Het havik-duif spel in kleur

advertisement
bionieuws
5
27 september 2014 | jaargang 24
Het havik-duifspel in kleur
ZOÖLOGIE
Door Willy van Strien
Volgens de speltheorie kan zich in
een populatie dieren een beperkt
aantal agressieve zogenaamde haviken handhaven naast strijdmijdende
duiven, op voorwaarde dat de haviken door hun agressie minder succesvol zijn naarmate ze met meer zijn.
De vraag was of zulke stabiele havikduifpopulaties in werkelijkheid bestaan. Ja, concluderen onderzoekers
uit Australië uit hun onderzoek aan
Gouldamadines (Proceedings of the
Royal Society B, 10 september online).
De kleurige vogels uit Noord-Australië zijn als geen ander geschikt voor
deze reality check omdat ze een genetisch bepaalde kopkleur hebben die
gekoppeld is aan gedragstypen.
Gouldamadines met een rode kop,
die 30 procent van een populatie uitmaken, zijn de agressieve haviken
uit de speltheorie. Vogels met een
zwarte kop, 70 procent, zijn de dui-
ven die zich terugtrekken als er werkelijk geweld dreigt te worden gebruikt. Er zijn ook dieren met een
gele kopkleur, maar die zijn heel
zeldzaam.
Keerzijde
De vogels nestelen in diepe, smalle
boomholten waarom ze concurreren. Rode mannetjes eigenen zich de
beste en veiligste holten toe. Zij zijn
hier in het voordeel. Maar de keerzijde van hun agressieve aard komt
foto ImageSelect
Mannelijke Gouldamadines met rode kop zijn agressieve ‘haviken’.
Vaderliefde maakt vis
minder angstig
aan het licht als de jongen gevoed
moeten worden, lieten de Australische onderzoekers eerder zien (The
American Naturalist, oktober 2009).
Naarmate de dichtheid aan agressievelingen groter is, ruziën ze vaker en
houden ze minder tijd over om de
kleintjes te voeden. De vrouwtjes
compenseren dat niet, zodat rode
vaders minder broedsucces hebben
naarmate hun aandeel in de populatie groter is. De vreedzame zwartkoppige vaders daarentegen laten
zich niet storen door de aanwezigheid van agressieve soortgenoten. Ze
voeden hun jongen goed onder alle
omstandigheden.
De onderzoekers gebruikten populatiemodellen waarin ze de biologische eigenschappen stopten en varieerden met de waarden van verschillende parameters. Daaruit blijkt dat
beide typen vogels inderdaad naast
elkaar blijven voorkomen, met de
duiven in de meerderheid, als de
heethoofden minder broedsucces
hebben naarmate ze met meer zijn.
Dat ruziënde vaders de beste nestplaatsen veroveren maar de broedzorg laten versloffen, verklaart bij
Gouldamadines dat haviken zich
naast duiven handhaven. De onderzoekers denken dat dit bij meer soorten het geval zal zijn.
Wel is er voor de Gouldamadines nog
een tweede voorwaarde voor een stabiele mengpopulatie: vrouwtjes moeten een voorkeur hebben voor mannetjes met dezelfde kopkleur. Want
jongen uit een gemengd huwelijk
hebben lage overlevingskansen
(Science, maart 2009).
Zouden de vogels zonder voorkeur
paren, dan zouden de zeldzamere
rode individuen vaker met een verkeerde partner in zee gaan; hun jongen zouden het gemiddeld slechter
doen, en het rode type zou verdwijnen. In werkelijkheid hebben vrouwelijke Gouldamadines inderdaad
een duidelijke voorkeur voor het eigen type.
Juveniele vissen die veel zorg ontvangen van hun vader, zijn minder angstig. Dit komt door een
epigenetisch effect van deze zorg
op het genoom van de jonge vissen, schrijven onderzoekers van
de universiteit van Illinois in Proceedings of the Royal Society B van 17
september.
Bij driedoornige stekelbaarsjes
blijkt de vaderzorg directe effecten te heeft op hoe nakomelingen reageren op vroege stressfactoren. Ook leggen zij een verband met de expressie van dnamethyltransferase in jonge vissenhersenen. Gevolg is dat jongen minder angstig zijn en meer
kans hebben een ontmoeting
met een predator te overleven.
Op deze manier draagt de vader
bij aan de overleving van zijn
kroost.
Chimpansees moorden
van nature
Het vermoorden van soortgenoten is natuurlijk gedrag voor
chimpansees, schrijft een internationaal team van onderzoekers in Nature (17 september). Zij
onderzochten de omstandigheden van 152 bekende moorden in
18 verschillende chimpanseekolonies. Het gedrag is voor de apen
een natuurlijke manier om sociale positie en toegang tot voedsel
te verbeteren, concludeert het
onderzoeksteam. Hoe meer mannetjes in een chimpanseekolonie
leven, hoe meer moorden er worden gepleegd.
