PPT Thema 4

advertisement
Thema 4
Opvattingen over leren en instructie:
Behaviorisme
Advance organizer
Kat
Biefstuk
Zwart
Zon
Britney
Contingent
Voorlopers: de associatieleer
• Associatie: een verbinding tussen twee
‘psychische’ inhouden en dat kunnen
waarnemingen zijn, gevoelens of eigen
voorstellingen van iets.
Associatieleer
• Associatiewetten:
– principe van de contiguïteit (tijd/ruimte)
– principe van de gelijkheid
– principe van de contrasten
Oefening:
• Geef drie nieuwe voorbeelden van
– principe van gelijkheid
– principe van contiguïteit
– principe van contrasten
Britse Associanisten
• David Hartley (1705-1757)
• Thomas Brown (1778-1820)
• James Mill (1773-1836)
Hartley
•
•
•
•
Fysisch-psychisch parallellisme
"The newborn Child is not able to produce a Sound at all, unless the Muscles
of the Trunk and Larynx be stimulated by the Impression of Pain on some
Part of the Body. As the Child advances in Age.... an articulate Sound, or one
approaching thereto, will sometimes be produced by this conjoint Action of
the Muscles.... After they have recurred a sufficient Number of times, the
Impression which these Sounds, articulate and inarticulate, make upon the
Ear, will become an associated Circumstance (for the Child always hears
himself speak, at the same time that he exerts the Action) [is] sufficient to
produce a Repetition of them. And thus it is, that Children repeat the same
Sounds over and over again.... So that the Child's articulate Sounds will be
more and more frequent every Day --his inarticulate ones grow into Disuse....
Speech will also become a perfectly voluntary Action, i.e., the child will be
able to utter any Word or Sentence proposed to him by others... (Hartley,
1749, Prop. 21, In S. Diamond, 1974).
Doctrine of Vibrations verklaart alle automatische bewegingen (later
reflexen genoemd)
Associaties staan voor de gewilde en secondaire automatische patronen die
men opbouwt (Hartley, 1749, Prop. 21, In S. Diamond, 1974).
Brown
• De primaire suggestiewetten: drie associatiewetten van
contiguïteit, gelijkheid en contrasten.
• De secundaire suggestiewetten bouwen verder op de
primaire suggestiewetten en proberen rekening te houden
met individuele verschillen (temperament, constitutionele
verschillen, …), aparte omstandigheden,
lichaamstoestand. Dit zou moeten helpen verklaren
waarom individuen soms vreemde en veranderende
associaties leggen; bijv. koud – donker, in plaats van
koud-warmte.
Mill
• Mentale Mechanica.
• Lerende ‘kopieert’ via de perceptie de realiteit
• “Our ideas spring up, or exist, in the order in
which the sensations existed, of which they are
copies".
• Kennis opbouwen is het toevoegen van ideeën aan
eerdere ideeën. De associatie wordt versterkt door
levendigheid (‘vividness’) van de perceptie van
de werkelijkheid en de frequentie/herhaling van
de associaties.
Onderzoeksbasis
• Van filosofie naar theorie en empirie:
geheugenonderzoek
• Ebbinghaus
– Principe van overleren (lettergrepen)
– 90% van wat we leren vergeten we en heel wat
is al vergeten na één uur: leercurve
– Gebruik ezelsbruggetjes
– Herhalen: beter 6 x 5’ dan 1 x 30’
– Spreid herhalen in de tijd
Eerste vertaling naar
instructieopvattingen: Johann
Friedrich Herbart
Herbart
• 1776-1841
• Ervaringsbasis: werd tutor van een Duitse
adellijke familie en werd verantwoordelijk
voor scholing van de drie zonen (14, 10, en
8 jaaroud) + verslag = basis voor latere
opvattingen
• Twee centrale concepten:
– “apperceptie”
– “interesse”
Herbartianisme: (1) apperceptie
• Apperceptietheorie
Apperceptie is de activiteit of het proces van het assimileren ,
aanpassen en identificeren van een voorwerp, impressie of idee.
