding van de weg. In
2013 is voor de verbreding een verkenning uitgevoerd.
In het kader van het civieltechnisch en landschappelijk ontwerp van de verbreding van de Waterlandseweg
zijn de gevolgen onderzocht voor de geluidbelasting van bestaande en geprojecteerde woningen en
ligplaatsen voor woonboten binnen de wettelijke geluidzone van 400 meter aan weerszijde van de weg.
Ook is bij de bestaande woningen aan het Kooibos en bij de woonboten aan de Weteringkade de actuele
geluidbelasting bepaald door middel van geluidsmetingen. Deze geluidsmetingen moet worden beschouwd
als een facultatieve aanvulling op het verplichte akoestisch onderzoek dat door middel van berekeningen
is uitgevoerd. De resultaten van de geluidsmetingen hebben voor het onderhavig besluit geen betekenis.
Conform de Wet geluidhinder (Wgh) is akoestisch onderzoek uitgevoerd ter bepaling van de actuele en de
toekomstige geluidbelasting in 2030. Uit dit onderzoek blijkt dat bij 1 bestaande woning op het terrein
van de Kemphaan en bij de geprojecteerde woningen in het plangebied Overgooi de toename van de
geluidbelasting 2 dB of meer bedraagt en dat hier sprake is van een reconstructie in de zin van de Wgh.
Gedeputeerde Staten kunnen in deze situatie op grond van de Wgh hogere grenswaarden vaststellen indien
toepassing van maatregelen, gericht op het terugbrengen van de geluidbelasting onvoldoende doeltreffend
zijn dan wel overwegende bezwaren ontmoeten van stedenbouwkundige, verkeerskundige,
vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard. Dit besluit voorziet in de vaststelling van hogere
grenswaarden.
2, De akoestische gevolgen van de verbreding van de weg
Ten behoeve van de beoordeling van de gevolgen van de verbreding van de Waterlandseweg is conform
artikel 99 van de Wgh en overeenkomstig het Reken- en meetvoorschrift geluid 2012, akoestisch
onderzoek uitgevoerd ter bepaling van de actuele en de toekomstige geluidbelasting in 2030.
Dit onderzoek is uitgevoerd door Adviesbureau SPA Ingenieurs. De resultaten van het onderzoek staan in
het rapport "Wijziging Waterlandseweg N305 in Flevoland - Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Wet
geluidhinder" met projectnummer 21520379.R01 dd. 8 januari 2016 (hierna: het akoestisch onderzoek).
Dit rapport vormt de basis van het onderhavige besluit.
De actuele en toekomstige geluidbelasting is bepaald voor de volgende locaties (zie kaart):
a. bestaande ligplaatsen voor woonboten Weteringkade;
b. bestaande (bedrijfs-) woningen Kemphaanweg 14 en Kemphaanpad 14;
c. bestaande woningen aan het Kooibos;
d. geprojecteerde woningen in het plangebied Overgooi;
e. geprojecteerde bedrijfswoning behorende bij een toekomstige manege in de bestemming
"Agrarisch" van het plangebied Overgooi;
f. geprojecteerde woningen en ligplaatsen voor woonboten in het plan ECU-dorp dat valt binnen de
grenzen van het Omgevingsplan Oosterwold.
HB 1907264
PROVINCIE
FLEVOLAND
Locatie a
Locatie b
Locatie e. |
Locatie c
Locatie d.
Lo:at-e
3. Juridisch kader
De wijzigingen aan een bestaande weg kunnen invloed hebben op het akoestische klimaat van (bestaande)
geluidsgevoelige bestemmingen. Op grond van de Wgh worden woningen en ligplaatsen voor woonboten
hierbij als gelijkwaardige geluidgevoelige bestemmingen beschouwd. De bescherming van deze
bestemmingen wordt geregeld in afdeling 4 "Reconstructies" van hoofdstuk VI "Zones langs wegen" van de
Wgh.
