[1] Markus 6:31a Lezen: Markus 6 : 6b – 13 en 30 - 44 En Jezus zei tegen de apostelen: ‘Kom hier en ga met Mij alleen naar een eenzame plaats en rust een weinig.’ Gemeente van onze Here Jezus Christus, Hè hè, effe een time-out! Een periode van rust. Dat is de vakantieperiode ook. Tot rust komen in het prachtige Oostenrijk bijvoorbeeld, genieten van de grootheid van Gods schepping. Rust hebben we allemaal nodig. Neem alleen al het feit, dat je gewoon na elke dag je nachtrust nodig hebt. Ons lichaam is niet ingesteld op een 24-uurs-ekonomie. Tegelijk merk je, dat mensen in onze tijd steeds meer behoefte hebben aan vakantie. Na een seizoen hard werken moet je er gewoon even uit. Dat heeft je lichaam nodig. Zeker als er veel van je gevergd is, als je altijd klaar stond om bij te springen of overuren te draaien of als je echt gebuffeld hebt voor tentamens en eksamens. Dan ben je het aan het eind van het seizoen wel even helemaal zat. Wat is het lekker om dan even helemaal weg te zijn. Die tijd heb je echt nodig. En ik hoop, dat u dat ook gedaan hebt. Hoe vaak hebt u op vakantie toch aan thuis gedacht. Kon u het werk een beetje loslaten in die drie weken? En jullie, jongens en meisjes, denken jullie vaak aan school in de grote vakantie? Zo van: fijn dat we straks weer mogen, was het maar vast zover! Ik hoop van niet, want dan was de vakantie niet echt leuk, denk ik. En die tijd hebben we toch echt nodig om ons weer op te laden. Ook dat is een geschenk van God: vakantie om tot rust te komen. Lekker aanrommelen of met iets heel anders bezig zijn. Genieten van ontspanning en van de natuur. Een andere kijk krijgen op Gods schepping. En zelf weer energie opdoen, want aan alles komt een eind. Hebt u, heb jij God ervoor bedankt? Maar rust heb je ook nodig in andere omstandigheden. Als je bijvoorbeeld ergens heel ingespannen mee bezig geweest bent. Dan moet je geest tot rust komen. Dan is het goed, dat er ook een keer een eind aan komt. Of dat je eens afstand kunt nemen van die verantwoordelijkheid. Effe een timeout. Het hoeft vaak niet lang te zijn, als je er maar even lekker uit kunt breken. Want als je dat niet doet, breekt het je op den duur op. En tenslotte: rust heb je ook nodig, als je getroffen wordt door schokkende berichten en emotionele gebeurtenissen. Misschien heb je een rustperiode dan nog wel het meest nodig. Want dan kan je leven helemaal uit balans raken, dan ben je psychisch behoorlijk van de kaart. Hoe krijg je de boel dan weer op een rijtje? In elk geval niet door maar door te hollen en alles te blijven doen wat je voor die tijd ook deed. Afstand nemen en rust voor de verwerking is heel belangrijk. Dat mag ook als het om geloven gaat. Ik zeg vaak aan het eind van een seizoen tegen de katechisanten en tegen de gemeente: in het zomerseizoen mag je overal vakantie van houden, behalve van God. Hem kun je niet thuislaten, anders is je geloof niet echt. Maar dat is wat anders, dan dat je maar vol-kontinue moet doorgaan met alle aktiviteiten waar je je voor inzet in de kerk. Want in dienst van Jezus hoef je niet altijd door te hollen. Daar ben ik nog weer eens extra bij bepaald door onze tekst uit Markus 6. De Here Jezus weet steeds wat mensen nodig hebben. Daarom laat Hij ons weten: Thema: Ook in Gods Koninkrijk is er plaats voor een time-out 1) Na