Bijbelstudie - Jeugdalpha Papendrecht

Bijbelstudie 1 Romeinen 1, vers 1 t/m 17
Het is het jaar 55 na Christus en Paulus reist door Turkije en Griekenland om het goede nieuws van
Jezus te verspreiden onder de niet-Joden. We zitten midden in de periode van het wereldrijk van de
Romeinen. Zij zijn zo’n beetje de baas van Nederland t/m de Afrikaanse die aan de middellandse zee
grenzen en van Portugal t/m India. Kortom in die tijd, zo dacht men: de gehele beschaafde wereld. De
hoofdstad van dit Rijk is Rome. Rome is gesticht in 753 voor Christus en is inmiddels uitgegroeid tot
een stad met meer dan 4 miljoen inwoners!. In Rome was ook al heel snel een Christengemeente,
volgens de traditie opgestart door onze welbekende Petrus. De gemeente is ook snel gegroeid, al
neemt de druk op vervolging steeds meer toe. Uiteindelijk zal Nero in 64 na Christus het
startschotvoor de actieve vervolging lossen.
De Brief aan de Romeinen in vogelvlucht:
1. Hfdst. 1 t/m 8
Bekendmaking van Gods Gerechtigheid
2. Hfdst. 9 t/m 11
Verdediging van Gods Gerechtigheid
3. Hfdst. 12 t/m 16
Toepassen van Gods Gerechtigheid
Lezen: Romeinen 1: 1 t/m 17
Intro:
De laatste twee verzen, vers 16 en 17, worden ook wel de samenvatting van de brief aan de Romeinen
genoemd. Het vat kort samen wat Paulus in de rest van de brief aan de Romeinen breedvoerig gaat
uitleggen. Het is een soort statement van Paulus waarin hij, zoals hij dat wel vaker doet, in enkele
zinnen ongelofelijk ingewikkeld en wetenschappelijk een thema onder woorden kan brengen. Het is
ook niet voor niets dat Petrus in zijn brieven schrijft dat hij de brieven van Paulus knap ingewikkeld
vind en soms maar moeilijk kan volgen. Maar o.k. Ieder zijn vak. Petrus was visser en Paulus had een
farizeeëropleiding gehad bij een top theoloog.
Vers 16:
Want ik schaam mij het evangelie niet; want het is een kracht Gods tot behoud voor een ieder die
gelooft, eerst voor de Jood, maar ook voor de Griek.
o
Van Dale woordenboek
Zich schamen – onaangenaam gevoel dat iemand ondervindt bij het openbaar worden van
dingen die hem bij anderen verachtelijk doen schijnen.
o
Ook Jezus gebruikt het woord: zich schamen – Lukas 9, vers 26.
Waarom zulke harde woorden? DE persoon die God veracht is de duivel. Hij heeft geen goed
woord voor God over, kijk maar naar de slang in het paradijs. Het tegenovergestelde van
schamen is verkondigen. Als je vanwege schaamte niet het evangelie zaait betekent dat
eigenlijk dat je Gods werkelijkheid laat ondersneeuwen door de duivel. Je legt je neer bij het
kwaad en bij de verdoemenis terwijl je weet dat er redding is.
o
Want het is een kracht Gods tot behoud voor een ieder die gelooft
Het goede nieuws van Jezus is dus een kracht van God dat enkel door geloof gezien en
geactiveerd kan worden. Geloof is de sleutel om Gods kracht te ontsluiten. Geloof geeft ruimte
voor God om krachtig te werken. Dostojewski, een beroemde Christelijke filosoof schreef:”
Een mens komt niet tot geloof door het wonder, maar tot het wonder door het geloof” Geloven
is dus de bril waardoor wij moeten kijken in dit leven. Niet voor niets sprak de vader van de
maanzieke jongen:”Ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp” Er zit dus een opbouw in deze
woorden. ‘De gelovende’ is hij of zij die op de verkondiging van het goede nieuws van Jezus
reageert met geloof en zijn of haar leven door dit evangelie laat bepalen. Pas dan komt de
kracht van God tot zijn recht in zijn of haar leven.
