MUZISCH - CREATIEF TER INLEIDING Met onderstaande tekst trekken de begeleiders esthetica, mode, lo, mo en po voor het eerst in deze Didactische en pedagogische berichten samen naar de leraren. Wij doen dit uiteraard niet zomaar, maar beschouwen dit als een voorzet om ook binnen de eigen scholen die vakken nadrukkelijker bijeen te brengen. Want onze vakken hebben toch wel meer gemeenschappelijk dan wij allemaal vermoeden. Het is ook de reden waarom de begeleiders van deze vakken jaarlijks samen een zevental scholengemeenschappen bezoeken om die bepaalde leraren samen te brengen. Goed samenwerken maakt het lesgeven (nog) aantrekkelijker! Onze vakken (misschien met uitzondering van lo) staan vaak alleen op school. We hebben nauwelijks vakcollega’s en voelen hierdoor de nood aan feedback of reflectie aan. Daarom groeperen we die vakken vanuit gemeenschappelijke kenmerken en brengen ze samen op het niveau van de scholengemeenschap. Wat hebben die vakken dan wel gemeenschappelijk? In de eerste plaats kunnen we allemaal fier zijn op onze open leerplannen. We beseffen dit niet altijd, want wij worden (gelukkig) niet geplaagd door leerplannen die fungeren als keurslijven. Die openheid laat alle kansen tot creativiteit en dit moeten we met volle overtuiging benutten. Dit laat een ruime vrijheid toe in de keuze van de leerinhouden, het biedt ruimte om eigen voorkeuren te volgen en te differentiëren in functie van de leerlingen. Wij hebben leerplannen die veeleer doelstellingen bevatten dan inhouden opleggen. Om die leerplandoelstellingen te realiseren, beschikken we meestal over een goed uitgerust vaklokaal, sportzaal of fitness- en gymruimte. Daarnaast werken we mee aan de algemene ontwikkeling van jonge mensen. Door eigen klemtonen spreken we de totale mens aan, eigenschappen bij mensen die in andere vakken wellicht veel minder aangeboord worden. Bij ons is het cognitieve aspect minder belangrijk. Ons doen en laten wordt gestuurd door vaardigheden en attitudevorming. Daarom geven wij meer dan elders de vrije teugels aan de creativiteit van de leerling. Creatieve intelligentie is deels aangeboren, maar kan ook aangeleerd worden. In het verlengde daarvan is er ook een andere wijze van evalueren: inzet, gedrevenheid, creativiteit, samenwerkingsvermogen worden hier even sterk, zo niet sterker beloond dan kennis. Vanuit die optiek is het begrijpelijk dat leerlingen die vakken dan ook dikwijls beschouwen als een aangename verpozing tussen andere lessen ‘die zo op elkaar gelijken’ … Muzisch-creatieve vorming houdt meer in dan met leerlingen naar een filmvoorstelling gaan of met enkelen muziek of toneel maken. Het is een algemene vorming die stelselmatig opgebouwd wordt en waarbij ook het diepste wezen van de mens wordt geraakt. Creativiteit omvat het opzetten van een verbeeldingsactiviteit die zowel originele als waardevolle resultaten oplevert. Bovendien is meermaals bewezen dat creativiteit geleerd kan worden, dat je het dus niet alleen moet ‘hebben’. 1 Door het feit dat de leerlingen bij ons andere vaardigheden oefenen, detecteren wij vaak vroeg(er) problemen of conflicten bij de leerlingen. Dat is belangrijk bij het maken van een totaalbeeld van de jongeren. Niet zelden brengen wij dan ook een ander beeld van de leerling tijdens deliberaties. Door wat wij met de leerlingen doen, werken we aan normen en waarden. Wij zorgen voor fijngevoeligheid in een harde wereld. Vaak vormen onze vakken de enige momenten waarbij jongeren nog aan lichaamsbeweging doen, waarbij ze muzikaal, plastisch of modieus creatief kunnen zijn, waarbij stil gestaan wordt bij een kunstwerk. Stil, onbevooroordeeld, open en ontvankelijk, gericht en actief, de tijd nemend: dat staat allemaal haaks op de clip- en zapmentaliteit van jongeren. Bewegen, ontstressen, op verschillende manieren creatief zijn en verwonderd raken: als dat geen mooi antidotum vormt tegen de fysieke en geestelijke verpaupering van vandaag. Dit is onze bescheiden bijdrage tot de opvoeding van jonge mensen. COOPERATIEVE STARTVERGADERINGEN MUZISCH-CREATIEF PER SG Overzicht coöperatieve SG-vergaderingen 2007 - 2008 Onze doelstelling is: het voeren van een eigen beleid van scholen en scholengemeenschappen verder aan te moedigen en te stimuleren: zelf het optimale traject voor de eigen groep uitstippelen, voorbereiden en uitwerken. Wij willen daar de volgende vier jaar werk van maken. Hiervoor ontdubbelen we coöperatieve SG-vergaderingen in een A-jaar en een B-jaar: A-jaar: de klassieke SG-vergadering zoals we die kennen (begeleiding legt gastschool, datum en agenda vast); B-jaar: vanuit een behoefte of een vraag die in de vakgroepen leeft, kan de groep leraren ‘muzisch-creatief’ van de SG zelf een initiatief nemen om samen te overleggen = eigen beleid voeren. SG-vergadering in A-jaar: de klassieke SG-vergadering zoals we die kennen (de begeleiding legt gastschool en datum vast). Algemene agenda: 1 gezamenlijk contactmoment esthetica, mode, lo, mo, po: waar hebben wij raakpunten? 2 2 vakspecifiek overleg: leerlingen aanzetten tot creativiteit binnen de les esthetica, mode, lo, mo, po. Dit voor volgende SG’en: Jozef de Pélichy, Houtland, Oostkust, Sint-Donaas, Sint-Maarten, Sint-Michiel, Sint-Niklaas. Jozef de Pélichy: Gastschool: Vrij Technisch Instituut, Izegem Datum: 8 november 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Houtland: Gastschool: Margareta-Maria-Instituut, Kortemark Datum: 18 oktober 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Oostkust: Gastschool: Sint-Bernardusinstituut, Knokke Datum: 11 oktober 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Sint-Donaas: Gastschool: O.L.V.-Hemelvaartinstituut, Sint-Andries Brugge Datum: 15 november 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Sint-Maarten: Gastschool: Lyceum Hemelsdaele, Brugge Datum: 27 september 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Sint-Michiel: Gastschool: VISO, Campus Poststraat, Roeselare Datum: 22 november 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Sint-Niklaas: Gastschool: Vrij Technisch Instituut, Veurne Datum: 4 oktober 2007 van 18.00 tot 20.00 uur SG-vergadering in B-jaar: vanuit een behoefte of een vraag van de vakgroepen, kan de groep leraren (ofwel gezamenlijk ‘muzisch-creatief’ ofwel vanuit het eigen specifieke vak) van de SG zelf het initiatief nemen (vastleggen gastschool, datum, agenda) om samen te overleggen = eigen beleid voeren! Dit voor volgende scholengemeenschappen: Hoppeland, Molenland, Petrus en Paulus, Onze-Lieve-Vrouw van Groeninge, Onze-Lieve-Vrouw van Tuine, SintJan, Sint-Paulus. Maak hiervoor gebruik van de vele contacten die de voorbije jaren gegroeid zijn. De nodige logistieke ondersteuning (directies, scholen, adressen en e-mails) vind je bij jouw directie. Ook voor alle andere vragen is de begeleiding natuurlijk bereid te ondersteunen. SPECIFIEKE DIDACTISCHE EN PEDAGOGISCHE BERICHTEN ESTHETICA Johan Vankeersbilck 3 SPECIFIEKE DIDACTISCHE EN PEDAGOGISCHE BERICHTEN MODE Ingrid Casier SPECIFIEKE DIDACTISCHE EN PEDAGOGISCHE BERICHTEN LO Johan Van Hulle SPECIFIEKE DIDACTISCHE EN PEDAGOGISCHE BERICHTEN MO Ann Casier SPECIFIEKE DIDACTISCHE EN PEDAGOGISCHE BERICHTEN PO Els Bilcke 4 ESTHETICA Het is opvallend hoe verschillend leraren esthetica hun lesopdracht invullen! Dit is heel leuk om vast te stellen. Het bewijst dat het nieuwe leerplan de nodige ruimte en vrijheid geeft aan de creatieve leraar. Vroeger kon je bij benadering nog zeggen dat quasi alle leraren in die bepaalde maand met dat lesonderdeel bezig waren. Nu is geen enkele les nog dezelfde! En de kwaliteit neemt zienderogen toe. Nog nooit tevoren werden kennis, vaardigheden en attitudevorming zo mooi versmolten en was de actieve inbreng van de leerling zo groot. Ook de zogenaamde ‘vergeten’ disciplines (design, dans, fotografie …) doen overtuigend hun intrede en de leerlingen weten deze creativiteitsstoot naar waarde te schatten. Dat alles moet ons sterken om ons weerbaar te (blijven) stellen tegenover de jobstijdingen die zich nogal eens rond ons vak aankondigen! In deze bijdrage worden aandachtspunten bij de lessen esthetica geëxpliciteerd, wordt opgeroepen om vakoverstijgend overleg te plegen op school tussen de vakken muzikale opvoeding, plastische opvoeding en esthetica en wordt een lans gebroken voor het werken met zogenaamde ‘tijdsbeelden’. Bijdragen over esthetica zijn nog altijd welkom op de vakcommunity esthetica (www.dpbbrugge.be) via de begeleiders esthetica ([email protected] en [email protected]). Op de Dag van esthetica (14 december 2007) gaat Brigitte Pattyn ons in het PMMK Oostende voor in een doe-stage over kunst en kunstbeleving. We hopen jullie daar talrijk te mogen begroeten. 1 Aandachtspunten bij de lessen esthetica - - In de methodologische wenken bij het leerplan staan heel bruikbare tips om de lessen levendig en boeiend, afwisselend en doeltreffend te maken. Een lesvoorbereiding, hoe beknopt en schematisch ook, is nog altijd geen overbodige luxe. Beginnende leraren die nieuw zijn in het vak doen er goed aan hun lesvoorbereidingen wat grondiger uit te schrijven. Probeer zoveel mogelijk een goed gekozen (exemplarisch) onderwerp volledig af te werken binnen een lestijd. Neem daarom niet te veel hooi op de vork. ‘Non multa, sed multum’ (Plinius de Jongere, Epistola). Zorg voor afwisseling in doelstellingen en werkvormen en vermijd vooral theoretische lessen. Betrek de leerlingen op een actieve wijze bij de les, zodat er een levendige interactie ontstaat. Je kunt soms van de leefwereld van je leerlingen uitgaan, wat evenwel niet moet leiden tot verschraling. Leer de leerlingen probleemoplossend denken en handelen; leer ze ook zelfstandig werken. In de derde graad moeten de leerlingen in staat zijn zelf notities te nemen. Een keurig en overzichtelijk bordschema of een lesschema op een vooraf gedrukt blad kan een goede hulp zijn. Geef leerlingen tips om de leerinhouden efficiënt te verwerken en toe te passen. 