Vakbond en ondernemingsraad hebben gelijke rechten Wie sluit het sociaal plan namens In de vroege zomer van 2012 verscheen het bericht op internet dat zorgverzekeraar CZ een sociaal plan wilde afsluiten met de ondernemingsraad. Een eerdere poging om dit met een vakbond te doen was op niets uitgelopen. Kan en mag dat wel, een sociaal plan met de or als werknemerspartij als ook de vakbond actief is en het bedrijf onder een cao valt? Ja, want formele regels zijn er niet, aldus Hans van den Hurk. De bij CZ betrokken vakbondsbestuurder Inge de Vries stelde op het sociaal plan hebben afgesproken. De toezeggingen aan werk- de website van de bond dat een or “formeel geen sociaal plan kan nemers kunnen zowel inhoudelijk als procesmatig van aard zijn. afsluiten”. En wel omdat een or de werknemers “in juridisch opzicht Een inhoudelijke toezegging is, bijvoorbeeld, dat een boventallige niet kan binden”. Zij stelde verder dat de or in het belang van de werknemer recht heeft op een outplacement-traject. Een voorbeeld werkgever, en niet in het belang van de werknemers handelde. De van een procesmatige toezegging is dat een werknemer zijn boven- werknemers waren in haar ogen vooral gebaat bij een hogere ont- talligheid krijgt aangezegd in het bijzijn van zijn leidinggevende en slagvergoeding, de werkgever bij een lagere. En de werkgever had al een p&o-medewerker, en die boventalligheid schriftelijk bevestigd laten weten dat hij een lagere ontslagvergoeding wilde.1 krijgt. Tenslotte levert de afspraak dat de werkgever de or (of de vak- Hier zien we bijna alle onbegrip en vooroordelen met betrekking bond) regelmatig op de hoogte houdt van nieuwe ontwikkelingen, tot de rol van ondernemingsraden bij sociale plannen (en andere een voorbeeld op van een afspraak tussen de partners. arbeidsvoorwaardelijke arrangementen) terugkomen. In de eer- Sociale plannen worden met name afgesproken in situaties waarin ste plaats is de stelling dat een afspraak tussen werkgever en or ondernemersbeslissingen worden verwacht die sociale gevolgen de werknemers niet bindt, alleen strikt formeel gesproken juist. In de praktijk levert dit hebben voor de werknemers. Er is geen noodzaak dat er überhaupt Het sociaal plan dient ertoe een werknemerspartij is verzachten. Sociale plannen vrijwel nooit een probleem op. En overigens tendeert de jurisprudentie naar acceptatie om die sociale gevolgen te zijn in Nederland, in tegenstelling tot cao’s, niet wettelijk door de rechter van met de or afgesloten sociale plannen, mits die geregeld. De term ‘sociaal plan’ is geen beschermde titel, en over de de toets van de redelijkheid kunnen doorstaan en de or afdoende werknemerspartij is niets dwingend voorgeschreven. Sterker nog, er onafhankelijk is.2 In de tweede plaats is de suggestie dat uit het is geen noodzaak dat er überhaupt een werknemerspartij is. Ook een ontbreken van een formele doorwerking kan worden afgeleid dat set toezeggingen van een werkgever aan zijn werknemers kan hij een een or geen sociaal plan kan afsluiten, incorrect. Ten derde zien we sociaal plan noemen, en omgekeerd kan een door een werkgever en de neiging om de waarde van een sociaal plan met name af te meten een vakbond afgesloten plan een andere titel hebben, zoals ‘sociaal aan de hoogte van de ontslagvergoeding, met als consequentie, ten kader’ of ‘sociaal statuut’. vierde, dat een sociaal plan met een relatief lage ontslagvergoeding al snel als uitsluitend in het belang van de werkgever wordt gezien. Afvloeiingsregelingen Of dat echt zo is, hangt echter af van de overige afspraken. Het sociaal plan heeft, naast de cao, tijdens de golf van massa-ontslagen in de jaren ‘60 een vaste plek in de Nederlandse arbeidsver- Sociaal plan houdingen verworven. Vakbondsbestuurders spraken destijds ‘af- Een sociaal plan is een document dat enerzijds toezeggingen aan vloeiingsregelingen’ af, die precies waren wat de naam aangeeft: een werknemers bevat en anderzijds afspraken tussen de partners die vergoedingsregeling bij gedwongen ontslag. Later rijpte bij beide partijen het besef dat een ontslagvergoeding zondegeld is. Vanuit Hans van den Hurk is adviseur op het gebied van arbeidsverhoudingen en werkgeversoogpunt wordt geld in het water gegooid en aan vak- medezeggenschap (www.dialoogamsterdam.nl). bondszijde groeide het besef dat het voor werknemers geen vrolijk Zeggenschap – september 2012 8 een lastige complicatie is, dat de KRF in een ongemakkelijke relatie staat tot de zojuist genoemde functie van het sociaal plan als werknemers af? springplank