Het college van burgemeester

advertisement
Ontwerp
Besluit van Burgemeester en Wethouders van Helmond inzake het vaststellen van hogere
waarden voor de geluidbelasting als bedoeld in de Wet geluidhinder binnen het
uitwerkingsplan “Brandevoort – Liverdonk Oost” te Helmond.
Burgemeester en wethouders van Helmond:
gelet op de Wet geluidhinder, het Besluit geluidhinder en op hun “Ontheffingenbeleid Wet
geluidhinder”;
gezien het akoestisch onderzoek naar het wegverkeerslawaai en spoorweglawaai, nr. 2012-16, van
18 februari 2013 van de gemeente Helmond;
overwegende het volgende:
Het uitwerkingsplan “Brandevoort – Liverdonk Oost” heeft betrekking op het uitwerken van de
woonbestemming van het bestemmingsplan Brandevoort II. Het plangebied is gelegen binnen de
zones van de Voort en de spoorweg Eindhoven-Venlo. Het uitwerkingsplan voorziet in de bouw van
woningen en een basisschool, die in de zin van de Wet geluidhinder als geluidgevoelig moeten
worden aangemerkt.
Het plangebied ligt binnen het vigerende bestemmingplan “Brandevoort II”, dat is vastgesteld door de
raad op 07 november 2006, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten bij besluit d.d. 26 januari 2010
nr. 1242942/1634888.
In het plangebied wordt een woonbestemming uitgewerkt die in het vigerende bestemmingsplan een
globale woonbestemming heeft. Deze situatie is in de zin van de Wet geluidhinder te beschouwen als
een nieuwe situatie. Daar de Voort conform art. 74 en de spoorweg Eindhoven-Venlo conform art. 106
van de Wet geluidhinder een zone hebben, geldt voor de woningen het onderdeel nieuwe situaties
van de Wet geluidhinder.
De geluidbelasting ten gevolge van het wegverkeer op de Voort overschrijdt de
voorkeursgrenswaarde van 48 dB op grond van artikel 82 van de Wet geluidhinder ter plaatse van de
oostelijke lijn van de 4 meest oostelijk gelegen bebouwingsvlakken van de te projecteren woningen met
maximaal 7 dB. Maatregelen om de geluidbelasting vanwege het wegverkeer te reduceren zijn
onderzocht maar stuiten op bezwaren van financiële en stedenbouwkundige aard.
Voor spoorweglawaai geldt ingevolge artikel 4.9 van het Besluit geluidhinder een
voorkeursgrenswaarde van 55 dB voor woningen. Artikel 4.10 van het Besluit geluidhinder biedt de
mogelijkheid om een hogere grenswaarde vast te stellen, voor woningen tot een waarde van
maximaal 68 dB. De voorkeursgrenswaarde van 55 dB Lden wordt ten gevolge van het
railverkeerslawaai op de spoorweg Eindhoven-Venlo ter plaatse van het de noordelijke
bebouwingslijnen van de noordelijke bouwblokken overschreden. De overschrijding ten gevolge van
de spoorweg bedraagt met een geluidbelasting van 62 dB, maximaal 7 dB. De maximaal vast te
stellen hogere waarde van 68 dB wordt hierbij niet overschreden.
Maatregelen ter bestrijding van het spoorweglawaai aan de bron door beperking van treinintensiteit
bieden, gegeven aard en functie van de spoorweg Eindhoven-Venlo, geen mogelijkheid tot
vermindering van de geluidbelasting op de gevels van de te projecteren woning.
Maatregelen in de vorm van raildempers en maatregelen in de overdrachtsfeer in de vorm van
geluidschermen met een hoogte van 2,5 meter zijn reeds getroffen en zijn hierbij als uitgangspunt
gehanteerd.
Gelet op het voorgaande ontmoeten doeltreffende maatregelen gericht op het verminderen van de
geluidbelasting ter plaatse van de geprojecteerde woningen ten gevolge van het wegverkeer op de
Voort in het nieuwe plan tot 48 dB overwegende bezwaren van financiële en stedenbouwkundige
aard.
Gelet op het voorgaande zijn maatregelen gericht op het verminderen van de geluidbelasting ter
plaatse van de geprojecteerde woningen ten gevolge van de spoorweg Eindhoven-Venlo reeds
getroffen en leveren verdere maatregelen om de geluidbelasting te reduceren tot 55 dB voor
spoorweglawaai, overwegende bezwaren van financiële aard.