• Alle kennis ontwikkelt zich op basis van de eerste waarneming en
de daaropvolgende apperceptieprocessen.
• De “eerste indruk” die men opdoet is nog geen kennis; het is een
“voorstelling” die geleidelijk onder het bewustzijn “zinkt”.
• De eerste indruk wordt “gewekt” (bewust gemaakt) door een
volgende impressie. Deze eerste indruk beïnvloedt de waarneming
van de nieuwe indruk en versmelt er gedeeltelijk mee. Dit nieuwe
geheel “zinkt “ vervolgens onder het bewustzijn maar zit meteen
klaar om weer “gewekt” te worden door een volgende indruk die
er dan weer mee zal versmelten.
Herbartianisme: (1) apperceptie
• De mate waarin en manier waarop nieuwe ideeën worden
geïntegreerd is steeds bepaald door de vorige ervaringen.
• Apperceptie is de kern van de opvatting van het
Herbartianisme over instructie.
• Een zorgvuldige opeenvolging van de materialen waarmee
men lerenden in contact brengt is dus van belang.
• Herbartianen zorgen ervoor dat het nieuwe altijd kan
verankerd worden op wat reeds aanwezig is in het
“onderbewuste”.
• Iets aanbrengen dat niet kan gekoppeld worden aan
aanwezige ideeën is verloren tijd.
• Latere theoretici: Voorkennis.
Herbartianisme: (2) interesse
• Interesse is bepaald door wat reeds in
het “verstand” aanwezig is.
• Wat men “kent” richt wat men
vervolgens wil/zal “leren”.
• Herbart grondlegger van Interesse ψ
Invloed op onderwijs
Onderwijssysteem 5-stappen model:
–
–
–
–
–
Vorbereitung
Darbietung
Verknupfung
Anwendung
Zusammenfassung
Invloed op onderwijs
Onderwijssysteem 5-stappen model:
1.
2.
3.
4.
5.
Voorbereiding van de lerende (eerdere ideeën)
Presenteren van de nieuwe leerinhouden
Associëren van het nieuwe met de reeds aanwezige
kennis
Generalisatie: voorbeelden gebruiken om de kern van
de les te verduidelijken
Toepassing: (praktische) toetsen om te verzekeren dat
de lerenden de nieuwe zaken voldoende hebben
verwerkt.
Herbart: lesschema
Wijze van
benaderen
van de leerinhoud
Fase
Doel
Onderwijsvorm
‘Vorbereitung”
0. Voorkennis
Activeren
Herhalen
‘ruhende
Vertiefung’
1. Fase der
Met de zintuigen
aanschouwelijkheid nieuwe kennis
opnemen
Leiden van een
observatie
‘fortschreitende
Vertiefung’
2. Fase van de
associatie
Nieuwe kennis met
bestaande kennis
verbinden
Vrij leergesprek
‘ruhende
Besinnung’
3. Fase van
veralgemening en
inzicht
Ontstaan van een
algemeen inzicht
Samenhangende
Uiteenzetting
‘fortschreitende
Besinnung’
4. Fase van de
toepassing
Toepassen van het
inzicht in een
nieuwe situatie
Zelfstandig werk
Start behaviorisme 1
• Twitmeyer: geconditioneerde reflex
• APA geen interesse
Twitmeyer 1902
Start behaviorisme 2
• Twitmeyer revisited
• Pavlov:
vader van de geconditioneerde reflex
• Toevalsvondst
Relevant?
• Pesten in Vlaanderen
– Vandebosch, Van Cleemput, Mortelmans &
Walrave (2006): 33,7% van 10-18 jarigen is
slachtoffer en 23.7 % is pleger is van
pestgedrag.
– Casus: Schoolbel neutrale stimulus; maar altijd
na schooltijd wordt x gepest door bende van y.
Schoolbel wordt geconditioneerde stimulus die
angst, vermijdingsgedrag, teruggetrokkenheid
uitlokt.
Basis behaviorisme 3
• Thorndike
• Connectionisme
• Dierenproeven
• Volgens Thorndike is zijn leertheorie
algemeen geldig; zowel voor dieren als
voor mensen.