Voor een wijziging aan een bestaande weg kent de Wgh de voorwaarden:
• dat het een fysieke wijziging aan de weg moet betreffen;
• dat door de wijziging er in het toekomstig maatgevende jaar (minimaal 10 jaar na realisatie) en
zonder het treffen van maatregelen, een significante (minimaal 2 dB) toename van de
geluidsbelasting moet ontstaan. Deze laatste voorwaarde geldt per geluidsgevoellge bestemming.
Indien er aan beide voorwaarden wordt voldaan dan is er sprake van een reconstructie in zin van de Wgh
(artikel 1) en gelden er regels voor de toename van de geluidsbelasting. Voor de woningen en voor de
ligplaatsen van woonboten waar sprake Is van een reconstructie geldt op grond van artikel 100, lid 1, Wgh
voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting de norm van 48 dB Lden. Artikel 100a Wgh biedt de
mogelijkheid voor de ter plaatse ten hoogste toelaatbare geluidbelasting een hogere waardevast te
stellen. Op grond van artikel 100a, lid 1, is de verhoging van de bestaande geluidbelasting toelaatbaar tot
maximaal 5 dB.
4, Afbakening van het besluit
Uit het akoestisch onderzoek blijkt dat de gevolgen van de verbreding van de Wateirlandsev/eg niet voor
alle onderzochte locaties leidt tot een reconstructie in de zin van de Wgh. De toename van de
geluidbelasting bij de (geprojecteerde) ligplaatsen voor woonboten aan de Weteringkade en in het ECUHB 1907264
PROVINCIE
FLEVOLAND
dorp bedraagt minder dan 1,5 dB en afgerond minder dan 2 dB. Bij de woningen aan het Kooibos en de
woning Kemphaanpad 14 voldoet de toekomstige geluidbelasting aan de voorkeurswaarde van 48 dB Lden.
Het onderhavig besluit heeft dan ook geen betrekking op deze locaties.
Bij de volgende locaties is wel sprake van een reconstructie:
Locatie b. bestaande woning kemphaanweg 14;
Locatie d. geprojecteerde woningen in het plangebied Overgooi;
Locatie e. geprojecteerde bedrijfswoning behorende bij een toekomstige manege in de bestemming
"Agrarisch - Stadslandbouw" in het plangebied Overgooi.
5. De procedure
Voor de verbreding van de Waterlandseweg hebben Gedeputeerde Staten voor de woningen waar sprake is
van een reconstructie in de zin van de Wgh, op grond van artikel 110a, lid 3 en lid 7 van de Wgh, een
procedure gestart voor de vaststelling van hogere grenswaarden voor de ten hoogst toelaatbare
geluidbelasting als bedoeld in artikel 100a van de Wgh.
Op dit besluit is op grond van artikel 110c van de Wgh, de in afdeling 3.4 van de Algemene wet
bestuursrecht geregelde procedure van toepassing. Het onderhavige besluit heeft in ontwerp in de periode
van 25 februari tot 8 april 2016 ter inzage gelegen. Het ontwerpbesluit is voor 25 februari 2016
toegestuurd aan de bewoners van de woning Kemphaanweg 14 en de gemeente Almere. Deze
belanghebbenden zijn hierbij uitgenodigd om hun eventuele zienswijze te geven. Het ontwerpbesluit is
tevens gepubliceerd in een huis-aan-huisblad.
Naar aanleiding van het ontwerpbesluit zijn er geen zienswijzen ingediend.
6. Overwegingen
In artikel 110a van de Wgh en volgende wordt aangegeven onder welke voorwaarden hogere grenswaarden
kunnen worden verleend. Er kunnen uitsluitend hogere grenswaarden worden vastgesteld indien
toepassing van maatregelen, gericht op het terugbrengen van de geluidbelasting onvoldoende doeltreffend
zijn dan wel overwegende bezwaren ontmoeten van stedenbouwkundige, verkeerskundige,
vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard.
