Van tree of life naar web of life Peter Roels & Bert De Groef I. TREE OF LIFE - “The time will come I believe,…, when we shall have fairly true genealogical trees of each great kingdom of nature” – Darwin (brief, 1887) - consensus onder onderzoekers rond 1990: LUCA leefde 3,5 tot 3,8 miljard jaar geleden - vóór 1965: verwantschappen gebaseerd op vergelijkende anatomie en fysiologie ï‚’aanvaardbare resultaten voor dier en plant, maar problematisch voor microorganismen - Pauling & Zuckerkandl (1965): moleculaire fylogenie gebaseerd op kenmerken van proteïnen en genen - Woese: SSU rRNA = universele moleculaire chronometer - 1970: bevestiging prokaryoten vs. eukaryoten + endosymbiosetheorie - 1980: 3 domeinen! Carl Woese (University of Illinois) - drie domeinen: Bacteria, Archaea, Eukarya Woese, 1987 Bacteria Archaea Eukarya Kernmembraan - - + Chromosomen 1 circulair 1 circulair meerdere lineair + - - esterbindingen etherbindingen esterbindingen 70S 70S 80S formyl-Met Met Met Intronen zelden soms vaak Operons + + - Capping en polyadenylatie - - + Plasmiden + + zelden Gevoeligheid van ribosomen voor difterietoxine - + + 1 (4 SU) meerdere (8-12 SU) 3 (12-14 SU) Gevoeligheid voor chloramfenicol, streptomycine, kanamycine + - - Methanogenese - + - Reductie van S0 tot H2S + + - Nitrificatie + - - Denitrificatie + + - Stikstoffixatie + + - Fotosynthese met chlorofyl + - + Chemolithotrofie (Fe, S, H2) + + - Gasvesikels + + - Reservekorrels van poly-β-hydroxyalkanoaat + + - Peptidoglycaan in celwand Membraanlipiden Ribosomen Initiator-tRNA RNA-polymerasen - Archaea zijn vaak extremofielen - halofielen: leven in milieus met zeer hoge zoutconcentraties, bvb. Halobacterium - optimale groei: 2-4 M NaCl (12-23%), overleving zelfs bij 5,5 M (32%) - sommige soorten ook basofiel: optimale pH voor Natronobacterium = 9,5 - uniek proteïne: bacteriorhodopsine (lichtgevoelige protonpomp) - hyperthermofielen: leven bij zeer hoge temperaturen (solfataras, vulkanen, black smokers), bvb. Pyrodictium (groei tussen 82° en 110°C, optimum 105°C), Pyrolobus (113°C) - methanogenen: 4H2 + CO2 → CH4 + 2H2O; obligaat anaëroob - unieke co-enzymen (methanofuran, methanopterine, co-enzym M) - symbiose met herkauwers (bvb. Methanobrevibacter ruminantium) en termieten - impact op klimaat (broeikasgas!) Bron CH4-uitstoot (1012 g/jaar) Biogeen Herkauwers 80-100 Termieten 25-150 Rijstvelden 70-120 Natuurlijke draslanden 120-200 Storten 5-70 Oceanen en meren 1-20 Toendra 1-5 Abiogeen Steenkoolontginning 10-35 Affakkelen van aardgas 10-30 Lekken in industrie en pijpleidingen 15-45 Verbranding van biomassa 10-40 Methaanhydraten 2-4 Vulkanen 0,5 Verkeer 0,5 Totaal 349-820 Totaal biogeen 302-665 (81-86%) Totaal abiogeen 48-155 (13-19%) - “archaea” = “oudste dingen” ↔ rRNA-studies: Archaea en Eukarya zijn zustergroepen BACTERIA EUKARYA ARCHAEA Woese et al., 1990 - N.B. gebruik van paraloge genen (bvb. elongatiefactor) als “referentiepunt” (buitengroep in cladistiek) II. VAN TREE OF LIFE NAAR WEB OF LIFE - primaire endosymbiose: overdracht van genen van endosymbiont naar gastheer → verschillende eukaryote genen betrokken bij celademhaling (mitochondrie) en fotosynthese (plastide) zijn van bacteriële oorsprong - onverwacht nog andere bacteriële genen in aangetroffen in nucleus van Eukarya en in Archaea → genen niet alleen “verticaal” (generatie op generatie) doorgegeven, maar ook horizontaal: horizontale gentransfer (HGT) - tussen Bacteria/Archaea onderling - van Bacteria naar Archaea en vice versa - van Bacteria/Archaea naar Eukarya - tussen Eukarya onderling (bvb. secundaire endosymbiose) - voorbeeld 1: HGT van prokaryoot naar prokaryoot - voorbeeld 2: HGT van γ-proteobacterie naar eukaryoot Acyrthosiphon pisum Buchnera aphidicola in een bacteriocyt ldcA - voorbeeld 3: HGT van eukaryoot naar eukaryoot Elysia chlorotica psbO-expressie Vaucheria litorea - consequenties van HGT voor stamboom: - HGT genereert fouten in stambomen - genenboom ≠ soortenboom; “dé” soortenboom bestaat niet - LUCA vermoedelijk eerder gemeenschap van primitieve cellen - tree of life ⇒ web of life “The history of life cannot properly be represented as a tree.” “The Tree of Life is not something that exists in nature, it’s a way that humans classify nature.” (Doolittle, 1999) III. VAN WEB OF LIFE NAAR RING OF LIFE ? - niet alle genen onderschrijven verwantschap van Archaea met Eukarya - rRNA, genen betrokken bij algemene cellulaire processen zoals transcriptie en translatie → “Archaea dichtst bij Eukarya” - genen betrokken bij cytosolischmetabole processen → “Bacteria dichtst bij Eukarya” - Rivera & Lake (2004): studie op basis van 10 volledige genomen - gedeelde genen als maat voor genoomsimilariteit tussen taxa - nieuwe analysemethode (“conditioned reconstruction”), laat toe naast divergerentie- ook fusiepatroon te ontdekken Y1: de gist (eukaryoot) Schizosaccharomyces pombe, Y2: de gist (eukaryoot) Saccharomyces cerevisiae, Pγ: de γ-proteobacterie (bacterie) Xylella fastidiosa, B: de bacil (bacterie) Staphylococcus aureus MW2, H: de halobacterie (archaeon) Halobacterium sp. NRC-1, M: de methanococ (archaeon) Methanosarcina mazei Goe1, E: de eocyt (archaeon) Sulfolobus tokodaii) - conclusie: eukaryoot genoom is fusieproduct van proteobacterie met archaeon, waarschijnlijk als gevolg van een endosymbiose - genoomfusietheorieën: - als gevolg van symbiotische relatie tussen archaeon en bacterie - als gevolg van endosymbiotische relatie tussen archaeon en bacterie - bacteriële endosymbiont levert nucleaire genen aan; mitochondrie ontstaat door nieuwe endosymbiose - bacteriële endosymbiont levert nucleaire genen aan én evolueert zelf tot mitochondrie IV. DE PLAATS VAN DE VIRUSSEN - 2003: “Gram-positieve bacterie Bradfordcoccus” in Acanthamoeba polyphaga blijkt reusachtig virus te zijn: mimivirus (“mimicking microbe”) - grote afmetingen (400-800 nm), groot genoom (1,2 miljoen bp), bevat genen betrokken bij nucleotide- en aminozuurbiosynthese → discussie over “levend” of “niet-levend” weer opgeflakkerd - 1928: Ultrabionta vs. Cytobionta - 2008: capsid- (CEOs) vs. ribosome-encoding organisms (REOs) mimivirus - zijn virussen mono- of polyfyletisch? - sommige virale genen (“ORFans”) kennen geen homologen in andere virussen; geen duidelijke gemeenschappelijke afstamming - sommige klassen blijken wel monofyletisch - waar komen virussen vandaan? - primordiale hypothese: aanvankelijk aanzien als voorlopers van cellen, overgangsvorm van niet-levende naar levende materie ↔ virussen zijn intracellulaire parasieten, dus kunnen niet voor cellen ontstaan zijn - celdegeneratiehypothese: gedegenereerde cellen die zich specialiseerden in parasitisme en autonomie verloren - ontsnapte genen-hypothese: stukjes DNA/RNA die ontsnapt zijn uit plasmiden of transposons uit cellen - co-evolutiehypothese: geëvolueerd uit complexe moleculen op moment dat eerste cellen ontstonden -Koonin et al. (2006): genen die coderen voor belangrijke proteïnen voor virusreplicatie en –morfogenese (“virus hallmark genes”) komen voor bij diverse groepen RNA- en DNA-virussen, maar niet in cellen → maakt celdegeneratie en ontsnapte genen onwaarschijnlijk → “oude viruswereld”: flow van virusgenen van vóór precellulair leven (in anorganische compartimenten) tot vandaag - belangrijke rol voor virussen in evolutie: vectoren voor HGT, rol in ontstaan van DNA en kern? - virussen zijn relicten van de pre-cellulaire evolutie - metagenomics: virussen zijn kwantitatief dominante component van biosfeer (“virosfeer”) - 10x meer virussen in zeewater dan cellen - schatting: 1031 viruspartikels op aarde - belangrijke rol voor virussen in evolutie: vectoren voor HGT, rol in ontstaan van DNA en kern? - virussen die mariene cyanobacteriën infecteren beschikken fotosynthesegen Bibliografie Brooker et al., Biology, 1ste editie, McGraw-Hill, 2008 Campbell & Reece, Biology, 8ste editie, Pearson, 2008 Raven et al., Biology, 7de editie, McGraw-Hill, 2005 Doolittle, Science 284: 2124-2128, 1999 Doolittle, Sci. Am. 282: 90-95, 2000 Gregory, Evolution: education and outreach 1: 121-137, 2008 Hedges, Nat. Rev. Genet. 3: 838-849, 2002 Koonin et al., Biology Direct 1: 29, 2006 Lane & Archibald, Trends Ecol. Evol. 23: 268-275, 2008 Lawton, New Scientist 201: 34-39, 2009 Nikoh & Nakabachi, BMC Biol. 7:12, 2009 Rumpho et al., Proc. Natl. Acad. Sci. USA 105: 17867-17871, 2008 Rivera & Lake, Nature 431: 152-155, 2004 Woese, Microbiol. Rev. 51: 221-271, 1987 Woese et al., Proc. Natl. Acad. Sci. USA 87: 4576-4579, 1990 Tree of Life: http://www.ucmp.berkeley.edu/exhibits/historyoflife.php Tree of Life Web Project: http://tolweb.org