• Toepassing wetmatigheden bij wiskundeonderwijs, spellen en lezen, en
volwassenenonderwijs.
Start behaviorisme 3
• Thorndike: 4 wetten
– Law of effect: positief bekrachtigen
– Law of readiness: indien lerende ‘klaar’, dan
sneller verbindingen tussen S-R
Start behaviorisme 3
• Thorndike: 4 wetten
– Law of exercise: versterken S–R
Start behaviorisme 3
• Thorndike: 4 wetten:
– Associative shifting
Toepassen van Thorndike
•
•
•
•
•
•
Wiskundeles
Les Frans
Les geschiedenis
Volleybaltraining
Viool aanleren
…
Basis behaviorisme 4
• Watson
– 1913 "Psychology as the Behaviorist Views It“:
“The time seems to have come when psychology must
discard all reference to consciousness “Psychological
Review, 20, 158-177
– “The behaviourist likewise shuts his eyes to the same
metaphysical question and asks only to be allowed to
make observations upon what his subjects are doing
under given stimulating conditions.”
– Alle leren = geconditioneerde reflexen/responses, =
stimuli substitueren (associative shifting)
Zelfs emoties!
– Albert en bont
Voorlopers 2 Watson
• Until I went to Tortugas I had never seen these birds alive. When I reached there
I found the animals doing certain things: some of the acts seemed to work
peculiarly well in such an environment, while others seemed to be unsuited to
their type of life. I first studied the responses of the group as a whole and later
those of individuals. In order to understand more thoroughly the relation
between what was habit and what was hereditary in these responses, I took the
young birds and reared them. In this way I was able to study the order of
appearance of hereditary adjustments and their complexity, and later the
beginnings of habit formation. My efforts in determining the stimuli which
called forth such adjustments were crude indeed. Consequently my attempts to
control behavior and to produce responses at will did not meet with much
success. Their food and water, sex and other social relations, light and
temperature conditions were all beyond control in a field study. I did find it
possible to control their reactions in a measure by using the nest and egg (or
young) as stimuli. It is not necessary in this paper to develop further how such a
study should be carried out and how work of this kind must be supplemented by
carefully controlled laboratory experiments. Had I been called upon to examine
the natives of some of the Australian tribes, I should have gone about my task in
the same way.
Start behaviorisme 4: Skinner
http://www.pbs.org/wgbh/aso/databank/entries/bhskin.html
‘Leren’ volgens Skinner
• Leren: het ontstaan van een
observeerbare gedragsverandering
• Interne leer- en denkprocessen worden
niet ontkend maar “black box”
• Niet de stimulus, noch de respons zijn
het belangrijkst, wel de consequentie
(reinforcer of bekrachtiger)
Consequentie = feedback
Skinner
•
•
•
•
•
‘Skinner Box’; zijn onderzoeken met dieren
leverden voor hem bevindingen op die
transfereerbaar zijn naar mensen, zij het op veel
complexer niveau
Geprogrammeerde Instructie (GI)
Teaching Machines
en vooral zijn soms controversiële
wetenschappelijke en onderwijskundige ideeën.
Walden Two
‘Leren’ volgens Skinner
• ‘Operant leren‘: manipulatie van de
bekrachtigers om de frequentie van het
gedrag te beïnvloeden.
‘Leren’ volgens Skinner
• ‘Contingentieprincipe’
gedrag en bekrachtiging in tijd en
ruimte voldoende dichtbij
• Voorstander positieve bekrachtiging
(aard !)
• ‘Shaping’ of
'successieve approximatie‘
– Zie taal leren, sport, muziekinstrumenten,
vereenvoudigde opgaven wiskunde, …
Bekrachtiging
Shaping
• Shaping - successieve approximatie
• Reinforcement schema’s
Oefening op shaping:
• Zoek een voorbeeld in talen leren, les
tekenen, programmeren, economie, ...
Skinner: gewenst gedrag?