5 - - Reik de leerlingen methodes aan om beeld, muziek en andere disciplines te leren ontleden; evenwel op hun niveau. Het leerproces verloopt via visuele en auditieve beelden. Illustratie- en luistervoorbeelden – beide van kwaliteitsniveau – zijn een conditio sine qua non. Maak oordeelkundig gebruik van de moderne audiovisuele middelen, niet als doel op zichzelf, wel als een functioneel en didactisch hulpmiddel om de aandacht te activeren en de beleving te verdiepen. Als er een leerboek op de boekenlijst staat, laat de leerlingen het dan efficiënt en verstandig gebruiken: niet als een dor leesboek, maar als een basisdocument, als werkmateriaal, als een naslagwerk waarmee ze ook kritisch leren omgaan. Probeer te werken met een portfolio of kunstdossier. Verantwoorde en zinvolle toetsen zijn maar mogelijk met kijk- en luisteroefeningen. Gebruik nieuwe evaluatievormen als portfolio/kunstdossier. Wissel product- en procesevaluatie af. 2 Samenwerking esthetica, muzikale en plastische opvoeding 2.1 Communicatie? Traditioneel zijn er drie vakken die geassocieerd worden met muzische en culturele vorming: muzikale opvoeding (mo) in de eerste en tweede graad, plastische opvoeding (po) in de eerste, tweede en derde graad (tso en bso) en esthetica in de derde graad. Vaak echter verloopt de communicatie tussen deze vakken eerder stroef en is er te weinig gemeenschappelijke visie rond cultuur op school. Het overleg tussen deze drie vakken en andere beperkt zich veelal tot enkele afgelijnde projecten (vaak bij de voorbereiding van een excursie of een kortlopend project). 2.2 Gevolgen: - er zijn heel wat inhoudelijke raakpunten, maar door een gebrekkige communicatie weten leraren vaak niet wat er in andere lessen gebeurt (met onvermijdelijk hiaten en overlappingen tot gevolg); er is geen gemeenschappelijke visie over de muzische evolutie doorheen de drie graden; soms staan leraren er binnen de school alleen voor; er is geen steun vanuit de vakwerkgroep (cf. supra); de component ‘cultuur’ wordt weinig gehoord: vaak spreken de collega’s niet vanuit één standpunt en is de bijdrage versnipperd; het ‘nut’ wordt door collega’s, ouders en leerlingen wel eens in vraag gesteld. Nochtans bieden onderwijsvernieuwingen zoals de vrije ruimte en de invoering van de vakoverschrijdende eindtermen meer ruimte voor initiatief. 6 2.3 - 2.4 Uitnodiging om samen na te denken over het organiseren van - Verticaal overleg: (het ontwikkelen van leerlijnen: wat, wanneer, waar en hoe ?). . In kaart brengen van alle behandelde inhouden: is er overlapping of zijn er grote hiaten (bijvoorbeeld welke componenten (kleur, vorm, compositie, ritme) komen in de tweede graad in het vak po en mo aan bod en hoe kunnen die in de derde graad in esthetica verder uitgewerkt worden?) . In kaart brengen van alle productieve en receptieve vaardigheden. Welke aspecten van kijk- en luistervaardigheid komen wanneer aan bod? Zo kun je zicht krijgen op het ontwikkelingsproces van een leerling van een tot zes. . Welke begrippen en luisterervaringen brengen de leerlingen vanuit het vak muziek mee in het vak esthetica? Hoe kan daarop verder gewerkt worden? . Leert de leerling in plastische opvoeding schetsmethodes om vlug een beeld te schetsen? . Leert de leerling een beeld (schilderij, beeldhouwwerk, gebouw) te ontleden in plastische opvoeding? - Horizontaal overleg: kan er tussen verschillende vakken convergentie optreden? Zo is er, zeker in de derde graad heel wat affiniteit tussen taalvakken, geschiedenis en esthetica (bijvoorbeeld over ‘romantiek’). Evaluatie . Belangrijk hierbij is een model te ontwikkelen hoe leerlingen muzische vaardigheden ontwikkelen doorheen de drie graden: welke aspecten van kijk- en luistervaardigheid komen waar en wanneer aan bod? Welke evaluatiecriteria worden hierbij best ingezet? . Van kunst genieten is ook er over leren praten: hoe leren leerlingen van een tot zes omgaan met alle vormen van kunstbeleving (cognitief, emotioneel, attitudes: deze ‘taxonomie’ wordt best min of meer gelijkvormig gebruikt door de kernvakken mo, po, esthetica zodat de ontwikkeling van de leerling ‘meetbaar’ wordt). Het bundelen van de verschillende krachten kan cultuur een groter draagvlak geven binnen (en ook buiten) de school. De school kan een bredere visie ontwikkelen over wat ze precies in deze zes jaar met de leerlingen wil bereiken op cultureel-muzisch vlak. Hierbij is het zeker niet de bedoeling een soort eenheidsworst te serveren die alle vakken in eenzelfde keurslijf dwingt. Het maken van goede afspraken en het ontwikkelen van eenzelfde visie zal echter de component muzische vorming/cultuur een duidelijker gezicht (meerwaarde) geven binnen het schoolleven (en wellicht ook een krachtiger stem). 7 3 Tijdsbeelden? Hoe kun je leerlingen in groep probleemoplossend en onderzoekend laten leren? Misschien kan het volgende voorbeeld jullie op weg zetten. Het gaat om het in beeld en klank brengen van tijdsbeelden. Op het eerste zicht klinkt deze invalshoek vrij historisch. Bij nader inzien is het een ideale formule om de verschillende kunstuitingen van eenzelfde periode bij elkaar te brengen, de onderlinge invloeden te bespeuren en de resultaten van dit onderzoek te presenteren voor de medeleerlingen. Bovendien kan dit gekoppeld worden aan peer-evaluation waarbij de leerlingen elkaar beoordelen, naast het oordeel van de leraar. Dus anders leren en anders evalueren. Voorbeeld van een tijdsbeeld: het impressionisme - in de schilderkunst, in de beeldhouwkunst, de opkomst van de fotografie, ballet en choreografie, internationale socio-politieke en socio-economische context, design, literatuur, poëzie, klassieke muziek, volksmuziek, de opkomst van de film, waarom minder in de architectuur, interacties tussen al deze kunstuitingen, … De leraar kan deze verschillende kunstuitingen onder de koepel van het impressionisme in de klas brengen. Leerlingen worden ondergedompeld in het tijdsbeeld van het impressionisme. Zij zien in hoe sterk kunstuitingen bepaald worden door de tijdsgeest en zien onderlinge verbanden. Vervolgens gaan zij zelf op speurtocht om andere tijdsbeelden te reconstrueren en voor de klas te brengen. Zij krijgen hiertoe de kans in en buiten de lessen. Het spreekt voor zich dat het zoekwerk het best gebeurt tijdens de les zelf. Voor de verwerking en de voorbereiding van de presentatie zal wellicht naar thuiswerk verwezen moeten worden. De leerlingen mogen zelf voorbeelden van tijdsbeelden aanreiken. Bij voorkeur moeten zij zich toch inlaten met de periode van einde 19de eeuw tot vandaag, de periode van de moderne en postmoderne kunst. De tijdsbeelden kunnen betrekking hebben op een kunststijl of eerder vertrekken vanuit een bepaald decennium. De leerlingen onderzoeken hun periode of stijlrichting en brengen hun onderzoeksresultaten voor de klas. 8 Beoordelingscriteria voor een presentatie Uitstekend Goed Voldoende Onvoldoende Organisatie De vooruitgang is uitstekend. De luisteraar is altijd mee. Vlotte overgangen. Goede vooruitgang. De luisteraar blijft bij de inhoud. Inhoud Overdracht Media Uitvoerige, volledige behandeling van onderwerp. Getuigt van onderzoek. Goed oogcontact, goede intonatie en lichaamstaal. Meeslepend en genietbaar. Goede dekking van het onderwerp met evidentie van onderzoek. De organisatie is stroef. De luisteraar is soms verward. Inhoud springt van de hak op de tak. Heel moeilijk te volgen. De luisteraar heeft het moeilijk de aandacht erbij te houden. Onduidelijke overgangen. Er is onderzoek, maar niet uitgebreid of er ontbreekt diepgang. Enigszins gedocumenteerd. Oogcontact, intonatie, lichaamstaal en gedrag zijn goed, maar niet consistent. Weinig aansprekende overdacht. De presentatie wordt afgelezen of lijkt mechanisch. Uitstekend gebruik van ppt, overhead, dvd, video, grafieken … Duidelijk en levendig. Visualisering is duidelijk en geschikt. De media ondersteunen presentaties. Er worden visualisaties gebruikt. Maar deze zijn niet echt waardevol. Ze helpen de presentatie niet echt vooruit. Het onderzoek lijkt beperkt. Weinig documentatie. Belangrijke bronnen ontbreken. Gegevensoverdracht is van een slechte kwaliteit. Het levert niet meer op dan een lezing. Visualisaties zijn van een dergelijk slechte kwaliteit dat ze de presentatie in het geheel niet ondersteunen. We wensen jullie allemaal een fijnzinnig nieuw schooljaar toe! Ann Casier Johan Vankeersbilck PARALLELLE WERELDEN VAKOVERSCHRIJDEND PROJECT DPB BRUGGE DPB Brugge zet een vakoverschrijdend project op het getouw met als doelgroep de leerlingen van tweede en derde graad secundair onderwijs. Voor meer informatie kun je terecht op: http://www.dpbbrugge.be/parwerelden 9 Dag van esthetica vrijdag 14 december 2007, van 10.00 tot 16.30 uur PMMK Provinciaal Museum voor Moderne Kunst, Romestraat 11, 8400 Oostende Leraren esthetica Studiedag Taalbeleid woensdag 30 januari 2008, van 14.00 tot 17.00 uur KU Leuven Campus Kortrijk (KULAK), E. Sabbelaan 53, 8500 Kortrijk Alle leraren secundair onderwijs 10 MODE Tijdens mijn kennismakingsronde viel het mij op hoe groot de algemene bezorgdheid is van alle betrokkenen voor de toekomstmogelijkheden van onze leerlingen. Het is dan ook een belangrijke taak voor leraren om leerlingen te begeleiden bij hun studiekeuze. Dit lijkt mij niet enkel van belang bij het einde van een schooljaar. Leraren zouden hier samen met de leerlingen constant mee begaan moeten zijn. Het is een ontwikkelingsproces waarbij de leerling zowel zijn sterke als zijn zwakke punten leert ontdekken. Zo kan iedere leerling zijn eigen schoolloopbaan beter in handen nemen. Ook interesses van de leerling zijn van groot belang bij hun keuze naar toekomstmogelijkheden toe. Enerzijds hebben zij de mogelijkheid om beroepen te kiezen. Hierbij denk ik o.a. aan de mode-verkoop en retouches. Het is belangrijk dat zij de consequenties die hieraan verbonden zijn, kennen. Bij verkoop kan dit taalvaardigheid zijn, flexibiliteit … Bij retouches zijn nauwkeurigheid, tempo en oplossingsgericht werken noodzakelijk. Anderzijds hebben de leerlingen ook de mogelijkheid om verder te studeren na hun secundaire opleiding mode. Een juiste keuze maken in onze huidige maatschappij met een overaanbod aan informatie, is niet gemakkelijk voor de jongeren. De juiste keuze maken naargelang de eigen mogelijkheden en interesses, is dan ook van het allergrootste belang. De leraar is hierbij de uitgelezen persoon om dit proces te ondersteunen. 1 Studiemogelijkheden Mode Je vindt hier het logische aanbod voor het studiegebied Mode. Hierbij doe ik een warme oproep om dit kenbaar te maken en te bespreken met de leerlingen. Op de website www.modeonderwijs.be vind je de nodige informatie. 