naar nieuw werk. Moet een werkgever ook een (volledige) ontslagvergoeding betalen aan de werknemer die geen nieuw werk gevonden heeft, ondanks de inspanningen van het door de werkgever ingehuurde outplacementbureau? Dat wordt doorgaans perspectief is om te jong achter de geraniums te gaan zitten. Met niet redelijk gevonden. In veel sociale plannen zien we dan ook staan instemming van beide partijen verbreedde de functie van een sociaal dat de werknemer de facto kan kiezen tussen een bemiddelings- plan zich van een afvloeiingsregeling tot een springplank traject of een beëindigings- De or heeft het volste recht tot een naar nieuw werk. Het gebruik ontstond om, bij een inkrimping, de werknemers van vergoeding. In veel gevallen zien we dat de werknemer die eigen mening te komen wie de functie verdwijnt in na een onsuccesvol bemiddelingstraject alsnog ontslagen wordt, een geringere beëin- aanmerking te laten komen voor een intern en/of extern herplaat- digingsvergoeding krijgt, meestal in de vorm van een suppletie op singstraject. Anno 2012 zien we in de praktijk sociale plannen die de uitkering. nog steeds weinig meer zijn dan afvloeiingsregelingen, maar ook prachtige staaltjes van arbeidsbemiddeling, en alle vijftig tinten grijs Adviesrecht daartussen. Het antwoord op de vraag voor welke variant in een con- Hoe komen de or en de werkgever met elkaar in gesprek over een so- crete situatie gekozen wordt, is afhankelijk van een aantal factoren, ciaal plan? Meest voorkomende aanleiding is dat de werkgever een waaronder de sector, de werkgever, de persoonlijke voor- en afkeur ‘sociale paragraaf’ aan de adviesvraag toevoegt, of dat de or daarom van de vakbondsbestuurders en het vertrouwen van de werknemers vraagt. Op grond van art. 25 van de Wet op de ondernemingsraden in de aangeboden arbeidsbemiddeling. Outplacementtrajecten kun- moet de werkgever niet alleen zijn voorgenomen besluit aan de or nen zich immers, helaas, niet altijd verheugen in een goede pers. ter advisering voorleggen, maar ook de redenen waarom hij dat besluit wil nemen, de gevolgen van zijn besluit en de wijze waarop hij Ontslagvergoeding die gevolgen wil opvangen. De laatste twee verplichtingen komen Sinds 1945 heeft een werkgever een vergunning van het exact overeen met de gebruikelijke inhoud van een sociaal plan. Arbeidsbureau (het latere CWI, het actuele UWV WERKbedrijf ) nodig De or kan besluiten zijn advies op die punten afhankelijk te maken als hij een werknemer wil ontslaan. In de jaren ‘90 ontdekten werk- van een door de vakorganisaties afgesloten sociaal plan, maar kan gevers een sluiproute via de kantonrechter. Kantonrechters kunnen het varkentje ook zelf willen wassen. Onafhankelijk van wat de or een arbeidsovereenkomst ontbinden, en kennen in voorkomende wil, kunnen er andere redenen zijn waardoor het voor de hand ligt gevallen een ontslagvergoeding toe aan de werknemer. De door de dat de werkgever zich eveneens met de vakorganisaties verstaat. Kring van Kantonrechters geüniformeerde ontslagvergoeding staat bekend als de kantonrechtersformule (KRF). De cao kan hem daartoe verplichten, en/of de arbeidsverhoudingen zijn zo dat een (gere- De KRF is een rol gaan spelen waarvoor die niet geld) gesprek met de vakorganisaties van- bedoeld is, namelijk als een norm voor een zelfsprekend is. In verreweg de meeste ge- redelijke ontslagvergoeding in sociale plannen. Maar vallen zal een dergelijk gesprek worden bekroond door het afsluiten van een sociaal plan met de vakorganisaties als werkne- plannen? In de eerste plaats: beide partijen sluiten in de praktijk merspartij. Soms echter wordt de werkgever toch, na overleg met namens de werknemers sociale plannen af, en beide hebben ook het de vakbonden, weer in de armen van de or gedreven. volste recht dat te doen.4 Het veelgenoemde primaat van de vakbonden blijkt in de praktijk en in de jurisprudentie slechts in te houden Drie motieven dat, als er over hetzelfde onderwerp zowel een afspraak met de vak- Daarvoor zijn drie motieven. De eerste motivatie is, dat de vakbond bond als met de or bestaat, de afspraak met de vakbond prevaleert. geen belangstelling heeft om een sociaal plan af te sluiten. Deze Er bestaat niet zoiets als een eerstgeboorterecht, er is geen rangorde variant kwam ik, onder meer, recent tegen bij een woningbouwver- in legitimiteit. In de tweede plaats: gegeven de omstandigheid dat eniging die wilde inkrimpen. De vakbond meende dat gedwongen er twee legitieme werknemersvertegenwoordigingen bestaan, is het ontslagen niet zouden