Voor de overschrijdingen van de voorkeursgrenswaarde worden in het kader van de Wet geluidhinder
hogere waarden dan de voorkeursgrenswaarden vastgesteld.
Er wordt voor railverkeerslawaai een hogere waarde vastgesteld dan de voorkeursgrenswaarde.
Ingevolge de op 19 december 2006 als beleid vastgestelde notitie “Ontheffingenbeleid Wet
geluidhinder” dient zoveel als mogelijk verzekerd te worden dat de verblijfsruimten binnen de
woningen en de buitenruimten niet worden gesitueerd aan de gevels waar de hoogste geluidbelasting
optreedt. Bovendien dient er een luwe zijde met een geluidbelasting van maximaal 48 dB voor
wegverkeerslawaai en van maximaal 55 dB voor spoorweglawaai te worden veiliggesteld. Deze gevel
kan gerealiseerd worden aan de achterzijden van de te projecteren woningen.
Door middel van voldoende gevelisolatie zal worden gezorgd voor een adequaat niveau van maximaal
33 dB in de verblijfsgebieden van de woning en maximaal 35 dB in de verblijfsruimten, een en ander
conform artikel 3.1 tot 3.3 van het Bouwbesluit.
Voor de overschrijdingen van de voorkeursgrenswaarde stelt het college hogere waarden, als vermeld
in navolgende tabellen als geluidbelasting vast. Als ontheffingscriterium geldt daarbij:
het stedenbouwkundig opvullen van een open plek tussen bestaande bebouwing
BESLUITEN:
1.
als hogere waarden ten behoeve van het uitwerkingsplan “Brandevoort – Liverdonk Oost” voor de
te projecteren woningen ten gevolge van het wegverkeerslawaai van de Voort de in
onderstaande tabel opgenomen waarden vast te stellen:
Tabel 1: Hogere waarden ten gevolge van de Voort:
Waarneempunt
Id
03
08
09
10
15
16
17
23
24
25
Omschrijving
Liverdonk
Liverdonk
Liverdonk
Liverdonk
Liverdonk
Liverdonk
Liverdonk
Liverdonk
Liverdonk
Liverdonk
Vast te stellen hogere waarden voor Lden in dB
t.g.v. de Voort
1,5 m
4,5 m
7,5 m
49
52
52
51
53
53
54
55
55
49
50
50
50
51
51
54
55
55
52
53
53
49
50
50
52
53
53
52
53
53
Voor situering van de waarneempunten wordt verwezen naar de bijlage bij dit besluit en het
akoestisch onderzoek naar wegverkeerslawaai en spoorweglawaai nr. 2012-16, van
18 februari 2013 van de gemeente Helmond;
2.
als hogere waarden ten behoeve van het uitwerkingsplan “Brandevoort – Liverdonk Oost” voor de
te projecteren woningen ten gevolge van de spoorweg Eindhoven-Venlo de in onderstaande
tabel opgenomen waarden vast te stellen:
Tabel 2: Hogere waarden ten gevolge van de spoorweg Eindhoven-Venlo:
Waarneempunt
Id
Omschrijving
31
Liverdonk
32
Liverdonk
33
Liverdonk
34
Liverdonk
37
Liverdonk
38
Liverdonk
39
Liverdonk
40
Liverdonk
Geluidbelasting Lden in dB t.g.v. de spoorweg
1,5 m
4,5 m
7,5 m
--58
-58
62
-58
62
--57
--57
-58
62
-57
61
--56
Voor situering van de waarneempunten wordt verwezen naar de bijlage bij dit besluit en het
akoestisch onderzoek naar wegverkeerslawaai en spoorweglawaai van 24 oktober 2011 van de
gemeente Helmond;
3.
aan dit besluit als voorwaarden te verbinden dat voor de woning met een geluidbelasting van
meer dan 53 dB ten gevolge van wegverkeerslawaai en meer dan 55 dB ten gevolge van
spoorweglawaai:
een luwe zijde met een geluidbelasting van maximaal 48 dB ten gevolge van
wegverkeerslawaai en maximaal 55 dB ten gevolge van spoorweglawaai aanwezig is;
de verblijfsruimten binnen woningen alsmede bij de woningen behorende buitenruimten in
zoverre als mogelijk niet worden gesitueerd aan de gevels waar de hoogste geluidbelasting
optreedt.
Helmond,
Burgemeester en wethouders van Helmond
Mevr. P.J.M.G. Blanksma-van den Heuvel
de burgemeester
A.A.M. Marneffe RA
de secretaris
De Voort
Bijlage
Spoorweg
Eindhoven-Venlo
Download