Bijzonder procesdoel 3: zelfstandig handelen Eerste leerjaar B Beroepsvoorbereidend leerjaar 3.1. (Het) kiezen 3.1. (Het) Kiezen ° Mijn bedoelingen - wat wil ik bereiken ? - zelfkennis opbouwen ° Mijn bedoelingen - wat wil ik bereiken ? - zelfkennis opbouwen - toekomstperspectief: wat wil ik worden ? Hoe ga ik ertoe komen ? ° Zelf kiezen * factoren die mijn handelen met anderen beïnvloeden / bepalen - eigen-ik: - mijn uiterlijk - vooroordelen - onwetendheid - mijn gezin - de familie, de vrienden, de klas, de buurt, de vereniging ° Zelf kiezen * factoren die mijn handelen met anderen beïnvloeden / bepalen * op grond van objectieve criteria: * op grond van vooroordelen: 3.2. Gedrag feiten schoolkeuze studiekeuze vrienden de zondebok ° Ik leer de maatschappelijke omstandigheden waarin ik leef ° Ik leer te handelen op grond van en vanuit: - objectieve informatie: bv. omgaan met roken - overtuigingen en principes: humane waarden - socialiserende ingesteldheid: - ik leef samen met - ik ben eerlijk - ik zelf: - negatieve ingesteldheid tegenover anderen - mijn kijk op de toekomst: - wat kan ik zelf bepalen ? - datgene wat ik weet - diegene(n) die ik ken - ik heb verwachtingen - mijn gezin en mijn familie - groepsdruk - de verwachtingen van anderen jegens mij - in kaart brengen van de eigen verwachtingen 3.2. Gedrag ° Ik leer van de maatschappelijke omstandigheden waarin ik leef ° Ik leer te handelen op grond van - objectieve informatie: bvb. omgaan met alcohol - overtuigingen en principes: humane waarden - socialiserende ingesteldheid: ik leef samen met anderen - gevoelens - verantwoordelijkheid - assertiviteit - gevoelens verantwoordelijkheid zelfvertrouwen zelfkennis ° Mijn gedrag in kaart: oefenen in sociale verantwoordelijkheid en zeflrapportering * resultaat van mijn gedrag: - ik heb iets bijgebracht: - vanuit mezelf - voor mezelf - voor anderen * gevolgen van mijn gedrag: - hoe sta ik ervoor ? - hoe staan anderen er door mij voor ? * zelf verantwoordelijk: - wat doe ik dan ? - leren inschatten en leren beslissen - een eigen identiteit - (eigen) belang (en) ° Mijn gedrag in kaart * Oefenen in sociale verantwoordelijkheid en zelfrapportering - gevolgen van mijn gedrag: - bedoelde en onbedoelde: - voor mezelf en voor de andere(n) - zelf verantwoordelijk: wat doe ik dan ? - leren inschatten en leren beslissen - verantwoordelijk omgaan met uitdagingen: positief: sport negatief: vandalisme, diefstal * zelfontplooiinig: - ik ga na wat mijn mogelijkheden zijn - ik leer de risico’s kennen 1ste leerjaar 2de graad 3.1. (Het) Kiezen 2 de leerjaar 2de graad 3.1. (Het) Kiezen ° Mijn bedoelingen - waar kijk ik naar uit ? - wat heb ik voor mezelf in petto ? ° Zelf kiezen * Factoren die mijn handelen met anderen beïnvloeden / bepalen ° Zelf kiezen * Factoren die mijn handelen met anderen beïnvloeden / bepalen - eigen- ik: mijn voorkeuren groepsdruk: de leeftijdsgenoten, bevestigingsdrang en -dwang maatschappelijke verschijnselen: jongerenculturen: muziek, mode–merkkleding, denkbeelden informatie - feitenmateriaal maatschappelijke verschijnselen: jongerenculturen: muziek, mode – merkkleding, denkbeelden afspraken en regels belangen voorbeeldfuncties: statussymbolen, vedettecultus, idolatrie de verwachtingen van anderen 3.2. Gedrag 3.2. Gedrag ° Ik leer de maatschappelijke omstandigheden waarin