3de jaar 3de graad bso Mode-verkoop Dit is een specialisatiejaar waarbij het accent ligt op verkoop en retouches. Het opnemen van een verantwoordelijke taak in een modezaak wordt hier verder uitgediept. Dit leerjaar heeft als doel leerlingen voor te bereiden op tewerkstelling in Mode-verkoop. De leerlingen behalen na afloop een diploma secundair onderwijs. 3de jaar 3de graad tso Creatie- en patroonontwerpen De nadruk ligt hier op het ontwerpen en het productierijp maken van industriële modelpatronen. De leerlingen kunnen aan de slag als modeliste of patroonmaakster in de kledingsector en aanverwante bedrijfstakken. Zij verwerven na deze opleiding een studiegetuigschrift. 11 4de graad Modevormgeving Deze richting heeft een studieduur van twee jaar en is toegankelijk voor alle leerlingen aso – tso – bso. Een doorgedreven vakkennis is hier het hoofddoel. Afgestudeerden vinden een job als assistent modeontwerper, als medewerker in de meeste textielverwerkende sectoren of als zelfstandig kleermaker. Zij die het diploma secundair onderwijs nog niet hebben behaald, verkrijgen dit na het eerste jaar. Na de volledige opleiding ontvangt de leerling een studiegetuigschrift. Bachelor lerarenopleiding secundair onderwijs Vanaf 1 september 2007 wordt de driejarige onderwijsopleiding vernieuwd. Mode kan dan als majorvak worden gevolgd. Als minorvak kan er gekozen worden voor o.a. ‘Project Kunstvakken’. Dit is een nieuwe opleiding waarbij je jongeren begeleidt in hun kunst- en cultuurbeleving, zowel binnen als buiten het onderwijs. De student leert projecten starten voor verschillende doelgroepen. Bij de realisatie daarvan houd je rekening met de doelgroep en de inhoud. Ook organisatorische, technische, praktische, budgettaire en publicitaire componenten, verbonden aan het opzetten van dit soort projecten, worden aangeleerd. Als je gekozen hebt voor ‘Mode’ zal deze opleiding een heel waardevolle bijdrage leveren tot verdieping en verruiming van het studiegebied. De link tussen ‘Mode’ en ‘Project Kunstvakken’ is heel sterk en zal ongetwijfeld de creatieve studenten met interesse voor ‘Mode’ aanspreken. Bachelor Modetechnologie Hier staat een polyvalente voorbereiding op leidinggevende taken centraal. De opleiding vormt een combinatie van techniek, creativiteit en management. Ze richt zich op loopbaanperspectieven zowel in binnen- als buitenland. Collectievormgeving, patroontekenen, confectievoorbereidings-, fabricage- en finishtechnieken samen met CAD/CAM op industriële apparatuur, brengen de student de nodige vakkennis bij voor zowel mode als textielontwerpen. Kwaliteitscontrole en kwaliteitszorg, arbeidsorganisatie, productieplanning en communicatie zorgen voor een ruimere algemene kennis. Tijdens de opleiding krijgt de student de kans om buitenlandse beurzen en bedrijven te bezoeken. Modeacademie Dit is een creatieve opleiding waarbij het ontwerpen centraal staat. Een eigen stijl ontwikkelen en inzicht verwerven in het opbouwen van een collectie is de grote uitdaging. Je leert als modeontwerper kleding tekenen voor een fabrikant of voor een merknaam. Je kunt een collectie onder eigen naam creëren of je als kunstenaar profileren. 12 2 Initiatieven uit het voorbije schooljaar Nascholingen Dvd 100% klantvriendelijkheid Inhoud Alle aspecten van klantvriendelijk gedrag werden hier toegelicht en ingeoefend. Verkoopsituaties zijn opgenomen en vastgelegd op een dvd. Wie de nascholing volgde, heeft dit beeldmateriaal leren gebruiken. Doelstelling Deze dvd is ideaal om te gebruiken in een klassituatie. Het is belangrijk om continu aandacht te blijven hebben voor klantvriendelijkheid. Kostuum-en kunstgeschiedenis tso Inhoud Deze nascholing is het vervolg op een nascholing van vorig schooljaar. In het eerste deel kwam het didactische luik aan bod. In het tweede deel bezochten de leraren de toneelkostuumafdeling in de “Munt” in Brussel. Via dit bezoek leerden de leraren een duidelijke opdracht te formuleren. Doelstelling Zoeken naar de gepaste werkvorm om leerlingen te betrekken bij voorbereiding van een buitenschoolse activiteit. Het is de bedoeling hierbij duidelijke doelstellingen te gebruiken. Leerlingen krijgen een opdracht voor, tijdens en na het bezoek. de Wegwijs in basistextieltechnologie: grondstoffen, productie en testen Inhoud Deze opleiding werd door het IVOC georganiseerd. Specifieke begrippen en werkwijzen voor de textielindustrie werden hier verduidelijkt. Er was ook een kennismaking met de productie en de bijbehorende grondstoffen en labotesten. Doelstelling Deze nascholing is belangrijk omdat er in België een duidelijke trend is waarbij de textielbedrijven zich nog meer op innovatie toespitsen. 13 Materiaalonderzoek Inhoud Het IVOC, in samenwerking met de bachelor opleiding ‘modetechnologie’, organiseert deze opleiding. Op het programma staat het uitgebreid testen van verschillende textielmaterialen. Er worden praktische tips gegeven om dit in een klaslokaal over te doen. Ook innovatief textielmateriaal kwam aan bod. Een rondleiding zette de opleiding ‘bachelor modetechnologie’ in de kijker. Doelstelling Materiaalonderzoek moet vooral oog hebben voor kwaliteit en service. Het trainen van competenties en het aanscherpen van innovatief gedrag bij de leerlingen levert de bedrijven de gedroomde medewerkers. Aandacht voor innovatie is noodzakelijk! Kleurpsychologisch denken bij de opbouw van een collectie Inhoud Deze nascholing werd mede door het IVOC georganiseerd voor leraren ‘creatie’, ‘mode’, ‘mode-verkoop’, en ‘plastische opvoeding’. De volgende delen kwamen aan bod: - kleurkenmerken, - kleuropbouw, - kleursturing, - kleurpsychologie, - kleuren catalogeren, - kleurencombinaties, - oefeningen. Doelstelling Het gebruik van kleuren en kleurkenmerken zijn een belangrijk gegeven in de mode. Zowel bij de verkoop als bij de creatie en het samenstellen van een collectie. Auto-CAD Ook dit schooljaar volgden heel wat leraren deze opleiding. Inschrijven voor het volgend schooljaar kun je via vvkso.be - onderwijspraktijk – nascholingen – ICT-nascholingen – mode. Per module kun je hier meer informatie terugvinden. Ter info: Monique Goens, projectleider Mode-ICT, verlaat op 31 augustus 2007 de nascholingen ICT van het VVKSO. Voor vele leraren mode heeft ze de Mode-CAD toegankelijk gemaakt. Ze was er altijd om iedere individuele leraar met raad en 14 daad bij te staan. Graag wil ik haar namens de vele cursisten oprecht danken voor wat zij betekend heeft voor het innoverende modeonderwijs. Overlegmomenten Tijdens het schooljaar 2006-2007 werden verschillende overlegmomenten georganiseerd namelijk: - overlegmomenten met de coördinatoren mode, - overlegmoment met de vakleraren gip bso, - overlegmoment met de leraren mode die les geven in bvl. Ook voor het schooljaar 2007-2008 werd de wens uitgedrukt om overlegmomenten te organiseren. Hierbij kwam de vraag naar: - overlegmomenten met de coördinatoren mode, - overlegmoment met de vakleraren gip tso, - overlegmoment met de leraren van het 3de jaar 3de graad bso Modeverkoop, - overlegmoment met de leraren 2de en 3de graad bso/tso. 3 Nuttige websites Je bent ongetwijfeld al vertrouwd met deze 2 websites. Toch wil ik ze nog even aanhalen. http://www.modeonderwijs.be. Deze site wordt beheerd door het IVOC en hier vind je alle informatie over nascholingen. http://mode.vvkso.be is de pedagogische website van het VVKSO. De studiegebiedverantwoordelijke, Mevr. Kenens, zorgt ervoor dat alle informatie, die scholen leveren na projecten, op deze website wordt geplaatst. Hierbij doe ik een warme oproep om uw fotomateriaal, voorzien van tekst en uitleg, door te spelen aan Mevr. Kenens. 4 Initiatieven voor het schooljaar 2007-2008 4.1 “Zo kan het ook” 2007-2008 Onze maatschappij is voortdurend in beweging. Dit is ook duidelijk voelbaar in het onderwijs. Leerlingen van vandaag zijn anders, denken anders, leren anders dan een aantal jaren geleden. Dat vraagt een andere onderwijsaanpak. Het is de bedoeling via onderstaande nascholing “Zo kan het ook” lerarenteams vertrouwd te maken met het denken rond het “LEREN IN SAMENHANG”: * leraren leren hoe ze leeractiviteiten/oefeningen kunnen ordenen opdat leerlingen maximaal kunnen leren; * leraren leren leerprocessen van leerlingen begeleiden via reflectie en feedback; 15 * leraren leren omgaan met moeilijkheden en conflicten die zich kunnen voordoen tijdens het werken in teamverband. Deze nascholing werd in het schooljaar 2006-2007 door verscheidene multidisciplinaire lerarenteams gevolgd. Er is een grote vraag en nood om te weten hoe je kunt omgaan met nieuwe onderwijsontwikkelingen in technische en praktische richtingen. Daarom werd er besloten ook in 2007-2008 leraren de kans te geven om te starten. Zij die vorig schooljaar de nascholing volgden, kunnen opnieuw een aanbod volgen dat aansluit op wat al aangeboden werd. Voor meer informatie verwijs ik naar de folder die in de school is aangekomen via de nascholingsdienst van het VVKSO. Ook op http://vvkso.be zal deze info worden opgenomen. De plaatsen zijn beperkt; de eerst ingeschrevenen krijgen voorrang. Het nascholingsproject richt zich eveneens tot directies en/of leden van het middenkader die willen inspelen op deze veranderingen en leraren hierbij willen ondersteunen. Dit traject wil ook directies en/of leden van het middenkader vertrouwd maken met het denken rond het “LEREN IN SAMENHANG”. Plaats en data van de sessies worden begin september 2007 meegedeeld. 4.2 Project “Waregem Koerse” Dit project richt zich tot de scholen van West-Vlaanderen die de richting Creatie en mode aanbieden. Dit gebeurt in samenwerking met de Ren- en Rijvereniging van de paardenkoersen van Waregem Koerse. Dit project wordt ondersteund door de Diocesane pedagogische begeleidingsdienst; Els Bilcke, begeleider plastische opvoeding/beeldende vakken en Ingrid Casier, begeleiding mode. De leerlingen van het vijfde jaar Creatie en Mode zullen in de loop van het schooljaar 2007-2008 creatieve hoofddeksels ontwerpen met een bijpassende outfit. Het eindresultaat zal geshowd worden op “Waregem Koerse” september 2008. Dit project heeft als doel om: * * * leerlingen een origineel hoofddeksel laten ontwerpen; leerlingen een bijpassende outfit laten ontwerpen; leerlingen omschrijven hun opdracht en verdedigen die voor de media. Er volgt vrijblijvend een nascholing rond het creëren en maken van een hoofddeksel. Veel succes aan de deelnemende scholen! 