B&W.nr.: 08.0416, d.d. 20-05-2008 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid R. Becht (GL) inzake verstrekken van het Persoonsgebonden Budget (PGB) (ingekomen 25 maart 2008) BESLUITEN Behoudens advies van de commissie 1. de beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid R. Becht (GL) inzake verstrekken van het Persoonsgebonden Budget (PGB) vast te stellen; 2. dit besluit te zenden aan de vragenstellers en de overige leden van de gemeenteraad. Samenvatting Het raadslid R. Becht (GL) heeft vragen gesteld over de wijze van uitbetaling van het persoonsgebonden budget (PGB) voor Hulp bij het huishouden in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). In de beantwoording is aangegeven waarom de gemeente Leiden voor het kalenderjaar 2008 voor deze uitbetalingswijze, namelijk het bruto PGB (niet vooraf verminderd met de te betalen eigen bijdrage), heeft gekozen. Aangegeven is dat de wijze van uitbetaling van het PGB niets uitmaakt voor het bewaken van de samenloop van de eigen bijdragen voor WMO én die voor de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Het Centraal Administratie Kantoor (CAK), door de wetgever belast met het innen van de eigen bijdrage, bewaakt in alle gevallen de maximale eigen bijdrageheffing. Schriftelijke vragen aan het College van Burgemeester en Wethouders van het raadslid R. BECHT (GL) inzake verstrekken van het Persoonsgebonden Budget (PGB) (ingekomen 25 maart 2008) Als gevolg de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, is de gemeente verantwoordelijk voor het verstrekken van het Persoonsgebonden Budget (PGB). Voor die tijd werd dat door het Zorgkantoor uitbetaald. Het Zorgkantoor had de gewoonte het PGB per jaar netto uit te betalen, d.w.z. een schatting van de eigen bijdrage te maken en die op voorhand van het PGB in te houden. Na nacalculatie door het Centraal Administratie Kantoor (CAK) werd dan de definitieve eigen bijdrage vastgesteld en het eventuele verschil tussen de schatting en het definitieve bedrag werd dan verrekend met de eerstvolgende termijn van het PGB. De gemeente is er toe overgegaan het PGB bruto per kwartaal uit te betalen. Weliswaar wordt de budgethouder middels een brief op de hoogte gesteld van het feit dat er een eigen bijdrage van toepassing is op het PGB en dat er dus een gedeelte van het uitbetaalde budget terugbetaald moet worden, maar er wordt geen enkele indicatie gegeven van de hoogte van het terug te betalen bedrag. De berekening die de budgethouder moet maken om de hoogte van de eigen bijdrage te becijferen is knap ingewikkeld. Daarnaast is het onduidelijk op welke termijn het gedeelte eigen bijdrage van het PGB terugbetaald moet worden. De fractie van GroenLinks is van mening dat deze gang van zaken de gebruiker van het PGB onnodig belast, zowel in financiële als administratieve zin. In deze overtuiging worden wij gesteund door Per Saldo en de VNG. Naar aanleiding van bovengeschetste situatie verzoek ik, gezien artikel 43 van het Reglement van Orde van de Gemeenteraad, u namens de fractie van GroenLinks om onze volgende vragen schriftelijk te beantwoorden: Inleiding Alvorens in te gaan op de afzonderlijke vragen, wil ons College kort aangeven waarom er voor het kalenderjaar 2008 gekozen is voor verstrekken van bruto PGB’s voor hulp bij het huishouden. Leiden is net als veel gemeenten na de invoering van de WMO in januari 2007 namelijk in eerste instantie wel gestart met het verstrekken van netto PGB’s volgens de methode die de Zorgkantoren voorheen hanteerden. Dat verliep niet helemaal optimaal vanwege problemen op het gebied van gegevensuitwisseling met CAK, de instantie die wettelijk is aangewezen om de eigen bijdragen voor gemeenten te innen. In het voorjaar van 2007 kwam vervolgens het bericht van het ministerie van VWS dat, door de wijze waarop de wet was geformuleerd, gemeenten geen netto PGB’s mochten verstrekken. Leiden is daarop noodgedwongen overgestapt op de bruto PGB-constructie. In het laatste kwartaal van 2007 is dit knelpunt gerepareerd door de in vraag 1 genoemde constructie. Zowel het netto als het bruto PGB kennen voor- en nadelen. Zo is een voordeel van netto constructie dat de voorlopige eigen bijdrage (de definitieve hoogte van de eigen bijdrage volgt pas na afloop van het kalenderjaar op basis van inkomensgegevens van de belastingsdienst) al direct bij de verstrekking wordt verrekend. Die voorlopige hoogte van de eigen bijdrage is direct ook een nadeel, omdat de klant bij de netto PGB-constructie hierdoor te maken krijgt met een voorlopige hoogte