ik leef ° Ik leer te handelen (keuzen maken) op grond van en vanuit: - objectieve informatie: omgaan met geld, modetrends - haalbaarheid - mijn eigen verwachtingen ° Ik leer te handelen (keuzen maken) op grond van en vanuit: - overtuigingen en principes: humane waarden - socialiserende ingesteldheid: - ik leef samen met anderen - ik betoon solidariteit - afspraken ° Mijn gedrag in kaart ° Mijn gedrag in kaart * Oefenen in sociale verantwoordelijkheid en zelfrapportering: - resultaat van mijn gedrag: ik heb iets bijgebracht voor anderen - gevolgen van mijn gedrag: hoe staan anderen er door mij voor? - dragen van verantwoordelijkheid: - binnen de school: sociale relaties - binnen de eigen leefwereld: - hoe gedraag ik mij op straat ? - hoe gedraag ik mij naar mijn vrienden ? * Zelfontplooiing: - ik leer de mogelijkheden die zich voordoen in te schatten * Oefenen in sociale verantwoordelijkheid en zelfrapportering - naar anderen: - ik ga na wat mijn mogelijkheden zijn - ik leer de risico’s kennen * Zelfbegrenzing: - ik leer rekening te houden met risico’s 1 ste leerjaar 3 de graad 3.1. Kritische keuzen maken 2 de leerjaar 3 de graad 3 de leerjaar 3 de graad 3.1. Kritische keuzen maken 3.1. Kritische keuzen maken ° Zelf kiezen * Beïnvloeding door culturele factoren - alternatieve samenlevingsvormen ° Zelf kiezen * Beïnvloeding door culturele factoren - sociale klassen: mijn ambitie ° Mijn bedoelingen * Wat wil ik bereiken ? - toekomstperspectieven ° Zelf kiezen * Beïnvloeding door culturele factoren - soorten gezinnen * Op grond van verantwoordelijkheid - verantwoordelijkheid in het verkeer * Op grond van verantwoordelijkheid - verantwoordelijkheid in relaties 3.2. Gedrag 3.2. Gedrag ° Ik pas me aan aan de maatschappelijke omstandigheden waarin ik leef * De omstandigheden die ik aanvaard - de gevoelens die ik belangrijk vind * De omstandigheden waartegen ik me verzet - de overtuigingen die ik aanvecht ° Ik pas me aan aan de maatschappelijke omstandigheden waarin ik leef * De omstandigheden die ik aanvaard - de belangen die ik steun * De omstandigheden waartegen ik me verzet - de compromissen die ik eerder gesloten heb ° Ik leer te handelen op grond van * Motieven - voor wat ik doe en laat - de rechtvaardige oorlog ° Ik leer te handelen op grond van * Motieven - de rechtvaardige oorlog - terrorisme en bevrijding * Principes * Op grond van verantwoordelijkheid - verborgen verleiders, verleiding 3.2. Gedrag ° Ik leer te handelen op grond van * Motieven - de rechtvaardige oorlog - geweld plegen voor vrijheid: de vrijheidsstrijd * - geweldloos verzet: burgerlijke ongehoorzaamheid Gevolgen - ervaringen met positieve en negatieve afloop - mijn onwrikbare principes ° Oefenen in sociale verantwoordelijkheid ° Oefenen in sociale verantwoordelijkheid * Inschatten van verantwoordelijkheid - tegenover mezelf - tegenover zwakkeren, vrienden, relaties, ouders, school ° Zelfontplooiing * Mogelijkheden - incasseringsvermogen * Risico’s - agressiviteit * Eerlijk zijn - tegenover mezelf - tegenover anderen ° Zelfontplooiing * Mogelijkheden - assertiviteit * Risico’s - sociale uitsluiting ° Oefenen in sociale verantwoordelijkheid * Inschatten van verantwoordelijkheid * Eerlijk zijn ° Zelfontplooiing * Mogelijkheden - assertiviteit - incasseringsvermogen * Risico’s - agressiviteit - sociale uitsluiting