Paus bezoekt de oudste dochter van de kerk

advertisement
Paus bezoekt de oudste dochter van de kerk
Frankrijk ligt duidelijk in de bovenste lade bij paus Johannes Paulus II: zaterdag en
zondag bezoekt hij het land voor de achtste keer. Hij gaat naar Lourdes, en dat niet is
toevallig. Dat bedevaartsoord in de Pyreneeën is een van de belangrijkste heiligdommen
van Maria, de moeder van God. Vijftien augustus is de feestdag van de
tenhemelopneming van Maria. En dit is het jaar van de 150ste verjaardag van het dogma
van de onbevlekte ontvangenis van Maria, wat betekent dat zij als enige mens zonder
erfzonde is geboren.
Sinds zijn eerste bezoek, aan Parijs en Lisieux in 1980, is de sfeer ten aanzien van de
paus sterk veranderd in het land dat als 'de oudste dochter van de Kerk' geldt. De eerste
ontvangst, in 1980, was vrij koel, ook door een deel van de clerus. De krant Le Figaro
schreef dat toe aan een oud 'anti-Romeins complex'.
Bovendien was in Frankrijk het begrip secularisme (laïciteit), dat de strikte neutraliteit
van de staat ten aanzien van alle godsdiensten en filosofische overtuigingen betekent,
verengd tot hevig antiklerikalisme. Er was een felle vrijzinnige mobilisatie tegen de paus,
die op een grote openluchtmis op de luchthaven Le Bourget Frankrijk aan zijn
'doopbeloften' herinnerde.
In de loop der jaren veranderde het klimaat, met als grote waterkering de
Wereldjeugddagen van augustus 1997 in Parijs, toen twee miljoen jongeren Karol
Wojtyla enthousiast onthaalden en meer dan een miljoen mensen de zondagsmis in open
lucht bijwoonden. Ook nu vallen nauwelijks wanklanken te horen over het bezoek aan
Lourdes.
Dat ligt volgens de Franse pers niet alleen aan de vakantierust. Het antiklerikalisme
wordt vrij algemeen als een voorbijgestreefde oorlog gezien, met een kerk die de wet
van 1905 over de volledige scheiding tussen religie en staat volledig aanvaardt. De grote
uitdaging is nu de militante islam, in de cités en in de republikeinse school, waar
islamistische ouders en groepen steeds meer uitzonderingen eisen op het officiële
leerprogramma inzake gymnastiek voor meisjes, zwemlessen, gemengde uitstappen,
onderwijs, wetenschap en geschiedenis -- omdat vorm of inhoud niet stroken met 'de
islam'.
Daarnaast is ook bij agnostici het idee gegroeid dat de totale uitvlakking van de
godsdienst niet wenselijk is. Het christendom is nu eenmaal onverbrekelijk verbonden
met de geschiedenis en identiteit van Frankrijk. Door onwetendheid over die godsdienst
wordt een goed deel van het eigen geestesleven en de eigen architectuur en kunst
onbegrijpelijk, stelde de toenmalige socialistische minister van Onderwijs, Jack Lang, een
prominent agnost, vast.
In 2002 droeg hij de filosoof Régis Debray op een ontwerp te maken over
godsdienstonderwijs in de republikeinse school. Dat zou uiteraard geen catechese
betekenen, wel onderwijs over de inhoud van de christelijke en andere belangrijke
godsdiensten. Dat zou de jonge Fransen niet alleen beter vertrouwd maken met de eigen
historische identiteit, maar ze ook meer begrip bijbrengen voor immigranten uit culturen
waar de godsdienst nog een centrale plaats bekleedt.
Debray, een gewezen marxist en medestrijder van Che Guevara, had trouwens in dat
jaar voor ophef gezorgd door zijn jongste zoontje, Antoine, te laten dopen. De agnosticus
Max Gallo, een schrijver en gewezen minister van François Mitterrand, was door die
ceremonie in de kerk van St.-Sulpice zo gepakt dat hij een trilogie historische romans
ging schrijven over drie grote figuren van het Franse christendom: Sint-Maarten van
Tours, Clovis (de Frankische koning wiens doopsel in 496 de kerstening van het latere
Frankrijk inluidde) en Bernardus van Clairvaux (1090-1153).
Die schuchtere herwaardering van het religieuze erfgoed ging gepaard met toenemend
respect voor de bejaarde paus. Zijn onverdroten inzet voor de vrede en de
mensenrechten wordt blijkens een recente peiling door 79 procent van de Fransen
gesteund. Zijn acties voor meer sociale rechtvaardigheid en zijn oproepen voor spirituele
vernieuwing worden door respectievelijk 57 en 56 procent als positief beschouwd. Alleen
de seksuele moraal van de kerk vindt veel minder instemming (37 procent).
Het tweede bezoek van paus Johannes Paulus II aan Lourdes, dat jaarlijks zes miljoen
pelgrims en toeristen trekt, past in zijn diepe devotie voor Maria. De figuur van de
moeder van Jezus is even centraal als omstreden in het christendom. In moderne
analyses wordt ze voorgesteld als het product van een machistische kijk op de
vrouwelijkheid (de maagd, voorbeeld van zuiverheid en onderwerping), maar evengoed
als een voor haar tijd onafhankelijke en vrijgevochten vrouw en een soort patrones van
de ongehuwde moeders.
Zijn devotie voor Maria heeft deze paus die 'van de vrouw houdt' tot een verregaande
verandering van het discours van de kerk over de vrouwen geïnspireerd. Hij heeft de
oude clichés overboord gegooid over de onderwerping van de vrouw of de schuld die ze
van Eva geërfd zou hebben.
Het pas verschenen kerkelijk document van kardinaal Jozef Ratzinger veroordeelt
bovendien elke discriminatie van vrouwen in hun beroepsleven, loopbaan en beloning, in
termen die geen enkele vakbond zou afwijzen. Hij zegt ook dat het model van het
moederschap niet het enige is en dat de vrouw niet ,,in een louter biologische
bestemming'' opgesloten mag worden.
Maar het document verwijt de feministen dat ze met hun strijd voor gelijkheid ook het
verschil tussen de seksen willen uitwissen, met het risico dat het mannelijke model gaat
domineren en dat vrouwen verplicht worden zich daaraan aan te passen en hun ,,eigen
genie'' te verliezen. Dat element is op harde kritiek onthaald, van feministen en van
vrouwelijke theologen als de lutherse bisschop Margot Kässman van Hannover. Zij
ontkennen dat ze het verschil tussen mannen en vrouwen negeren. Ze zeggen dat het
kerkelijke document zijn eigen logica niet volgt omdat het vrouwen wel aanmoedigt tot
politieke actie, maar de vrouwen van het priesterambt blijft uitsluiten.
Met zijn bezoek aan Lourdes, waar hij door president Jacques Chirac en diens vrouw
Bernadette zal worden ontvangen, komt de paus in een land waarin het antiklerikalisme
verminderd, en zijn aanzien sterk toegenomen is. Maar dat betekent niet dat de
godsdienstige praktijk er is toegenomen. Het kerkbezoek loopt terug, de
priesterroepingen zijn schrijnend schaars. De feestelijkheden in Lourdes zullen daaraan
niets veranderen.
14/08/2004
Download