Om de geluidbelasting vanwege een weg te beperken, kunnen de volgende maatregelen worden getroffen:
•
maatregelen aan de bron door middel van het toepassen van een geluidarm wegdektype of
verlaging van de rijsnelheid;
• maatregelen in het overdrachtsgebied (tussen bron en ontvanger) in de vorm van een geluldscherm
of grondwal.
In het kader van het akoestisch onderzoek is bepaald met welke geluidreducerende maatregelen de
toename van de geluidbelasting zou kunnen worden voorkomen.
Bronmaatregelen
Een mogelijke bronmaatregel is de toepassing van geluidreducerend asfalt (GRA). De toepassing van GRA
stuit echter op bezwaren. Uit ervaring blijkt dat de levensduur van GRA de helft minder bedraagt dan
regulier dichtasfaltbeton namelijk 7 jaar in plaats van 15 jaar. GRA zou nodig zijn over een lengte van 4
kilometer. Vanwege de geringe levensduur van het beschikbare GRA bestaan hier tegen financiële
bezwaren.
Een verlaging van de geluidbelasting kan ook worden bereikt door verlaging van de rijsnelheid. In het
kader van de verkenning heeft de keuze van de maximale rijsnelheid van 80 km/h (en niet 100 km/h) veel
aandacht gehad. Voor de functie van de Waterlandseweg als regionale stroomweg is (plaatselijke)
verlaging van de maximum rijsnelheid niet aanvaardbaar. De Waterlandseweg is in de Nota Mobiliteit
Flevoland benoemd als regionale stroomweg type II (dubbelbaans autoweg). Ten aanzien van de vertaling
naar kenmerken wordt in tabel 7.1 van de Nota aangegeven dat hierbij feitelijk een maximumsnelheid van
100 km/h van toepassing is. Op basis van bestuurlijke besluitvorming tijdens de verkenning Is de
HB 1907264
PROVINCIE
FLEVOLAND
Waterlandseweg als gebiedsontsluitingsweg getypeerd met een snelheidslimiet van 80 km/h. Een verdere
verlaging van de maximum snelheid van 80 km/h stuit op verkeerskundige bezwaren.
Conclusie: De toename van de geluidbelasting blijkt niet door middel van bronmaatregelen te voorkomen.
Tegen de aanleg van GRA of een verlaging van de snelheid bestaan financiële en verkeerskundige
bezwaren.
Overd rachtsmaatregelen
De geluidbelasting van de omliggende (geprojecteerde) woningen kan in theorie worden verlaagd door de
plaatsing van geluidschermen. Voor de woning Kemphaanweg 14 is de aanleg van een geluldscherm in
principe een doeltreffende oplossing. Echter een geluldscherm voor deze woning stuiten op financiële
bezwaren. De kosten van het benodigd geluldscherm met een lengte van 180 meter en hoogte van 3 meter
wordt geraamd op 450.000 euro. Vanwege de geringe ruimte tussen de weg en de aanwezige
parkeervoorziening is de aanleg van een goedkopere geluidswal niet mogelijk.
Voor de geprojecteerde woningen in Villapark Overgooi kan met een geluldscherm met een lengte van
ruim 1.200 meter en hoogte van 2 meter strak langs de weg, de toename van de geluidbelasting op de
onderste bouwlagen worden voorkomen. Omdat het bestemmingsplan Villapark Overgooi royale
bebouwingsmogelijkheden voor woningen biedt, tot 15 meter hoogte, kan met een geluldscherm niet
worden voorkomen dat de geluidbelasting op hogere bouwlagen meer bedraagt dan de voorkeurswaarde
van 48 dB Lden. Dit maakt dat een geluidswal/-scherm niet doeltreffend is. Bij de uitwerking van het
civieltechnisch en landschappelijk ontwerp van de verbreding van de weg bleek, dat de realisatie van een
geluidswal civieltechnische de nodige maatregelen vraagt om bodeminstabiliteit te voorkomen. Deze
maatregelen verhogen de kosten. Verder bleek de aanleg van een geluidswal of -scherm op korte afstand
langs de weg niet landschappelijke te zijn in te passen.
