Naam: Marieke Bakker Groep: WP29C1 Datum: 17/3/2013 Projectmatig creëren Projectmatig creëren is een fijn geschreven boek dat zich vooral focust op dat wat eigenlijk veel belangrijker blijkt te zijn dan de schema’s en structuren bij een project: de inspiratie en de creativiteit van de uitvoerende projectgenoten. Als zij volledig overtuigd zijn van hun kunnen, zij hun ambities na kunnen streven en zij zich echt op hun plek voelen; pas dan zal het project slagen. De projectgenoten moeten het gevoel hebben echt een belangrijke rol te spelen binnen het proces; ze moeten zich onmisbaar voelen. De essentie van projectmatig creëren - - Het project zal als een korset zitten als het niet aansluit bij de projectgenoten. Het korset is absoluut niet ondersteunend en beknelt de projectgenoten in hun kunnen. Het project voelt als een ruggengraat als men gemotiveerd raakt en de ruimte heeft om zichzelf te ontwikkelen en hiermee eigen ambities te bereiken. Men heeft binnen de projectgroep steun nodig en ook ruimte voor ontwikkeling. Bij het optimaliseren van het projectmanagement zal men moeten kijken naar de creatiekrachten binnen een project. Hoe kan je er nu voor zorgen dat mensen creëren in plaats van dat ze reactief zijn. Hierachter schuilen de vier creatiekrachten die ervoor zorgen dat het project voorspoedig loopt. De vier creatiekrachten: 1. De voedingskracht (zij-kant) Het is heel belangrijk dat iedereen in een projectteam streeft naar een kwalitatief goed eindresultaat, het project is anders niet levenkrachtig. 2. De persoonlijke kracht (ik-kant) Het werk dat gedaan moet worden door de projectleden moet bijdrage aan hun persoonlijke groei en ontwikkeling. (zie bovenstaand stukje) 3. Samenwerkingskracht (wij-kant) Het team moet goed zijn samengesteld waarbij de werksfeer goed is. Opmerkelijk is dat de projectleider wel een demotiverende rol kan hebben, maar geen motiverende rol. 4. Vormkracht (het-kant) Dit zijn de bekende elementen: de structuur, het systeem en de procedures. Commitment en creëren Men moet keuzes durven te maken Iets niet echt willen is doel vermijdend en geeft een energie lek Zeggen iets te willen, ALS….. is niet echt willen. Het resultaat zal niet zo goed zijn als de desbetreffende persoon belooft te gaan leveren. Proberen bestaat alleen in de taal. Iets gaan proberen geeft geen garantie voor resultaat. Men moet het gaan doen. Daadwerkelijk kiezen om de opdracht uit te voeren is kracht, de persoon wil dit echt gaan doen; hij/zij zal er energie in stoppen. Moeten is externe legitimatie, willen is interne legitimatie Er zijn zes stappen om bij het proces tot een goede keuze te komen: Luisteren en horen Richten en vinden Kijken en zien Toetsen en voelen Kiezen en weten Volgen en zijn Het projectcontract Dit contract bestaat uit een overeenkomst tussen projectleider en de partijen eromheen. Er zijn twee delen: de zakelijke kant (hoe zal de projectweg er uit gaan zien) en het psychologische gedeelte (hierin staan de commitments van de direct betrokken partijen). Hier zal veel geld en tijd in moeten worden gestopt. Dit is namelijk de fundering van het project en zal in de toekomst zeker tijd en geld opleveren. De projectdefinitie Deze definitie is curciaal voor het ontwikkelen van een projectcontract. De projectdefinitie moet bij elk projectlid volledig duidelijk zijn. Pas als de projectleden geheel begrijpen wat er staat, zal het project goed uitgevoerd gaan worden. Er zijn twee hoofdaspecten: de scherpe omschrijving van het resultaat en het commitment van de opdrachtgever. Projectbrief en de collectieve intake De collectieve intake kan er als volgt uitzien: De opdrachtgever licht aan de hand van de projectbrief zijn ideeën toe over het resultaat, de afbakening en zijn doel(en). Na deze toelichting wordt, in het bijzijn van de opdrachtgever, besproken hoe de overige aanwezigen over het project denken. De begeleider van de bijeenkomst of de projectleider clustert het materiaal en brengt daarmee ook gelijk een bepaalde structuur aan. Het projectteam en de opdrachtgever bespreken vervolgens met elkaar wat de ‘oogst’ van de vorige stap is. Bij innoverende projecten zal er veelal onduidelijkheid zijn rondom het vaststellen van de projectdefinitie. Om een beter beeld te krijgen van de definitie worden bepaalde tools toegepast: Swot analyse PAP analyse Creatieve Innovation frame Toets op effectiviteit Projectplanning De projectplanning moet goed in elkaar zitten. De organisatie rondom het project hangt in grote mate af van de planning. Deze planning is grotendeels bepalend voor het succes van het project. Er zijn een aantal punten die meehelpen aan een optimale planning: - Leg de afhankelijkheid tussen de activiteiten vast - Verdeel de activiteiten - Zet deadlines vast - Schat de bewerkings- en doorlooptijden van de afzonderlijke activiteiten in - Bereken de geschatte totale doorlooptijd van het totaalplaatje - Stem de begin- en einddata van de uit te voeren taken af met de agenda’s van de betrokken projectgenoten - Vergelijk de planning met de al bestaande randvoorwaarden Persoonlijk leiderschap Deze vorm van leiderschap heeft sterk te maken met de invloed van het eigen gedrag op de omgeving. Om te kunnen groeien in de effectiviteit van het eigen gedrag moet je hier goed zicht op kunnen hebben en kunnen zien hoe dit gedrag resulteert in een effect op anderen. Ook moet men natuurlijk rekening houden met het gedrag van een ander. Het persoonlijke leiderschap koppelt terug naar wie iemand is. Niemand weet direct wie die is, het kan jaren duren voordat je daar achter bent. De toepassing van de theorie op mijn dagelijks leven Bij een project begint men met een Plan van Aanpak. In dit plan is een projectcontract te vinden. Hierin staat de probleemdefinitie beschreven. Het Plan van Aanpak vergt veel tijd. Dit is heel goed, want op deze manier zal de definitie duidelijk zijn en zal het project soepeler verlopen. In het Plan van Aanpak is ook de projectplanning te vinden. De doorlooptijden zijn hierin terug te vinden. Later in het project worden ook de productie- en bewerkingsplannen uitgewerkt. Bron: presentaties van Mvr Stroomer