• Wanneer en met welke garantie krijg
je het eerste gewenste gedrag te zien?
• Skinner: er moet een antecedent zijn.
• Lok dit gedrag uit: hints:
Skinner: gewenst gedrag?
• Prompting: voortonen, beschrijven van het
gewenste gedrag, …
• Chaining: expliciteren eenvoudige stappen die
na elkaar word
• Shaping: gedrag dat enigszins in de richting
van gewenst gedrag gaat, positief bekrachtigen.
Onderwijs ontwerpen:
•
•
•
•
Omschrijf eindgedrag exact
Beschrijf initieel gedrag lerende
Taakanalyse
Leid student door sequens en koppel
hieraan positieve bevestiging
• Bied snel feedback
• Evalueer of leerdoelen bereikt zijn
• Eigen tempo
Van een opvatting over leren naar
een opvatting over instructie
Leerdoelen formuleren
• Vanaf het behaviorisme: concrete gedragsdoelen
Vb. 1815
Wat wil je bereiken rond deze datum?
– X
– Y
– z
Leerdoelen formuleren
• Leerdoel
– Inhoudscategorie: bv. 1815
– Gedragsniveau: bv. Herinneren, omstandigheden vertellen,
oorzaak gevolg verklaren, economische achtergrond schetsen, …
• Mager (1962) operationele doelstellingen
formuleren - gedrag:
– Beschrijf precies wat je wilt dat de lerenden doen om correct te
handelen, scoren, presteren en let erbij op dat je aangeeft hoe je
kunt merken dat zij adequaat handelen.
– Identificeer nu – op basis van het voorgaande – het precieze
werkwoord dat het best het verwachte gedrag aanduidt van de
lerende en specificeer ook onder welke condities zij dit gedrag
moeten kunnen vertonen (tijd, materiaal, hoeveelheid).
– Schrijf voor elk gedrag een afzonderlijk leerdoel neer.
Bloom: Inhoudscategorieën
• Belang van funderende basiskennis!
Bloom: Gedragscategorieën
• Belang van funderend gedrag!
Leermachines en geprogrammeerde
instructie
• S. Pressey, B. Skinner en A. Crowder
• Pressey grootvader van de leermachine):
examenmachine als voorloper eerste leermachine
(Pressey Drum Tutor)
• Doel:
–
–
–
–
(1) tijdswinst
(2) wegnemen routineklussen instructieverantwoordelijke
(3) onmiddellijk laten ervaren fout en
(4) indrillen van geheugenstof
• Skinner « vader » leermachines: observaties in
scholen; terugkoppeling ontbrak of veel te lang
uitgesteld. Dit strookte niet met zijn eigen theorie
van het operante conditioneren.
Geprogrammeerde instructie
• Voorloper
van machines
• Individueel
leren met
directe
feedback
Geprogrammeerde instructie
• Principes:
–
–
–
–
–
–
–
–
Kleine stappen
Juiste antwoorden
Onmiddellijke toetsing en feedback
Geleidelijke vooruitgang (fading/vanishing)
Meetbaarheid
Open antwoordvorm (“compose his response” )
Studeren aan eigen tempo
Aanpassing aan lerende (adaptatie)
• GI aanvankelijk lineair, later vertakte GI
Voorbeeld
• Effecten:
– Kulik & Kulik matige effecten
– Schramm; GI overwegend effectief.
• Waarom?
Teaching machines - leermachines
• Sydney L. Pressey (jaren '20)
• De lerende zit voor een scherm en krijgt
één voor één een reeks zinnen te zien
waarin een woord ontbreekt. De lerende
vult het ontbrekende woord in (luidop of in
zichzelf) en kan dan kijken naar het juiste
ontbrekende woord.