gedane arbeid is het goed rusten 2) Na de rust wacht het werk weer 1) Na gedane arbeid is het goed rusten Dat houdt Christus ons zelf voor. Want Hij zegt tegen zijn leerlingen: “Kom en ga met Mij naar een plaats waar jullie een beetje kunnen uitrusten.” Dat zegt Hij, omdat Hij weet, hoe de leerlingen eraan toe zijn. Het is namelijk een bizonder drukke en inspannende tijd voor ze geweest. De Here Jezus had ze er twee aan twee op uitgestuurd. Ze hebben lange dagen gemaakt en zijn op veel plaatsen geweest. Reken maar, dat lichamelijk behoorlijk aan hun eind waren! Bovendien hadden [2] ze van Jezus een toch wel zware opdracht ontvangen. Ze moest het hele land door om te preken en wonderen te doen. Jezus stuurde ze er officieel op uit als zijn apostelen, als zijn herauten dus. Markus noemt de discipelen in zijn hele bijbelboek maar één keer ‘apostelen’, en dat is hier. Twee aan twee waren ze er door de Here Jezus op uitgezonden en van dorp naar dorp en van stad tot stad gegaan. Weken, ja maanden moeten ze onderweg geweest zijn. Overal hadden ze de mensen opgeroepen om zich te bekeren en te geloven in Jezus de Messias. En wat had God hun een kracht gegeven: boze geesten en demonen werden uitgedreven, zieken werden beter. Ja, er gebeurden wonderen in de naam van Jezus! U kunt zich voorstellen, hoe groot hun blijdschap was toen ze terugkwamen bij Jezus. Wat hebben ze veel meegemaakt! Ze hebben niet alleen de kilometers in hun benen zitten, maar ook veel ervaringen opgedaan. Ze vertellen Jezus alles wat ze gedaan en geleerd hebben. Zowel het bekend maken dat Jezus de Messias is als het doen van wonderen in de naam van Jezus heeft veel indruk op ze gemaakt. Geestelijk hadden ze dus een hele inspannende periode achter de rug. Jezus ziet, hoe moe en uitgeput zijn leerlingen waren van de reis. Hij voelt heel goed aan, dat ze er dringend behoefte aan hebben om alles eens rustig te verwerken. Daarom neemt Hij ze ook met Hem mee in de boot om een poos met hen alleen te zijn. Het staat er heel nadrukkelijk: AKomen jullie zelf alleen, zonder al die mensen, hier om met Mij naar een verlaten plek om wat uit te rusten.@ Dat was wel nodig ook! Er staat bij, dat Jezus en zijn leerlingen er zelfs niet meer aan toekwamen om te eten in de geweldige drukte van al die komende en gaande mensen rond Jezus. Het is dus niet verkeerd, om je even terug te trekken. Integendeel, Jezus heeft oog voor de realiteit: de leerlingen hebben nu rust nodig om te kunnen blijven volhouden onder de mensen te werken. De rust is geen doel, maar middel voor het werk. Daarom is het ook maar ‘voor een korte tijd’: daarna mogen ook de twaalf weer met Jezus verder werken in Israel. En dan is er nog een andere reden, waarom de Here Jezus met zijn leerlingen even alleen wilde zijn. Want in diezelfde tijd krijgen ze het bericht van de dood van Johannes de Doper. Wat een schok! Wat een verdriet! Dat is nog eens een emotioneel aangrijpend moment. De voorloper van de Messias, de grote heraut die zijn komst had aangekondigd, is vermoord door Herodus. Het stervensbericht van Johannes raakt onze Heiland extra diep, omdat de dood van Johannes voor Hem de voorbode is van zijn eigen dood. En de leerlingen, die beseffen nu des te meer, dat de blijde boodschap ook negatieve krachten losmaakt: dit kan je ook te wachten