16 4.3 Begeleidingsprioriteiten Tijdens mijn bezoeken van het afgelopen schooljaar viel het mij op hoe gedreven mensen kunnen werken. Naar buiten komen met …, samenwerken met …, grenzen verleggen, allemaal heel mooie initiatieven. Toch blijkt het soms niet even gemakkelijk om het open leerplan te gebruiken. Door het open leerplan is er nood aan goede afspraken. Het is van groot belang dat er een horizontale en verticale samenwerking is. Bij de doorstroming van de leerlingen is het aangewezen dat zij hun volgmap of doorgroeimap meebrengen. Zo weet je als leraar precies waar de leerling staat in zijn leertraject. Vandaar ook de prioriteit naar volgend schooljaar om: leerlijnen op te maken; het belang van de vakwerkgroep te benadrukken en te ondersteunen. Verder wil ik je bedanken voor de aangename samenwerking vorig schooljaar. Voor het schooljaar 2007-2008 wens ik je een creatief en succesvol jaar toe. Hopend in de toekomst de samenwerking verder te kunnen zetten, groet ik je. Ingrid Casier Hoeden: hoe begin ik eraan? donderdag 11 oktober 2007, van 14.00 tot 17.00 uur Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaartinstituut TSO, Keukeldam 17, 8790 Waregem Leraren mode en plastische opvoeding Studiedag Taalbeleid woensdag 30 januari 2008, van 14.00 tot 17.00 uur KU Leuven Campus Kortrijk (KULAK), E. Sabbelaan 53, 8500 Kortrijk Alle leraren secundair onderwijs 17 LICHAMELIJKE OPVOEDING TER INLEIDING Op mijn school hebben we nu ook ‘Smartschool’, een interactief leerplatform voor leraren en leerlingen. Ik hoor het mijn ICT-coördinator nog zeggen: “Het biedt tal van mogelijkheden: communiceren binnen de vakgroep, agenda online, leerlingen kunnen er taken, opdrachten op plaatsen of plukken …” En dan maak je automatisch de denkoefening voor ons vak, lichamelijke opvoeding: “Je kunt een discussieforum openen over één of ander sport-gezondheidsthema, je kunt videobeelden voorzien van de te kennen of uitgevoerde oefeningen, leerlingen een individueel trainingsschema voorschrijven, hen opvolgen, enz.” Maar heel diep vanbinnen zit ik, leraar lichamelijke opvoeding, met een dilemma, ja zelfs een gewetenskwestie. Dagdagelijks hoor ik ouders, collega’s, de hele goegemeente sakkeren over het feit dat jongeren veel te veel achter hun computer zitten, voor het scherm hangen in plaats van nog eens gewoon buiten te fietsen, te shotten, touwtje te springen, samen te socialisen … Is het dan wel zo opportuun dat wij hier als lo’ers nog een schepje bovenop gaan doen, hen nog eens aanmoedigen om dagelijks een half uurtje te Smartscholen? Ik denk dat wij, vanuit ons vak en onze ‘bekommernis om bewegen’, medecollega’s moeten durven wijzen op dit gevaar en hen aanmoedigen, over de vakken heen, met dit alles niet te overdrijven. ICT mag niet leiden tot stressfracturen voor onze leerlingen. ICT biedt enorme mogelijkheden, maar die moeten zoveel mogelijk binnen de lessen geïntegreerd worden zodat er in de naschoolse tijd voldoende ruimte is voor andere prikkels: sport, muziek, toneel, kunst … 1 De vakgroep lichamelijke opvoeding: wat, waarom, hoe … Planmatig werken binnen een vakgroep is het resultaat van verschillende actoren in samenspel met verschillende factoren: plannen, voorbereiden, controleren, aanmoedigen, informeren en evalueren. De vakgroepwerking ondersteunt het leer- en vormingsproces van de leerlingen. Leerlingen functioneren beter wanneer zij bij alle leraren een zelfde visie en aanpak van de lessen ervaren. Daarom staat achter iedere school met een positieve sportcultuur vaak ook een dynamische vakgroep lichamelijke opvoeding. Een goede vakgroep valt op door een hecht informeel en formeel werkverband. De groep streeft naar effectieve samenwerking en gezamenlijke ontwikkeling van visie, leerinhouden, didactische aanpak en evaluatievormen: werken in teamverband. Overleg en afstemming tussen de leraren dragen bij tot een vlot verloop en planning van het vak en vergroten de kans om de leerplandoelstellingen en doelen uit het opvoedingsproject van de school te realiseren. In de praktijk komt het er vooral op neer veel en regelmatig met elkaar te praten, te overleggen, plannen te maken. Welke vragen kunnen wij ons hierbij stellen? 18 De vakcoördinator (het vakhoofd, de vakverantwoordelijke) neemt als leidinggevende een speciale plaats in binnen de vakgroep. Hij geeft doelen en perspectieven van de schoolleiding door aan de leraren en vertolkt de ideeën, standpunten en vragen van de vakgroep naar de schoolleiding. Hij zet zich in om met de collega’s een hechte groep te vormen. De vakcoördinator is in de school de vertegenwoordiger van het vak en de spreekbuis van de groep. Het is aangewezen dat hij zowel door de groep als door de schoolleiding erkend en gemandateerd wordt. Naast het coördineren van de dagdagelijkse beslommeringen en bekommernissen, probeert hij/zij vooral via planmatig werken de voltallige vakgroep op het goede spoor te zetten of te houden. Opvolging van het aanbod ‘nascholing’. Contact met de directie. Er over waken dat er voortdurend ruimte blijft voor eigen ervaringen, persoonlijke bekwaamheid en creativiteit. Uiteraard is het niet de bedoeling dat de leraar zich beknot voelt door te strakke afspraken binnen de vakgroep. Taken verdelen: organisatie naschoolse activiteiten – sportdagen. Leidt de vergaderingen, zorgt dat er een verslag is en bewaakt de opvolging. Het basiswerkdocument van de vakgroep is het deelschoolwerkplan lo. Voor de invulling wordt uitgegaan van de leerplannen, de ondersteuning van de pedagogische begeleiding en de visie op het vak die aansluit bij het eigen opvoedingsproject van de school. Een goed deelschoolwerkplan kiest en ordent de leerinhouden over de verschillende jaren en geeft richting aan het werk van de leraren. Het is eenvoudig en zinvol, tijd- en energiebesparend. Het laat een gepaste vrijheid toe. Voor nieuwe leraren of interimarissen is het een duidelijk houvast. Mogelijke rubrieken zijn. 1 Algemene gegevens voor het vak lichamelijke opvoeding: – naam, adres, lessenopdracht van de leraren lichamelijke opvoeding, – accommodatie: ligging, adres, telefoon ... 2 Afspraken voor de lessen lichamelijke opvoeding in verband met: – regels en routines die specifiek zijn voor de lessen lo, – veiligheid in het algemeen en de geldende veiligheidsvoorschriften, – vervangtaken, – opvang van leerlingen bij afwezigheid van de leraar lo. 3 Raamplan: horizontale en verticale samenhang: – Er is planning nodig om tot horizontale en verticale samenhang te komen in wat jaar na jaar aan de leerlingen aangeboden wordt. Deze opeenvolging van de te leren doelen/inhouden en de stappen die de leerling zet om deze doelen/inhouden te verwerven, worden leerlijnen genoemd. 19 – Om tot horizontale én verticale samenhang te komen is samenwerking met collega’s van hetzelfde jaar, van lagere en hogere jaren noodzakelijk. Per graad (horizontale samenhang) wordt nagegaan welke bewegingsgebieden worden aangeboden voor jongens en meisjes. De bewegingsgebieden die minimum één periode per jaar of per graad opgelegd zijn, zijn vermeld in het kader dat terug te vinden is bij de ‘planning in periodes’. Er gaat ook aandacht naar reanimatie en EHBO. – Onszelf evalueren is niet vanzelfsprekend en wordt vaak nog als een vorm van controle gezien, met een negatieve connotatie als: doen wij het niet goed misschien, moet het weer anders … Toch is nadenken over hoe wij werken, wat wij doen en vooral waarom wij het doen een belangrijke hoeksteen om verder te groeien en ons goed in ons vel te voelen bij wat we dagelijks doen. Uitwisselen van informatie en ervaringen en het formuleren van aandachtspunten geven aanleiding tot reflectie op het eigen functioneren én kansen om zich verder te ontwikkelen. Hoe vaak kijken wij niet in de spiegel om te zien of ons haar goed zit? En is daar iets mis mee? Hierbij een aantal instrumenten om onszelf eens te evalueren: o o o 2 Handige kijkwijzer Welke zijn de mogelijke taken van de vakgroep LO Test je vakgroep ‘online’ Een degelijk gezondheidsbeleid binnen iedere school Tegen 1 september 2007 moet elke school een eigen gezondheidsbeleidsplan klaar hebben. Lees meer in het persbericht 'Een gezondheidsbeleid in elke school': http://www.ond.vlaanderen.be/nieuws/2006p/0127gezondheidsbeleid.htm. Begin 2006 ondertekenden de minister van Onderwijs, Vandenbroucke, de minister van Volksgezondheid, Vervotte, de minister van Sport, Anciaux en de minister van Landbouw, Leterme een intentieverklaring om samen de scholen te ondersteunen om een gezondheidsbeleid uit te werken. Een strategisch plan moet ertoe leiden dat elke school tegen 1 september 2007 een eigen gezondheidsbeleid uitstippelt. In dit gezondheidsbeleid op school zal de promotie van gezonde voeding en voldoende beweging een belangrijk streefdoel zijn. Het spreekt voor zich dat de leraar lichamelijke opvoeding zich kan en mag aangesproken voelen om deze gezondheidscoördinatie op zich te nemen of te helpen dragen. Hij of zij heeft een bevoorrechte plaats om zicht te hebben op het bewegingspatroon van de leerlingen, om hen te stimuleren tot naschoolse bewegingsactiviteiten, om de 20 link te leggen met andere aspecten van gezonde levensgewoonten zoals o.a. voeding. De gezondheidscoördinator mag niet alleen staan, moet niet alle taken op zich nemen, maar wordt best gesteund door een heel team: een gezondheidsteam, bestaande uit zo veel mogelijk gemotiveerde leraren, liefst niet alleen leraren lichamelijke opvoeding, die zich samen bekommeren om de gezondheid van de leerlingen en die zich binnen het gezondheidsteam willen engageren om initiatieven te nemen. Een degelijke ondersteuning vanuit de directie is van cruciaal belang voor het slagen van een degelijk gezondheidsplan. Mogen we binnen de context van dit ‘hot’ item er tevens op wijzen dat naast de fysieke en lichamelijke gezondheid, de geestelijke gezondheid vaak een sleutelpositie inneemt, maar helaas dikwijls over het hoofd gezien wordt. Nochtans is het zich goed in z’n vel voelen, positief naar zichzelf durven kijken, een gezond sociaal kader om zich heen hebben, een bijna onvoorwaardelijke aanzet om zich ook lichamelijk en fysiek te verzorgen. Lichamelijke opvoeding is waarschijnlijk het enige vak waar deze accenten rechtstreeks met het leerplan gelinkt kunnen worden zodat er op die manier ook effectieve ruimte vrijkomt om leerlingen binnen de lessen ook op het gebied van gezondheid (lichamelijk én geestelijk) te vormen, te begeleiden en te ondersteunen. Meer info is te vinden op www.sip.be/loportaal. 