Uitspraak RECHTBANK ‘s-HERTOGENBOSCH Sector Kanton, locatie ‘s-Hertogenbosch Zaaknummer : 604998 EJ verz. : 09-573 Uitspraak : 16 maart 2009 in de zaak van: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Innov-X Systems-Europe B.V., gevestigd te ‘s-Hertogenbosch, verzoekster, gemachtigde: mr. L. Tielenius Kruythoff, tegen: [verweerder], wonende te Sprang Capelle, verweerder, gemachtigde: mr. D.C. Bos-Oskam. Partijen worden hierna aangeduid als “Innov-X” en “[verweerder]”. 1. De procedure Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie van de rechtbank, sector kanton, locatie 's-Hertogenbosch, op 30 januari 2009, heeft Innov-X verzocht om de arbeidsovereenkomst met [verweerder] te ontbinden. Zijdens [verweerder] is een verweerschrift ingediend. Innov-X heeft bij brieven van 25 februari 2009 en 27 februari 2009 producties toegezonden aan de rechtbank en aan de wederpartij. De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 4 maart 2009, bij welke gelegenheid partijen de zaak hebben doen bepleiten door hun gemachtigden voornoemd. Na gevoerd debat is de beschikking bepaald op heden. 2. Inleiding 2.1. Tussen partijen bestaat een arbeidsovereenkomst. [verweerder] is sedert 9 juli 2007 in dienst van Innov-X, laatstelijk als ‘assistant administrator’ tegen een bruto salaris (exclusief vakantiegeld) van € 720,97 per maand. [verweerder] is thans 21 jaar oud. 2.2. Innov-X grondt het verzoek op de stelling dat er gewichtige redenen zijn om de arbeidsovereenkomst te ontbinden, bestaande in veranderingen in de omstandigheden, welke van dien aard zijn dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen. 2.3. Ter toelichting op deze stellingname heeft Innov-X, kort weergegeven, het volgende aangevoerd. Innov-X heeft de afgelopen twee jaren operationele verliezen geleden. Deze verliezen zullen in de nabije toekomst substantieel toenemen vanwege de verslechterende economische situatie in de regio’s waar Innov-X actief is en mondiaal. Innov-X is in verband hiermee genoodzaakt de personele en operationele kosten te verlagen. Ondanks genomen maatregelen om operationele kosten terug te dringen is Innov-X genoodzaakt om te snijden in het personeelsbestand. [verweerder] is één van de twee assistent boekhouders. Een van de functies van assistent boekhouder is komen te vervallen. Innov-X heef er voor gekozen het dienstverband met [verweerder] te beëindigen en de andere assistent boekhouder, [M], in de verzwaarde functie van assistent boekhouder te handhaven. [M] beschikt over passender ervaring en opleiding en voldoet derhalve beter aan de vereisten voor de functie. [verweerder] voldoet hieraan in mindere mate. Voorts lijdt [verweerder] aan een lichte vorm van autisme waardoor hij begeleiding behoeft. Deze begeleiding kan in de afgeslankte afdeling niet geboden worden. Er is voor [verweerder] geen alternatieve passende functie voorhanden. 2.4. [verweerder] heeft tegen het verzoek, kort weergegeven, het navolgende tot verweer aangevoerd. Innov-X heeft onvoldoende onderbouwd dat ontslagen op bedrijfseconomische gronden noodzakelijk zijn. [M] en [verweerder] hebben dezelfde functie, hun functies zijn onderling uitwisselbaar en zij vallen allebei in de leeftijdscategorie van 15 tot 25 jaar. [M] werkt pas sinds 1 augustus 2008 als assistent boekhouder. Conform het anciënniteitsbeginsel dient de werknemer met het kortste dienstverband het eerst voor ontslag in aanmerking te komen. [verweerder] is één jaar langer in dienst van Innov-X dan [M]. Innov-X handelt met het ontbindingsverzoek in strijd met het afspiegelingsbeginsel. Ten onrechte voert Innov-X aan dat [M] passender ervaring en opleiding zou hebben. Bij indiensttreding hadden [M] en [verweerder] dezelfde ervaring als boekhouder. [verweerder] is daarnaast ruim een jaar langer in dienst bij Innov-X. [M] heeft een MBO-niveau 3 opleiding en [verweerder] heeft een MBO-niveau 4 opleiding. Dat [verweerder] begeleiding nodig heeft is niet problematisch. Voordat [M] in dienst trad was [verweerder] gedurende meer dan een jaar succesvol de enige assistent boekhouder. De benodigde begeleiding wordt geboden door de jobcoach van [verweerder] en extra begeleiding vanuit Innov-X is niet nodig. [verweerder] wordt aangemerkt als een werknemer met een arbeidshandicap. [verweerder] heeft daardoor een zwakkere arbeidsmarktpositie dan [M]. Het financieel belang van Innov-X om de overeenkomst met [verweerder] te beëindigen is veel kleiner dan het financieel voordeel bij ontslag van [M] vanwege het feit dat Innov-X 40% loondispensatie heeft voor [verweerder]. Er zijn geen gronden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Als de arbeidsovereenkomst toch wordt ontbonden dan dient aan [verweerder] een billijke vergoeding te worden toegekend. 3. De beoordeling 3.1. Gesteld noch gebleken is dat het verzoek verband houdt met een van de opzegverboden van artikel 7:647, 648, 670 en 670a BW of met enig ander verbod tot opzegging van de arbeidsovereenkomst. 3.2.1. Uit de door Innov-X in het geding gebrachte financiële gegevens met betrekking tot haar bedrijfsvoering en met betrekking tot de verwachte resultaten in de toekomst, die door [verweerder] niet althans onvoldoende gemotiveerd zijn weersproken, volgt dat de bedrijfseconomische situatie van Innov-X sterk achteruit is gegaan en dat de prognoses ongunstig zijn. [verweerder] heeft ter zitting ook verklaard dat hij heeft gemerkt dat er sedert september/oktober 2008 sprake is van een duidelijke terugloop van de omzet. Hij is in verband daarmee sedert 2 februari 2009 vrijgesteld van het verrichten van werkzaamheden. Gezien deze omstandigheden is voldoende aannemelijk dat Innov-X zich genoodzaakt ziet naast de verlaging van operationele kosten, waartoe zij onbetwist reeds maatregelen heeft getroffen, ook haar personele kosten te verlagen. 3.2.2. [verweerder] vervult de functie van assistent boekhouder, evenals een andere werknemer van Innov-X, [M]. Daarnaast is er op de afdeling administratie nog een Senior Financieel Accountant, [B], werkzaam die thans afwezig is in verband met zwangerschapsverlof. Zowel [M] als [verweerder] hebben een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. [verweerder] is eerder in dienst getreden dan [M]. Indien het afspiegelingsbeginsel zou worden gehanteerd dan zou [M] ten opzicht van [verweerder] als eerste in aanmerking komen voor beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst. Innov-X heeft in het verzoekschrift echter aangevoerd dat zij de voorkeur geeft aan handhaving van [M] omdat [M] beschikt over passender ervaring en opleiding. [verweerder] heeft dit echter gemotiveerd weersproken, stellende dat hij meer ervaring en een hogere opleiding heeft, hetgeen door Innov-X niet is betwist. Dit argument van Innov-X voor beëindiging van de arbeidsovereenkomst met [verweerder], kennelijk in plaats van die met [M], gaat derhalve niet op. Voorts heeft Innov-X in het verzoekschrift gesteld dat [verweerder] lijdt aan een lichte vorm van autisme, hetgeen tussen partijen vast staat, waardoor hij begeleiding behoeft. Volgens Innov-X wordt de functie van assistent boekhouder in de nieuwe organisatie belangrijk verzwaard en kan aan [verweerder] geen begeleiding meer worden geboden. Dat sprake is van een belangrijke verzwaring van de functie als deze door één persoon wordt uitgeoefend valt vooralsnog niet in te zien. De gestelde terugloop van de omzet zal immers ook een afname van boekhoudkundige werkzaamheden meebrengen. Uit de door Innov-X als productie 12 in het geding gebrachte stukken blijkt genoegzaam dat [verweerder] enige begeleiding nodig heeft bij de uitoefening van zijn functie, waardoor niet aannemelijk is dat hij volledig zelfstandig zal kunnen