Achtergrondinformatie C030 en D070 C030:Uitleg over het gemeentelijk persoonsgebonden budget, voor huishoudelijke hulp en voorzieningen zoals een rolstoel, op de website van de gemeente waar u woont. Zie hieronder: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). D070:Iedereen is verzekerd voor zorg die nodig is bij onder meer langdurige ziekte, handicap of ouderdom. Dit loopt via Wet Langdurige Zorg (WLZ). Het CIZ bepaalt of iemand recht heeft op zorg uit de WLZ. Wet MO 2015: Vanaf 1 januari 2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor een belangrijk deel van de ondersteuning aan mensen zodat zij zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Het gaat om lichtere vormen van zorg en ondersteuning. Gemeentelijk persoonsgebonden budget De gemeente kan onder voorwaarden een persoonsgebonden budget (pgb) verstrekken. Met een pgb kan iemand zelf ondersteuning inkopen. De Sociale Verzekeringsbank betaalt rechtstreeks aan de zorgaanbieder, namens de gemeente. Gemeenten mogen voor de ondersteuning die zij bieden een eigen bijdrage vragen. De eigen bijdrage is afhankelijk van de leeftijd, het inkomen en het vermogen van de cliënt en diens partner. Het CAK int de eigen bijdrage. Voor mensen met een indicatie voor AWBZ-zorg die doorloopt in 2015, geldt een overgangsregeling. Wet LZ: De WLZ is er voor mensen die de hele dag intensieve zorg en toezicht dichtbij nodig hebben. Het gaat dan bijvoorbeeld om ouderen met ernstige dementie, om mensen met een ernstige verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking en om mensen met een ernstige psychische stoornis. Persoonsgebonden budget Cliënten hebben de keuze tussen zorg in een instelling of zorg thuis. Maar alleen als de zorg thuis verantwoord is. De kosten mogen niet hoger zijn dan opname in een instelling. Wil de cliënt zorg thuis ontvangen? Dan heeft de cliënt de keuze tussen het persoonsgebonden budget (pgb), het volledige pakket thuis (vpt) of een modulair pakket thuis (mpt). Een mpt krijgt de cliënt als die niet het volledige zorgaanbod van een instelling nodig heeft of de zorg niet geheel zelf via een pgb wil organiseren. Het mpt combineert zorg door een instelling met een pgb. Er komen strengere eisen voor het persoonsgebonden budget (pgb) en het volledige pakket thuis (vpt). Dit helpt om ervoor te zorgen dat de zorg buiten de instelling verantwoord is. Het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ) bepaalt of iemand recht heeft op zorg uit de WLZ. Voor mensen met een indicatie voor AWBZ-zorg die doorloopt in 2015, geldt een overgangsregeling.’