3 Nascholing Onze eerste ‘dag van lichamelijke opvoeding’ (link naar video) op 21 maart 2007 kende heel wat bijval. We willen hier nog eens alle medewerkers bedanken en hopen ook volgend jaar dit initiatief op onze sportagenda te kunnen plaatsen. De syllabi van de verschillende werkwinkels zijn rechtstreeks te downloaden op de site van Kath. Torhout. Dirk Vanhoutte beeldverslag. – Margareta-Maria-Instituut Kortemark zorgde voor het Het opstellen van een navormingsplan is vooral de taak van de vakgroep: wie kan/wil zijn bekwaamheid bijwerken, updaten en aanvullen in het kader van een goed uitgebalanceerd raamplan. Het praten over, het doorspelen van informatie, de openheid om ervaringen te delen met elkaar, gebeurt steeds frequenter. Op die manier kunnen we ervoor zorgen dat het rendement van de gevolgde nascholing uitdeint naar de voltallige vakgroep. De nascholingen in 2007 – 2008 bieden kansen tot bijkomende vakkundige vorming. Een overzicht van alle mogelijke nascholingen vind je ook terug op www.sip.be/loportaal. 21 COOPERATIEVE STARTVERGADERINGEN MUZISCH-CREATIEF PER SG Overzicht coöperatieve SG-vergaderingen 2007 - 2008 Onze doelstelling is: het voeren van een eigen beleid van scholen en scholengemeenschappen verder aan te moedigen en te stimuleren: zelf het optimale traject voor de eigen groep uitstippelen, voorbereiden en uitwerken. Wij willen daar de volgende vier jaar werk van maken. Hiervoor ontdubbelen we coöperatieve SG-vergaderingen in een A-jaar en een B-jaar: A-jaar: de klassieke SG-vergadering zoals we die kennen (begeleiding legt gastschool, datum en agenda vast); B-jaar: vanuit een behoefte of een vraag die in de vakgroepen leeft, kan de groep leraren ‘muzisch-creatief’ van de SG zelf een initiatief nemen om samen te overleggen = eigen beleid voeren. SG-vergadering in A-jaar: de klassieke SG-vergadering zoals we die kennen (de begeleiding legt gastschool en datum vast). Algemene agenda: 1 gezamenlijk contactmoment esthetica, mode, lo, mo, po: waar hebben wij raakpunten? 2 vakspecifiek overleg: leerlingen aanzetten tot creativiteit binnen de les esthetica, mode, lo, mo, po. Dit voor volgende SG’en: Jozef de Pélichy, Houtland, Oostkust, Sint-Donaas, Sint-Maarten, Sint-Michiel, Sint-Niklaas. Jozef de Pélichy: Gastschool: Vrij Technisch Instituut, Izegem Datum: 8 november 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Houtland: Gastschool: Margareta-Maria-Instituut, Kortemark Datum: 18 oktober 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Oostkust: Gastschool: Sint-Bernardusinstituut, Knokke Datum: 11 oktober 2007 van 18.00 tot 20.00 uur 22 Sint-Donaas: Gastschool: O.L.V.-Hemelvaartinstituut, Sint-Andries Brugge Datum: 15 november 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Sint-Maarten: Gastschool: Lyceum Hemelsdaele, Brugge Datum: 27 september 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Sint-Michiel: Gastschool: VISO, Campus Poststraat, Roeselare Datum: 22 november 2007 van 18.00 tot 20.00 uur Sint-Niklaas: Gastschool: Vrij Technisch Instituut, Veurne Datum: 4 oktober 2007 van 18.00 tot 20.00 uur SG-vergadering in B-jaar: vanuit een behoefte of een vraag die in de vakgroepen leeft, kan de groep leraren (ofwel gezamenlijk ‘muzisch-creatief’ ofwel vanuit het eigen specifieke vak) van de SG zelf het initiatief nemen (vastleggen gastschool, datum, agenda ) om samen te overleggen = eigen beleid voeren! Dit voor volgende SG’en: Hoppeland, Molenland, Petrus en Paulus, Onze-LieveVrouw van Groeninge, Onze-Lieve-Vrouw van Tuine, Sint-Jan, Sint-Paulus. Maak hiervoor gebruik van de vele contacten die de voorbije jaren gegroeid zijn. De nodige logistieke ondersteuning (directies, scholen, adressen en e-mails) vind je bij jouw directie. Ook voor alle andere vragen is de begeleiding natuurlijk bereid te ondersteunen. 4 LO-internet: www.sip.be/loportaal De website van de begeleiding lo wordt in de toekomst de boei in de woelige branding van ons bewegingslandschap. Nog meer zullen we pogen heel specifiek te informeren, te duiden en te verduidelijken. Niet te veel toeters en bellen maar gericht inspelen op pedagogische en didactische thema’s binnen lichamelijke opvoeding. www.sip.be/loportaal voeg je best toe aan jouw favorieten! De oproep om van zoveel mogelijk leraren het mailadres te kennen blijft: bedoeling is om via die weg heel directe informatie te kunnen versturen. Het streefdoel is minimum 1 lo-adres per school. Vergeet ook niet ons te informeren wanneer je e-mailadres gewijzigd is. De adressen dienen enkel voor intern gebruik!!! Gewoon een seintje (‘wens [email protected] volstaat. nieuwsbrief lo te ontvangen’) op 23 Johan Van Hulle Studiedag Taalbeleid woensdag 30 januari 2008, van 14.00 tot 17.00 uur. KU Leuven Campus Kortrijk (KULAK), E. Sabbelaan 53, 8500 Kortrijk Alle leraren secundair onderwijs Dag van lichamelijke opvoeding woensdag 12 maart 2008, van 09.00 tot 17.00 uur KATHO – Departement Reno, Sint-Jozefstraat 1, 8820 Torhout Alle leraren lichamelijke opvoeding 24 MUZIKALE OPVOEDING 1 De Muze zingt op school Het zingen is al een tijd terug in. Jongeren zingen over het algemeen veel liever dan vroeger en daar zullen programma’s als Idool niet vreemd aan zijn. De muze doet haar werk op school: vele sterk gemotiveerde leraren doen dagelijks hun best om leerlingen rond te leiden in de fantastische wereld van de muziek. Alle toegangspoorten zijn daarbij erg welkom: vocaal en instrumentaal musiceren, luisteren, beleven en kijken en ontwerpen en transformeren. 1.1 Muziek maakt slim Het bespelen van een instrument is één van de meest complexe menselijke bezigheden. Het is een combinatie van intellect, emotie, motoriek en zintuigen. Daarbij worden verschillende delen van de hersenen tegelijk gebruikt: links richt zich op ritme en toonhoogte, rechts op melodie en klankkleur. Bij musicerende kinderen zijn deze hersenhelften intenser met elkaar verbonden en juist die verbinding bepaalt voor een groot stuk intelligentie. Professor H.G. BASTIAN schreef in zijn boek ‘Muziek maakt slim’, dat muzikale vorming een positief effect heeft op intellectuele, creatieve, esthetische, muzikale, sociale en psychomotorische functies. Ook motivatie, concentratie, betrokkenheid, zelfstandigheid, doorzettingsvermogen, discipline en zelfkritiek verbeteren door een actieve omgang met muziek. Welk ander vak kan daaraan tippen? Een reden temeer om je vak sterk te profileren en te verdedigen op school! 1.2 De radio toch maar uit? Muziek bij het studeren leidt af. Onderzoekster Sarah RANSDELL liet haar studenten een opstel schrijven met en zonder muziek op de achtergrond. Met muziek schreven ze zo’n 60 woorden per uur trager. Luisteren – naar wat dan ook – gebruikt een deel van je hersencapaciteit, dat niet meer beschikbaar is voor een andere bezigheid. De hersenactiviteit bij het leren met muziek verplaatst zich naar het striatum. Dit is niet zo geschikt om op lange termijn te onthouden. Studenten die muziekschool volgen, hadden minder last van achtergrondmuziek. Blijkbaar zijn hun hersenen erop getraind om tegelijk met muziek en met iets anders bezig te zijn. 1.3 Muziek reduceert pijn Bij een Amerikaans onderzoek bij pijnpatiënten stelde men een opmerkelijke verbetering vast bij het luisteren naar muziek: 21% had minder pijn en 25% minder last van een depressie. Zowel het luisteren naar ‘eigen’ muziek als naar speciaal gemaakte tapes bleek te werken. Houden we onze zieke leerlingen in 25 het vervolg iets langer in de muziekklas in plaats van ze naar de ziekenkamer te sturen? Ook het zingen verhoogt de weerstand en helpt tegen stress. De adem wordt gestimuleerd en ook de bloedsomloop. Zingen maakt blij! Frank Focketyn verwoordt het zo: “Muziek is voor mij zeer belangrijk. Als ik vrolijk ben, begin ik spontaan te zingen of te neuriën. Dat is gezond, dat zet je lijf en je ziel open.” 2 De Muze evalueert De evaluatie moet overeenstemmen met de te bereiken doelstellingen en eindtermen. Elke school is vrij in het concipiëren van de evaluatiecriteria. Evaluatie moet een deel zijn van de didactiek en zoveel mogelijk geïntegreerd zijn. De evaluatie is gebaseerd op drie pijlers: 1 Vocaal en instrumentaal musiceren 2 Luisteren, beleven en bekijken 3 Ontwerpen en transformeren Evaluatie vertrekt altijd van de leerling in zijn omgang met klinkende muziek. In het leerproces gaan instructie en evaluatie hand in hand. De verwachting dat leerlingen zelfstandig hun leerproces sturen, betekent dat ze kritisch naar hun eigen studiegedrag leren kijken. In de eerste graad zal de leraar hen hierin (sterk) moeten ondersteunen. Naarmate de opleiding vordert beschouwen we hen echter meer en meer als volwaardige partners in het onderwijsleerproces en krijgen ze ook meer medezeggenschap en zelfverantwoordelijkheid in de evaluatie. Het is daarom logisch dat we nieuwe evaluatievormen inzetten. Zo kunnen leerlingen bv. in een latere studiefase zelfstandig bewijsmateriaal verzamelen in een portfolio waarmee ze aantonen over de verwachte kennis en vaardigheden te beschikken. Op die manier is evaluatie een instrument om terug te koppelen, om opnieuw voeding aan het leerproces te geven. Daarnaast kunnen we de zelfstandigheid of de zelfverantwoordelijkheid van de leerling stimuleren door leerlingen zichzelf, elkaar en in overleg met de leraar te laten evalueren. Deze nieuwe evaluatievormen – waarin leerlingen een stem hebben - hebben ook specifieke aandacht voor de evaluatie van intellectuele vaardigheden (zoals probleemoplossend denken, kritisch reflecteren), op(onder)zoek-, sociale en communicatieve vaardigheden. Wetenschappelijk onderzoek en controles door de overheid wijzen uit dat we in het secundair onderwijs verhoudingsgewijs veel tijd aan het evalueren van leerlingen besteden. Van de beschikbare onderwijstijd nemen we doorgaans een aanzienlijk deel af voor het houden van kleine en grote toetsen en voor het organiseren van proefwerkperiodes. Bovendien gebeurt met deze gegevens vaak weinig. Het is nochtans de bedoeling dat evaluatie leidt tot een hoger leerrendement en dat gerichte feedback de leraar vooruit helpt bij zijn/haar didactisch handelen. 