Multiculturaliteit in het Romeinse Rijk 1. Het politiek domein Atlas kaart 30: grote expansie van het Romeinse Rijk Voor hun verovering van Midden- en Zuid-Italië moesten de Romeinen een aantal volkeren overwinnen: de Samnieten, de Etrusken en de Grieken. Door die verovering zal de Etruskische en de Griekse invloed op de Romeinen zeer groot blijken te zijn. Wat politieke ideeën betreft, gaan de Romeinen bijvoorbeeld een hellenistisch idee van staatsbestuur aanhangen. De Romeinen probeerden op een tweetal manier hun rijk te controleren en in bedwang te houden. De meeste leiders van het Romeinse rijk waren rasechte Romeinen, maar na verloop van tijd zijn sommige keizers afkomstig uit de provincies. Zo bijvoorbeeld keizer Lucius Septimus Severus (146-211), hij is afkomstig uit Noord-Afrika. Dit maakt hem milder dan de andere keizers tegenover de provincies. Zo zorgde hij ervoor dat de status van de inwoners van de provincies gelijk was aan die van de Italianen zelf. De meeste soldatenkeizers (235-284) waren dan weer van Illyrisch-Pannonische afkomst. Ook in het Romeinse leger is multiculturaliteit te vinden. Zo nam het Romeinse leger wapens en technieken over van de vijand. Ze gebruikten onder andere de Samnitische werpspeer, het Spaanse zwaard en het Gallische schild. Aanvankelijk werden soldaten heel streng geselecteerd: je moest bijvoorbeeld Romein zijn. Als bondgenoot kon je enkel in de hulptroepen terechtkomen. Vanaf de derde eeuw echter verzwakte het Romeinse leger. De Romeinen wilden liever niet meer voor het harde soldatenleven kiezen, ze lieten dit liever over aan mensen uit de provincies. In een poging het leger in zijn glorie te herstellen, ging men onder meer buitenlanders in dienst nemen die dan onder de leiding stonden van hun eigen aanvoerders. Besluit: 2. Het economische domein Oorspronkelijk was de Romeinse economie vooral een gesloten economie. Door de veroveringen nemen de handelscontacten echter toe. Het contact met de Griekse handelssteden in het zuiden van Italië bracht Rome tot economische bloei. Ook het plunderen en het heffen van belastingen verrijkten Rome. In de loop van de tweede en de eerste eeuw vC verrijkte Rome zich meestal schandelijk op de rug van de provincies. Ook honderdduizenden krijgsgevangenen uit de veroverde gebieden werden als slaven verhandeld op de slavenmarkten. Besluit: 3. Het sociaal-culturele domein praetor peregrinus opvoeding in twee talen festivals Besluit: 4. Case-study: de Gallo-Romeinse cultuur Beantwoord de volgende vragen bij het videofragment. Welke producten brachten de Romeinen mee op hun veroveringstocht naar het noorden? Welke invloed oefende ze nog uit op de Germaanse bevolking in het hedendaagse Nederland? Is het gebruikte beeldmateriaal in dit fragment historisch, met andere woorden: komen de beelden uit de tijd van de Romeinen zelf? In deze video zagen we eigenlijk een vrij eenzijdige benadering van de GalloRomeinse cultuur. Er was inderdaad invloed van de Romeinen op de Galliërs en op de Germanen. Bijvoorbeeld Gallische aristocraten namen een Romeinse levenswijze over en stuurden hun zonen naar scholen waar ze Latijn konden leren. De Romeinen bouwden villae en legden wijngaarden aan. Ook de Keltische godsdienst werd geromaniseerd. Vele Keltische goden kregen Romeinse namen. De Romeinen verwachtten van de Galliërs dat ze zich zouden aanpassen aan de Romeinse cultuur (bijvoorbeeld overname Romeinse bouwwijze, klederdracht, haartooi (kort) en taal). Zoals jullie in de video gezien hebben brachten de Romeinen ook eten en drinken mee zoals druiven, kersen, peren, perziken, kolen. Ze eisten van de Gallische ambachtslui ook dezelfde kwaliteit aardewerk als in Rome. Maar de beïnvloeding gebeurde zeker niet eenzijdig. Een voorbeeld daarvan is dat de Romeinen in onze streken onder hun uniform een halflange broek droegen, een typisch kenmerk van de Galliërs. De Romeinen waren ook verlekkerd op ham en op ganzen uit onze streken. Besluit: 5. Het religieuze domein De feitelijke oorsprong van de Romeinse religie ligt in de agrarische vruchtbaarheidsculten van de pre-stedelijke samenleving in Rome. Al op het primitief geloof van de Romeinen had de Etruskische godsdienst een invloed. Men geloofde dat de wereld bevolkt was met mysterieuze krachten en geesten. Vele van die goden waren oorspronkelijk natuurkrachten en werden vereerd in een huisaltaar. Vanaf het begin van de zesde eeuw vC, nog steeds onder Etruskische invloed, veranderde de Romeinse religie: ze kreeg een meer stedelijk karakter. Een aantal goden werden nu door de hele bevolking aanbeden en deze groeiden bijgevolg uit tot staatsgoden. Lees de volgende bron (uit: HAUBEN, H., Inleiding tot de godsdienst van de Romeinen). De tijd dat men de Romeinse godsdienst vooral zag als een soort kopie van de Griekse ligt al ver achter ons. (…) Algemeen wordt nu de originaliteit van de Romeinse godsdienst erkend. Men bestudeert de Romeinse godsdienst dus niet meer onmiddellijk met de Griekse in zijn achterhoofd. (…) In tegenstelling tot de Grieken hebben de Romeinen nauwelijks mythen. De talrijke godheden staan naast elkaar zonder onderling verband of enige familierelatie. (…) Vooral vanaf de derde eeuw vC zullen de Romeinen hun goden met Griekse godheden gelijkstellen en geleidelijk elementen van de Griekse mythologie overnemen. Wat heeft men altijd gezegd over de Romeinse godsdienst? Hoe kijkt men nu naar de Romeinse godsdienst? Wat is een groot verschil tussen de Griekse en de Romeinse godsdienst? Wanneer beginnen de Romeinen elementen van de Griekse godsdienst over te nemen? Lees de volgende bron (uit: HARRIS, N., De Grieken en de Romeinen) In de tweede eeuw (…) begon een gevoel van zinloosheid (bij een deel van de Romeinen) terrein te winnen. Een vage ontevredenheid over wat het leven te bieden had, deed een verlangen ontstaan naar iets anders. (…) Aan deze stemming werd voldaan door een stroom van nieuwe godsdiensten, bijna zonder uitzondering uit het Oosten afkomstig. (…) De Egyptische godin Isis werd in het hele Middellandse-Zeegebied een populaire godheid. (…) Ook andere mysterieuze godsdiensten hadden een grote aantrekkingskracht en voldeden blijkbaar aan de toenemende behoefte aan magie, geheimen, wonderen, onsterfelijkheid, (…) Welk gevoel heerste er onder de Romeinen in de tweede eeuw vC? Wat was het gevolg daarvan? Een aantal van die godsdiensten die populair werden waren: de verering van Cybele als Magna Mater, de aanhang van de Griekse stoa-filosofie, de Isis- en Serapiscultus, de cultus rond de Perzische godheid Mithras, de Dionysuscultus,… Het christendom: Besluit: