Tellen en getalbegrip in groep 1 en 2 Schatkist • Realiseren dat getallen verschillende betekenissen kunnen hebben. In Schatkist zijn activiteiten opgenomen die kleuters voorbereiden op het rekenen in groep 3 en verder. De Er is veel te doen in de wereld van getallen voordat de ‘echte activiteiten en suggesties uit Schatkist worden binnen de sommen’ gemaakt kunnen worden. Hoe meer aandacht er diverse ankers vormgegeven en richten zich op vastgestel- is voor getalbegrip, des te sneller zullen kinderen inzicht de ontwikkelingsdoelen op het gebied van taal, lezen en krijgen in de bewerkingen. Het automatiseren van de plus- en rekenen. Wanneer Schatkist structureel wordt ingezet in de minsommen zal daardoor in groep 3 veel beter gaan. groep, komen gedurende het schooljaar alle tussendoelen In groep 1 en 2 wordt een fundamentele basis gelegd voor beginnende gecijferdheid aan de orde. het rekenen. Daarom is het belangrijk om dagelijks 15 tot Bij Schatkist kan het katern ‘Werken met de cijfermuur’ 20 minuten expliciet aandacht te besteden aan activiteiten worden gebruikt om spelletjes en routines in te zetten, die de ontwikkeling van getalbegrip ondersteunen. waarmee getalbegrip ontwikkeld kan worden. Door een geïntegreerd aanbod en het gebruik van de routines van Doelen de cijfermuur ontstaat goed onderwijs waardoor kinderen Met de invoering van de referentieniveaus (Meijerink, voorbereid worden op het latere rekenen. 2009) vanaf schooljaar 2010-2011 zijn de tussendoelen voor het rekenen eind groep 2 aangescherpt. De SLO heeft de ontwikkeling van jonge kinderen van 2 tot en met 7 jaar Ontwikkelen van tellen en getalbegrip in kaart gebracht door het beschrijven van de beheersingsdoelen getallen, meten en meetkunde. De beschrijvingen Tellen en getalbegrip zijn nodig om de wereld van de getal- zijn te vinden op www.SLO.nl. len te leren kennen. Hiermee wordt een basis gelegd voor De PO-raad (raad voor Primair Onderwijs) heeft de tussen- het rekenen, zoals we dat bedoelen met het maken van doelen voor beginnende gecijferdheid op een ‘kwaliteits- sommen. In de praktijk van het onderwijs wordt soms te kaart’ in het kort samengevat. Aan het einde van groep 2: snel aangestuurd op het kennen en reproduceren van de • kennen kinderen de cijfersymbolen; cijfersymbolen en het maken van ‘echte’ sommen. Om dit • kunnen kinderen tot 20 tellen; te kunnen, is echter veel kennis van getallen nodig en ook • kunnen kinderen vanaf een gegeven getal verder tellen; vaardigheden om met de getallen om te gaan. Het gaat om • kunnen kinderen terugtellen vanaf 10; de volgende vaardigheden: • kunnen kinderen de buurgetallen noemen van getallen • Kennen en opnoemen van de getallen van de telrij tot 20; (akoestisch tellen). • kunnen kinderen bovenstaande vaardigheden toepassen • Kunnen aanwijzen van objecten en tegelijkertijd in functionele situaties. uitspreken van het getal (synchroon tellen). • Begrijpen dat het laatste getal bij tellen van een aantal In het overzicht van de SLO zijn in het domein getalbegrip objecten de hoeveelheid aanduidt (resultatief tellen). tevens de onderdelen ‘omgaan met hoeveelheden’ en ‘om- • Begrijpen dat je een hoeveelheid kunt representeren met gaan met getallen’ opgenomen. cijfersymbolen, vingers, streepjes. • Flexibel kunnen ordenen en tellen van hoeveelheden. • In één keer herkennen van patronen (bijv. vier op de *Het herkennen van getalbeelden zoals de dobbelsteenpatronen of de vingerbeelden is belangrijk voor het leren rekenen (Nes, F. van, 2009). De getalbeelden gaan met de vingers tot en met 10 en bij de dobbelsteenpatronen tot en met 12 (omdat er nu eenmaal twee zessen zijn). Het is niet nodig om de patronen voort te zetten naar 20, omdat de beelden – en dus ook de getallen – zich vanaf 10 herhalen. Het is de bedoeling dat kinderen zich de beelden in ieder geval tot en met 10 eigen maken. dobbelsteen).* • Kunnen samenvoegen van hoeveelheden (of wegnemen, afhalen). • Kunnen redeneren over hoe een getal is samengesteld (6 is 4 en 2, maar ook 5 en 1). © Uitgeverij Zwijsen B.V., Tilburg 4 Schatkist • Cijfermuur • Extra activiteiten Extra activiteiten voor tellen en getalbegrip Naast de verschillende aangepaste routine-activiteiten die gebruikmaken van de cijfermuur is het belangrijk om kinderen te stimuleren tot wiskundig en logisch denken. Omdat de tussendoelen zijn aangescherpt en iets ver- Dit gebeurt veelal binnen de verschillende thema’s en in de der reiken dan voorheen, kunt u op deze site een aantal hoeken waar kinderen kunnen spelen en leren. De leer- activiteiten vinden om het basisaanbod van Schatkist en kracht speelt hierbij een belangrijke rol. Met name door de activiteiten van het werken met de cijfermuur aan te het stellen van goede open vragen zullen kinderen meer vullen. In de basisdoelen wordt er nu van uitgegaan dat de en op een hoger niveau gaan redeneren. Bij elke nieuwe kinderen de telrij kunnen opzeggen tot ten minste 20. Ook activiteit krijgt u hiervoor suggesties. Ook de richtvragen moeten zij hoeveelheden kunnen schatten en tellen tot ten helpen u bij het stimuleren van het wiskundig redeneren. minste 12. De doelen bij de zes extra activiteiten zijn gebaseerd op Tip de beheersingsdoelen van SLO en sluiten aan bij Schatkist Gebruik Schatkist DigiRegie om rekenactiviteiten handig Tussendoelen beginnende gecijferdheid en Schatkist te plannen. Het is ook belangrijk om te overleggen met de Tussendoelen woordenschat (zie Schatkist Gebruikswijzer, leerkrachten van groep 3 om er zo voor te zorgen dat de p. 58 en p. 51). In onderstaand schema is te zien, hoe deze kinderen zich in een doorgaande lijn ontwikkelen. doelen aansluiten bij de Tussendoelen beginnende gecijferdheid en woordenschat van Schatkist. Pagina Activiteit SLO Beheersingsdoelen rekenontwikkeling: Getallen Schatkist Tussendoelen Schatkist Tussendoelen beginnende gecijferdheid woordenschat 6 Leren tellen Omgaan met de telrij Omgaan met getallen 5.2, 5.3, 5.5, 5.7 3.2 7 Een doosje met rozijnen Omgaan met hoeveelheden Omgaan met getallen 5.1, 5.3, 5.4, 5.7 3.2 8 Piet Piraat Omgaan met hoeveelheden 5.1, 5.3, 5.4 3.2 9 Bingo! Omgaan met hoeveelheden Omgaan met getallen 5.1, 5.5, 5.6, 5.7 3.2 10 Buurgetallen Omgaan met de telrij Omgaan met getallen 5.2, 5.5, 5.7 3.2 11 Hoeveel zijn het er? Omgaan met hoeveelheden Omgaan getallen 5.1, 5.3, 5.5, 5.7 3.2 © Uitgeverij Zwijsen B.V., Tilburg 5 Schatkist • Cijfermuur • Extra activiteiten