26 Evalueren geeft de leerlingen feedback en toont wat hun zwaktes en sterktes zijn. Daardoor kunnen ze hun leren optimaliseren. Maar ook de leraren zijn met de evaluatiegegevens gebaat. Daaruit kunnen zij informatie halen voor de bijsturing van hun didactisch handelen. Evalueren houdt dan zowel observeren, registreren, inventariseren, beoordelen en rapporteren in. Kwalitatief evalueren betekent. Doelmatig: is geschikt voor het vooropgestelde doel. Valide: een evaluatiemethode meet wat de gebruiker ervan bedoeld heeft ermee te meten. Anders geformuleerd: we moeten de juiste conclusies uit evaluatieresultaten kunnen trekken. Betrouwbaar: doelt op de mate waarin we staat kunnen maken op de evaluatie. In welke mate is de beoordeling vrij van meetfouten (consistent, nauwkeurig en reproduceerbaar)? Efficiënt en haalbaar: zowel de leerlingen als de leraren moeten de gekozen evaluatiemethode binnen de gegeven omstandigheden (infrastructuur, tijd …) kunnen realiseren en dit mag niet te veel planlast opleveren. Billijk: de verschillende deelnemers krijgen een gelijke behandeling. Objectief: elke leerling heeft gelijke kansen. Transparant: de leerlingen weten duidelijk op welke manier ze geëvalueerd worden of hoe ze zichzelf moeten evalueren. De evaluatiemethode kan ook voor derden makkelijk verduidelijkt worden. Genormeerd: bij de verantwoording van een beoordeling moet verwezen kunnen worden naar duidelijke scoringsrichtlijnen en beoordelingscriteria. Enkele mogelijke criteria: Vocaal en instrumentaal musiceren Luisteren, beleven en bekijken Ontwerpen en transformeren Durf om zich expressief te uiten Goede houding en aandacht voor correcte ademhaling Juiste uitvoering Samenspel of samenzang Muzikaliteit (via schriftelijke toets, zelfstandig werk of groepswerk) Parameters Genres Structuren Achtergrondinformatie Beleving verwoorden Bronnen raadplegen Gepast vocabularium gebruiken Respectvol luisteren naar muziek Respectvol luisteren naar elkaar Correct uitvoeren van de opdracht Proces / voorbereiding Expressiviteit Muzikaliteit Creativiteit Originaliteit Afwerking Inzet Zelfredzaamheid Samenwerken Taakverdeling Product / eindresultaat 27 Manieren om de evaluatie vast te leggen zijn: Evaluatieblad per leerling (met foto) in map per klas Per periode of trimester Digitaal (bekijk methode TO EVAL van de leraren opvoeding) … technologische 1 2 3 Criterium 6 Criterium 5 Criterium 4 Criterium 3 Criterium 2 Excellent = 3 Goed = 2 Voldoende = 1 Onvoldoende = 0 Criterium 1 Voorbeeld van een mogelijke en haalbare evaluatiefiche voor vakgebonden attitudes: Leerling 1 Leerling 2 Leerling 3 3 De muze en de markteconomische context 3.1 Festival op de weide In Europa klonken afgelopen zomer meer dan 2000 festivals. Die werden gerealiseerd door grote sponsors en aanbiedingen van touroperators. De interesse van jongeren in ‘live-entertainment’ blijft stijgen. Hun interesse is recht evenredig met de (illegale) verspreiding van muziek op het internet. Zo worden ook festivals steeds belangrijker voor de inkomsten van popgroepen en zo schieten de prijzen ervan de hoogte in. Aan cd’s wordt steeds minder uitgegeven, aan festivals des te meer. Jongeren mogen genieten van wat daar allemaal leeft en zindert, maar moeten ook bewust gemaakt worden van de commerciële aspecten en de gevaren als gehoorbeschadiging. 3.2 Festival in de metro Om de kwaliteit van de live muziek in de metrogangen op te krikken, organiseerde de Brusselse vervoersmaatschappij MIVB onlangs audities voor kandidaat-straatmuzikanten. Van de vijftien deelnemers aan de eerste auditie krijgen er dertien een vergunning voor een jaar. De overige twee moeten het stellen met een tijdelijke vergunning voor drie maanden, waarna ze een nieuwe test afleggen. De muzikanten met herexamen zijn een gitarist en een klarinettist. Grappig dat de Amerikaanse sterviolist Joshua Bell als metromuzikant minder succes had. In een experiment stelde hij zich incognito op, in jeans, maar met zijn Stradivarius. Hij speelde een klassiek repertoire. Men had voorzorgen genomen voor een ware volkstoeloop, maar van de meer dan 1000 passanten bleven er welgeteld zeven staan. Slechts één dame herkende hem. Drie avonden voordien speelde hij een concert voor een uitverkochte en laaiend enthousiaste zaal. Het bracht de krant tot inzicht dat muzikale prestaties niet in alle omstandigheden naar waarde worden geschat. 28 3.3 Festival op het podium Het resultaat van de Koningin Elisabethwedstrijd voor piano was een overwinning voor de muziek. Met Anna Vinnitskaya en Plamena Mangova eindigden de sterke vrouwen van dit concours terecht bovenaan. Bovendien zijn de zes laureaten stuk voor stuk meer concertpianisten dan wedstrijdpaarden. De Belg Liebrecht Vanbeckevoort redde de eer van onze landgenoten en kreeg een oververdiende zesde plaats. Jammer genoeg had Canvas maar heel beperkte aandacht voor de uitzending van de wedstrijd. Daarom geef ik de tekst hieronder mee. Hopelijk laten velen zich horen in de vraag naar meer cultuur op televisie. Beste muziekliefhebber Ongetwijfeld heeft u vorige week opnieuw genoten van de Koningin Elisabethwedstrijd. De kwalitatief hoogstaande muzikale prestaties hebben echter niet kunnen beletten dat u zich geërgerd heeft aan de manier waarop deze internationaal hoog aangeschreven wedstrijd door onze televisiezenders miskend werd. Wij hoeven er u niet aan te herinneren dat de zogenaamde cultuurzender Canvas slechts een overzicht van de wedstrijd heeft uitgezonden en dan nog zeer laat op de avond. Ook al was u bereid de wedstrijd te volgen op de meest onmogelijk uren, u heeft zich moeten neerleggen bij het wegblijven van de eerste beweging in het pianoconcerto van Chopin, de eclips van het opgelegde werk etc. La Deux bood slechts een magere troost met een integrale uitzending in uitgesteld relais tussen 23.30 en 02.30. Dit is niet enkel onaanvaardbaar naar de kijkers toe, zelfs meer nog, een regelrechte belediging aan het adres van de organisatoren en laureaten van deze wedstrijd. Reeds nu kondigde de VRT aan dat volgend jaar de wedstrijd rechtstreeks te volgen is via digitale televisie. Wellicht betekent dit opnieuw een verknipte uitzending op de meest ondenkbare uren voor de analoge kijkers. Dergelijke vooruitzichten stemmen ons allerminst tevreden. Met deze petitie wensen wij de minister van Media Geert Bourgeois te verzoeken om ons die ene week melomaan plezier te gunnen. Wij vragen rechtstreekse uitzendingen van de finaleweek via analoge televisie zodat cultuurminnend Vlaanderen (en België) opnieuw met opgeheven hoofd de muzieklaureaten kan ontvangen. Alle balletjes die geslagen worden tijdens Roland Garros en alle Rondes die in heel Europa gefietst worden, kunnen we live op televisie volgen. Eén weekje voor een muziekwedstrijd waar we als Belg trots op mogen zijn, dat móet kunnen! Gelieve deze tekst te kopiëren en door te sturen naar al uw muziekminnende vrienden en kennissen. Als u en elk van hen daarna ook een kort berichtje of deze tekst stuurt naar [email protected], dan kunnen we met z'n allen misschien iets veranderen. Eind juni wordt de gehele inhoud van de mailbox bezorgd aan Minister Bourgeois. Alvast heel erg bedankt ! AFM & LC 29 4 De muze in museum of archief Stef Coninx, directeur van het muziekcentrum Vlaanderen, startte een archief van popmuziek op. Met veel moeite werd dit uit de grond gestampt en in mei werd in de Ancien Belgique een eerste opening gehouden. Zo kun je ondermeer van Vlaamse zangers de discografie bekijken, compleet met uitvoerders en platenhoesjes. Het mooie is ook dat dit archief over enige tijd digitaal gaat. Ook het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren stelde in mei de digitalisering van zijn etnomusicologisch klankarchief voor. In samenwerking met de UGent en de ULB digitaliseerde het museum 2.550 uren muziek. Het archief bevat een collectie klankopnamen uit vooral subsaharisch Afrika, met de nadruk op de traditionele muziekculturen uit Congo, Rwanda en Burundi. Tijdens het vierjarige project werd 2.550 uren etnische muziek gedigitaliseerd. Het museum vertegenwoordigt het muzikale geheugen van centraal-Afrika. www.music.africamuseum.be/ Onder het motto van Wasily Kandinsky ‘Spits je oren voor muziek, open je ogen voor schilderkunst’ ontwierp het Provinciaal Museum voor Moderne Kunst te Oostende een rode stoel waarbij muziek en beweging centraal staan. Enkele muziekfragmenten, nauwkeurig uitgezocht bij de besproken kunstwerken, geven de jongeren de gelegenheid om de kunstwerken op een andere, speelsere manier te benaderen, over de grenzen van de kunstgenres heen. Collega Marijke De Wolf en Anne Vandecasteele leverden een belangrijke creatieve en pedagogische bijdrage. 5 De muze op het net Amazon.com, de grootste internetverkoper ter wereld, gaat dit jaar een muziekwinkel online starten. Op de site zullen liedjes van meer dan 12 000 platenlabels digitaal worden aangeboden zonder copyrightbeveiliging (DRM), zodat de gedownloade liedjes zowel op computers en mp3-spelers als iPods afgespeeld kunnen worden. Ook EMI, dat onder meer Coldplay, Norah Jones en Pink Floyd onder zijn hoede heeft, gaat met Amanzon.com in zee. In de jaren vijftig en zestig verkochten de meeste muziekartiesten meer singles dan albums. Monumenten zoals 'Sgt. Peppers's Lonely Hearts Club Band' van The Beatles of 'Pet Sounds' van de Beach Boys konden die trend ombuigen, maar nu zit de muziekindustrie weer in hetzelfde straatje. Daar heeft de komst van iTunes en van onlinesingles die naar keuze van het web kunnen worden gehaald voor gezorgd. Het album is op sterven na dood; veel artiesten moeten zich tevreden stellen met contracten ... De muziek die op iTunes zonder kopieerbeveiliging te koop is, bevat persoonlijke informatie van de koper. Als de bestanden op illegale programma's terechtkomen, kan Apple zo probleemloos de verantwoordelijke traceren. Liedjesteksten zullen voortaan legaal op internet staan. Yahoo verzorgt deze site en de inkomsten komen van advertenties. Tot hiertoe hadden artiest noch gebruiker absolute zekerheid over de juistheid en de uitgever mist inkomsten. 