• http://users.ugent.be/~mvalcke/Onder
wijskunde/leermachines.htm
Teaching machine – CAI
• Kulik & Kulik: effectief
–
–
–
–
Examenscores +
Positieve houding t.o.v. computers
Positiever t.o.v. cursussen
Minder tijd
• Moderne toepassingen
(CBL, CAI, CAL, web based learning)
• Nog steeds kern van behaviorisme
http://ki.informatik.uni-wuerzburg.de/~ifland/casetrain/bildfragen_demo/
Frog dissection kit
• Individu
• Informatie-overdracht
• Voorgestructureerde
interactie
• Stappen
• Correcte antwoorden
http://frog.edschool.virginia.edu/Frog2/
Feedback
• Hattie: feedback geven d = .73
• Nicol & Milligan (2006, p. 64): “Feedback is
informatief over hoe goed een student heeft gepresteerd in
relatie tot een standard of doel (kennis of resultaat).
Feedback kan een externe bron hebben of intern
ontwikkeld worden. Instructieprocessen kunnen externe
feedback aanreiken, maar moeten erop gericht zijn interne
feedback processen uit te lokken. Het ultieme doel is dat
de lerende doet aan zelf-monitoring.”.
Feedback
• Effectieve vormen van feedback:
–
–
–
–
–
–
–
geven van cues (d = 1.10)
informatie geven over de prestaties (d = .95)
bekrachtigen (d = .94)
video of audio feedback (d = .64)
computer gestuurde feedback (d = .52)
leerdoelen aanhalen bij feedback (d = .46)
evaluatieve feedback door studenten (d = .42)
Feedback
• Minder effectieve vormen van feedback:
– feedback geven waarin verbetering van de fouten
centraal staat (d = .37)
– uitgestelde versus onmiddellijke feedback (d = .34)
– een beloning geven (d = .31)
– straffen (d = .20)
– prijzen (d = .14).
Feedback
• Drie types feedback
Feedback
• Feed Up:
– Wat heb je tot nog toe gedaan om het probleem
aan te pakken?
– Wat kan je al wel vertellen en wat nog niet?
– Wat was gemakkelijk te beantwoorden?
– Wat was moeilijk te beantwoorden?
• Feed Back
– helder en transparant antwoord ten aanzien van
de vraag: Hoe goed heb je het gedaan?
Feedback
• Feed forward:
– Welke taken kan je nu aanpakken?
– Wat is een moeilijker taak die je nu accuraat
kan uitwerken?
– Hoe kan je dieper graven?
– Waar kan je nog meer over te weten komen?
Feedback
Feedback FT > FP > FR > FP
– feedback over de taak (FT): terugkoppeling over
de aspecten van de taak die correct, juist, volledig,
volgens de criteria zijn uitgevoerd; bijv. punten geven
(correctieve feedback)
– feedback over het proces (FP): “waarom” van het
bereiken van een juist antwoord, een juiste oplossing,
een adequate aanpak, …
– feedback over mate van zelfregulatie (FR): zelf
feedback gezocht, fouten opsporen, attributies, hulp
zoeken, …
– feedback over student zelf (FS):
je bent een topper, dom, verstrooid, …
Mastery Learning:
J. Carroll & B. Bloom
• Basis Carroll – verder uitgewerkt door Bloom
• Carroll ziet het leerproces als een functie van vijf
variabelen (Joyce e.a., 1992 ):
– de beschikbare tijd;
– de 'perseverance' [het doorzettingsvermogen / de
vasthoudendheid] van de lerende;
– zijn / haar 'aptitude' [tijd die de lerende nodig heeft om iets te
beheersen];
– de kwaliteit van de instructie en
– aanleg [de mate waarin de lerende in staat is iets te begrijpen].
Principe Mastery Learning
• Formule:
• "Leerlingen verschillen eerder in de tijd die ze nodig
hebben om iets te leren dan in hun mogelijkheden.
Kwantitatief wordt dit als volgt uitgedrukt: 75% tot 90%
van de studenten bereikt een even hoog niveau als 25%
bereiken via de klassieke instructiemethoden.“
(Block, 1971, p.3).
