Het Regenwoud in Amazonië

advertisement
Het Regenwoud in Amazonië
A. Situering
B. Klimaat en vegetatie
Warm en altijd nat.
Tropisch regenwoud
1. Kenmerken van het tropisch woud
Woudreuzen: 40 m hoog en kunnen vrij
van de zon en lucht genieten.
 Boomlaag: Bladerdek rondom de
woudreuzen. 90 % van de fotosynthese
gebeurt hier.
 Struiklaag: Woudreuzen en boomlaag
vangen het meeste zonlicht hierdoor is
het in de struiklaag schemerig. Het is hier
ook koeler.
 Kruidlaag: Een arme bodem (weinig licht)

2. Wat houdt het woud in stand
1 + 2 : Water dat de bomen en planten
hebben opgenomen, verdampt en komt
terug in de atmosfeer.
 3: Er is weinig verdamping vanuit de
bodem want het zonlicht (+ warmte
geraakt niet tot daar)
 4: Water dat in de grond sijpelt =
percolatie
 5: Het water dat over de bodem
wegstroomt, komt in een rivier terecht.
Dit deel van het regenwater wordt niet
gerecycleerd.

Welk water wordt dus plaatselijk terug in omloop
gebracht?

Het water dat in de grond sijpelt en
opgenomen wordt door de planten en het
water dat op de balderen blijft liggen
verdampt.
Welk water verlaat het gebied?

Het water dat over de bodem
wegstroomt, komt terecht in een rivier.
Conclusie: Wat kan er gebeuren wanneer
het woud gekapt wordt?
Het water wordt niet meer opgevangen
door de planten en verdwijnt uit het
gebied, het gebied wordt dus steeds
droger.
 Er komt te veel water in de rivier, de
rivieren overstromen

C. Traditionele levenswijze met
respect voor het woud
1. Landbouw van de indianen
- de bevolkingsdichtheid is laag
- ze exploiteren kleine percelen
die ver van elkaar liggen. (Het
duurt makkelijk 15 jaar voor een
zelfde perceel opnieuw gebruikt
wordt)
Welke producten worden door de
gezinnen gekweekt?

Maniok, maïs, pinda’s, katoen, ... voor eigen
gebruik.
Welke gevolgen heeft deze vorm van
landbouw op de natuur?
De natuur kan zich telkens herstellen
omdat het lang duurt vooraleer eenzelfde
perceel opnieuw in gebruik wordt genomen.
2. Het woud is een kwetsbaar
ecosysteem

Wat is een ecosysteem?
De voortdurende samenwerking tussen de
levende en niet-levende omgeving.
D. Ontbossing

1. Bevolkingsgroei
◦ In Zuid-Amerika woont driekwart van de
bevolking in steden.
◦ Door deze druk koos de regering ervoor om
het regenwoud in te palmen.
◦ Hierdoor moeten er steeds meer
voorzieningen worden aangelegd zoals, wegen,
stuwdammen,…
2. Nieuwe landbouwmogelijkheden
1. Kleine kolonisten
1. Kleine landloze boeren storten zich op de verovering
van het woud. Het volstaat immers een stukje land
te ontbossen om er het eigendomsrecht over op te
eisen.
 2. Eerst verbrandt men de omgehakte bomen,. Daarna
plant men cultuurgewassen (bvb: maïs, bonen) en dieren
 3. Na 3 tot 5 jaar is de bodem niet langer vruchtbaar
Hierdoor verdwijnt het ecosysteem en is er ook geen
kroonlaag meer om het water op te vangen


ii. Grootgrondbezitters
Vleesbaronnen:
o kopen ranches van duizenden hectaren,
hiervoor moeten ze de bomen omhakken
of verbranden.
o Het rundvlees is vooral bestemd voor de
export (fastfoodketens...)
o Omdat alles zo goedkoop mogelijk moet:
oGeen gebruik van meststoffen
oHet woud wordt verder geëxploiteerd
Moderne plantages
o Tropische
gewassen
als
bananen
en
suikerriet
o Gebruik van chemische stoffen zoals
pesticiden en meststoffen:
ododen levende organismen
osijpelen in de bodem
De fastfoodrage van het westen is mee
verantwoordelijk voor het verdwijnen van
het Amazonewoud.