staan. Sterker nog: op het moment dat zij enthousiast terugkeren, komt satan meteen opdagen om ze met dit bericht een geweldige domper te geven. Zo werkt de duivel: als je als gelovige op een hoogtepunt verkeert, komt hij met iets onverwachts om je meteen weer uit balans te halen. Herkent u dat? Heb je dat wel eens meegemaakt? Hij probeert het juist op momenten, dat je geloof heel sterk is en je heel dicht bij God bent. Zo komen die beide berichten samen. Eerst de blijde terugkeer van de apostelen en dan het verdrietige bericht van de dood van Johannes de Doper. Waar zoek je dan je rust, als je lichaam zo moe is en je hart zo blij? Hoe verwerk je dan je geestelijke emoties, als er plotseling zo’n klap overheen komt? Jezus zegt: ‘Kom hier en ga met Mij naar een eenzame plaats. Dan kunnen jullie een beetje uitrusten.’ Broeders en zusters, zoek je rust bij Jezus. Als je het geestelijk niet meer trekken kunt. Als je emotioneel aan het eind van je latijn bent. Maar ook als je er lichamelijk helemaal doorheen zit. Bij Jezus is rust voor wie vermoeid is. Bij Hem is troost voor wie bedroefd is. Wat klinkt er een vriendelijkheid en ontferming door in de woorden die Hij spreekt: ‘Kom en rust.’ Als [3] gelovige hoeven we niet altijd ingespannen aan het werk te zijn. En we hoeven ons niet altijd voor te doen alsof wij in het geloof alles wel dragen kunnen. Ons lichaam heeft behoefte aan ontspanning. ‘Zoet is de slaap van hem die werkt’, staat er in Prediker 5:11. Onze geest heeft tijden nodig om tot rust te komen, zeker als je met Job de HERE aanroept, maar tegelijk denkt: ‘Ik kan haast niet geloven dat Hij naar mij zou luisteren, want Hij laat mij nooit op adem komen, Hij vervult mij met een diepe bitterheid.’ Let er dan op, hoe Jezus zijn leerlingen opvangt. Na alles wat ze doorstaan hebben, na het vele werk dat ze hebben mogen doen, met al hun indrukken en ervaringen mogen ze rusten bij Hem. En als de volgelingen van Johannes de Doper met dat ontzettende bericht van zijn dood gekomen zijn, is er ook voor de verwerking daarvan een plaats bij Jezus. Is dat niet geweldig? Ten diepste geeft Jezus rust voor onze zielen. Dat staat ook in Matteüs 11:2830. Het zijn bekende verzen, dus u hoeft het er niet bij te pakken, ik lees het wel even voor: Kom naar Mij, allen die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal Ik u rust geven. Neem mijn juk op u en leer van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zult u werkelijk rust vinden voor uw zielen, want mijn juk is zacht en mijn last is licht. Hoort u dat, broeders en zusters? Dringt het tot je door, wat Jezus hier precies zegt? Dit: ‘Draag uw moeiten niet alleen! Kom naar Mij toe! Dan ben je veilig! Dan vind je rust voor je zielen, innerlijke gemoedsrust. Want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’ En weet u, wat dan opvalt? Dat Jezus niet belooft, dat Hij die lasten van ons af zal nemen. De Here Jezus zegt in feite: geloven in Mij betekent niet, dat je automatisch een gemakkelijk leven zult hebben zonder moeite en zorgen. Maar Ik beloof je wel: Ik zal u rust geven, Ik zal ervoor zorgen, dat het te dragen is. Als je naar Mij toekomt, zul je merken: mijn juk is zacht en mijn last is licht. Wij vragen ons soms af: is dat wel zo? Wordt het leven er door het geloof anders van? Lichter, makkelijker? Ik