Optimistische visie
Afgeleide visie op instructie: Bloom
•
•
•
•
Per onderwerp hoofddoelstellingen
Splits doelen op in kleinere leereenheden
Bepaal leerstof en instructiemethode
Voorzie per leereenheid een diagnostische
test
• Gebruik testinformatie om aanvullende
instructie te geven
Mastery Learning is effectief
• Meer onthouden, langer onthouden,
positiever tegenover leerinhouden, meer
zelfvertrouwen
– sleutel: feedback / correctie mechanisme
– kwaliteit leermaterialen essentieel
• De mate van effectiviteit varieert per type
student
– student met zwakkere aanleg heeft meer voordeel
– Meer impact vanaf het 5de leerjaar
Contingency contracting
• Duidelijke topasssing visie van Skinner
• Therapeutische sector (Bijv. stoppen met roken)
• Disciplineproblemen (classroom management) Joyce &
Weil
• Afspraken maken centraal (met zichzelf of een ander)
– Typische doelen die in contingentiecontracten voorkomen zijn:
• Ik zal oefening 1 tot en met 30 uit mijn wiskundeboek oplossen en daarbij
9/10 van de oefeningen correct uitwerken.
• Ik blijf op mijn stoel zitten gedurende de 30-minuten durende les stillezen.
– Typische bekrachtigers zijn:
• Wanneer ik de afspraak heb gevolgd mag ik een vrije spelactiviteit kiezen
voor de duur van 15 minuten.
• Wanneer ik 9/10 haal voor de wiskundeoefeningen, valt de bijles wiskunde
over de middag weg.
• Contingente bekrachtiging (+/-, sociale bekrachtigers,
activiteitsbekrachtigers)
http://www.troubledteensguide.com/newcompany/Colorado-Boys-Ranch/index.html
Contingency contracting
• Contingency Contracting: maken
afspraken rond het al dan niet
bekrachtigen van gedrag
• Contingente bekrachtiging pos.gedrag
Typische doelen:
• Ik zal oefening 1 tot en met 30 uit mijn wiskundeboek oplossen en
daarbij 9/10 van de oefeningen correct uitwerken.
Typische bekrachtigers:
• Wanneer ik de afspraak heb gevolgd mag ik een vrije spelactiviteit
kiezen voor de duur van 15 minuten.
Afspraken maken over de manier waarop “punten” kunnen
verdiend worden
Contingency contracting
• Sociale, materiële of
activiteitsbekrachtigers.
• Afgeleide vorm Premack-principe.
• Grootmoeders principe: “Als je, ... dan
mag je ...”
http://ici2.umn.edu/preschoolbehavior/tip_sheets/contcon.htm
Contingency contracting
• Toepassingen
– ADHD (Gurrd, Weber & McLaughlin, 2002)
– "Contingency contracting and bonus point program. The first
author and the participant sat down before intervention began to
determine what the student was willing to earn. The participant
stated that he would work for candy rewards. On each contract,
goals stating the number of interruptions allowed and the number
of participation bonus points needed necessary to earn a reward
were specified. Once the contract was explained and agreed
upon, both the first author and the student signed and dated the
contract. If the student met the ever-decreasing goal for
interruptions and increasing goals for participation, he earned a
candy consequence."
Contingency contracting
Verdere toepassingen
– Bedrijfsopleidingen
• Herschikken omgevingsbekrachtiging: wat wil
lerende?
• Individueel contract (inspraak lerende)
– Gage & Berliner: ontwerpprincipes
Gage & Berliner: ontwerpprincipes
•
•
•
•
direct belonen
successieve contracten (positief)
regelmatig en beperkt belonen
taken zodanig opgesteld dat ze bereikt
kunnen worden
• belonen NADAT
• fair en eerlijk : altijd en in verhouding
beloning - activiteit
Personalized System of Instruction
PSI
• Fred Keller
• Keller Plan (Psych. Cursus Brazilië)
• « Goodbye ….. Teacher »
–
–
–
–
–
–
De leerstof opgesplitst in eenheden.
Elke eenheid specifieke doelstellingen
Student eigen tempo.