Op grond van het vigerende bestemmingsplan Villapark Overgooi kan de bedrijfswoning behorende bij de
manege in de strook tussen weg en geprojecteerde woningen met de bestemming "Agrarisch Stadslandbouw" op iedere locatie worden gerealiseerd. Vooruitlopend op een locatie keuze voor de
woning zou langs de gehele lengte van de bestemming een geluidafschermende voorziening moeten
worden aangebracht. De aanleg van een scherm ten behoeve van deze bedrijfswoning wordt niet
doeltreffend geacht.
Conclusie: De toename van de geluidbelasting blijkt niet door middel van overdrachtsmaatregelen te
voorkomen. De toepassing van een geluidsscherm of -wal is bij de geprojecteerde woningen in villapark
Overgooi niet doeltreffend. Voor beide locaties waar sprake is van een reconstructie stuit de toepassing
van geluidschermen op financiële en landschappelijke bezwaren.
Maatregelen ter beperking van de geluidbelasting in bestaande woningen
Op grond van artikel 112 Wgh mag de geluidbelasting in een woning waarvoor een hogere grenswaarde
wordt verleend niet meer bedragen dan 33 dB Lden. Na vaststelling van de hogere grenswaarde zal de
provincie aanvullend onderzoek laten uitvoeren ter bepaling van de noodzakelijke maatregelen. Eventueel
noodzakelijke maatregelen zal de provincie in overleg met de bewoners vervolgens laten uitvoeren. Deze
regeling is alleen van toepassing op de woning aan de Kemphaanweg 14.
Voorwaarden conform bestemmingsplan Villapark Overgooi
Uit het akoestisch onderzoek blijkt dat de toekomstige geluidbelasting op de hoogste bouwlagen van de
geprojecteerde woningen in Overgooi 54 dB Lden zal bedragen en dat dit meer is dan de maximale waarde
waarvoor op grond van de Wgh een hogere grenswaarde kan worden vastgesteld, namelijk 53 dB Lden. In
2014 heeft de gemeente Almere in het bestemmingsplan Villapark Overgooi onderstaande koppeling
gemaakt met de hogere waarde die zij voor deze woningen heeft vastgesteld.
i6.i Geluidzone - weg
a. De (gevel)belasting van geluidsgevoelige bestemmingen ter plaatse van de gebiedsaanduiding geluidzone weg' en zoals gedefinieerd volgens de Wet geluidhinder (inclusief het Besluit geluidhinder), mag niet meer
bed ragen dan de desbetreffende geldende voorkeursgrenswaarde volgens de Wet geluidhinder (inclusief het
Besluit geluidhinder) danwel de verkregen hogere waarde, zoals genoemd in de bij deze regels behorende
Bijlage 2 Borgingsregels besluit hogere waarde Wgh Overgooi en de daarin opgenomen eisen;
HB 1907264
PROVINCIE
FLEVOLAND
Deze borgingsafspraken in het bestemmingsplan zorgen er voor dat gevels waarvan de toekomstige
geluidbelasting meer bedraagt dan 53 dB Lden als zogenaamde "dovegevels" dienen te worden uitgevoerd.
De Wgh stelt geen maximum voor de ten hoogst toelaatbare geluidbelasting van dovegevels. Deze
dovegevels zijn op grond van de Wgh, gevels die geen te openen delen bevatten en voldoende
geluldwering bezitten waardoor de geluidbelasting in de achterliggende verblijfsruimte gegarandeerd niet
meer bedraagt dan 33 dB Lden. De gemeente Almere is in 2014 uitgegaan van de situatie waarbij de
Waterlandseweg verbreed is. De borgingsafspraken gelden daardoor voor de geprojecteerde woningen
binnen de geluidzone van 400 meter. Door de verplichte dovegevels op grond van het vigerende
bestemmingsplan, kunnen de geprojecteerde woningen in Overgooi ook met onderhavig hogere
grenswaarde worden gerealiseerd.