wel er dit van zeggen. Jezus spreekt hier als de Zoon van God. Hij is de Heer van hemel en aarde, en bekijkt de mensen zoals ze werkelijk zijn. Hij doorziet ons. Hij kent ons zoals we zijn. En in zijn ogen zijn we allemaal hulpbehoevend. Wij, mensen, kijken vaak alleen maar om ons heen. En vinden dan, dat maar een déél van de mensen in de problemen zit. Wij vinden mensen zielig als ze b.v. blind zijn, of doof, of gehandikapt. En we proberen te begrijpen wat het voor een ander is als er een ouder, echtgenoot of kind overlijdt. Dan ben je belast met moeiten en zorgen. En dan heb je Jezus nodig. Zo ging dat in Israel ook. De mensen brachten massaal hun zieken naar Jezus toe. Mooi, dat Hij ze geneest. Maar daar laat men het verder bij. Jezus is er voor de stumpers en stakkers, maar de rest kan zichzelf wel redden. De meeste mensen zoeken niet zélf hun rust bij Jezus, ze willen niet in Hem geloven. Toch laat Jezus een hartelijke uitnodiging tot álle mensen uitgaan. Daarmee laat Hij ook ons voelen dat wij allemaal bij Hem moeten zijn voor herstel en rust. De probleemgevallen zijn geen uitzonderingen: álle mensen zijn hulpbehoevend voor de Zoon van God! Voor álle mensen is het leven uitzichtloos, je vindt geen rust, je komt er niet uit, je loopt telkens tegen ergens tegenaan en gaat door diepe dalen, en na zeventig, tachtig jaar is het voor iedereen een aflopende zaak. De Here Jezus spreekt niet alleen de mensen met veel problemen aan. Hij heeft het tegen ons allemaal. Want Hij ziet ons staan als zóndige mensen. Beste mensen: voelt u dát ook als een last? Zorgen je zonden ook voor een aanslag op je gemoedsrust? De Here Jezus roept ons op tijd op: 'Hierheen! Naar Mij! Want Ik kan je helpen. Ik ben de Zaligmaker, de Verlosser, en alleen Ik ken de weg terug naar God. Ik ben zachtmoedig en nederig [4] van hart. Ik voel Me niet te goed voor jou. Ik wil je rust geven voor je ziel. Zonder Mij wordt het leven ondragelijk. Maar als je in Mij gelooft, als je naar Mij toekomt, hou Ik je overeind en uiteindelijk bevrijd Ik je.' Zo belooft de Here Jezus ons rust. Dat betekent niet altijd, dat Hij elke last van ons wegneemt. Maar Hij zet er wel altijd iets tegenover. Dat doet Hij door het wonderlijke werk van zijn Heilige Geest. Die geeft je de zekerheid, dat je kind van God mag zijn. Die geeft je de rust van het geloof, dat je uit genade vergeving van zonden ontvangt, elke keer weer. Zo is het geloof in de Here Jezus een zacht juk. Want Hij is ons vooruit gegaan. Hij heeft het ergste al voor ons geleden. Zo zachtmoedig is Hij voor machteloze zondaren. Dat geeft rust voor onze zielen. Bij Jezus vind je vergeving, dankzij Hem jaagt zelfs de dood geen angst meer aan. Het verdriet is er nog wel, maar het houdt niet de overhand. Er is rust en troost. Want Jezus gaat altijd met ons mee. Wat de toekomst brengen moge, ons geleidt des Heren hand. En je mag altijd naar Hem toegaan. En reken maar: Hij helpt je verder. Want na een periode van rust kan iedereen er weer tegenaan. Zo gaat dat met vakantie en met de verwerking van schokkende gebeurtenissen. Zo gaat dat ook bij de Here Jezus. Zijn Heilige Geest neemt niet alleen moeiten en zorgen, en vooral de zondelast, van ons weg. Hij geeft ook nieuwe krachten, om uit geloof en liefde het goede te werken. Ook in Gods Koninkrijk