Testen - dan onmiddellijk feedback door proctor
Minimum 80% van de doelstellingen
Lezingen en demonstraties voor de motivatie
PSI: individual learning
PSI
Journal of Applied Behavior Analysis, 1(1):79-89, Spring 1968. Fred
Keller:
• "(1) The go-at-your-own-pace feature, which permits a student to
move through the course at a speed commensurate with his ability and
other demands upon his time.
• (2) The unit-perfection requirement for advance, which lets the
student go ahead to new material only after demonstrating mastery of
that which preceded.
• (3) The use of lectures and demonstrations as vehicles of motivation,
rather than as sources of critical information.
• (4) The related stress upon the written word in teacher- student
communication; and, finally:
• (5) The use of proctors, which permits repeated testing, immediate
scoring, almost unavoidable tutoring, and a marked enhancement of
the personal-social aspect of the educational process."
PSI
• Proctors duur?
• Actuele toepassing via Internet
– Brinkman, Rae en Yogesh Kumar (2007):
online PSI toepassing wiskunde. Online
proctors. Pos. impact leerresultaten.
– Rae (2006): proctors vervangen door
gestandaardiseerd videomateriaal
– Hambleton, Foster & Richardson (1998) online
versie proctors
Uit het onderzoek van Hambleton, Foster & Richardson (1998, p. 193) bleek dat de studenten in
de PSI conditie meestal betere leerprestaties neerzetten vergeleken met studenten in een
onderzoeksconditie met een klassiek hoorcollege.
PSI
• Kulik, Kulik & Cohen
–
–
–
–
Hogere scores
Lange termijn effecten
Positieve houding
Waarom?
•
•
•
•
•
Doelen
Frequente toetsing
Proctoring
Beheersingsleren
Hoog beheersingsniveau
Direct Instruction
• Engelmann et al. (1966)
• De kern van Direct Instruction:
– lespakketten volledig en zeer concreet uitgewerkt: leerstof is volledig
aangeduid, duidelijke sequentiëring van lesonderdelen, geleidelijke
afbouw van ondersteuning, voldoende oefening en concrete aanduiding
van instructiestrategie die de leerkracht moet volgen.
– leerkrachten volgen een stap-voor-stap voorgestructureerde lesopbouw
(‘scripts’). Kleine groepjes lerenden die bijv. in groep luidop reageren op
vragen en opdrachten (‘choral responses’).
– hoog tempo
– voorgeschreven correctieprocedures bij fouten
– richtlijnen hoe lerenden en instructieverantwoordelijken samen werken
om actieve en productieve leerhouding te ontwikkelen.
• Speelt in op NCLB act van Bush jr.: “What Works
Clearinghouse“
• Relevant bij leermoeilijkheden!!
• Videoclips:
– http://www.youtube.com/watch?v=jVXOXPtZAVE&f
eature=more_related
– http://www.youtube.com/watch?v=W_qRaf706w&feature=related
– http://www.youtube.com/watch?v=FXGEcAADNTc&
feature=related
– http://www.youtube.com/watch?v=FPlnXgelDEk&feat
ure=related
– http://www.youtube.com/watch?v=JijzJ10r2M&feature=related
Frame: You know that somatic cells reproduce themselves by making copies.
They make copies by dividing. Everybody, what is the
name of the
process of cell division in somatic cells? Get ready. (Signal) Mitosis. Yes,
mitosis. Now mitosis, or cell division, happens in phases. Get ready to learn
the phases of mitosis. What are we going to learn? (Signal) The phases of
mitosis.
Model: There are six phases of mitosis. Here they are, starting with the first
phase. Get ready. (Pause) Interphase, prophase, metaphase, anaphase,
telophase, cytokinesis.
Lead: Say the six phases of mitosis with me. Get ready. (Signal)
Interphase, prophase, metaphase, anaphase, telophase, cytokinesis.
[This may be too long a series to do all at once. The teacher might teach the
series in smaller chunks—the first three; the next three; and then all six.]
Test/Check: All by yourselves. Get ready. (Signal) Interphase, prophase,
metaphase, anaphase, telophase, cytokinesis.
Verification: Excellent remembering all six phases of mitosis.