Wetenschappers hebben vaak
gesuggereerd dat het moorddadige gedrag van chimps werd veroorzaakt door activiteiten van de
mens, maar dat is niet zo, schrijven de onderzoekers. De meeste
moorden werden gepleegd in de
Ngogo-kolonie in Oeganda. Deze
apen leven in een bos dat nauwelijks wordt bezocht door mensen.
Ecologisch verval
in Egypte
Europeaan had drie groepen voorouders
PAL EON T OLOGIE
Door Jeroen Scharroo
Bijna alle moderne Europeanen
stammen af van drie groepen voorouders: één groep meer dan tot dusverre aangenomen. In Nature van 18
september beschrijven maar liefst
120 auteurs dat vermoedelijk minder
dan 5.000 jaar geleden inwoners van
noordelijk Eurazië zich mengden
met de al aanwezige Europeanen.
Het was al bekend dat moderne Europeanen afstammen van de West-Europese jager-verzamelaars en een
groep die ongeveer 8.500 jaar geleden vanuit het nabije oosten Europa
binnenkwam en landbouw op het
continent introduceerde. In 2013 bleken echter ook genetische overeenkomsten te bestaan tussen moderne
Europeanen en twee skeletten uit
Siberië van 24.000 en 17.000 jaar oud.
Opvallend was verder dat beide Siberiërs eveneens genetische overeenkomsten vertoonden met de oorspronkelijke bewoners van NoordAmerika. Volgens Harvard-geneticus
David Reich, betrokken bij beide studies, was het een krankzinnige observatie, ‘maar statistisch gezien is
het verband erg sterk.’
De dubbele verwantschap is volgens
Reich evenwel goed te verklaren. Hij
sluit aan op de populaire theorie die
stelt dat inwoners van het noorden
van Eurazië – dus het gebied rondom
Siberië – 15.000 jaar geleden de Beringstraat overstaken en NoordAmerika bevolkten. Volgens Reich
kunnen achterblijvers van dezelfde
groep zich later ook in westelijke
richting over Europa hebben verspreid.
Om deze theorie te staven vergeleken
de onderzoekers de genomen van
prehistorische mensen met die van
2.345 individuen uit 203 moderne
populaties van over de hele wereld.
Onder de prehistorische individuen
waren eerder geanalyseerde vondsten als de 5.300 jaar oude Alpenmummie Ötzi, maar ook nieuw gesequenste personen: een 7.000 jaar oud
‘Tegenwoordig heeft
ineens iedereen Euraziatische voorouders’
skelet uit Duitsland en acht jagersverzamelaars uit Zweden en Luxemburg van 8.000 jaar oud.
‘We doen de verbazingwekkende
observatie dat er 7.000 tot 5.000 jaar
geleden bij de eerste boeren slechts
twee voorouderlijnen vertegenwoor-
digd waren. Maar dan heeft tegenwoordig ineens iedereen Euraziatische voorouders’, vat Reich de conclusies samen. ‘Er moet dus een latere beweging van deze voorouders
Europa in geweest zijn.’ Wanneer de
groep precies arriveerde, is volgens
Reich nog niet duidelijk. Wel past de
relatief recente toestroom van een
extra bevolkingsgroep volgens hem
goed bij de complexe verspreiding
van zeer verschillende taalgroepen
in het moderne Europa.
De onderzoekers bestudeerden ook
de afstamming van de Europese
voorouders uit het nabije oosten. Die
blijken als eerste afgesplitst te zijn
van de groep die zo’n 60.000 jaar geleden Afrika verliet. Na deze afsplitsing verbleef de groep lange tijd in
het nabije oosten, om vervolgens
zo’n 8.000 jaar geleden Europa in te
trekken.
Het lokaal uitsterven van zoogdieren zorgde de afgelopen 6.000
jaar voor een steeds verder afnemende stabiliteit van ecologische
netwerken in de Nijlvallei. Dit
concludeert een internationale
onderzoeksgroep onder meer op
basis van afbeeldingen op historische artefacten uit het gebied
(PNAS, 8 september online).
Op de oudste onderzochte afbeeldingen stonden nu uit Egypte
verdwenen soorten als leeuwen,
wilde honden en hartenbeesten;
het aantal grote zoogdiersoorten
liep in 6.000 jaar terug van 37
naar 8. De onderzoekers brengen
het uitsterven van de soorten in
verband met verschillende momenten waarop het Egyptische
klimaat droger werd. Tegelijk
nam de bevolkingsdruk in de regio toe. Dieren delfden daarop
het onderspit in de concurrentie
om de overgebleven vruchtbare
leefgebieden, aldus de onderzoekers.
Download