Vers 17
Want gerechtigheid Gods wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, gelijk geschreven staat: De
rechtvaardige zal uit geloof leven.
o
Gerechtigheid Gods
Gerechtigheid Gods is het hoofdthema van deze brief. Het gaat hier om de gerechtigheid die
God mensen toerekent. God vergeeft onze zonden en daarom zijn wij gerechtvaardigd kunnen wij recht voor God staan. De breuk uit het paradijs is ongedaan gemaakt. God kan ons
weer recht inde ogen kijken en vice versa. In de brief wordt dit thema diep uitgewerkt en
daarom zal het de komende weken ook nog verder uitgediept worden.
o
Geopenbaard
We leven in een gezegende tijd. Eeuwenlang was Gods heilswerk verborgen, zie Rom. 16,
vers 25. (eventueel uitwerking lezen in Efeze 3: vers 1 t/m 13) Wat doen wij met dit feit?
o
gerechtigheid Gods wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof.
OK, dat is weer echt zo’n Paulus formule. Gods gerechtigheid wordt verkregen door te
geloven. Geloof is, Hebr. 11:1, de zekerheid der dingen, die men hoopt, en het bewijs der
dingen, die men niet ziet. Geloven is het voor waar aannemen dat Jezus de zoon van God is,
die door zijn lijden, sterven en opstanding het in orde heeft gemaakt tussen jou en God. Door
dat te geloven ontvangen wij Gods gerechtigheid. Door Gods reddingsplan te aanvaarden, kan
God ons zijn gerechtigheid toebedelen. En nu wordt het echte Paulus wiskunde. Uit geloof
ontvangen wij Gods gerechtigheid, maar het gevolg daar van is dat ons geloof zal toenemen.
Geloof is dan niet alleen het wel geloven, maar er ook naar leven. Het verkondigen, en woord
en daad zijn in het Jodendom hetzelfde woord. En was verkondigen nu niet de tegenpool van
schamen …
o
Uit geloof tot geloof
De uitdrukking en de wijze waarop deze tekst in het Grieks geschreven staat duidt er ook op
dat het alleen door geloof tot stand kan komen. O.K. geloven in woord en daad, maar dit staat
wel loodrecht tegenover de eigen gerechtigheidleer; dat je wat zou kunnen bereiken bij God
door goede daden of zo.
o
De rechtvaardige zal uit geloof leven; Habakuk 2, vers 4.
Een betere vertaling zou eigenlijk moeten zijn: “De rechtvaardige uit het geloof, zal leven.”
Vrije vertaling: De mens die gelooft, ontvangt Gods gerechtigheid en zal daardoor leven” In
Rom. 3: 16 schrijft namelijk dat niemand rechtvaardig is, ook niet 1. Met leven wordt hier
bedoeld de eeuwigheid beërven en niet het dagelijkse leven.
Het bovenstaande relaas is een opzet voor verdere bespreking. Hieronder vind je enkele vragen die je
wellicht kan gebruiken. Komen er andere vragen of dingen aan de orde tijdens het gesprek, voel je dan
vrij om daar dieper op in te gaan.
1. Hoe ga jij in de praktijk om met het je niet schamen voor het evangelie? Wat vind je er
moeilijk aan?
2. Zit er een verschil tussen verkondigen en evangeliseren?
3. Begrijp je het belang van verkondigen voor jouw persoonlijke geestelijke groei?
(Als je iemand een moeilijke som uitlegt, snap je hem zelf ook)
4. Geloof groeit door geloof, zegt Paulus. Hoe zie je dat in jouw leven? Hoe verdiep jij je geloof?
5. Geloven in woord en daad is niet hetzelfde als goede daden doen, wat is het verschil?
6. Geloven dat je rechtvaardig bent druist tegen al onze gevoelens in, hoe ga jij daar mee om?
7. Hoe leef jij uit geloof anno 2009?
Papendrecht,
September 2009
De brief
aan
de Romeinen
Alpha Bijbelstudie
najaar 2009/ voorjaaar 2010