Grote hamburgerketens verbruiken
enorme hoeveelheden rundsvlees.
Ranches die duizenden hectaren van het
Amazonewoud in bezit nemen leveren dit
aan zo laag mogelijke prijzen.
Plantages putten de grond niet uit – ze gebruiken
immers meststoffen - en toch zijn ze schadelijk
voor het ecosysteem.

Grote hoeveelheden pesticiden en
meststoffen doden vele levende
organismen, sijpelen in de bodem en
verspreiden zich in het milieu.
3. Commerciële houtkap

1. Bomen worden gekapt om ze te verkopen
als timmerhout of pulp.

2. Twee soorten van kappen:
Selectief: alleen economisch waardevolle
soorten
Kaalslag: alle bomen
3. Gebruik zware machines:
Hiervoor moeten wegen worden
aangelegd, waardoor het woud
toegankelijker wordt.
4. Mijnbouw en industrie
i.
Ontginningen
Men ontgint ertsen, maar om deze te
kunnen ontginnen moet men bomen
kappen

•
De smelterijen van deze ertsen wordt
gevoed met grote hoeveelheden
houtskool afkomstig uit het regenwoud

ii. Aanleg stuwdammen voor energie
Voor het creëren van een meer voor de
stuwdam wordt een groot gedeelte van het
woud onder water gezet. Dit verwoest het
woud.
iii. Olie-industrie
Het hele gebied is doorweven met
pijpleidingen voor olie
 Wanneer er een lek is, laten de
oliegiganten dit niet herstellen omdat dit
te duur is
 Heel wat indianen krijgen
huidaandoeningen door de olie
 De olie komt ook in het drinkwater
terecht

E. Ontbossing: Gevolgen
1. Koolstofkringloop
 Wat doen de bomen met de CO2 uit de
lucht?
Door de fotosynthese zetten de
bomen
CO2 uit de lucht om in
suikers die als bouwstoffen dienen
voor de boom.
 Wat gebeurt er bij het afbranden van het
woud voor landbouwdoeleinden?
Er komt enorm veel CO2 vrij.
2 Verstoring van de kringloop van het water
Waarvan is de meeste neerslag in de tropische wouden
afkomstig?
Van de verdamping van en door het bladerdek.
 Wat gebeurt er met die neerslag als het woud
verdwijnt?
Dan verdwijnt die ook uit het gebied.
 Wat betekent dat voor het herstel van het woud?
Er is geen herstel, omdat het te droog is.
 Welk effect heeft verdamping op de
omgevingstemperatuur? Wat betekent dit dan voor dit
gebied?
Verdamping zorgt voor afkoeling. Het verdwijnen
van
het woud zorgt er voor dat de
omgevingstemperatuur
stijgt.

3. Biodiversiteit

Er sterven veel soorten planten en dieren
uit, omdat zij een speciale habitat nodig
hebben om in te leven.

De Indianen weten hoe men deze
(bedreigde) planten/kruiden kan
gebruiken voor geneeskrachtige
doeleinden.
4. Inheemse bevolking is bedreigd
De Indianen “verwesteren”, bvb kort
knippen van haar.
 Door het komen van enkele oliegiganten
eind jaren 70, is de inheemse bevolking
van het regenwoud met 9 700 bewoners
gekrompen.
F. Hoe het regenwoud redden
1. Bestaansniveau verbeteren
Waarom worden ontginningen door buitenlandse
maatschappijen toegestaan?
Om hun buitenlandse schuld af te betalen & om hun
eigen industrie te ontwikkelen.
Welke oplossingen zouden het woud kunnen redden?
- het kwijtschelden van de buitenlandse schulden
door het Westen.
- reservaten aanleggen.
2. Agro-bosbouw
Wie verzet zich tegen de landbouwhervorming
& waarom?
De grootgrondbezitters, omdat ze dan
meer onkosten moeten maken voor het
aanbrengen van meststoffen, terwijl de
gronden nu niets kosten.
3. Bosbeheer: Duurzame houtexploitatie
Duurzaam bosbeheer: het natuurlijk herstel
van het woud moet mogelijk zijn door
beperkt & verspreid kappen &
doorheraanplantingen.
 FSC-label: FSC staat voor Raad voor
Duurzaam Bosbeheer.
De opdracht van het FSC bestaat erin om een
bosbeheer te promoten dat ecologisch
verantwoord is, een sociale dimensie heeft &
economisch haalbaar is.

Download