Theorieboek Zelfstandingwerkend kokgastheer/vrouw Niveau 3, eerste leerjaar Nieuwe medewerkers introduceren Introductieprogramma opstellen 1 Introductieprogramma opstellen – Theorie Inleiding Een nieuwe baan in een nieuw bedrijf. Dit roept veel vragen op. Wie zijn mijn collega's? Wie doet wat binnen de organisatie? Waar kan ik alles vinden? Als je veel vragen hebt, is het prettig als er iemand is die je wegwijs maakt zodat je het werk zo snel mogelijk kunt oppakken. Voor een manager of ondernemer betekent dit dat hij de introductie moet voorbereiden. Wie heet de nieuwe medewerker welkom? Wie leidt hem rond en wie legt uit wat zijn taken precies zijn? De antwoorden op deze en meer vragen verwerkt een manager of ondernemer in een introductieprogramma. Het doel en de opbouw van dit programma komen aan bod. Daarnaast kun je lezen wat het verschil is tussen introduceren en inwerken. De eerste dag bij een nieuw bedrijf; je entree naar het introductieprogramma Introductie van nieuwe medewerkers Het zoeken naar en aannemen van personeel kent een aantal vaste stappen. Dit proces wordt afgerond met de introductie van de nieuwe medewerker. Deze laatste stap komt in dit theorieonderdeel aan bod. Doel van introductie De eerste werkdag is voor veel medewerkers spannend. Het is dan erg prettig als de komst van de medewerker is voorbereid en een ervaren medewerker hem wegwijs maakt en introduceert Kennis laten maken met het werk, bedrijf, collega's. . Een introductie heeft twee doelen: De nieuwe medewerker leert de organisatie kennen. De organisatie leert de nieuwe medewerker kennen. Een introductie zorgt ervoor dat een medewerker binnen korte tijd weet: wat zijn taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn; hoe hij het werk moet doen; wie wat doet binnen de organisatie; welke regels en afspraken er gelden. De introductieperiode heeft een sociale functie: kennismaken en ervoor zorgen dat de medewerker zich thuis voelt. De introductie wordt meestal verzorgd door een manager, de ondernemer of een P&O functionaris. 2 Vandaag is de eerste werkdag voor Tanja, gastvrouw. Hoe het niet moet: 'O ja, je zou vandaag beginnen. Ik heb eigenlijk geen tijd, dus ik zal je wijzen waar je gaat werken. Je collega's vertellen je wel wat je moet doen.' Hoe het wel moet: 'Dag Tanja, fijn dat je er bent. Loop even mee naar mijn kantoor. Het programma ziet er als volgt uit: ik zal je eerst informatie geven over onze organisatie en je functie. Daarnaast wil ik wat praktische zaken regelen. Vervolgens zal ik je rondleiden door het bedrijf, zodat je kennis kunt maken met je collega's'. Introductie betekent: de nieuwe medewerker kennis laten maken met het werk en zijn collega's. Duur introductie Hoelang een introductie duurt, hangt af van de functie. Bij medewerkers in een uitvoerende functie, zoals een gastheer/gastvrouw of huishoudelijk medewerker, duurt de introductie hooguit een paar dagen. Bij medewerkers in een management- of staffunctie, zoals een manager, duurt de introductie meestal een week of langer. Dit heeft te maken met de hoeveelheid en zwaarte van de taken en verantwoordelijkheden. Voordelen introductie Er is een aantal voordelen verbonden aan het verzorgen van een introductie: Goede eerste indruk. Een medewerker zal zich eerder thuis voelen in een organisatie als hij merkt dat er tijd en aandacht aan zijn komst wordt besteed. Dit leidt er ook toe dat hij in zijn omgeving een positief beeld van het bedrijf zal schetsen. Integratie. Een nieuwe medewerker zal sneller een onderdeel van het team worden als er aandacht wordt besteed aan de wederzijdse kennismaking. Tijdbesparend. Als een medewerker weet wat hij moet doen en waar hij moet zijn, hoeft hij geen beroep te doen op (de tijd van) anderen. Voorkomen van veel personeelsverloop De snelheid waarmee personeel in een bedrijf wordt aangenomen, blijft werken en vertrekt. .Door tijd en aandacht aan een nieuwe medewerker te besteden, voelt hij zich eerder op zijn gemak en thuis binnen de organisatie. Daarnaast weet hij waar hij aan toe is, welke regels er gelden en bij wie hij terecht kan met vragen. Een goede start kan ertoe leiden dat de medewerker graag bij de organisatie wil blijven werken. 