30 Yahoo wil de talloze kleine sites met liedjesteksten juridisch van de kaart vegen en tegelijk legale en correcte alternatieven aanbieden. Yahoo heeft een overeenkomst met alle grote uitgevers om in een eerste fase 400 000 songteksten van zowat 9 000 artiesten aan te bieden. De Yahoo-site is gratis. De dagelijkse zoektocht naar lyrics levert genoeg internetverkeer op om adverteerders aan te trekken die de kosten kunnen dragen. http://music.yahoo.com/lyrics 6 Muzes en Klankendaal Vanaf september 2007 ‘woont’ Muzes in Mechelen, een belangrijke stap in de constante groei van de vereniging. Muzes is medestichter van ‘Klankendaal’, het nieuwe Vlaamse centrum voor muziekpedagogie. Op deze manier kan Muzes over de juiste infrastructuur beschikken die de verdere uitbouw van de vereniging kan verzekeren. Klankendaal streeft een kwaliteitsverbetering na van het Vlaamse muziekonderwijs in al haar facetten. Daarom wil zij een geëngageerde bijdrage leveren aan het overleg in de sector, door het opstarten van een hecht samenwerkingsverband. Dit zowel met actoren van het algemeen onderwijs, het deeltijds kunstonderwijs als met de non-formele organisaties. Ook wil het centrum een promotor (en eventueel initiatiefnemer) zijn van onderzoek in het veld van muziekpedagogie en -didactiek. Momenteel zijn vier organisaties aangesloten. Ook internationaal strekt Klankendaal haar armen uit. Het centrum is vertegenwoordigd in ISME (International Society for Music Education) en de EAS (European Association for Music in Schools). Daardoor zijn er heel wat contacten met o.a. de muziekeducatieve organisaties en vakverenigingen in de buurlanden. Daarnaast is Klankendaal ook een fysiek ontmoetingscentrum dat onderdak biedt aan de aangesloten ledenorganisaties. Het centrum beschikt over een bureau- en vergaderruimte, cursusruimtes en een uitgebreide vakbibliotheek. Muzes beschikt over een uitgebreide vakbibliotheek die momenteel door verschillende medewerkers persoonlijk wordt bijgehouden. In de loop van de zomervakantie zullen deze titels (ongeveer 1500 boeken en een grote collectie tijdschriften) worden verhuisd naar en geklasseerd in een aparte ruimte. We werken ook aan een informaticasysteem waarmee u bij u thuis onze catalogus kunt raadplegen. U zult deze bibliotheek bij voorkeur op woensdagmiddag (na afspraak) vanaf half september kunnen bezoeken. Klankendaal wordt een ontmoetingscentrum waar heel wat Muzes-activiteiten zullen doorgaan. We denken hierbij aan de jaarlijkse ledenontmoeting, specifieke thematische nascholingen, regionale vakvergadering, presentaties van nieuwe Muzes-realisaties. Eén van de deelnemers op onze laatste nascholing muziek sprak over een inspirerende ‘bijenkorf’. Wel, dat is een beeld waar we sterk in geloven en dat willen we nastreven. Bij de start van het komende schooljaar, op zaterdag 8 september, bent u tussen 14 u. en 17.30 u. uitgenodigd in Mechelen voor de feestelijke ledenverwelkoming in dit centrum. Meer info krijgt u via www.muzes.be of [email protected] 31 Klankendaal vzw Flemish Centre for Music Education Tervuursesteenweg 84 2800 Mechelen [email protected] www.klankendaal.be Muzes brengt een nieuw liedboek op de markt voor de leerlingen van de eerste graad en voor ieder die graag zingt. Vijftien nieuwe songs in een handig A5formaat, ingedeeld in vijfrubrieken: Wadadde dadda?; Ik hààààààt school; Vandaag ben ik …; De groei van al mijn vragen; Met de zon is er iets mis. De liederen zijn van componisten die hun sporen al verdiend hebben. Info via www.muzes.be of www.euprint.be Bestellen via [email protected] De Dag van de schoolmuziek vindt plaats op zaterdag 17 november 2007 in het Lemmensinstituut te Leuven. Graag doe ik een warme oproep om deze dag bij te wonen, omwille van het mooie aanbod enerzijds, maar om anderzijds te laten horen dat wij ons vak hoog in ons hart dragen. Info op www.muzes.be/dagvandeschoolmuziek Het uitgebreide aanbod ziet er zo uit: Als samples muziek spreken (Paul Timmermans); Body Percussie, ritme in dialoog met beweging (Sophie Monheim); Coöperatief leren in muziek (Frits Evelein – NL); Dilemma: lawaai of muziek? (Paul Van der Veken); Een verhaal in je muziek (Jozef Sercu); Funky Batucada (Jo Zanders); Laat het kind in je los! (Jo Annemans); Muziek & beeld (Sammy Ben Yakoub); Muziek & taal (Lennaert Maes); Muziek & wiskunde (Jeroen Vanesser in dialoog met Renaat Frans); Muzikale contexten (Peter Gheysen – NL); Muzikale spelvormen (Sarah Goldfarb); Ostinaat meets Groove (Thomas De Baets); Over stem, Sting en oude stukken (Steven Marien); Samen zingen van vroeger tot nu (Eva De Roovere); Speelman in de klas (Bernard Leicher); Plenum: Thomas De Baets & Jos Maes in dialoog met de Totale Tuiniers. 7 Een muze zonder oren Oren van jongeren lopen groot gevaar. Eén jongere op vier heeft onherstelbaar gehoorverlies. Daarom nodigen wij op de dag van de muzikale opvoeding 32 professor Bart Vinck nogmaals uit om iedereen bewust te maken van onze overconsumptie van decibels. ‘Platenfirma's voeren een ware strijd om de luidste muziek-cd's. Ze drijven de geluidsniveaus zo erg op dat luisteraars er zich moe en ziek door gaan voelen, zeggen Britse geluidsexperts, die een petitie starten om deze praktijk te stoppen. Met de 'peak limiting'-techniek wordt het verschil tussen harde en zachte geluiden van de opnames kleiner gemaakt. Daarna wordt de volumeknop van het gemiddelde geluidsniveau sterk opengedraaid.’ Uit: JASMES SAra , Het Laatste Nieuws, 5 juni 2007, pagina 5. ‘Enkele vooraanstaande Britse studiotechnici starten een petitie tegen almaar luidere pop- en rock-cd's. Tijdens de mastering, het laatste stadium in het productieproces voor het persen, wordt het geluidsvolume kunstmatig opgedreven, zodat de muziek uit de luidsprekers knalt. En dat bedreigt niet alleen de geluidskwaliteit, maar ook uw gezondheid.’ Uit: Dirk Steenhaut, De Morgen, 5 juni 2007, pagina 24. 8 De klaagzang van de Muze Collega Johan Sabbe schrijft: ‘Over de malaise in het onderwijs, ik heb het al vaak gezegd: volgens mij ontbreekt het aan een degelijke muziekopleiding in het lager onderwijs en daar ligt de sleutel. Daarbij komt dat we in een maatschappij leven waar weinig plaats is voor andere belevingen dan oppervlakkige. Het is een oude klaagzang. Het ontbreekt jonge mensen aan luistervaardigheden. Ze krijgen zoveel impulsen dat ze niet kunnen focussen … Ik denk dat er veel totaal uiteenlopende manieren zijn om goed muziekles te geven, maar ik weet zeker dat het niet kan als je niet gepassioneerd bent door muziek. Ik hoor voortdurend muziek die me wakker schudt, omdat ik ze opzoek. Ik ben ervan overtuigd dat muziek een erg belangrijke rol speelt in de geestelijke en motorische ontwikkeling, maar aangezien de resultaten daarvan niet meetbaar zijn, is ons vak niet gemakkelijk verdedigbaar.’ 9 De muzische mens ‘De mens is (...) alleen helemaal mens wanneer hij speelt’, schrijft Schiller. De jeugdharmonie uit Aalbeke behaalde in mei een eerste prijs op het Europees muziekfestival voor de Jeugd in Neerpelt. 52 jonge muzikanten, onder leiding van collega muziekleraar Wim Timperman, gaven onder meer het harmonieorkest Jin Fan uit het Chinese Peking het nakijken. Van harte proficiat! De Amerikaanse muziekpedagoog James Swearingen vertolkt het zo: ‘Your students won’t care how much you know until they know how much you care’. Ons vak is essentieel in de vorming van jongeren. Als alles in het onderwijs draait rond wiskunde, talen of wetenschappen, is het onmogelijk om nog te beantwoorden aan het principe van 'algemene vorming'. 33 Het is mooi dat jullie de hele mens raken en het creatieve in jongeren kansen geven. Ik wens jullie een muzisch schooljaar toe. Ann Casier PARALLELLE WERELDEN VAKOVERSCHRIJDEND PROJECT DPB BRUGGE DPB-Brugge zet een vakoverschrijdend project op het getouw met als doelgroep de leerlingen van tweede en derde graad secundair onderwijs. Voor meer informatie kun je terecht op: http://www.dpbbrugge.be/parwerelden Een cajón op school dinsdagen 16 oktober 2007 en 23 oktober 2007, van 18.00 tot 21.30 uur Vrij Technisch Instituut, Stuiverstraat 108, 8400 Oostende Leraren muzikale opvoeding, plastische opvoeding, technologische opvoeding en leraren praktijk hout eerste graad Studiedag Taalbeleid woensdag 30 januari 2008, van 14.00 tot 17.00 uur KU Leuven Campus Kortrijk (KULAK), E. Sabbelaan 53, 8500 Kortrijk Alle leraren secundair onderwijs Dag van de muzikale opvoeding maandag 17 maart 2008, van 09.00 tot 17.00 uur Muziekacademie in Waregem Alle leraren muzikale opvoeding 34 35 36 PLASTISCHE OPVOEDING 1 Plastische opvoeding als muzisch vak Je merkt het aan deze uitgave, de inbrengen van plastische opvoeding/ beeldende vakken staat geclusterd onder muzische vakken. De groeiende noodzaak aan overleg met collega’s en de vraag naar de visie van cultuur binnen de school laten deze tendens groeien. Traditioneel zijn er drie vakken die geassocieerd worden met muzische en culturele vorming: plastische opvoeding, muzikale opvoeding en esthetica. Het bundelen van de verschillende krachten kan cultuur een groter draagvlak geven in de school. De school kan een bredere visie ontwikkelen over wat ze precies met de leerlingen wil bereiken op cultureelmuzisch vlak in deze zes jaar. Een vergadering op school met de verschillende leraren uit de muzische vakken is sterk aangeraden. Ontwikkel een muzische visie van de school, zoek naar inhoudelijke raakpunten en leerlijnen. Begrijp goed dat het zeker niet de bedoeling is de verschillende muzische vakken te versmelten, integendeel. We moeten onze typische vakinhouden ten volle ontplooien binnen onze uren. Maar goede afspraken en het ontwikkelen van eenzelfde visie zal muzische vorming en cultuur een duidelijkere meerwaarde en een krachtiger stem geven binnen het schoolleven. 2 Vakvergadering plastische opvoeding/beeldende vorming per SG Met de vakvergaderingen per scholengemeenschap willen we bepaalde punten op elkaar afstemmen en ervaringen uitwisselen. Het is niet goed om geïsoleerd te werken want reflectie op je werk is niet evident. De vakvergaderingen per scholengemeenschap krijgen een vervolg. De scholengemeenschappen die hieronder vermeld staan, komen dit schooljaar opnieuw samen. De scholengemeenschappen die nu niet vermeld staan, komen volgend schooljaar samen. Scholengemeenschap Gastschool Jozef de Pélichy Houtland Oostkust Sint-Donaas Sint-Maarten Sint-Michiel Sint-Niklaas Datum Vrij Technisch Instituut, Izegem 08 11 2007 Margareta-Maria-Instituut, Kortemark 18 10 2007 Sint-Bernardusinstituut, Knokke 11 10 2007 O.