van het budget en allerlei verrekeningen achteraf. Voordeel van de bruto-constructie is dat het verstrekte bruto PGB direct ook een definitief budget is en dat het voor klanten helderder is wat voor bedrag er aan hulp besteed dient te worden. Nadeel van de netto-constructie is verder dat deze iets arbeidsintenstiever is voor de gemeente dan de bruto-constructie. Vanwege de ervaringen met het CAK in 2007 hebben Leiden en de meeste Leidse regio-gemeenten ervoor gekozen om in 2008 nog het verstrekken van bruto PGB’s voor hulp bij het huishouden te continueren. Volledigheidshalve merken wij op dat een PGB bestemd is voor het inkopen van hulp en niet voor het betalen van de eigen bijdrage. Antwoord van Burgemeester en Wethouders (ingezonden 20 mei 2008) 1. Is het bij het College bekend dat VNG, Per Saldo en het CAK een constructie hebben bedacht om het voor gemeenten mogelijk te maken het PGB toch netto uit te keren? Ja, deze constructie is ons College bekend. 2. Is het College het met ons eens dat de onbekendheid van de hoogte van de eigen bijdrage en de termijn van terugbetalen mogelijkerwijs tot (grote) financiële problemen kan leiden? Zo nee, waarom niet? Neen, ons College acht dit knelpunt relatief beperkt. Klanten die al jaren een PGB hebben, zijn bekend met het feit dat zij een eigen bijdrage moeten betalen en nieuwe klanten worden op verschillende manieren op de eigen bijdragebetaling gewezen. Klanten kunnen op de website van het CAK of via een papieren stroomschema op relatief eenvoudige wijze de hoogte van hun eigen bijdrage globaal berekenen. Bovendien dient het CAK klanten binnen 2 maanden over de voorlopige vastgestelde hoogte van hun eigen bijdrage te informeren. De praktijk van eigen bijdrageheffing bij het bruto PGB verschilt bovendien niet van hulp in natura. In beide gevallen wordt deze achteraf opgelegd en moeten mensen dus geld reserveren om hun eigen bijdrage te betalen. Voorts dient een klant die kiest voor PGB (netto of bruto) te beschikken over een bepaalde mate van financiële verantwoordelijkheid om dat budget beheren, dat wil zeggen reservering te doen en betaling te doen aan diegene die zij inhuren als hulp. 3. Is het College het ermee eens dat door de netto-PGB constructie beter zicht is op de cumulatie van eigen bijdragen onder de WMO en de AWBZ? Zo nee, waarom niet? Neen, of klanten nu hulp in natura of een PGB krijgen en of zij nu een netto of bruto PGB van de gemeente ontvangen, dit maakt voor het in de gaten houden van de cumulatie van eigen bijdragen voor WMO en AWBZ, niets uit. Het feit dat een klant hulp bij het huishouden krijgt, wordt in alle gevallen gemeld aan het CAK. Deze instantie houdt de maximale eigen bijdrageheffing voor klanten in de gaten. 4. De gemeente Leiden probeert op allerlei manieren de administratieve lasten voor de burger te verlichten. Het zelf moeten berekenen van het gedeelte eigen bijdrage van het PGB en het reserveren van die som is hiermee in tegenspraak. Is het College van plan om op korte termijn over te gaan tot het netto uitkeren van het PGB? Zo ja, per wanneer? Zo nee, waarom niet? Een wijziging in wijze van uitbetalen van PGB’s lopende het kalenderjaar is volgens de VNG en CAK niet verstandig en erg onpraktisch. Dit is voor ons College dan ook niet aan de orde. In het laatste kwartaal van 2008 zal ons College opnieuw de afweging maken of PGB’s voor hulp bij het huishouden netto of bruto worden uitbetaald, rekening houdend met de door de vragensteller genoemde overwegingen. 5. Wat zijn de overwegingen geweest om het PGB per kwartaal uit te betalen in plaats van jaarlijks, zoals door het Zorgkantoor werd gedaan? De gemeente maakt, net als het Zorgkantoor voorheen dat deed, voor de frequenties van de uitbetaling van het PGB onderscheid op basis van de hoogte van het budget. Kleine budgetten worden in één keer, dus jaarlijks, uitbetaald (de gemeente heeft de grens daarvoor gelegd bij budgetten tot € 1250). Andere, hogere, budgetten worden inderdaad in gedeelten, per kwartaal, uitbetaald. Het uitbetalen van hogere budgetten in partjes deed het Zorgkantoor en doet de gemeente om meerdere redenen. Ten eerste faciliteert de gemeente daarmee de pgb-houders bij het beheer van hun budget. Verder voorkomt het zowel bij klanten als bij de gemeente financiële risico’s en terugbetalingen cq. terugvorderingen van grote bedragen, omdat klanten bijvoorbeeld halverwege het jaar geen recht meer hebben op het gehele jaarbudget omdat hun situatie wijzigt (vanwege andere indicatie, verhuizing buiten de gemeente, overlijden etc.)