3 Nadeel introductie Het belangrijkste nadeel van introductie is dat dit tijd en energie kost. Zowel tijdens de voorbereiding als tijdens de begeleiding. Een introductieprogramma Alle mondelinge en schriftelijke informatie die een nieuwe medewerker nodig heeft om het werk, collega's en het bedrijf te leren kennen. is een belangrijk hulpmiddel om een introductie soepel en gestructureerd te laten verlopen. Introductieprogramma opstellen Een introductieprogramma omvat alle informatie die nodig is om het werk, collega's en het bedrijf te leren kennen. De nieuwe werknemer krijgt zowel mondelinge als schriftelijke informatie. In een introductieprogramma kan een medewerker lezen wat hij op een dag gaat doen. Sommige bedrijven schrijven per uur op met wie de medewerker kennis gaat maken of met wie hij meeloopt. Dit geeft een medewerker duidelijkheid en houvast. Onderdelen introductieprogramma Een introductieprogramma bestaat uit de voorbereiding en de ontvangst. Voorbereiding De introductie van de nieuwe medewerker begint met zijn ontvangst. Je kunt je hierop voorbereiden. Introductieprogramma: bekijk het aanwezige programma of schrijf zelf op wat je wilt vertellen en laten zien. Collega's: vertel collega’s en leidinggevenden wanneer de nieuwe collega komt. Tijd: plan voldoende tijd in om de nieuwe medewerker te ontvangen. Plaats: zorg voor een rustige ruimte. Formulieren: leg alle benodigde formulieren klaar, zoals de arbeidsvoorwaarden Afspraken die te maken hebben met het werk. Het gaat hierbij om zaken die de werknemer krijgt, in ruil voor het werk dat hij doet. Denk aan zaken als loon, werktijden of vakantiedagen. Informatie: leg alle informatie klaar die je wilt geven of laten zien. Bijvoorbeeld:bedrijfskleding, handboek personeel, jaarverslag, badges. Ontvangst Kennismaken met het bedrijf, belangrijke medewerkers, de werkplek en het werk. Een introductieprogramma bestaat meestal uit de volgende activiteiten: 4 informatie geven over het bedrijf (geschiedenis en doelstellingen); informatie geven over de werkplek en functies binnen de organisatie; informatie geven over arbeidsvoorwaarden en benodigde formulieren invullen; rondleiding geven en medewerker voorstellen aan zijn (directe) collega's; vertellen wie de medewerker gaat begeleiden en wat deze begeleiding inhoudt; huishoudelijke zaken bespreken zoals werktijden, lunchtijden of parkeermogelijkheden. De nieuwe medewerker ziet veel nieuwe gezichten. Doseer het aantal mensen dat hij op een dag ziet en de informatie die hij krijgt. Aandachtspunten introductie Bij het opstellen van een introductieprogramma zijn de volgende punten van belang: Verstuur het introductieprogramma met de uitnodiging voor de eerste werkdag. Spreid de informatie: geef niet te veel informatie in één keer. Geef de medewerker de tijd om te wennen. Alles is nieuw voor de medewerker, niets is vanzelfsprekend. Voer regelmatig gesprekken om de ervaringen en vragen van de medewerker te bespreken. Voer een gesprek om terug te blikken op de gehele introductieperiode. Inwerken De inwerkperiode Tijd waarin de medewerker het werk leert kennen zodat hij zijn functie goed kan vervullen. begint nadat de introductieperiode is beëindigd. Tijdens de inwerkperiode gaat de medewerker zijn functie vervullen. Deze periode komt meestal overeen met de afgesproken proeftijd Soort kennismakingsperiode tussen werkgever en werknemer. Deze periode duurt meestal één maand. . Tijdens deze periode zijn zowel de werkgever als de werknemer vrij om de arbeidsovereenkomst op te zeggen. De werkgever heeft hiervoor geen ontslagvergunning Toestemming van het UWV Werkbedrijf of de kantonrechter om de arbeidsovereenkomst te beëindigen. nodig. Deze inwerkperiode heeft een economische functie: ervoor zorgen dat de medewerker de beoogde resultaten behaalt. 5 Inwerkperiode De inwerkperiode duurt meestal een maand. Tijdens deze periode wordt de nieuwe medewerker gekoppeld aan een mentor of coach. Dit is een directe collega die hem uitleg geeft over het werk en praktische zaken. De mentor helpt de medewerker bij het uitvoeren van zijn taken en bij het oplossen van problemen. Als mentor heb je een aantal taken: het werk van de nieuwe medewerker bekijken en controleren; de nieuwe werknemer op tijd corrigeren; verdere uitleg geven over het werk of over de organisatie; vragen van de nieuwe werknemer beantwoorden; problemen die de nieuwe werknemer ondervindt, helpen oplossen. Bespreek regelmatig hoe het met de nieuwe medewerker en het uitvoeren van de taken gaat. Terugblik (evaluatie) Aan het einde van de inwerkperiode voert de manager of ondernemer een evaluatiegesprek met de nieuwe medewerker. Dit gesprek wordt ook wel een einde proeftijdgesprek genoemd. De manager of ondernemer vertelt of de medewerker bij het bedrijf kan blijven werken. De medewerker kan op zijn beurt aangeven of hij bij het bedrijf wil blijven werken. Vervolgens blikken de manager of ondernemer en de nieuwe medewerker terug op de inwerkperiode. Ze evalueren de ervaringen, resultaten, positieve punten en verbeterpunten van de medewerker. Als het goed is, heeft de nieuwe medewerker intussen al aardig zijn weg gevonden in het bedrijf. Hij kan vanaf dit moment volwaardig en zelfstandig in de organisatie functioneren. 6