-L.-Vr.-Hemelvaart, St.-Andries Brugge 15 11 2007 Lyceum Hemelsdaele, Brugge 27 09 2007 VISO, Campus Poststraat, Roeselare 22 11 2007 VTI, Veurne 04 10 2007 37 De vakvergaderingen lopen telkens van 18.00 tot 20.00 uur. Op hetzelfde ogenblik vinden de vakvergaderingen lichamelijke opvoeding, muzikale opvoeding, esthetica en mode er ook plaats. Collega’s die naast plastische opvoeding ook esthetica geven, volgen dit jaar best de vergadering esthetica. Om deze vergaderingen zo goed mogelijk voor te bereiden, is het belangrijk dat er vooraf ingeschreven wordt. De scholen ontvangen nog een inschrijvingsformulier bij het begin van het schooljaar. 3 Interessante projecten 3.1 Terugblikken op het project ‘Disney achterna’ Het project van vorig schooljaar mag opnieuw een succes genoemd worden! Proficiat aan alle collega’s die deze uitdaging zijn aangegaan! Het project ‘Disney achterna’ had als doel met de leerlingen een animatiefilm te maken. Vanuit plastische opvoeding kwam het beeldend materiaal (legfiguren maar ook plasticine en andere ruimtelijke figuren). De digitale beelden werden verwerkt met Windows Movie Maker. De inbreng van klank en muziek kwam vanuit de lessen muzikale opvoeding. Dit vakoverstijgend project was op vlak van organisatie binnen de klas een grote uitdaging. Vanuit de begeleiding waren we ons daarvan bewust. Het doel van het project was kennismaking met het proces van de animatiefilm. Het eindproduct was ondergeschikt. Groot was onze verbazing op de voorstelling van de resultaten. De eindresultaten hadden een hoog niveau behaald! Je kunt ze bekijken op volgende link: http://dpb.sip.be/disneyachterna/. Klik op resultaten en dubbelklik op de namen van de scholen. Veel collega’s willen deze mediatoepassing in de toekomst opnieuw gebruiken in opdrachten. Doe zo verder! 38 Parallelle werelden Ga op zoek naar een parallel tussen het pionierswerk van een historische figuur en de hedendaagse uitdagingen. Er is keuze tussen zeven verschillende pioniers. Vanuit ons beeldend vak vinden we ons zeker terug in ‘Ons beeld van de toekomst’ waarin gewerkt wordt naar tekenaar Francois Schuiten. Je kunt met de klas een krant over de toekomst maken met illustraties naar Schuiten, je leerlingen kunnen een ecologisch huis van de toekomst ontwerpen … Met het nieuwe project beogen we vooral vakoverstijgend samenwerken en willen we schoolbibliotheken promoten door authentiek materiaal te gebruiken. Het project is vooral gericht naar leerlingen uit de 2de en 3de graad, zowel aso, kso, tso als bso. Maar ook vanuit andere jaren kun je met een deelopdracht aansluiten. Zeker vanuit ons vak kunnen we hogere jaren ondersteunen. De open opdracht laat veel mogelijkheden toe. Er is uitgebreide informatie te vinden in de schoolbibliotheken en op de website http://www.dpbbrugge.be/parwerelden Veel succes aan de deelnemende collega’s! Bron: lambiek.net 3.3 Hoed gemutst op Waregem Koerse Dit project richt zich tot de WestVlaamse scholen die de richting Creatie en Mode aanbieden. Dit gebeurt i.s.m. de Ren- en Rijvereniging van de paardenkoersen van Waregem Koerse. De leerlingen van het vijfde jaar Creatie en Mode zullen in de loop van het schooljaar 2007-2008 creatieve hoofddeksels ontwerpen met een bijpassende outfit. Het eindresultaat zal geshowd worden op “Waregem Koerse” september 2008. In dit project ontwikkelen de leerlingen een origineel hoofddeksel met bijpassende outfit. De leerlingen omschrijven en verdedigen hun creatie voor de pers. Er volgt een nascholing over het creëren van een hoofddeksel voor alle geïnteresseerden. Foto’s van creaties van vorig schooljaar Technich Instituut Heilige Familie, Brugge en Instituut De Pelichy, Izegem 39 4 Leerlijnen binnen de leerplannen van plastische opvoeding De leerplannen van po bevatten twee belangrijke componenten, namelijk beschouwen en vormgeven. Binnen deze componenten kunnen we verschillende leerlijnen ontwikkelen. In de beschouwende component maken we een onderscheid in natuurbeelden, kunstbeelden en mediabeelden. Bij het vormgeven werken we met beeldaspecten lijn, vorm, compositie, kleur, licht en ruimte. Hieronder vind je een mogelijke leerlijn in de verschillende beeldaspecten. Dit zonder onderscheid te maken tussen aso, tso en bso. In dit schema werden de meest voorkomende beeldaspecten per graad verzameld. Dit schema kan gebruikt worden in vakvergaderingen om de leerlijnen op je school te bespreken. Het is zeker niet de bedoeling om alle beeldaspecten in die bepaalde graad te zien. Het is wel de bedoeling om tijdens een vakvergadering horizontaal en verticaal afspraken te maken over beeldaspecten. Beeldaspecten Lijn Eerste graad Tweede graad Derde graad Punt Lijnsoorten: rechte, gebroken … Lijndiktes Lijngevoeligheid Arcering Textuur Compositie Vormsoorten: - grondvorm, - fig./non-figuratief, - geometrisch/organisch, - realistisch/gestileerd, - sym./asymmetrisch. Vormrelaties/vormvariaties Vormverhoudingen Vlak en ruimtelijk Schikking: - papiermaat/richting, - voor/achter, - hoog/laag. Vlakverdeling Geordend:statisch/dynamisch Symmetrisch Ritmische ordening Vlak en ruimtelijk Open/gesloten Enkel/samengesteld Autonome lijn Vormfuncties Contourlijn Vormcontrasten: Lijnkarakters:gevoelig, pos./negatief. nerveus Restvorm Arcering U Geometrische vorm U Textuur U Silhouet Patroon Lijngevoeligheid U Arcering U Texturen U Beeldaspecten Kleur Eerste graad Vorm Kleurtonen Kleurverzadiging Kleurlichtheid Additieve kleurmenging Partitieve kleurmenging Subtractieve kleurmenging Primaire kleuren Silhouet U Patroon U Centrale compositie Diagonale compositie Driehoekscompositie Vlak en ruimtelijk U Contrast: - veel/weinig, - kleur/vorm. Driehoekscompositie U Richtingscompositie Overalcompositie Licht Ruimte Licht-donkercontrast Licht en schaduwwerking Eigen schaduw/ slagschaduw Ruimtesuggestie: - afsnijding - overlapping - voor-en achtergrond - groot-klein - hoog-laag - gedetailleerd-vaag Horizon 40 Secundaire kleuren Warm-koudcontrast Licht-donkercontrast Expressief kleurgebruik Tweede graad Derde graad Ruimtelijke realisaties Tertiaire kleuren Kleurcontrasten - complementair contrast - kwantiteitscontrast Monochromie/polychromie Direct en indirect licht Aardkleuren Sfeerlicht Pastelkleuren Symbolisch kleurgebruik Impressief kleurgebruik Kleurenpsychologie Lijnperspectief Standpunt Ontmanteling van volumes Composeren met volumes Kleurcontrasten - kleur tegen kleur - kwaliteitscontrast Functioneel kleurgebruik Ruimte-innemend Ruimte-doorlatend Composeren met volumes Transparantie Spiegeling 5 Website De website voor plastische opvoeding http://plastischeopvoeding.vvkso.be begint vorm te krijgen. Deze is ontstaan vanuit de behoefte aan referentiepunten van opdrachten, inhoud en behaald niveau. De fotoreportage is dan ook een belangrijk onderdeel geworden op de site. Ik ben er alvast van overtuigd dat velen zullen merken dat we goed bezig zijn en sterk leerlinggericht en procesmatig werken. Naast fotomateriaal van leerlingenwerk vind je ook leerplannen, lesmateriaal, info en links. Foto’s: Sint-Aloysiuscollege Menen en Instituut Stella Maris, Kortrijk 41 Indien je zelf beschikt over interessant (foto)materiaal, een link naar leerlingenwerk van je school, projectwerk, eigen tentoonstelling, interessante links … dan kun je me altijd mailen ([email protected]). 6 Bachelor plastische opvoeding en project kunstvakken Vanaf 1 september 2007 wordt de driejarige onderwijsopleiding vernieuwd. De bachelor plastische opvoeding wordt aangeboden in combinatie met een ander vak. Nieuw daarbij is de keuze voor bachelor ‘Project Kunstvakken’. Dit is een nieuwe opleiding waarbij je jongeren begeleidt in hun kunst en cultuurbeleving, zowel binnen als buiten het onderwijs. De student leert projecten opstarten voor verschillende doelgroepen. Als de student de combinatie ‘plastische opvoeding’ en ‘Project Kunstvakken’ kiest, dan zal deze opleiding een waardevolle bijdrage leveren tot verdieping en verruiming van het studiegebied. Anderzijds zal de student nog altijd minder praktijkuren hebben dan de regentaatsopleiding met enkel plastische opvoeding van vroeger. Daarom durf ik vragen om de studenten degelijk te begeleiden en te ondersteunen in hun stageperiodes! 7 Dag van plastische opvoeding, thema inspiratie De stuurgroep nodigt je uit op de dag van plastische opvoeding op 17 december 2007 in Brugge. We werken met een zestal workshops/demonstraties waaruit je er drie kunt kiezen. Dit jaar hebben we niet gekozen voor pure visievorming of het toepassen van een vernieuwende techniek, maar voor demonstraties boordevol inspiratie. De dag van plastische opvoeding gaat door in de proefwerkperiode van kerst zodat alle geïnteresseerden aanwezig kunnen zijn. We werken met kleine groepen per workshop. Op tijd inschrijven is de boodschap. Meer informatie vind je op www.eekhoutcentrum.be Vorig schooljaar werkten we op de dag van plastische opvoeding met kunstenaar Jaak Hillen rond het kappen in steen. Hierbij enkele sfeerbeelden. 42 Met de wens voor een creatief schooljaar. Els Bilcke PARALLELLE WERELDEN VAKOVERSCHRIJDEND PROJECT DPB BRUGGE DPB Brugge zet een vakoverschrijdend project op het getouw met als doelgroep de leerlingen van tweede en derde graad secundair onderwijs. Voor meer informatie kun je terecht op: http://www.dpbbrugge.be/parwerelden 43 Hoeden: hoe begin ik eraan? donderdag 11 oktober 2007, van 14.00 tot 17.00 uur Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaartinstituut TSO, Keukeldam 17, 8790 Waregem Leraren plastische opvoeding en mode Een cajón op school dinsdagen 16 oktober 2007 en 23 oktober 2007, van 18.00 tot 21.30 uur Vrij Technisch Instituut, Stuiverstraat 108, 8400 Oostende Leraren muzikale opvoeding, plastische opvoeding, technologische opvoeding en leraren praktijk hout eerste graad Dag van plastische opvoeding: inspiratie maandag 17 december 2007, van 09.30 tot 16.35 uur KHBO – Campus Maagdenstraat, Maagdenstraat 9, 8000 Brugge Leraren plastische opvoeding Studiedag Taalbeleid woensdag 30 januari 2008, van 14.00 tot 17.00 uur. KU Leuven Campus Kortrijk (KULAK), E. Sabbelaan 53, 8500 Kortrijk Alle leraren secundair onderwijs 44