werken. Het enkel terugbrengen van de twee functies assistent boekhouder tot een functie assistent boekhouder brengt echter niet mee dat aan [verweerder] niet de benodigde begeleiding kan worden geboden. Uit genoemde productie 12 blijkt immers dat [verweerder] naast beperkte begeleiding van zijn jobcoach, begeleiding heeft ontvangen van [B]. Ter zitting heeft Innov-X aangevoerd dat het in haar bedoeling ligt om na afloop van het bevallingsverlof van [B], de arbeidsovereenkomst met haar te beëindigen, zodat uiteindelijk nog slechts één persoon op de afdeling administratie werkzaam zal zijn. Volgens Innov-X kan [verweerder] die functie niet aan. Gelet op het feit dat [verweerder] bij de uitvoering van zijn werkzaamheden begeleiding nodig heeft is aannemelijk dat hij die functie in elk geval niet zonder enige begeleiding zal kunnen uitoefenen. Nog afgezien van de omstandigheid dat Innov-X dit argument niet in het verzoekschrift naar voren heeft gebracht, is beëindiging van de arbeidsovereenkomst met [B] thans in elk geval niet aan de orde en is het nog maar de vraag of en wanneer het tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst met [B] zal komen. Bovendien heeft Innov-X de afwezigheid van [B] opgevangen door inschakeling van een externe medewerker gedurende enkele dagen per week, zoals zijdens Innov-X ter zitting is verklaard. Hieruit volgt dat er kennelijk in de begeleiding van [verweerder] kan worden voorzien en dat er - nog – geen sprake van is dat de werkzaamheden op de afdeling administratie door één medewerker moeten worden uitgevoerd. De omstandigheid dat [verweerder] begeleiding behoeft rechtvaardigt derhalve niet de conclusie dat bij het vervallen van één van de twee functies assistent boekhouder de keuze voor wat betreft de beëindiging van de arbeidsovereenkomst in afwijking van het afspiegelingsbeginsel op [verweerder] zou moeten vallen. Naast het voorgaande is ook van belang dat [verweerder] moet worden aangemerkt als een werknemer met een arbeidshandicap, hetgeen meebrengt dat hij een zwakkere arbeidsmarktpositie heeft dan [M] en dat hij bij beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst een groter nadeel ondervindt dan een werknemer met een normale arbeidsmarktpositie. Voorts is van belang dat [verweerder] een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd heeft die per 9 juli 2010 eindigt en dat Innov-X voor [verweerder] een loondispensatie heeft van 40%, in verband waarmee zij aan salaris slechts € 720,97 bruto per maand exclusief vakantiegeld verschuldigd is. Het financiële belang van Innov-X bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst met [verweerder] is derhalve beperkt, ook indien in aanmerking wordt genomen de eventuele vergoeding die Innov-X bij ontbinding van de arbeidsovereenkomst aan [verweerder] verschuldigd zou worden, bij de vaststelling waarvan rekening zou worden gehouden met het feit dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Tussen partijen is niet in geschil dat [verweerder] steeds goed heeft gefunctioneerd zodat zijn functioneren geen belemmering voor voortzetting van de arbeidsovereenkomst kan worden geacht. 3.3. Gelet op het voorgaande is er geen sprake van een zodanige verandering van omstandigheden dat de arbeidsovereenkomst tussen Innov-X en [verweerder] direct dan wel op korte termijn zou moeten eindigen. Het verzoek van Innov-X zal daarom worden afgewezen. De kantonrechter acht termen aanwezig de proceskosten te compenseren. 4. De beslissing De kantonrechter: wijst het verzoek af; compenseert de proceskosten zo, dat ieder van partijen de eigen kosten draagt. Deze beschikking is gegeven en in het openbaar uitgesproken door mr. E.J.C. Adang, kantonrechter te 's-Hertogenbosch, in tegenwoordigheid van de griffier, op 16 maart 2009. Zaaknummer: 604998 EJ VERZ 09-573 Innov-X - [verweerder] blad 4 beschikking