7. Conclusie
Het verbreden van de Waterlandseweg leidt voor één bestaande woning aan de Kemphaanweg en voor
geprojecteerde woningen in het plangebied Villapark Overgooi tot een toename van de geluidbelasting van
minimaal 2 dB en dus tot een reconstructie in de zin de van de Wgh. Geconstateerd wordt dat het treffen
van geluidreducerende maatregelen op bezwaren stuiten. Het gaat hierbij om verkeerskundige bezwaren
tegen een verlaging van de rijsnelheid en financiële bezwaren tegen GRA. De geluidschermen en/of
geluidswallen zijn niet doeltreffendheid en stuiten op bezwaren van financiële en landschappelijke aard.
Voor de geprojecteerde woningen in het Villapark Overgooi wordt overeenkomstig de vigerende hogere
grenswaarde van de gemeente Almere uit 2014, de maximale ruimte van 5 dB om hogere grenswaarden te
kunnen vaststellen benut.
Bij de woningen Kemphaanweg 14 neemt de bestaande geluidbelasting van 54 dB Lden met 3 dB toe. Na
vaststelling van de hogere grenswaarde wordt bij deze woning aanvullend onderzoek uitgevoerd om te
beoordelen of aan de gevels extra maatregelen nodig zijn ter verbetering van de geluidwering.
8. Besluit
Gelet op de Wet geluidhinder besluiten wij:
•
voor de verbreding van de Waterlandseweg van onderstaande (geprojecteerde) woningen de ten
hoogst toelaatbare waarde voor de geluidbelasting te verhogen.
i de ten hoogst toelaatbare
geluidbelasting
56 dB Lden
•
bestaande woning Kemphaanweg 14
•
één geprojecteerde bedrijfswoning in de bestemming
"Agrarisch - Stadslandbouw" binnen het plan Villapark
Overgooi Almere
53 dB Lden
•
geprojecteerde woningen binnen de 400 meter uit de
Waterlandseweg in het plan Villapark Overgooi Almere \
53 dB Lden
Lelystad, 10 mei 2016
Gedeputeerde Staten van Flevoland,
iretaris,
de voorzitter.
PROVINCIE
FLEVOLAND
Beroepsprocedure
Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit beroep Instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de
Raad van State, postbus 20019, 2500 EA, Den Haag. De termijn voor het Indienen van een beroepschrift
bedraagt zes weken en vangt aan met Ingang van de dag na die waarop het besluit ter Inzage is gelegd.
Geen beroep kan worden Ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten
dat hij geen zienswijze over het ontwerp van dit besluit naar voren heeft gebracht.
Het beroepschrift moet worden ondertekend en tenminste bevatten:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht en
d. de gronden van het beroep.
Voorts moet daarbij zo mogelijk een afschrift worden overlegd van het besluit waartegen het beroep is
gericht. Een beroepsschrift heeft geen schorsende werking. Dit betekent dat ons besluit in werking treedt
daags na afloop van de beroepstermijn.
Verzoek om voorlopige voorziening
Wanneer u van mening bent dat, in afwachting van de behandeling van uw bezwaarschrift, een voorlopige
voorziening moet worden getroffen, kunt u een verzoek daartoe indienen bij de voorzieningenrechter van
de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA te 's-Gravenhage.
Voor het in behandeling nemen van een verzoek om voorlopige voorziening dient u griffierecht te betalen.
Voor de betaling daarvan ontvangt u bericht van de Afdeling Bestuursrechtspraak.
HB 1907264
Download