is er plaats voor een time-out 2) Na de rust wacht het werk weer Als het goed is, rust je van een vakantie lekker uit. Dat geldt voor je lichaam: door nachtrust en na een vakantie heb je weer krachten opgedaan. Maar ook geestelijk is dat zo. Wanneer je afstand mag nemen en durft te nemen, krijg je ook weer verse energie om de nieuwe taken die wachten, op te pakken. En zelfs na een dal van diepe duisternis, als je het psychisch heel erg moeilijk hebt, geeft God toch nieuwe perspektieven. Het heeft z’n tijd nodig. En die tijd mag je ook nemen. Jezus gunt ook zijn de leerlingen hun rust. Hij laat ze afstand nemen van de mensen. Ze trekken zich terug met de boot. Met Jezus varen ze naar de overkant van het meer. Ze zijn even alleen. Het is maar kort. Daarna moeten ze weer vol aan de bak: de mensen zijn gevolgd en ze mogen hen niet wegsturen van Jezus. We hebben het zonet gelezen. En na de schokkende dood van Johannes de Doper wordt nog duidelijker, dat de mensen geestelijke zorg nodig hebben. Jezus is de Goede Herder. Hij weidt en draagt Gods eigendom (Ps. 28:5) Ook wij mogen de kracht voor het werk dat wacht zoeken bij Jezus. Vooral omdat we de diepste rust bij Hem vinden: rust voor onze zielen. Daar hoort ook bij: ‘Neem mijn juk op en volg Mij.’ Dus inderdaad: na de rust wacht het werk weer. Dat vraagt veel inspanning en is emotioneel zwaar. Toch is het niet te moeilijk. Als we maar naar Jezus kijken. Want hij zorgt a) voor motivatie en bewogenheid (vs. 34 - Hij, zo ook wij) b) voor kracht en geestelijk voedsel (de wonderlijke spijziging als teken) c) voor rust en voldoening (de leerlingen worden wel aan het werk gezet, maar mogen ook zelf meeprofiteren van Jezus’ wonder. Ook zij kunnen nu eten in rust. Want ze merken weer, hoe geweldig Jezus zorgt, niet alleen voor de mensen waaronder zij als apostelen een taak hebben, maar ook voor henzelf. Met Jezus houden ze het vol) En daarom de vraag, geliefden in de HERE: hoe denkt u het het komende seizoen vol te houden? Kiest u voor telkens een nieuwe break-out? Zoekt u het in een 2e of 3e vakantie? In Markus staat, dat de Here Jezus de mensen vele dingen begon te leren. Eén van de dingen die we van Jezus kunnen leren is de les van Exodus 23:12. Daar staat, hoe je bij God tot rust komt. Namelijk: Zes dagen mag u werken, maar op de zevende dag moet u rust houden; dan kunnen ook uw rund en uw ezel uitrusten en kunnen je slaven en de vreemdelingen [5] die voor je werken op adem komen. God geeft elke week de gelegenheid om één dag tot rust te komen. Uit te rusten: lichamelijk. Om geestelijk rust bij God te zoeken: samen als gemeente. En zelfs wanneer je emotioneel en psychisch vol onrust zit: wat kan een lied dat je samen zingt of een gebed tot God dat een ander uitspreekt, je weer rustig maken en vertrouwen geven. Kom, zegt Jezus, neem niet alleen in de vakantie een time-out, maar doe dat elke week. Zoek je rust bij Mij! Amen Mk. 6:31a LITURGIE Votum + Zegengroet Antwoordlied: Psalm 150 : 1 + 2 Wet: Psalm 15 : 1 + 2 Gebed Schriftlezing: Markus 6 : 6b – 13 en 30 - 44 Middenzang: Psalm 28 : 4 + 5 Lezing van de tekst: Markus 6 : 31a Bediening van het Woord Amenlied: Liedboek 473: 1, 2, 4, 7, 10 Geloofsbelijdenis: Gezang 155 : 1, 3, 4, 5 (‘God, enkel licht’) Dankgebed Kollekte Slotzang: Liedboek 293 : 1, 2, 3, 4 Zegen