Direct Instruction
http://www.nifdi.org
http://www.jefflindsay.com/EducData.shtml
http://www.jsonline.com/news/metro/mar01/siefert02030101a.asp#top
Direct Instruction
• Lescyclus
http://scied.gsu.edu/Hazard/mos/7.3.html
Direct Instruction
• Association for Direct Instruction
http://www.linkedin.com/company/associationfor-direct-instruction?trk=top_nav_home
• http://www.youtube.com/user/DirectInstructionNow
Kijk videoclips na over « lezen » via direct instruction:
• Why is Reading so Hard?
• Anatomy of Reading Mastery
• Countdown to Lesson One
• Voorbeeld lesplan:
http://www.humboldt.edu/~tha1/hunter-eei.html
http://www.youtube.com/user/DirectInstructionNow
http://www.youtube.com/watch?v=FXGEcAADNTc
• Positieve impact
van de DIinstructieaanpak.
• Controversieel
http://projectpro.com/ICR/Research/DI/Summary.htm
Controverse DI
Critics say Direct Instruction reduces teaching to a
dull, trivial routine. What is your response to
that?
• Responses here typically began with an
acknowledgment that Direct Instruction takes
some getting used to. It strikes teachers early on
as highly structured, repetitive, and slow (lesson
pacing is brisk in Direct Instruction, but teachers
do not move on to new skills until children master
prior skills). "At first I did feel a little like a
robot," one teacher said. From these responses
teachers typically moved on to say that this early
sense of stiffness and awkwardness abated as they
became more skillful in using Direct Instruction.
Referentiekader 1
• Instructieverantwoordelijke
– Volle eindverantwoordelijkheid
– Evt. Leermachines/computers
– Gedrag soms voorgeschreven (DI)
• Kenmerken
– Geen
• Begeleiding
– DI: voorschrijven gedrag
Referentiekader 2
• Lerende
– eigen leertempo volgen
– sequentiëring leeractiviteiten ~ ind. student
– aansluiten bij de voorkennis
• Kenmerken lerende
– Skinner: belang individuele verschillen
– Mastery learning: aanleg, tijd, doorzetting, …
– Leren kind = leren dieren
Referentiekader 3
• Begeleiding van de lerenden
– Persoonlijke opvolging lerende door proctor
– Contract om gedrag lerenden te sturen (gedrag,
tijdsplanning, beloning, … .
– Aanpassing instructiesekwensen aan
individuele lerende
Referentiekader 4
• Organisatie
– behaviorisme beklemtoont timing van
instructie
– aanpassing aan individueel tempo lerende
– PSI: proctors
• Leeractiviteiten
– Zijn een respons op stimuli
– Zijn beschreven in termen van observeerbaar
gedrag
Referentiekader 5
• Instructieactiviteiten
– Operationele doelstellingen (Bloom)
– Selectie en structuur in leerstofordening
– Werkvormen: dominantie inoefenen en
herhalen, opbouw in moeilijkheidsgraad ,
prompting, chaining en shaping, feedback
aanpakken, contracting, DI scripts, cues
– Media: presentatie leerstof, online proctors, GI,
computers als leermachine
– Toetsing: altijd, feedback, open vragen en hoog
beheersingscriterium
Referentiekader 5
• Context
– Geen aandacht voor context bij behavioristen
Kritieken op behaviorisme
•
•
•
•
•
Rol instructieverantwoordelijke
geminimaliseerd
Instructie 'dehumanizing'; de mens als
biologische machine
Onderwijskundig materiaal niet altijd
opsplitsbaar
Niet alle leerdoelen te specificeren en
meetbaar te maken (bijv. attitudes)
Geen aandacht voor samenwerkend leren
Kritieken op behaviorisme
•
•
•
•
‘Bekrachtiger' een persoonlijk en
continue evoluerend iets
Behaviorisme vrij onbruikbaar voor
talrijke instructiedoelen.
Focus op observeerbare doelen perkt
potentieel in
Geen methode voor het opstellen van
gedragssequensen
Thema 4
Opvattingen over leren en
instructie: Behaviorisme
Download