plaatsvinden en dat de or de klus wel kon opmerkelijk dat er zo weinig competentiestrijd is. In mijn ervaring klaren. Toen de or enige weken later argeloos aan de vakbondsbe- is het zo dat, als in een bedrijfstak of een onderneming een zekere stuurder meldde dat gedwongen ontslagen toch niet te voorkomen vanzelfsprekendheid bestaat dat or of vakbond de werknemersver- waren, en informeerde hoe de or de afwikkeling daarvan het beste tegenwoordiging bij arbeidsvoorwaardelijk overleg is, de andere kon regelen, sprong de vakbondsbestuurder overigens in zijn dienst- partij dat accepteert. Sterker nog: soms vinden prachtige staaltjes auto en schoof de or zonder veel omhaal weer terzijde. van samenwerking plaats. In de derde plaats: met name op het mo- De tweede motivatie is, dat de vakbond en de werkgever een diep- ment dat er een switch van werknemersvertegenwoordiging plaats- gaand verschil van mening hebben en de or het vakbondsstand- vindt, veelal op instigatie van de werkgever die bij zijn vaste partner punt niet deelt. Deze situatie kwam, bijvoorbeeld, recent voor in een zorgconcern. Dat concern was samengesteld uit een flink aantal instellingen, en bij de voorgaande fusies was steeds afgesproken dat een blauwtje loopt, ontstaat Het is opmerkelijk dat er zo er wrijving. Dat daarbij soms weinig competentiestrijd tussen de beschuldiging dat de an- vakbond en or is er geen gedwongen ontslagen harde woorden vallen, zoals dere partij het werknemersbelang verkwanselt, is uiteraard volstrekt logisch. Een geliefde vakbondsmetafoor is dat de zouden vallen. Met als gevolg dat de afdelingen als it, p&o, en de or bij de werkgever op schoot zit, de or op zijn beurt wil wel eens postkamers allemaal nog op de oude sterkte waren. De directie wilde fijntjes opmerken dat de vakbond slechts een paar 55-plussers or- nu reorganiseren, besparen op indirecte werknemers en investeren ganiseert. Begrijpelijk in de hitte van het moment, maar daarom nog in de ‘handen aan het bed’. Dat kon niet zonder gedwongen ontslag, niet altijd terecht. Want, in de vierde plaats: er bestaat in geval van want it’ers zijn niet simpel om te scholen tot verpleegkundigen of reorganisaties of fusies niet zoiets als een eenduidig vast te stellen kraamverzorgers. De vakbond weigerde echter om een sociaal plan werknemersbelang, en er bestaat evenmin een monopolie op het af te spreken dat niet van het uitgangspunt ‘geen gedwongen ont- articuleren van dat werknemersbelang. Beide partijen hebben het slagen’ uit ging. De or zag de redelijkheid van het directiestandpunt volste recht op hun eigen interpretatie en hun eigen aanpak. Het wel in.3 venijn van wederzijdse verkettering zit hem erin dat de drijfveren De derde motivatie is, dat de werkgever zijn eigen sociaal plan wil dic- van de ander in een kwaad daglicht worden gesteld. Dat staat een teren, maar dit wel wil laten legimeren door een werknemerspartij. open, inhoudelijk debat over de vraag wat onder de gegeven om- Van die situatie ken ik geen enkel praktijkvoorbeeld, wellicht omdat standigheden voor de betreffende medewerkers nu het juiste sociaal een or in die situatie geen toestemming krijgt om een adviseur in plan is, in de weg. te schakelen. In de praktijk van alledag is het lastig om een scherp onderscheid te Noten maken tussen de tweede en de derde motivatie, zeker als je meent 1 Inge de Vries, “or wil sociaal plan afsluiten bij CZ”, 16 juli 2012, website De Unie (www. unie.nl) Vervolgd op 30 juli: “Sociaal plan CZ: hoe verder?”. 2 Doorgaans zijn de redelijkheid van het sociaal plan en de autonomie ten opzichte van de werkgever belangrijke overwegingen. Zie Hans van den Hurk en Steven Jellinghaus, sociaal plan in 100 vragen, Kluwer 2009. 3 Dit sociaal plan staat, geanonimiseerd en licht bewerkt, opgenomen in Hans van den Hurk, “sociale plannen en de ondernemingsraad”, or in bedrijf thema, Kluwer, 2012. 4 De oude meester Bakels zei het al: “Al met al kunnen we constateren dat zich in Nederland een systeem van duale werknemersvertegenwoordiging heeft ontwikkeld dat niet grondig doordacht is.” Prof. Mr. H. L. Bakels, Schets van het Nederlands arbeidsrecht, laatste versie van 2011 bewerkt door Prof. Mr. W.H.A.C.M. Bouwens et al. dat de werkgeversplannen slecht voor de werknemers zijn. Maar dat laat onverlet dat de or het volste recht heeft tot een eigen mening te komen. Or en vakbond Wat kan, in het licht van het bovenstaande, gezegd worden over de competentiestrijd tussen or en vakbond bij het afsluiten van sociale Zeggenschap – september 2012 10